Mr. W. (Wim) Aantjes

Foto Mr. W. (Wim) Aantjes
Met dank overgenomen van Parlement.com.

Bevlogen christendemocratisch politicus. Was afkomstig uit een hervormd-gereformeerd milieu uit de Alblasserwaard en behoorde aanvankelijk tot de rechtervleugel van de ARP. Als voorman van de bouwondernemers woordvoerder volkshuisvesting en daarnaast woordvoerder PTT-zaken. Werd in 1971 na de vorming van het kabinet-Biesheuvel1 fractievoorzitter, maar schoof op naar links en bevorderde de komst van het kabinet-Den Uyl2. Stond aarzelend tegenover de vorming van het CDA, omdat hij vreesde dat de (progressieve) evangelische grondslag niet verzekerd was. Behoorde als fractieleider ten tijde van het eerste kabinet-Van Agt3 tot de loyalisten4. Trad af als Kamerlid vanwege onthullingen over zijn oorlogsverleden. Werd later grotendeels gerehabiliteerd toen erkend werd dat zijn versie van dat verleden juist was geweest.

ARP, CDA
functie(s) in de periode 1959-1978: lid Tweede Kamer, fractievoorzitter TK

Inhoudsopgave

  1. Personalia
  2. Partij/stroming
  3. Hoofdfuncties/beroepen
  4. Partijpolitieke functies
  5. Nevenfuncties
  6. Opleiding
  7. Activiteiten
  8. Wetenswaardigheden
  9. Publicaties van/over
  10. Familie/gezin
  11. Uitgebreide versie

1.

Personalia

voornamen (roepnaam)
Willem (Wim)

geboorteplaats en -datum
Bleskensgraaf (gem. Bleskensgraaf en Hofwegen), 16 januari 1923

overlijdensplaats en -datum
Utrecht, 22 oktober 2015

2.

Partij/stroming

partij(en)
  • - 
    ARP (Anti-Revolutionaire Partij), tot 11 oktober 1980
  • - 
    CDA (Christen-Democratisch Appèl), vanaf 11 oktober 1980

3.

Hoofdfuncties/beroepen

  • - 
    reserve lokale kracht PTT te Dordrecht, van 8 februari 1940 tot 1 juli 1943
  • - 
    (hulp)besteller PTT te Dordrecht, van 1 juli 1943 tot 19 juli 1943
  • - 
    PTT-ambtenaar te Güstrow (Dld.), van juli 1943 tot oktober 1944
  • - 
    juridisch medewerker NCAB (Nederlandse Christelijke Aannemers- en Bouwvakpatroonsbond), van 1952 tot januari 1953
  • - 
    adjunct-secretaris NCAB (Nederlandse Christelijke Aannemers- en Bouwvakpatroonsbond), van januari 1953 tot 1 januari 1959
  • - 
    algemeen secretaris NCAB (Nederlandse Christelijke Aannemers- en Bouwvakpatroonsbond), van 1 januari 1959 tot 1 januari 1969 (vanaf mei 1959 in deeltijd)
  • - 
    lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 26 mei 1959 tot 7 november 1978
  • - 
    waarnemend fractievoorzitter ARP Tweede Kamer der Staten Generaal, van 22 juni 1971 tot 3 augustus 1971
  • - 
    fractievoorzitter ARP Tweede Kamer der Staten Generaal, van 3 augustus 1971 tot 30 november 1972
  • - 
    fractievoorzitter ARP Tweede kamer der Staten-Generaal, van 7 maart 1973 tot 25 mei 1977
  • - 
    fractievoorzitter CDA Tweede Kamer der Staten-generaal, van 20 december 1977 tot 7 november 1978
  • - 
    ambteloos, vanaf 7 november 1978

gevangenschap/internering
gevangene, kamp "Port Natal" bij Assen, van oktober 1944 tot mei 1945

4.

Partijpolitieke functies

overzicht (10/16)
  • - 
    vicefractievoorzitter ARP Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 30 november 1972 tot 7 maart 1973
  • - 
    lid formatieteam ARP, van 30 november 1972 tot mei 1973
  • - 
    politiek leider ARP, van 7 maart 1973 tot 25 mei 1977
  • - 
    roulerend voorzitter gezamenlijke Tweede Kamerfractie van ARP, CHU en KVP, van september 1975 tot mei 1977 (met Andriessen en Kruisinga)
  • - 
    vicefractievoorzitter CDA Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 26 mei 1977 tot 19 december 1977
  • - 
    lid commissie CDA-verkiezingsprogramma 1981, van 16 oktober 1979 tot augustus 1980
  • - 
    lid commissie buitenland CDA, omstreeks oktober 1986
  • - 
    lid Stichtingsraad Wetenschappelijk Instituut voor het CDA
  • - 
    docent kaderschool CDA
  • - 
    lid bestuur Wetenschappelijk Instituut voor het CDA, vanaf september 1994

In de uitgebreide versie is een overzicht van partijpolitieke functies opgenomen.

5.

Nevenfuncties

  • - 
    voorzitter Calvinistische Studentenbeweging, van 1950 tot 1952
  • - 
    ouderling Nederlandse Hervormde Gemeente te Utrecht
  • - 
    voorzitter Gereformeerde Bond tot verbreiding en verdediging der Waarheid in de Nederlandse Hervormde (Gereformeerde) Kerk te Utrecht
  • - 
    lid redactie "Patrimonium", Christelijk Sociaal Orgaan, van 5 januari 1956 tot 2 juni 1969
  • - 
    lid bestuur Internationaal Gereformeerd Verbond, afdeling Nederland, vanaf juli 1956
  • - 
    plaatsvervangend lid Raad van Beroep te Utrecht
  • - 
    voorzitter Raad van Toezicht psychiatrisch ziekenhuis "Zon en Schild" te Amersfoort, van 1964 tot januari 1994
  • - 
    algemeen adviseur NVOB (Nederlands Verbond Ondernemers Bouwnijverheid), vanaf 1 januari 1969
  • - 
    voorzitter psychiatrisch ziekenhuis "Hebron" te Amersfoort
  • - 
    lid dagelijks bestuur Vereniging Nederlands Hervormde Stichtingen voor Zenuw- en Geesteszieken
  • - 
    voorzitter PTT-raad, van 1 juli 1969 tot 1 januari 1989
  • - 
    lid bestuur Stichting Bouwvoorlichting Midden-Holland
  • - 
    voorzitter Kampeerraad, van 8 juli 1982 tot 1 januari 1988
  • - 
    voorzitter-lid voorlopige Adviesraad voor de Openluchtrecreatie, van 1 januari 1988 tot 1 januari 1995
  • - 
    lid Raad voor de Volkshuisvesting, van september 1988 tot april 1990
  • - 
    vicevoorziter Raad voor de Volkshuisvesting, van april 1990 tot 1993
  • - 
    voorzitter Stichting "Blaucapel" kerk voor onderwegdiensten
  • - 
    onderzoeker t.b.v. de gemeente Utrecht inzake het referendum
  • - 
    voorzitter patiëntenklachtencommissie psychiatrisch ziekenhuis

afgeleide functies, presidia etc.
  • - 
    voorzitter vaste commissie voor Bezitsvorming en Publiekrechtelijke Bedrijfsorganisatie (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 4 oktober 1962 tot 22 februari 1967
  • - 
    ondervoorzitter vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 2 oktober 1963 tot 29 september 1971
  • - 
    ondervoorzitter bijzondere commissie voor het wetsontwerp Aanvulling van de Wet op de bedrijfsorganisatie (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 29 april 1964 tot februari 1965
  • - 
    lid Commissie voor Huishoudelijke aangelegenheden (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 18 mei 1965 tot 20 september 1966
  • - 
    lid Presidium (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 21 september 1966 tot 21 september 1971 (derde ondervoorzitter)
  • - 
    voorzitter bijzondere commissie voor het wetsvoorstel goedkeuring onteigening t.b.v. het centrale belastinggebouw te Amsterdam (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van december 1966 tot februari 1968
  • - 
    voorzitter vaste commissie voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 1 maart 1967 tot 8 juni 1977
  • - 
    voorzitter bijzondere commissie voor de ontwerp-Deltaschadewet (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 11 februari 1969 tot augustus 1970
  • - 
    voorzitter werkgroep openbaarheid (Tweede Kamer der Staten-Generaal), 1970 (ingesteld door het Presidium)
  • - 
    voorzitter commissie onderzoek huisvesting Tweede Kamer (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 9 maart 1971 tot 1976
  • - 
    lid Raadgevende Interparlementaire Beneluxraad, omstreeks 1973
  • - 
    lid Raadgevende Vergadering van de Raad van Europa en West-Europese Unie, van 14 mei 1973 tot 1 september 1973
  • - 
    lid parlementaire delegatie naar Indonesië, van 2 september 1974 tot 8 september 1974

6.

Opleiding

voortgezet onderwijs
  • - 
    Prot.-Chr. MULO-school "Da Costa" te Sliedrecht, van september 1935 tot juni 1936
  • - 
    Chr. "Marnix Gymnasium" te Rotterdam, van september 1936 tot mei 1942

academische studie
  • - 
    Nederlands recht, Rijksuniversiteit Utrecht, van 10 september 1945 tot 10 juli 1952

7.

Activiteiten

als parlementariër
  • - 
    Was woordvoerder PTT-aangelegenheden van de ARP-fractie en tot 1962 tevens woordvoerder visserij. Hield zich daarna vanaf 1961 ook bezig met bezitsvorming en (in 1961-1965) met kernenergie.
  • - 
    Was vanaf 1963 woordvoerder verkeer en waterstaat en werd in 1964 eerste woordvoerder volkshuisvesting en ruimtelijke ordening. Hij bleef tot 1977 lid van de vaste commissie voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening.
  • - 
    Hield zich vanaf 1973 tevens bezig met buitenlandse zaken
  • - 
    Interpelleerde op 27 november 1974 minister Van der Stoel over het Nederlandse stemgedrag in de Verenigde Naties bij een resolutie over het Palestijnse zelfbeschikkingsrecht

opvallend stemgedrag (2/7)
  • - 
    Behoorde in 1975 met Van Dam, Van Leeuwen, Schakel en Roolvink tot minderheid van zijn fractie die tegen een (aangenomen) motie-Ter Beek stemde over het aan leverantie van reactorvaten aan Zuid-Afrika verbinden van de voorwaarde dat dit land zou toetreden tot het non-proliferatieverdrag
  • - 
    Behoorde in 1976 met Beumer en Van Houwelingen tot de minderheid van zijn fractie die vóór een motie-Koningh stemde over het autovrij maken van het Binnenhof

In de uitgebreide versie is een overzicht van opvallend stemgedrag opgenomen.

8.

Wetenswaardigheden

algemeen (5/17)
  • - 
    Behoorde tot de zogenaamde "loyalisten" tijdens het eerste kabinet-Van Agt, die zich tegen het met de VVD gesloten regeerakkoord keerden, maar wel bereid waren het kabinet te gedogen. Verklaarde dat hij zich "niet gebonden", maar wel "verbonden" voelde met het nieuwe kabinet.
  • - 
    Nam ontslag als lid van de Tweede Kamer na het verschijnen van een rapport van het RIOD over zijn oorlogsverleden
  • - 
    Het eerste kabinet-Van Agt liet een commissie van drie onder leiding van prof. Enschedé nader onderzoek instellen naar de bevindingen van het RIOD. Hieruit bleek dat de door Aantjes zelf gegeven lezing van zijn oorlogsverleden juist was. Het RIOD had onder meer ten onrechte geconcludeerd dat hij als bewaker was opgetreden in Port Natal, dat hij lid was geweest van de Waffen SS, dat hij het Nederlanderschap had verloren en dat hij er zelf voor had gekozen om in Duitsland te gaan werken.
  • - 
    Het kabinet trachtte nadien tevergeefs hem te benoemen in een belangrijke functie (onder andere lid van de Raad van State en voorzitter van de Omroepraad). Uiteindelijk werd hij voorzitter van de Kampeerraad.
  • - 
    Kwam in 1992 in conflict met zijn partij over de betaling van zijn contributie. Hij weigerde te betalen, omdat reiskosten die hij gemaakt had voor het CDA niet aan hem terugbetaald waren. Na bemiddeling van het landelijk bestuur werd dit royement ongedaan gemaakt.

uit de privésfeer (5/10)
  • - 
    Was in Utrecht studie- en dispuutgenoot van Job de Ruiter
  • - 
    Was in 1964 enige tijd uitgeschakeld door een zenuwinzinking
  • - 
    Op 16 januari 2008, de dag waarop hij 85 jaar werd, werd in zijn geboorteplaats Bleskensgraaf een borstbeeld van hem onthuld
  • - 
    Zijn vader was voor hij burgemeester werd wethouder van Bleskensgraaf
  • - 
    Zijn broer Jan was burgemeester van respectievelijk Brakel (1960-1966), Oud-Beijerland (1966-1975) en Bussum (1975-1985)

anekdotes en citaten
  • - 
    Van hem (en niet zoals soms wordt gedacht van Boersma) was de uitspraak: de VVD is de partij van de drie H's: halen, hebben en houden
  • - 
    Zei op het CDA-congres in 1975, waarop hij zich sterk maakte voor evangelisch geïnspireerde politiek onder meer: "Geen plaats voor christelijke politiek? De wereld hunkert naar christelijke politiek. Een politiek die spreekt voor die geen stem hebben; die handelt voor wie geen handen hebben; die een weg baant voor wie geen voeten hebben; die helpt voor wie geen helper hebben."

verkiezingen
  • - 
    In 1967 nummer 3 op de ARP-kandidatenlijst bij de Tweede Kamerverkiezingen
  • - 
    In 1971 en 1972 nummer 2 op de ARP-kandidatenlijst bij de Tweede Kamerverkiezingen
  • - 
    Was in 1977 bij de Tweede Kamerverkiezingen nummer 2 op de CDA-kandidatenlijst en eerste ARP-kandidaat

niet-aanvaarde politieke functies
  • - 
    minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, april 1967
  • - 
    Commissaris van de Koningin in Zeeland, 1974 (geweigerd)
  • - 
    minister van Justitie, november 1977 (wilde volgens eigen zeggen greep houden op verdere ontwikkeling van het CDA)
  • - 
    lid Tweede Kamer, 13 juli 1979

U ziet een selectie van wetenswaardigheden. In de uitgebreide versie is een overzicht van wetenswaardigheden opgenomen.

9.

Publicaties van/over

literatuur/documentatie
  • - 
    R. Vermaas, "Willem Aantjes" (1977)
  • - 
    Rapport van de bijzondere Kamercommissie van onderzoek naar kennis omtrent gedragingen van mr. W. Aantjes tijdens de Tweede Wereldoorlog, (Den Haag, 1971) Handelingen Tweede Kamer, 1978-1979, Bijlage 15.626
  • - 
    N. van Nieuwenhuysen, "...van bijkomstig belang": Nieuwe gegevens rond het oorlogsverleden van mr. W. Aantjes, (Meppel, 1981)
  • - 
    R. Bouwman, Een zwarte bladzij met witte plekken: De bevindingen van de Commissie van Drie en de bijzondere Kamercommissie-Patijn in het licht van nieuwe gegevens omtrent de zaak-Aantjes, (z.p., 1992)
  • - 
    R. Bouwman, "De val van een bergredenaar. Het politieke leven van Willem Aantjes" (dissertatie, 2002)
  • - 
    R. Lubbers en J. Schinkelshoek, "De Alblasserwaard was steeds dichtbij", in: Jaarboek Parlementaire Geschiedenis 2016, 117
  • - 
    F. van der Molen, "Wie is Wie in de Tweede Kamer?" (1970)

10.

Familie/gezin

In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.

11.

Uitgebreide versie

Speciaal voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn de biografieën van alle kansrijke (volgens de peilingen) kandidaten in uitgebreide vorm raadpleegbaar op parlement.com.

Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:

In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.

Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.

De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.


  • 1. 
    Dit kabinet kwam tot stand na de Tweede Kamerverkiezingen van 1971. De partijen die het voorgaande kabinet-De Jong hadden gevormd (KVP, CHU, ARP en VVD) verloren bij deze verkiezingen hun meerderheid. Met nieuwkomer DS'70 als vijfde regeringspartij kon het beleid van het vorige kabinet echter voortgezet worden. Minister-president Barend Biesheuvel was afkomstig uit de ARP.
     
  • 2. 
    Dit kabinet wordt beschouwd als het meest links-progressieve kabinet uit de parlementaire geschiedenis. Het kwam tot stand na de moeizame formatie die volgde op de verkiezingen van 1972 en was de opvolger van de kabinetten-Biesheuvel I en II. Het bestond uit bewindslieden van de PvdA, D'66, PPR, KVP en ARP onder leiding van PvdA'er Joop den Uyl.
     
  • 3. 
    Dit kabinet van CDA en VVD kwam na een lange formatieperiode tot stand, nadat vorming van een tweede kabinet-Den Uyl was mislukt. Hoewel de PvdA bij de verkiezingen van 1977 de grootste partij was geworden, werd CDA-leider Dries van Agt premier.
     
  • 4. 
    Met de Loyalisten werd een groep van zes, later zeven CDA-Tweede Kamerleden bedoeld, die het op 29 november 1977 tussen CDA en VVD gesloten regeerakkoord afwees, maar wel bereid was het te vormen kabinet-Van Agt I loyaal te steunen. De naam werd later ook breder gebruikt om de CDA-Kamerleden mee aan te duiden, die kritisch stonden tegenover het kabinet-Van Agt I.