Mr. A.F.J.A. (Frans-Adam) graaf van der Duyn van Maasdam

Foto Mr. A.F.J.A. (Frans-Adam) graaf van der Duyn van Maasdam
Met dank overgenomen van Parlement.com.

Voorname officier en kamerheer van de erfprins, die na het vertrek van de Fransen eind 1813 met Van Hogendorp1 het Voorlopig Bewind vormde. In 1814 en 1815 maakte hij deel uit van de commissies die de Grondwet opstelden. Daarna werd hij Gouverneur van het zuidelijk deel van Holland (na 1840 Zuid-Holland), hoewel hij dat ambt niet had begeerd. Als Gouverneur wenste hij niet mee te werken aan het uit de Kamer weren van Van Hogendorp toen die in de ogen van de koning te kritisch werd. In 1848 benoemde Willem II, wiens hofmaarschalk hij was, hem tot Eerste Kamerlid om de voorstellen tot herziening van de Grondwet aan een meerderheid te helpen.

Regeringsgezind ten tijde van Willem I, Regeringsgezind ten tijde van Willem II
functie(s) in de periode 1813-1848: lid Algemeen Bestuur, buitengewoon lid Staten-Generaal, lid Eerste Kamer, minister, lid Raad van State, lid Grondwetscommissie 1813-1814, lid Grondwetscommissie 1815, Provinciaal Gouverneur

Inhoudsopgave

  1. Personalia
  2. Partij/stroming
  3. Hoofdfuncties/beroepen
  4. Nevenfuncties
  5. Opleiding
  6. Activiteiten
  7. Wetenswaardigheden
  8. Publicaties van/over
  9. Familie/gezin
  10. Uitgebreide versie

1.

Personalia

voornamen (roepnaam)
Adam François Jules Armand (Frans-Adam)

geboorteplaats en -datum
Deventer, 13 april 1771

overlijdensplaats en -datum
's-Gravenhage, 19 december 1848

2.

Partij/stroming

stroming(en)
regeringsgezind, doch gematigd hervormingsgezind

3.

Hoofdfuncties/beroepen

  • - 
    luitenant, regiment Oranje-Nassau, vanaf 1787
  • - 
    vaandrig, regiment der Hollandse Gardes, vanaf september 1788
  • - 
    kamerheer, erfprins van Oranje-Nassau, van 1791 tot januari 1795
  • - 
    ambteloos, van januari 1795 tot 1813
  • - 
    grootofficier Hof van Oranje, vanaf 1813
  • - 
    lid Algemeen Bestuur der Verenigde Nederlanden, van 20 november 1813 tot 2 december 1813 (samen met Van Hogendorp)
  • - 
    commissaris-generaal van Buitenlandse Zaken ad interim, van 7 december 1813 tot 22 december 1813 (nam waar voor de zieke Van Hogendorp)
  • - 
    lid Grondwetscommissie, van 21 december 1813 tot 2 maart 1814
  • - 
    buitengewoon ambassadeur bij het Engelse Hof, maart 1814 (ter regeling van een huwelijk van de prins van Oranje met kroonprinses Charlotte)
  • - 
    lid Raad van State, van 12 april 1814 tot 16 december 1817 (benoemd bij S.B. van 6 april 1814)
  • - 
    hofmaarschalk van de Prins van Oranje, vanaf 13 april 1814
  • - 
    lid Provinciale Staten van Holland, van 19 september 1814 tot december 1817 (voor de Ridderschap)
  • - 
    lid Grondwetscommissie, van 22 april 1815 tot 13 juli 1815
  • - 
    buitengewoon lid Staten-Generaal van de Verenigde Nederlanden, van 8 augustus 1815 tot 19 augustus 1815 (voor Holland)
  • - 
    Gouverneur zuidelijk deel van Holland, van 16 december 1817 tot 1 maart 1844
  • - 
    hofmaarschalk koning Willem I en koning Willem II, van 12 mei 1825 tot 19 december 1848
  • - 
    opperintendant van de paleizen der noordelijke provincies, vanaf 17 maart 1829
  • - 
    lid Eerste Kamer der Staten-Generaal, van 25 augustus 1848 tot 19 december 1848

ambtstitel
  • - 
    minister van staat, van 8 juli 1843 tot 19 december 1848

4.

Nevenfuncties

  • - 
    voorzitter commissie voor het ontwerpen van de organisatie van het hoger onderwijs, vanaf 18 januari 1814
  • - 
    kamerheer van soeverein vorst, later koning Willem I, van 10 februari 1814 tot mei 1825
  • - 
    lid Ridderschap van Holland, vanaf 28 augustus 1814
  • - 
    voorzitter College van Curatoren Hogeschool te Leiden, van 1 november 1815 tot 14 augustus 1848
  • - 
    voorzitter Burgerlijk en Militair Huis van Verzekering te 's-Gravenhage, omstreeks 1842
  • - 
    voorzitter commissie ter bevordering van het onderwijs en de opvoeding der minvermogende Nederlandsche-Israëlitische kinderen te 's-Gravenhage, omstreeks 1842
  • - 
    directeur Charitabele Sociëteit School te 's-Gravenhage, omstreeks 1842

afgeleide functies, presidia etc.
lid commissie van eenentwintig voor de ontwerp-Grondwet (Staten-Generaal), van 9 augustus 1815 tot 14 augustus 1815

comités van aanbeveling, erefuncties etc.
buitengewoon honorair lid Hollandsche Maatschappij van Fraaije Kunsten en Wetenschappen

5.

Opleiding

academische studie
  • - 
    Romeins en hedendaags recht (gepromoveerd op dissertatie), Hogeschool te Leiden, van 1789 tot 23 juli 1791

6.

Activiteiten

als parlementariër
  • - 
    Stemde in 1848 vóór de Grondwetsherziening

7.

Wetenswaardigheden

algemeen
  • - 
    Weigerde in 1844 medewerking aan de financiële politiek van Van Hall (gedwongen lening). Dit leidde tot zijn ontslag als Gouverneur. Hij noemde de 'vrijwillige lening' het meest onbeschofte en onbeschaamde, dat dwingelandij en onzedelijkheid konden uitvinden.

uit de privésfeer
  • - 
    Zijn vader was officier in Britse dienst

predicaten/adellijke titels
  • - 
    jonkheer, 28 augustus 1814
  • - 
    graaf, 16 september 1815

8.

Publicaties van/over

literatuur/documentatie
  • - 
    Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek, deel I, 777
  • - 
    C.F. baron van Sirtema van Grovestins, "Gedenkschriften van den graaf Van der Duyn van Maasdam en van den baron Van der Capellen", Amsterdam, 1853 [Uit het frans vertaald; 2e dr. 1859]

publicaties over en van letterkundigen
gegevens uit de Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren

9.

Familie/gezin

In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.

10.

Uitgebreide versie

Speciaal voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn de biografieën van alle kansrijke (volgens de peilingen) kandidaten in uitgebreide vorm raadpleegbaar op parlement.com.

Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:

In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.

Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.

De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.


  • 1. 
    Gematigde Rotterdamse orangist en liberaal. Grondlegger van het Nederlandse staatsbestel. Ontwierp in de Bataafs-Franse Tijd een Grondwet. Die 'Schetsen' vormden de basis voor de Grondwet van 1814. Was zelf voorzitter van de Grondwetscommissies in 1813/1814 en 1815. Vormde in december 1813 met Van der Duyn van Maasdam het Voorlopig Bewind en maakte de weg vrij voor Soeverein Vorst (later koning) Willem I. Kwam later evenwel met die koning in conflict, waarbij hem zelfs de titel 'minister van staat' werd ontnomen. Origineel denker met een scherp verstand die zijn gedachten steeds aan papier toevertrouwde. Tamelijk ijdel.