A.S. (Syb) Talma
Als minister in het kabinet-Heemskerk1 één van de grondleggers van de sociale wetgeving in Nederland. Sociaal voelende predikant die bij de Tweede Kamerverkiezingen in 1901 Troelstra2 versloeg in het district Tietjerksteradeel. Grote stevig gebouwde man met een jeugdig aanzien en een rustige spreektrant zonder preektoon (al vonden sommigen hem een 'langspreker'). Werd bij het totstandbrengen van zijn wetgeving vooral tegengewerkt door conservatieve geloofsgenoten in ARP en CHU. Bracht wel de Invaliditeits- en ouderdomswet en de Ziektewet tot stand, maar deze werden pas na enkele jaren ingevoerd. Harde werker, die zowel onder de zwaarte van het ambt als onder de tegenwerking bij zijn wetgevende arbeid leed. Werd na zijn ministerschap weer predikant, maar overleed al na enkele jaren.
ARP
functie(s) in de periode 1901-1913: lid Tweede Kamer, minister
Inhoudsopgave
Aritius Sybrandus (Syb)
geboorteplaats en -datum
Angeren (gem. Bemmel), 17 februari 1864
overlijdensplaats en -datum
Haarlem, 12 juli 1916
begraafplaats en -datum
Bennebroek (N.H.), 15 juli 1916 partij(en)
ARP (Anti-Revolutionaire Partij)
-
-predikant Nederlandse Hervormde Kerk te Heinenoord (Z.H.), van 29 januari 1888 tot 5 juli 1891
-
-predikant Nederlandse Hervormde Kerk te Vlissingen, van 12 juli 1891 tot 5 mei 1895
-
-predikant Nederlandse Hervormde Kerk te Arnhem, van 12 mei 1895 tot 20 oktober 1901
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 17 september 1901 tot 12 februari 1908 (voor het kiesdistrict Tietjerksteradeel)
-
-minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, van 12 februari 1908 tot 29 augustus 1913
-
-minister van Waterstaat ad interim, van 7 januari 1909 tot 21 januari 1909 (na het overlijden van minister Bevers)
-
-predikant Nederlandse Hervormde Kerk te Bennebroek (N.H.), van 19 juli 1914 tot 12 juli 1916
-
-veldprediker in algemene dienst bij het leger, van 27 oktober 1914 tot 9 september 1915
-
-secretaris A.R.-Kamerclub, Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 19 september 1905 tot 12 februari 1908
-
-lid Centraal Comité van ARP-kiesverenigingen, tot april 1909
-
-lid commissie van advies Nederlandsch Werkliedenverbond "Patrimonium", vanaf 1894
-
-lid redactie verbondsorgaan "Patrimonium", van 1898 tot 1908
-
-lid bestuur Asyl Steenbeek te Zetten, omstreeks 1899
-
-lid Staatscommissie van enquête omtrent het spoorwegpersoneel, van 20 april 1903 tot 14 januari 1904 (ingesteld na de Spoorwegstaking 1903)
-
-lid hoofdbestuur Nerderlandsche Middernachtzending Vereeniging, omstreeks 1905
-
-voorzitter Staatscommissie voor het Tramwegpersoneel, van mei 1906 tot februari 1908
-
-voorzitter dagelijks bestuur Vereeniging "de Nederlandsche Vereeniging Landverhuizing"
-
-lid Mijnraad, van 1 november 1913 tot 1 januari 1916
-
-lid Werkloosheidsraad, omstreeks 1914
-
-ondervoorzitter commissie ter voorbereiding van het Tweede Sociaal Congres, van 17 maart 1914 tot 12 juli 1916
-
-lid commissie van uitvoering Koninklijk Nationaal Steuncomité, van 22 augustus 1914 tot 12 juli 1916
afgeleide functies, presidia etc.
-
-voorzitter Commissie van Rapporteurs voor hoofdstuk V (Binnenlandse Zaken) 1905 (Tweede Kamer der Staten-Gerenaal)
-
-voorzitter Commissie van Rapporteurs voor hoofdstuk XI (Koloniën) 1906 (Tweede Kamer der Staten-Generaal)
-
-lid Centrale Afdeling (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van februari 1906 tot mei 1906
-
-voorzitter Commissie van Rapporteurs voor hoofdstuk VIII (Oorlog) 1908 (Tweede Kamer der Staten-Generaal)
-
-tijdelijk secretaris van de ministerraad (kabinet-Heemskerk), januari 1909 (na het overlijden van minister Bevers)
-
-Latijnse School te Zutphen
-
-Latijnse School te Dordrecht
-
-Openbaar "Erasmiaansch Gymnasium" te Rotterdam
academische studie
-
-theologie (proponentsexamen), Rijksuniversiteit Utrecht, van 1882 tot 1887
-
-Sprak in de Tweede Kamer over uiteenlopende zaken, waaronder arbeid (sociale wetgeving), militaire zaken, visserij en bij de behandeling van de ontwerp-Drankwet
opvallend stemgedrag
-
-In 1906 stemden hij en Okma als enigen van de ARP-fractie vóór de begroting van Oorlog van minister Staal
als bewindspersoon (beleidsmatig)
-
-Zijn ontwerp-Bakkerswet, die de arbeidstijden in het bakkersbedrijf moest regelen, werd op 5 juni 1912 in de Tweede Kamer met 49 tegen 42 stemmen verworpen. Met de wet zou in het bakkersbedrijf een tienurige werkdag worden ingevoerd en de zondagsarbeid worden beperkt. Onder anderen Kuyper onttrok zich aan de stemming.
-
-De tegelijkertijd met de ontwerp-Bakkerswet ingediende ontwerp-Bakkersradenwet werd in februari 1911 ingetrokken, nadat gebleken was dat er geen meerderheid voor was
-
-Onder druk van de Tweede Kamer moest hij de verordenende bevoegdheid van de raden van arbeid uit zijn Radenwet laten vervallen
als bewindspersoon (wetgeving) (10/11)
-
-Bracht in 1908 de Visserijwet (Stb. 311) tot stand. Deze regelt onder meer de vaststelling van de grenzen tussen binnen- en kustvisserij, de registratie van vissersschepen, de keuring van gekaakte haring en de instelling van een College voor de visscherijen en van een Visserij-inspectie
-
-Bracht in 1909 de Schepenwet (Stb. 219) tot stand, die regels bevatte over het voorkomen van ongevallen op schepen. Er wordt een Raad voor de scheepvaart ingesteld.
-
-Bracht in 1911 de Plantenziektenwet tot stand, op grond waarvan de Plantenziektenkundige Dienst werd ingesteld
-
-Bracht in 1911 de Steenhouwerswet tot stand, waardoor het voor werkgevers in de steenindustrie verboden werd minderjarigen in dienst te nemen zonder medische verklaring.
-
-Bracht in 1911 een wijziging (Stb. 315) van de Arbeidswet 1889 tot stand, waarbij vrouwen- en kinderarbeid verder werd beperkt. De arbeidsduur voor vrouwen en jeugdigen werd beperkt tot 10 uur per dag (en maximaal 58 uren per week). Nachtarbeid door vrouwen werd verboden, evenals arbeid door gehuwde vrouwen op zaterdag na 13:00 uur.
-
-Bracht in 1912 de Vogelwet tot stand, die bescherming bood aan alle in Europa in het wild levende vogels, uitgezonderd vogels die schadelijk zijn voor land-, tuin- en bosbouw. Voor het verstoren van nesten of doden van vogels op erven en in tuinen en boomgaarden kwam een vergunningplicht.
-
-Bracht in 1912 samen met minister E. Regout de Octrooiwet (Stb. 313) tot stand. Hierdoor werden uitvindingen weer wettelijk beschermd. In 1869 was de Octrooiwet van 1817 buiten werking gesteld.
-
-Bracht in 1913 de Radenwet (Stb. 203) tot stand, waardoor plaatselijke Raden van Arbeid in het leven werden geroepen die belast waren met de uitvoering van de socialeverzekeringswetten.
-
-Bracht in 1913 de Ziektewet (Stb. 204) tot stand. Deze voerde een verplichte verzekering in van werknemers in loondienst tegen ziekte en ziektebehandeling. Kleine zelfstandigen konden zich vrijwillig aansluiten bij de verzekering. De premies werden zowel door werkgevers als werknemers opgebracht. De Ziektewet zou pas in 1930 worden ingevoerd.
-
-Bracht in 1913 de Invaliditeits- en oudersdomswet (Stb. 205) tot stand. Deze voerde een verzekering in tegen geldelijke gevolgen van invaliditeit, ouderdom (70 jaar en ouder) en overlijden van arbeiders. Er kwam een verplichte verzekering via de Raden van Arbeid voor arbeiders in loondienst. Premiebetaling geschiedde door de werkgever door het plakken van rentezegels op een rentekaart. Er was geen waardevaste of welvaartsvaste uitkering. De (herziene) wet trad 3 december 1919 in werking.
U ziet een selectie van activiteiten. In de uitgebreide versie is het gehele overzicht van activiteiten in te zien.
algemeen-
-Werd op 12 juli 1905 door de koningin gevraagd haar te adviseren over de kabinetsformatie
-
-De behandeling van de door hem als minister verdedigde Ouderdoms- en invaliditeitswet duurde van 15 mei 1912 tot 15 mei 1913
uit de privésfeer
-
-Was medio 1909 overwerkt en vertrok toen enige tijd voor een rustkuur naar het buitenland
-
-Zijn schoonvader, J.G. van Schaardenburg, was in 1889 antirevolutionair kandidaat voor de Tweede Kamer in het district Dordrecht. Hij werd met 200 stemmen verschil verslagen door de liberaal S.M.H. van Gijn.
-
-Van hem staat in Bergum een borstbeeld
-
-Op de begraafplaats in Bennebroek is een grafmonument voor hem opgericht
verkiezingen
-
-Versloeg in 1901 in het district Tietjerksteradeel P.J. Troelstra (sdap). Werd in 1901 in het kiesdistrict Weststellingwerf na herstemming verslagen door G.L. van der Zwaag (soc.).
-
-Versloeg in 1905 H. Goeman Borgesius (ul) en P.J. Troelstra (sdap) in de eerste verkiezingsronde
-
-Werd in 1905 in het district Zutphen na herstemming verslagen door H. Goeman Borgesius (ul) en in het kiesdistrict Dordrecht na herstemming door S.M.H. van Gijn (lib.). Eindigde in het district Amsterdam III als derde achter Troelstra en Eland (ul).
pseudoniemen, bij-, koos- en schuilnamen
-
-"De Leeuw van Patrimonium"
-
-"De rode dominee"
-
-C.K. Elout, "De Heeren in Den Haag" (2e reeks, 1909), 18
-
-C. Smeenk en P. van Vliet, "Een held in volle wapenrusting, ds. A.S. Talma en zijn arbeid" (1916)
-
-J.M. Vellinga, "Talma's sociale arbeid" (1941)
-
-T. de Ruiter, "Minister A.S. Talma" (1946)
-
-I.A. Diepenhorst, "Aritius Sybrandus Talma", in: C. Bremmer (red.), "Personen en momenten uit de geschiedenis van de Anti-Revolutionaire Partij" (1980)
-
-J. van der Molen, "Talma, Aritius Sybrandus", in: Biografisch Woordenboek van het Socialisme en de Arbeidersbeweging in Nederland, deel I, 129
-
-J.T. Minderaa, "Talma, Aritius Sybrandus (1864-1916)", in: Biografisch Woordenboek van Nederland, deel I, 572
-
-P.F. Dillingh, "Talma, Aritius Sybrandus", in: Biografisch lexicon voor de geschiedenis van het Nederlands protestantisme, deel 4, 414
-
-G.S. van Krieken, "Aritius Sybrandus Talma (1864-1916). De 'Leeuw van Patrimonium'", in: P.E. Werkman en R. van der Woude (red.), "Wie in de politiek gaat, is weg? Protestantse politici en de christelijk-sociale beweging" (2009), 123-150
-
-L. de Hoop en A. Bornebroek, "De rode dominee: A.S. Talma" (2010)
-
-G.S. van Krieken, "Syb Talma (1864-1916) een biografie" (2013)
-
-Onze Afgevaardigden, 1901, 1905
Biografisch Woordenboek(en)
-
-biografie opgenomen in het Biografisch Woordenboek van Nederland
-
-biografie opgenomen in Biografisch Lexicon voor de geschiedenis van het Nederlands Protestantisme
-
-biografie opgenomen in het Biografisch Woordenboek van het Socialisme en de Arbeidersbeweging in Nederland
In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.
Speciaal voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn de biografieën van alle kansrijke (volgens de peilingen) kandidaten in uitgebreide vorm raadpleegbaar op parlement.com.
Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:
In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.
Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.
De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.
- 1.Dit christelijke coalitiekabinet was tot 1909 een minderheidskabinet, dat werd gevormd na de val van het liberale minderheidskabinet-De Meester. Na de verkiezingen van 1909 kon het kabinet wel op een Kamermeerderheid rekenen. Centraal stonden de pogingen om sociale wetgeving tot stand te brengen en de versterking van de defensie.
- 2.De grote voorman van de sociaaldemocraten en voorvechter van de rechten van arbeiders aan het einde van de negentiende en begin van de twintigste eeuw. Was advocaat in Leeuwarden en richtte in 1894 met elf anderen de SDAP op. Kwam in 1897 met Van Kol in de Tweede Kamer en werd, ondanks de afkeer die anderen van zijn denkbeelden hadden, al snel erkend als goed politiek debater. In 1901 niet herkozen, maar in 1902 teruggekeerd via een Amsterdams district. Was een goed spreker, zowel in het parlement als bij massabijeenkomsten. Soms kregen zijn emoties - hij had een tamelijk zwak zenuwgestel - de overhand, waardoor hij onbezonnen reageerde. Het beste voorbeeld daarvan is zijn revolutiepoging in november 1918. Bleef desondanks zeer populair bij zijn achterban. Was ook redacteur van socialistische dagbladen en Fries dichter.