Jhr.Mr. W. Boreel van Hogelanden
Edelman uit Kennemerland die na een diplomatieke loopbaan een vooraanstaand lid van de Tweede Kamer werd. Behoorde tot de gematigde liberalen. Werd in 1848 als Kamervoorzitter door de koning ontboden om zijn mening te geven over de in de Kamer levende wensen ten aanzien van democratisering. Na 1848 schoof hij op in conservatieve richting. Na vijf jaar Commissaris des Konings in Noord-Holland te zijn geweest, keerde hij nog terug in Den Haag. Ditmaal als senator.
Moderaat of gematigd liberaal, Pragmatisch liberalen
functie(s) in de periode 1840-1866: buitengewoon lid Tweede Kamer, lid Tweede Kamer, voorzitter Tweede Kamer, lid Eerste Kamer, Commissaris van de Koning(in)
Inhoudsopgave
Willem
geboorteplaats en -datum
Velsen, 24 maart 1800
overlijdensplaats en -datum
Velsen-Zuid (gem. Velsen), 24 augustus 1883 stroming(en)
-
-moderaat of gematigd liberaal (vóór 1849)
-
-'pragmatisch' liberaal (vanaf 1849)
-
-attaché legatie te Constantinopel, vanaf 1822
-
-buitengewoon lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 5 augustus 1840 tot 5 september 1840 (voor Holland)
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 18 oktober 1842 tot 13 februari 1849 (voor Zuid-Holland)
-
-voorzitter Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 21 oktober 1847 tot 13 februari 1849
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 13 februari 1849 tot 20 augustus 1850 (voor het kiesdistrict 's-Gravenhage)
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 7 oktober 1850 tot 26 april 1853 (voor het kiesdistrict 's-Gravenhage)
-
-voorzitter Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 21 februari 1851 tot 17 september 1852
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 14 juni 1853 tot 22 augustus 1855 (voor het kiesdistrict 's-Gravenhage)
-
-voorzitter Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 20 juni 1853 tot 22 augustus 1855
-
-Commissaris des Konings in Noord-Holland, van 1 oktober 1855 tot 1 mei 1860 (benoemd bij K.B. van 4 augustus 1855)
-
-lid Eerste Kamer der Staten-Generaal, van 14 december 1860 tot 1 november 1866 (voor Noord-Holland)
ambtstitel
-
-minister van staat, van 1 mei 1860 tot 24 augustus 1883
-
-lid Ridderschap van Holland, vanaf 1824
-
-lid bestuur polder Velzerbroek
afgeleide functies, presidia etc.
-
-voorzitter Centrale Afdeling (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 21 oktober 1847 tot 13 februari 1849
-
-lid Centrale Afdeling (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 14 februari 1849 tot april 1849
-
-lid Centrale Afdeling (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van februari 1850 tot september 1850
-
-lid Gemengde Commissie voor de Stenographie (namens de Tweede Kamer), van maart 1850 tot september 1850
-
-voorzitter Centrale Afdeling (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 21 februari 1851 tot 17 september 1852
-
-voorzitter Commissie voor Huishoudelijke aangelegenheden (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 21 februari 1851 tot 17 september 1852
-
-lid Centrale Afdeling (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van september 1852 tot november 1852
-
-voorzitter Centrale Afdeling (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 20 juni 1853 tot 22 augustus 1855
-
-voorzitter Commissie voor Huishoudelijke aangelegenheden (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 20 juni 1853 tot 22 augustus 1855
-
-lid Centrale Afdeling (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van januari 1863 tot april 1863
-
-lid Centrale Afdeling (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van juni 1863 tot september 1863
-
-lid Centrale Afdeling (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van april 1864 tot september 1864
-
-lid Centrale Afdeling (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van december 1864 tot mei 1865
-
-lid Centrale Afdeling (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van juni 1865 tot augustus 1865
-
-lid Centrale Afdeling (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van april 1866 tot juni 1866
-
-rechten, Atheneum Illustre te Amsterdam, van 1817 tot 1819
-
-letteren (niet voltooid), Hogeschool te Utrecht, 1819
-
-Romeins en hedendaags recht (gepromoveerd op dissertatie), Hogeschool te Leiden, van 5 oktober 1819 tot 9 juni 1823
-
-Behoorde in 1844 tot de 28 leden die vóór het ontwerp-Adres van Antwoord stemden, waarin werd aangedrongen op grondwetsherziening
-
-Behoorde in 1845 tot de 24 leden die tegen het wetsvoorstel over het tarief voor in-, uit- en doorvoerde stemden. Het wetsvoorstel werd met 31 tegen 24 stemmen aangenomen.
-
-Behoorde in 1845 tot de 19 leden die tegen hoofdstuk I van de begroting voor 1846 en 1847 stemden. De begroting werd met 37 tegen 19 stemmen aangenomen.
-
-Beantwoordde in 1845 de vraag of er vanuit de Tweede Kamer een voorstel tot Grondwetsherziening moest worden gedaan, met "ja"
-
-Behoorde in 1845 tot de meerderheid die tegen het wetsvoorstel inzake onteigening ten algemene nutte stemde. Het wetsvoorstel werd met 31 tegen 20 stemmen verworpen.
-
-Behoorde in 1847 tot de 23 leden die tegen hoofdstuk IV (Justitie) van de begroting voor 1848 en 1849 stemden. De begroting werd met 35 tegen 23 stemmen aangenomen.
-
-Behoorde in 1847 tot de meerderheid die tegen het wetsvoorstel over het stemrecht in steden en op het platteland stemde. Het wetsvoorstel werd met 31 tegen 27 stemmen verworpen.
-
-Stemde in 1848 tegen hoofdstuk IX (over de waterstaat) van de nieuwe Grondwet
-
-Interpelleerde in 1849 minister Lightenvelt over de toetreding van Limburg tot de Duitse Bond
-
-Behoorde in 1863 tot de zeven leden die tegen het wetsontwerp tot regeling van het middelbaar onderwijs stemden
In de uitgebreide versie is een overzicht van opvallend stemgedrag opgenomen.
algemeen-
-Werd in 1846 als tweede op de voordracht voor het Tweede Kamervoorzitterschap geplaatst
-
-Werd door op 13 maart 1848 koning Willem II ontboden om het oordeel van de Tweede Kamer te vernemen over een herziening van de Grondwet
-
-Bood in september 1848, na de verdubbeling van het ledental vanwege de tweede lezing van de grondwetsherziening, zijn ontslag aan als Tweede Kamervoorzitter. Na aanvankelijke weigering verleende de koning hem dat. Op 19 september 1848 plaatste de Tweede Kamer hem met 74 van de 105 stemmen als eerste op de voordracht voor het voorzitterschap, waarna hij opnieuw werd benoemd.
-
-Versloeg op 18 februari 1851 bij het opmaken van de voordracht voor het Tweede Kamervoorzitterschap B. Wichers. Hij kreeg in de tweede stemmingsronde 26 stemmen, tegen 24 voor Wichers.
-
-Nam in november 1866 ontslag als Eerste Kamerlid "Bij het klimmen mijner jaren"
uit de privésfeer
-
-Zijn vader was commissaris te Amsterdam (1792), schepen van Amsterdam (1794) en lid van Provinciale Staten van Holland (1814-1820). Hij was in 1814 benoemd tot lid van de Notabelenvergadering, maar verscheen niet.
verkiezingen
-
-Versloeg in 1848 in het district 's-Gravenhage I D. Donker Curtius (lib.)
-
-Werd bij de algemene verkiezingen in 1850 in de eerste stemmingsronde gekozen. Versloeg Ae. baron Mackay (a.r), E. van der Oudermeulen en P.C. Schooneveld.
-
-Werd in 1853 in de eerste stemmingsronde gekozen. Versloeg J.P.P. baron van Zuylen van Nijevelt, P.Ph. van Bosse, G. Groen van Prinsterer en G.L. Baud.
-
-Werd in 1860 bij een tussentijds verkiezing van een Eerste Kamerlid in Provinciale Staten van Zuid-Holland met 45 van de 63 stemmen gekozen
-
-Werd in 1862 bij de periodieke verkiezing van Eerste Kamerleden in Provinciale Staten van Noord-Holland met 59 van de 63 stemmen herkozen
niet-aanvaarde politieke functies
-
-minister van Buitenlandse Zaken, oktober 1852 (geweigerd)
-
-minister van Buitenlandse Zaken, juni 1856 (geweigerd)
-
-minister van Buitenlandse Zaken, maart 1858 (geweigerd)
-
-Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek, deel IX, 83
-
-C. de Ru, "Jhr.mr. W. Boreel van Hogelanden, lid en voorzitter Tweede Kamer", in: Tijdschrift voor Geschiedenis 60 (1947) 156-186
Biografisch Woordenboek(en)
biografie opgenomen in het Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek
In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.
Speciaal voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn de biografieën van alle kansrijke (volgens de peilingen) kandidaten in uitgebreide vorm raadpleegbaar op parlement.com.
Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:
In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.
Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.
De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.