Heeft Spanjes vooruitstrevende regering haar reddende engel gevonden? - Hoofdinhoud
Spanje moet komende maand naar de stembus om gewestelijke en gemeentelijke besturen te kiezen. De grote vraag is dan of de NieuwLinks partijen, die onmisbaar blijven om het coalitiekabinet van de socialistische premier Sanchez overeind te houden, zichzelf met hun onderlinge ruzies buitenspel zullen zetten.
De premier zit op hete kolen, terwijl de rechtse oppositie alvast trumpeteert dat zij het coalitiekabinet finaal gaat afbranden op 28 mei. Het resultaat van die kiesdag wordt nu al afgeschilderd als onfeilbare voorspelling voor de Kamerverkiezingen van eind dit jaar. De PP-conservatieven zien zichzelf vanaf 2024 alweer in het zadel zitten. (Dat kan alleen als ze zich in de armen van de extreem rechtse Vox-partij storten, maar dit willen ze niet erkennen). Daarentegen kan Sanchez zegevieren – áls vicepremier Yolanda Diaz met haar NieuwLinkse/ feministische partij “Sumar” op 28 mei uit de bus komt als zijn reddende engel.
De Spanjaarden merkten de nu 51-jarige politica pas op toen zij begin 2020 aantrad als minister van arbeidszaken; en ze “ontdekten” haar karakteristieke, innemende glimlach (maar ook haar keiharde kracht als onderhandelaar), toen zij een jaar later opeens de post van vice-premier moest overnemen van haar voorganger, de omstreden NieuwLinks leider Pablo Iglesias.
Sinds november 2021 staat “Yolanda” steevast bovenaan in de populariteit-peilingen. (Ook omdat zij minder afkeer uitlokt dan de overige namen op de lijst: álle Spaanse bewindslieden blijven onder de 50 procent steken). Terwijl vuilspuiterij en beledigingen het openbare leven in Spanje overschreeuwen, is de beleefde toon jegens andersdenkenden die deze vice-premier in haar debatten of media-optredens handhaaft, een hoog gewaardeerde verademing.
Zij typeert zichzelf in eén zin: “Politiek is onderhandelen om akkoorden te sluiten; niet een gevecht om je tegenstander de grond in te boren”. Dit neemt niet weg dat zij haar hele beroepsleven heeft bewezen dat ze de tegenpartij maandenlang weet te “belegeren” om een compromis-akkoord te bereiken. Haar sterke karakter bloeit op achter gesloten deuren: zij ziet weinig nut in publieke hoogstandjes.
Yolanda Diaz komt uit het vakbondsmilieu en sloot zich al jong aan bij de toen “euro-communistische” partij PCE. (Dus roepen rechtse leiders van de daken dat dit coalitiekabinet een communistisch en/of ”Venezolaans” schrikbewind voert.) Vorig jaar slaagde zij er in om naar Nederlands poldermodel de gezamenlijke steun van de werkgeversbond en de vakcentrales los te krijgen voor haar modernisering van de arbeidswet; miljoenen werknemers krijgen daardoor nu voor het eerst een vast contract bij hun bedrijf. PP en Vox noemen dit de nekslag voor de Spaanse economie. Ze beloven die nieuwe wet te schrappen, zodra ze aan de macht komen. (Intussen is het Spaanse minimumloon van 950 euro in 2020 opgetrokken naar 1080 euro in 2023, ditmaal onder protest van de werkgevers.)
Yolanda maakt lange werkuren (“ik slaap te weinig,” biecht zij op); de inrichting van haar kersverse partij “Sumar” kost veel energie. Die naam betekent “optellen” of “samenvoegen”. Zij hamert er op dat de vele organisaties/groepjes links van de socialistische regeringspartij gezamenlijk meer gewicht in de schaal zouden leggen. Dat is zo, beaamt iedereen; maar Pablo Iglesias voegt toe dat de hantering van dat grotere gewicht wél onder toezicht van zijn Podemos-partij hoort te staan. Voor “Podemos”, lees: Pablo; en voor “toezicht” lees: veto.
Yolanda kent Pablo al jaren, al van voordat hij de oprichter van Podemos werd. Samen hebben ze groen-linkse acties gevoerd, maar ook stevige discussies gehad. Zij zet in op haalbare resultaten, hij predikt revolutie en hanteert machtspolitiek. Aan het hoofd van Podemos haalde Pablo in 2016 en in 2019 Pedro Sanchez als kandidaat-premier onderuit in het parlement, zodat er voor de socialistische leider geen andere uitweg overbleef dan Pablo als coalitiepartner een brok regeringsmacht te geven.
Tweede viool spelen in een kabinet werd Pablo al gauw te min. Hij stapte uit de regering, maar liet zijn echtgenote achter om een oogje in het zeil te houden. (Zij bleef aan als minister voor Gelijkberechtiging). Tegelijk plaatste hij Yolanda op zijn post als vice-premier, zonder iemand inspraak op die beslissing te geven.
Dat werd in zoverre een misrekening, dat zij steeds minder met Pablo Iglesias, en steeds beter met Pedro Sanchez overweg kon. Een feit is dat zij zich onlangs liet ontvallen dat “Pablo steeds maar nijdig is op iets of iemand”. En een publiek geheim is dat premier Sanchez met groot plezier Podemos en Pablo als coalitiepartners zou inruilen voor Sumar en Yolanda.
In Spanje’s gepolariseerde politieke arena, met een verbrokkeld parlement, kan eind 2023 noch de socialistische PSOE van Sanchez, noch de PP op eigen kracht winnen. Wel kan Sanchez verliezen via een motie van wantrouwen, áls de PP genoeg andere partijfracties voor haar premier-kandidaat kon strikken. Maar dat lijkt een onhaalbare kaart, en in dat geval zou Sanchez aanblijven als demissionair premier.
Opiniepeilingen voor 28 mei geven de PP een –onvoldoende– voorsprong van 2 procent op de PSOE. Belangrijker is dat Sumar hoger scoort dan Podemos (9,7 tegenover 6,3 procent). Let wel, het Spaanse kiessysteem straft zo’n versplintering (meerdere partijtjes voor hetzelfde soort kiezers) af met minder Kamerzetels. Alleen als het Yolanda eind 2023 lukt om bijna alle NieuwLinks/ feministische groepen op één kieslijst te krijgen, heeft Spanjes vooruitstrevende regering haar reddende engel gevonden.
Robbert Bosschart is specialist in de Spaanse politiek. Hij was jarenlang NOS-correspondent in dat land en heeft verschillende boeken uitgebracht over Spanje. Ook voor het Montesquieu Instituut heeft hij meerdere malen geschreven over de Spaanse politiek.
Meer over ...