Titel VII - Slotbepalingen - Hoofdinhoud
Inhoudsopgave
46: Nauwere samenwerking
De lid-staten die zulks wensen kunnen met elkaar regelingen treffen om op de weg naar Europese integratie sneller en verder dan de anderen te gaan, op de tweeledige voorwaarde elke lid-staat die zulks wenst te allen tijde de mogelijkheid heeft zich daarbij aan te sluiten en dat de getroffen regelingen verenigbaar blijven met de doelstellingen van de Unie en de beginselen van haar Grondwet.
Zij kunnen met name op de terreinen die in de Titels V en VI van het Verdrag betreffende de Europese Unie worden genoemd, andere regelingen treffen waardoor uitsluitend zijzelf gebonden zijn.
De uit de andere lid-staten afkomstige leden van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie nemen niet deel aan de beraadslagingen en stemmingen over de krachtens deze regelingen genomen besluiten.
47: Inwerkingtreding
De Grondwet is aangenomen en treedt in werking zodra de meerderheid van de lid-staten die meer dan vier vijfde van de bevolking vertegenwoordigt haar heeft geratificeerd. De lid-staten die de ratificatie-instrumenten niet binnen de gestelde termijn hebben kunnen neerleggen, kunnen kiezen of zij de Unie willen verlaten of zich bij de aldus veranderde Unie willen aansluiten.
Indien een lid-staat besluit uit de Unie te treden, zullen bijzondere overeenkomsten worden gesloten die tot doel hebben hem in zijn betrekkingen met de Unie een bevoorrechte status te verlenen.