Ir. H.A. van IJsselsteyn

Foto Ir. H.A. van IJsselsteyn
Met dank overgenomen van Parlement.com.

Partijloze topambtenaar en minister met christelijk-historische sympathieën. Was als ambtenaar een bekwame steun van minister Talma1 bij diens socialewetgevingsprogramma. Als minister van Landbouw, Nijverheid en Handel in het eerste kabinet-Ruijs de Beerenbrouck2 kreeg hij te maken met vele wantoestanden in het distributieapparaat. Zijn optreden was niet altijd gelukkig, omdat hij - weliswaar buiten zijn schuld - enkele keren onjuiste informatie bleek te hebben verschaft aan de Tweede Kamer.

Chr. historisch, partijloos
functie(s) in de periode 1918-1922: minister

Inhoudsopgave

  1. Personalia
  2. Partij/stroming
  3. Hoofdfuncties/beroepen
  4. Nevenfuncties
  5. Opleiding
  6. Activiteiten
  7. Wetenswaardigheden
  8. Publicaties van/over
  9. Familie/gezin
  10. Uitgebreide versie

1.

Personalia

voornamen (roepnaam)
Hendrik Albert

geboorteplaats en -datum
Zierikzee, 6 december 1860

overlijdensplaats en -datum
's-Gravenhage, 13 februari 1941

2.

Partij/stroming

stroming(en)
christelijk-historisch

3.

Hoofdfuncties/beroepen

  • - 
    buitengewoon opzichter, Algemene Dienst van Waterstaat te 's-Gravenhage, van 1881 tot april 1882
  • - 
    opzichter-tekenaar, Dienst Gemeentewerken te Rotterdam, van 14 april 1882 tot 1892
  • - 
    adjunct-directeur, Dienst Gemeentewerken te Rotterdam, van 1892 tot 1 oktober 1908
  • - 
    inspecteur van de Arbeid (met de titel: directeur-generaal), van 1 oktober 1908 tot 1 september 1909
  • - 
    directeur-generaal Arbeid, ministerie van Landbouw, Nijverheid en Handel, van 1 september 1909 tot 9 september 1918
  • - 
    minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, van 9 september 1918 tot 13 september 1922
  • - 
    minister van Marine ad interim, van 5 januari 1920 tot 31 maart 1920 (na het aftreden van minister Bijleveld)
  • - 
    ambteloos, vanaf 13 september 1922

4.

Nevenfuncties

  • - 
    voorzitter commissie voor onderwijs in eerste hulp bij ongevallen, van 6 maart 1907 tot 1 januari 1911
  • - 
    lid bestuur Vereeniging van Delftsche Ingenieurs, van 1907 tot 1918
  • - 
    lid Staatscommissie inzake de werkloosheid (Staatscommissie-Treub), van 23 oktober 1909 tot juni 1914
  • - 
    secretaris Koninklijk Nationaal Steuncomité, van 22 augustus 1914 tot 1 september 1918
  • - 
    lid Centrale Commissie voor de Statistiek, omstreeks 1915
  • - 
    lid Zuiderzeeraad, van augustus 1924 tot 1936
  • - 
    Rijksbemiddelaar, derde district (Zuid-Holland, Utrecht, Overijssel en deel van Gelderland), van 16 april 1924 tot 1932
  • - 
    voorzitter Raad van Commissarissen Gemeenschappelijke Mijnbouwmaatschappij "Billiton", van 1928 tot 1938
  • - 
    ondervoorzitter Commissie voor de Nederlands-Zuid-Afrikaanse handel, omstreeks 1928
  • - 
    voorzitter Instituut tot Zuivering van Afvalwater, omstreeks 1931
  • - 
    voorzitter commissie inzake de waterverontreiniging, omstreeks 1933
  • - 
    regeringsvertegenwoordiger bij internationale conferenties over arbeidsvraagstukken

5.

Opleiding

primair onderwijs
  • - 
    lagere school te Zierikzee

voortgezet onderwijs
  • - 
    Rijks Hogere Burgerschool te Goes, juli 1877

academische studie
  • - 
    civiele techniek, Polytechnische School te Delft, van september 1877 tot juli 1881

6.

Activiteiten

als bewindspersoon (beleidsmatig)
  • - 
    Als minister was hij verantwoordelijk voor de liquidatie van de crisisinstellingen (met name op het gebied van distributie) die tijdens de Eerste Wereldoorlog in het leven waren geroepen
  • - 
    Wist in 1920 als minister van Marine ad interim een voorstel tot de aanbouw van twee kruisers door het parlement te loodsen. Minister Bijleveld van Marine was in verband met verwerping van het voorstel afgetreden.
  • - 
    Een door hem en zijn ambtgenoot Heemskerk ingediend wetsvoorstel tot instelling van Duurteraden die moesten toezien op de prijzen, werd in 1920 door de Tweede Kamer verworpen
  • - 
    Stelde gelden beschikbaar voor ontginning van de Peel. Het dorp IJsselsteyn is naar hem genoemd.

als bewindspersoon (wetgeving)
  • - 
    Bracht in 1918 een wet tot stand met betrekking tot de binnenscheepvaart. Daardoor konden binnenvaartschepen worden gevorderd voor het vervoer van goederen en voedsel. Het wetsvoorstel was in 1916 ingediend door minister Posthuma.
  • - 
    Bracht in 1920 de Wet op de Kamers van Koophandel tot stand die een wettelijk statuut bood aan de kamers van koophandel en fabrieken. Niet langer stelden gemeenten de kamers in, maar er kwamen 36 van dergelijke kamers, waarvan de bevoegdheden en verplichtingen centraal werden geregeld. De kamers waren onder meer belast met de uitvoering van de Handelsregisterwet 1918.
  • - 
    Bracht in 1920 de Veewet (Stb. 153) tot stand, die de wet tot regeling van het veeartsenijkundig staatstoezicht van 1870 en wetten tot voorkoming van hondsdolheid en longziekte onder rundvee en tot keuring van voor uitvoer bestemd vlees verving. De Veewet gaf een wettelijke basis aan de eenhoofdige leiding van de Veeartsenijkundige Dienst. Deze dienst was belast met de zorg van de algemene gezondheidstoestand van de veestapel, de wering en bestrijding van besmettelijke veeziekten en hondsdolheid en de keuring van voor export bestemd vlees. De wet bevatte maatregelen die konden worden genomen in geval er een veeziekte of hondsdolheid uitbrak, zoals sluiting van veemarkten en dierentuinen, het instellen van een verbod op doorvoer van vlees en vleesproducten, het afmaken van verdacht vee, het ontsmetten van gebouwen, het inenten van dieren, alsmede het opsluiten, afmaken of muilkorven van honden en katten. Het wetsvoorstel was in 1914 ingediend door minister Treub.
  • - 
    Bracht in 1922 de Boswet tot stand, die beheerders van bossen verplichtte te zorgen voor behoorlijk onderhoud en tot melding van voorgenomen vellingen; particulieren hebben geen kapvergunning nodig

7.

Wetenswaardigheden

algemeen
  • - 
    Had als ambtenaar een belangrijk aandeel in de voorbereiding van Talma's sociale-verzekeringswetten en van de Arbeidswet 1911
  • - 
    Trad nog voor het optreden van het nieuwe kabinet af vanwege de opheffing van zijn departement en omdat hij een reis ging maken

uit de privésfeer
  • - 
    Adviseerde o.a. België, Rusland, Chili, Polen en Zuid-Afrika over havenaanleg
  • - 
    Had de leiding bij de bouw van de eerste Rotterdamse telefooncentrale
  • - 
    Adviseerde in de Eerste Wereldoorlog Gothenburg bij havenaanleg
  • - 
    Zijn vader was voorzitter van de Kamer van Koophandel in Zeeland en lid van Provinciale Staten van Zeeland

8.

Publicaties van/over

literatuur/documentatie
  • - 
    W.F. Lichtenauer, "IJsselsteijn, Hendrik Albert van (1860-1941)", in: Biografisch Woordenboek van Nederland, deel II, 636
  • - 
    "Het Vaderland", 14 febr. 1941
  • - 
    Ned. Patriciaat, 1935/36

Biografisch Woordenboek(en)
biografie opgenomen in het Biografisch Woordenboek van Nederland

9.

Familie/gezin

In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.

10.

Uitgebreide versie

Speciaal voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn de biografieën van alle kansrijke (volgens de peilingen) kandidaten in uitgebreide vorm raadpleegbaar op parlement.com.

Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:

In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.

Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.

De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.


  • 1. 
    Als minister in het kabinet-Heemskerk één van de grondleggers van de sociale wetgeving in Nederland. Sociaal voelende predikant die bij de Tweede Kamerverkiezingen in 1901 Troelstra versloeg in het district Tietjerksteradeel. Grote stevig gebouwde man met een jeugdig aanzien en een rustige spreektrant zonder preektoon (al vonden sommigen hem een 'langspreker'). Werd bij het totstandbrengen van zijn wetgeving vooral tegengewerkt door conservatieve geloofsgenoten in ARP en CHU. Bracht wel de Invaliditeits- en ouderdomswet en de Ziektewet tot stand, maar deze werden pas na enkele jaren ingevoerd. Harde werker, die zowel onder de zwaarte van het ambt als onder de tegenwerking bij zijn wetgevende arbeid leed. Werd na zijn ministerschap weer predikant, maar overleed al na enkele jaren.
     
  • 2. 
    Dit centrumrechtse kabinet regeerde in het laatste jaar van de Eerste Wereldoorlog en in de roerige jaren die daarop volgden. Hoewel ARP, CHU en Katholieken, alleen samen met enkele kleine partijen een meerderheid hadden, werd toch een overwegend christelijk kabinet gevormd onder leiding van de eerste katholieke minister-president, de Limburgse Commissaris van de Koningin Charles Ruijs de Beerenbrouck.