Mr. M. (Maarten) de Niet Gzn.
Integere en energieke bestuurder en Eerste Kamervoorzitter van hervormden huize, die zich als senator vooral bezighield met het buitenlands beleid. Stond daarbij vaak tegenover minister Luns1, met name bij het Nieuw-Guineabeleid. Kende 'de Oost' uit een vooroorlogse periode als zendingsconsul. Was in de oorlog geïnterneerd in een Jappenkamp. Zette zich als burgemeester van Wageningen in voor versterking van de positie van de Landbouwhogeschool. Rechtlijnig denkend man die met een zware basstem enigszins bars zijn mening nooit onder stoelen of banken stak. Hij had opvallend weinig gevoel voor decorum en was afkerig van frivoliteiten.
PvdA
functie(s) in de periode 1956-1977: lid Eerste Kamer, fractievoorzitter EK, voorzitter Eerste Kamer
Inhoudsopgave
Maarten (Maarten)
geboorteplaats en -datum
Bodegraven, 16 maart 1904
overlijdensplaats en -datum
's-Gravenhage, 25 juli 1979 partij(en)
PvdA (Partij van de Arbeid), vanaf juni 1949
-
-waarnemend secretaris jongenskampen, NCSV (Nederlandse Christen-Studenten Vereniging), van 1931 tot 1932
-
-medewerker parket van de officier van justitie, Arrondissementsrechtbank te Groningen, van 1932 tot 1933
-
-surnumerair gemeentepolitie te Amsterdam, van 1933 tot 1934
-
-inspecteur politie der tweede klasse te Amsterdam (onder andere werkzaam op de juridische afdeling), van 1934 tot 1937
-
-rijksinspecteur van het verkeer in Friesland, van 1937 tot 16 mei 1939
-
-zendingsconsul in Nederlands-Indië, namens het Nederlandsch Bijbel-Genootschap, van 16 mei 1939 tot juni 1949
-
-verlof in Nederland (eerste helft van 1946)
-
-burgemeester van Wageningen, van 15 maart 1950 tot 1 april 1969
-
-lid Eerste Kamer der Staten-Generaal, van 6 november 1956 tot 20 september 1960
-
-lid Eerste Kamer der Staten-Generaal, van 18 oktober 1960 tot 20 september 1977
-
-fractievoorzitter PvdA Eerste Kamer der Staten-Generaal, van 5 maart 1968 tot 7 oktober 1968
-
-voorzitter Eerste Kamer der Staten-Generaal, van 16 september 1969 tot 18 september 1973 (benoemd bij K.B. van 21 juli 1969)
gevangenschap/internering
-
-geïnterneerd te Meester Cornelis (Ned.-Indië), vanaf 14 mei 1942
-
-geïnterneerd in gevangenis "Struiswijk" te Batavia, van 1942 tot februari 1944 (weigerde de eed van trouw aan het Japanse leger af te leggen en kreeg verzwaard regime)
-
-geïnterneerd in kamp "Sukamiskin" te Bandoeng, vanaf februari 1944
-
-geïnterneerd in mannenkamp "Tjihama IV", van februari 1944 tot augustus 1945
-
-vicefractievoorzitter PvdA Eerste Kamer der Staten-Generaal, van 1 mei 1965 tot 5 maart 1968
-
-lid Provinciale Culturele adviescommissie Gelderland
-
-lid College van Curatoren Landbouwhogeschool te Wageningen, van 1950 tot 1969
-
-lid Raad voor de Zending der Nederlands Hervormde Kerk, van 1951 tot 1964
-
-lid Raad voor de Zaken van kerk en Overheid, van 1951 tot 1954
-
-lid commissie bestuurshervorming Landbouw-Hogeschool te Wageningen, van juli 1952 tot mei 1955
-
-voorzitter curatorium ISS (Institute of Social Studies) te 's-Gravenhage, vanaf 1956 (nog in 1970)
-
-voorzitter Openbaar Lichaam Regionale Gasvoorziening Midden- en Oost-Nederland
-
-vicevoorzitter Commissie Samenwerkende regionale organen gasvoorziening (SROG)
-
-lid Gasadviescommissie, omstreeks 1967
afgeleide functies, presidia etc.
-
-lid Raadgevende Interparlementaire Beneluxraad, van januari 1957 tot september 1977
-
-plaatsvervangend voorzitter commissie van rapporteurs voor Buitenlandse Zaken (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van 13 oktober 1967 tot 12 december 1967
-
-plaatsvervangend voorzitter vaste commissie voor Buitenlandse Zaken (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van 12 december 1967 tot 16 september 1969
-
-lid College van Senioren (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van 5 maart 1968 tot 7 oktober 1968
-
-voorzitter College van Senioren (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van 16 september 1969 tot 18 september 1973
-
-voorzitter Huishoudelijke Commissie (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van 16 september 1969 tot 18 september 1973
-
-voorzitter bijzondere commissie voor de Grondwetsherziening (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van 23 september 1969 tot 11 mei 1971
-
-voorzitter Raadgevende Interparlementaire Beneluxraad, van 24 april 1970 tot 20 september 1977
-
-lid Raadgevende Vergadering van de Raad van Europa en West-Europese Unie, van 25 september 1973 tot 1 oktober 1977
-
-gymnasium-b, "Gymnasium Haganum" te 's-gravenhage, van augustus 1919 tot juni 1925
academische studie
-
-Nederlands recht, Rijksuniversiteit Leiden, van september 1925 tot 7 mei 1931
cursussen
-
-cursussen internationaal college Woodbrooke
-
-Was buitenland-woordvoerder van de PvdA in de Eerste Kamer. Hield zich ook bezig met binnenlandse zaken, financiën, defensie, justitie, volkshuisvesting en economische zaken.
opvallend stemgedrag (2/6)
-
-In 1972 stemden hij en Meester als enigen van hun fractie vóór het wetsvoorstel Fiscale oudedagsreserve voor zelfstandigen
-
-Behoorde in 1973 tot de vijf leden van zijn fractie die tegen het wetsvoorstel stemden over invoering van de bloedproef in het verkeer
In de uitgebreide versie is een overzicht van opvallend stemgedrag opgenomen.
algemeen-
-Behoorde in 1947/1948 tot de zgn. Nova Zembla-groep in de PvdA die zich verzette tegen militair optreden jegens de Republiek Indonesië
-
-Het kabinet-Beel overwoog in 1947 ernstig om hem als opvolger van Van Mook te benoemen tot gouverneur-generaal of luitenant-gouverneur-generaal
-
-In 1965 leidde door hem gegeven inzage aan journalisten van aantekeningen die hij van overleg in de de Eerste Kamercommissie voor buitenlandse politiek had gemaakt, dat minister Luns enige tijd weigerde in de commissie te verschijnen
-
-Er kwam een einde aan zijn voorzitterschap van de Eerste Kamer vanwege de benoeming van zijn partijgenoot Vondeling tot voorzitter van de Tweede Kamer
uit de privésfeer
-
-Was gehuwd met een Engelse
-
-Zijn vader was gemeenteraadslid in Bodegraven (1899-1905)
anekdotes en citaten
-
-Toen minister-president Den Uyl hem bij zijn afscheid als voorzitter van de Senaat de versierselen behorende bij het Commandeurschap van de Nederlandse Leeuw wilde omhangen, mocht hij slechts het bijbehorende knoopje op het revers drukken.
-
-De parlementen van Suriname en de Nederlandse Antillen boden hem en zijn vrouw een reisje naar de overzeese gebiedsdelen aan. Op norse toon sloeg De Niet dat aanbod af. Daar denken wij niet aan, zei hij. Daarvoor zijn onze verdiensten te gering.
verkiezingen
-
-Werd in 1956, 1960, 1963, 1966 en 1971 gekozen door Groep IV: Zuid-Holland
M. Vonk, "Niet (Gz.), Maarten de (1904-1979)", in: Biografisch Woordenboek van Nederland, deel V, 365
Biografisch Woordenboek(en)
biografie opgenomen in het Biografisch Woordenboek van Nederland
In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.
Speciaal voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn de biografieën van alle kansrijke (volgens de peilingen) kandidaten in uitgebreide vorm raadpleegbaar op parlement.com.
Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:
In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.
Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.
De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.
- 1.Bijna twintig jaar, mede door zijn lange gestalte, een markante minister van Buitenlandse Zaken. Actief bij de marine, waarvoor hij altijd belangstelling behield, en daarna werkzaam in de diplomatieke dienst. Vormde in 1952 (als minister zonder portefeuille) met Beyen een ministersduo, maar vanaf 1956 was hij de enige minister op dat departement. Genoot in brede kring grote populariteit door zijn humor en de wijze waarop hij opkwam voor het Nederlandse belang, maar werd door anderen bekritiseerd vanwege onder meer zijn Nieuw-Guineapolitiek en pro-Amerikaanse opstelling. Steunde de pogingen van Groot-Brittannië om toe te treden tot de Europese Gemeenschappen en was tegenspeler van president De Gaulle. Had weinig genoegen in het politieke debat. Na zijn ministerschap secretaris-generaal van de NAVO. Stond rechts in de KVP en brak in 1972 met die partij. Conservatief, streng katholiek, autoritair, charmant en op-en-top diplomaat. Had een uitstekend gevoel voor p.r.