Staatscommissie rechtsstaat

De staatscommissie rechtsstaat (commissie-Kummeling) werd in november 2022 ingesteld door het kabinet-Rutte IV1 om onderzoek te doen naar het functioneren van, en de onderlinge samenhang tussen de wetgevende, rechtsprekende en uitvoerende macht. Het werk van de staatscommissie moet bijdragen aan het voorkomen dat burgers verstrikt raken in het web van de drie machten. De commissie bracht op 10 juni 2024 verslag uit.

De toeslagenaffaire en analyses die daarover verschenen zijn, vormden de directe aanleiding voor de oprichting van de commissie. Uit een rapport over deze affaire volgde dat de grondbeginselen van de rechtsstaat tijdens deze affaire geschonden zijn.

Aan de hand van haar analyse doet de commissie voorstellen voor versterking van de rechtsstaat. Het kabinet heeft de commissie gevraagd met name aandacht te besteden aan hoe burgers beter beschermd kunnen worden tegen onvoorziene en negatieve gevolgen van overheidsbeleid.

Inhoudsopgave

  1. Aanleiding
  2. Samenstelling
  3. Opdracht
  4. Aanbevelingen
  5. Meer informatie

1.

Aanleiding

Het rapport 'Ongekend Onrecht' over de toeslagenaffaire, dat gepubliceerd werd in december 2020, vormt de aanleiding voor de oprichting van de commissie. Het rapport concludeerde dat de affaire het gevolg was van een langere reeks verhardingen binnen het fraudebeleid. Het ministerie van Financiën zou een te harde 'alles of niets' aanpak hebben gehanteerd en het ministerie van Sociale Zaken kreeg het verwijt dat het niet oplettend genoeg was geweest. Er was ook kritiek op de rechtspraak en de Raad van State die burgerrechten in deze affaire onvoldoende zouden hebben beschermd. 'Ongekend onrecht' wees in het kort op een schending van de grondbeginselen van de rechtsstaat.

Als reactie op het rapport dienden Pieter Omtzigt (groep-Omtzigt) en Chris van Dam (CDA) in januari 2021 een motie in om een staatscommissie in het leven te roepen om het functioneren van de rechtsstaat te onderzoeken. Met steun van de fracties van PvdA, Krol, GroenLinks, 50PLUS, Van Kooten-Arissen, DENK, D66, SGP, CDA, ChristenUnie, PVV en DENK werd deze motie in de Tweede Kamer aangenomen. Dit leidde tot de instelling van de staatscommissie rechtsstaat in november 2022.

2.

Samenstelling

Voorzitter van de commissie was hoogleraar vergelijkend constitutioneel recht aan Universiteit Utrecht Henk Kummeling.

Leden:

 

naam

functie(s)

prof.dr. Henk Kummeling

(voorzitter)

rector magnificus en hoogleraar vergelijkend constitutioneel recht in Utrecht

Eva González Pérez

advocate

Corissa Abdoeljamil

registermediator en negotiator

prof.dr. Kutsal Yesilkagit

hoogleraar International Governance in Leiden

Ernst Numann

jurist en oud-vicepresident van de Hoge Raad

drs. Kees Vendrik2

econoom en oud-Tweede en Eerste Kamerlid

Fatma Çapkurt

promovenda verbonden aan afdeling Staats- en bestuursrecht in Leiden

dr. Diantha Vliet

assistent-professor departement media en cultuurwetenschappen in Utrecht

prof.dr. Marc Hertogh

hoogleraar Rechtssociologie

3.

Opdracht

Op 27 september 2022 zijn de Eerste Kamercommissies voor Justitie en Veiligheid en voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van de Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koning akkoord gegaan met de conceptopdracht voor de staatscommissie rechtsstaat. De staatscommissie moet de regering adviseren over mogelijke verbeteringen met betrekking tot de rechtsstaat en de verhoudingen tussen de staatsmachten. Dit zal moeten leiden tot de bescherming van burgers tegen negatieve en onvoorziene gevolgen van beslissingen van de staat en tot een versterking van hun positie in de Nederlandse rechtsstaat.

In haar analyse dient de commissie in het bijzonder aandacht te besteden aan:

  • - 
    mogelijke verbeteringen van de toegankelijkheid van de staatsmachten.
  • - 
    mogelijke verbeteringen van de informatie-uitwisseling tussen staatsmachten, zodat deze beter hun rol kunnen vervullen.
  • - 
    manieren waarop met concrete maatregelen invulling gegeven kan worden aan het mechanisme van een rechtsagenda.
  • Conceptopdracht staatscommissie rechtsstaat

4.

Aanbevelingen

Naar aanleiding van het onderzoek kwam de staatscommissie rechtsstaat met de volgende aanbevelingen:

  • - 
    De rechtsstaat vraagt om permanent onderhoud en daar is geld voor nodig. Dat kan niet zonder financiële investeringen.
  • - 
    Er moet een Planbureau voor de rechtsstaat komen, een onafhankelijk instituut dat onderzoek doet en ontwikkelingen analyseert.
  • - 
    De principes van de rechtsstaat moet beter en actief worden uitgedragen. In het parlement moet jaarlijks een Staat van de rechtsstaat worden gehouden op basis van rapportage van het Planbureau voor de rechtsstaat.
  • - 
    De integriteit van politici, ambtsdragers en rechters mag niet aan twijfel onderhevig zijn. Alle nevenfuncties moeten openbaar zijn.
  • - 
    Ambtenaren moeten over een rechtsstatelijk kompas beschikken. Zij leggen een eed af op de Grondwet en krijgen trainingen over hun rol in de rechtsstaat.
  • - 
    Uitvoeringsorganisaties moeten de mogelijkheid krijgen een rode kaart te trekken als zij beleid onuitvoerbaar vinden. Het parlement moet de aandacht voor de uitvoering versterken. Het burgerperspectief moet daarin meer aandacht krijgen.
  • - 
    Zorg voor beter contact tussen burger en overheid. Burgers dienen bij vormgeving van beleid te worden betrokken. Toegang tot informatie moet laagdrempelig zijn. Maak regels niet te ingewikkeld.
  • - 
    Afschaffing van het verbod wetgeving aan de Grondwet te toetsen.
  • - 
    Er dient langdurige prioriteit te zijn voor vereenvoudiging van regelingen voor bestaanszekerheid. Gebruik daarbij ervaringsdeskundigheid.
  • - 
    Er moeten algemene regels komen voor gegevensdeling tussen overheidsorganisaties.
  • - 
    Er dient te worden geïnvesteerd in rechtsbescherming. De drempel om toegang te krijgen tot recht moet lager worden.
  • - 
    Inspraakprocedures en procedures voor bezwaarschriften mogen geen wassen neus blijken te zijn. Conflictoplossing moet centraal staan, ook in de bezwaarfase.
  • - 
    Toets als bestuursrechter ook aan rechtsbeginselen. De toetsing aan het recht moet breder worden.

5.

Meer informatie

  • Grondwetscommissies3
  • Trias politica: machtenscheiding en machtenspreiding4
  • Rechtsstaat5
 

  • 1. 
    Dit kabinet van VVD, D66, CDA en ChristenUnie kwam na de langste formatie sinds de Tweede Wereldoorlog tot stand. Negen maanden na de verkiezingen van 17 maart 2021 en bijna een jaar na de ontslagneming van het kabinet-Rutte III stond er een nieuw kabinet op het bordes. Premier Mark Rutte leidde voor de vierde keer een kabinet.
     
  • 2. 
    Kees Vendrik (1963) was in de periode 1998-2010 was hij Tweede Kamerlid, in 2011-2017 lid van de Algemene Rekenkamer en in de jaren 2019-2022 lid van de GroenLinks-Eerste Kamerfractie. Als Tweede Kamerlid was hij woordvoerder op het gebied van milieu, zorg, hoger onderwijs en energiebeleid en ook geruime tijd financieel-economisch woordvoerder. Voor hij Tweede Kamerlid werd, was de heer Vendrik medewerker van de Kamerfracties van PSP en GroenLinks en chef-programmering bij politiek-cultureel centrum 'De Balie'. Van april 2017 tot juli 2022 was hij hoofdeconoom bij de Triodos Bank. Als Eerste Kamerlid hield hij zich bezig met financieel-economische onderwerpen. Sinds 3 november 2022 is de heer Vendrik voorzitter van het platform voor maatschappelijk dialoog en reflectie klimaatbeleid.
     
  • 3. 
    Een grondwetscommissie houdt zich bezig met mogelijke Grondwetsherzieningen. Vaak is een grondwetscommissie een staatscommissie: een niet-permanent adviesorgaan dat bij koninklijk besluit wordt ingesteld door de regering.
     
  • 4. 
    De ideeën van de Franse filosoof Montesquieu over de Trias Politica hebben internationaal grote invloed op de staatsinrichting gehad. Hij beschreef deze ideeën in zijn boek De l'esprit des lois ('Over de geest van de wetten') uit 1748.
     
  • 5. 
    Een rechtsstaat is een staatsvorm waarin wederzijdse rechten en plichten van burgers en overheid zijn vastgelegd in wetten. Daarbij wordt zo veel mogelijk uitgegaan van de eigen verantwoordelijkheid van burgers om zelf hun leven te kunnen inrichten, zonder daarbij anderen te schaden. Er is sprake van staatsmacht, maar die wordt beperkt door waarborgen tegen machtsmisbruik.