Voorstel van wet - Voorstel van wet van het lid Kröger tot wijziging van de Wet luchtvaart in verband met het opnemen van een verbod op nachtvluchten

Dit voorstel van wet i is onder nr. 2 toegevoegd aan wetsvoorstel 36056 - Initiatiefvoorstel Wijziging van de Wet luchtvaart in verband met het opnemen van een verbod op nachtvluchten i.

1.

Kerngegevens

Officiële titel Voorstel van wet van het lid Kröger tot wijziging van de Wet luchtvaart in verband met het opnemen van een verbod op nachtvluchten; Voorstel van wet (initiatiefvoorstel); Voorstel van wet
Document­datum 15-03-2022
Publicatie­datum 15-03-2022
Nummer KST360562
Kenmerk 36056, nr. 2
Externe link origineel bericht
Originele document in PDF

2.

Tekst

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2021

2022

36 056

Voorstel van wet van het lid Kröger tot wijziging van de Wet luchtvaart in verband met het opnemen van een verbod op nachtvluchten

Nr. 2

VOORSTEL VAN WET

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de nachtvluchten in Nederland af te bouwen en daarop een verbod in te voeren;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

In de Wet luchtvaart wordt na artikel 8.1a een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 8.1ab

  • 1. 
    Voor burgerluchtvaartuigen is het gebruik van een luchthaven in ieder geval gedurende de periode van 23.00 tot 06.00 uur plaatselijke tijd voor opstijgingen en gedurende de periode van 23.00 uur tot 06.00 uur plaatselijke tijd voor landingen verboden.
  • 2. 
    Het eerste lid geldt niet voor:
  • a. 
    luchtvaartuigen die in nood verkeren;
  • b. 
    luchtvaartuigen die ten behoeve van reddingsacties of hulpverlening worden ingezet;
  • c. 
    luchtvaartuigen die gebruikt worden ten behoeve van de Politie en Kustwacht; of
  • d. 
    spoedeisende vluchten voor het transport van zieken, gewonden, organen of medische hulpmiddelen.
  • 3. 
    Het eerste lid geldt niet voor het uitvoeren van een landing tussen 23.00 uur en 00.00 uur plaatselijke tijd door een burgerluchtvaartuig van een verkeersvlucht die volgens schema eerder dan 23.00 uur plaatselijke

kst-36056-2 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2022

tijd had moeten arriveren voor zover sprake is van een vertraging op de laatste luchthaven van vertrek of gedurende de uitvoering van de laatste vlucht volgens schema vanaf die luchthaven, veroorzaakt door:

  • a. 
    een technische storing van het burgerluchtvaartuig, dan wel van de luchtvaarttechnische gronduitrusting;
  • b. 
    extreme meteorologische omstandigheden; of
  • c. 
    het onverwacht toekennen van een later ATC-slot dan gepland op de luchthaven van vertrek.
  • 4. 
    Het eerste lid geldt niet voor het uitvoeren van een start tussen 23.00 uur en 00.00 uur plaatselijke tijd door een burgerluchtvaartuig van een verkeersvlucht die volgens schema eerder dan 23.00 uur plaatselijke tijd had moeten vertrekken, voor zover sprake is van een vertraging voor vertrek op luchthaven van vertrek veroorzaakt door:
  • a. 
    een technische storing van het luchtvaartuig, dan wel van de luchtvaarttechnische gronduitrusting;
  • b. 
    extreme meteorologische omstandigheden; of
  • c. 
    het onverwacht toekennen van een later ATC-slot dan gepland op de luchthaven van bestemming waardoor de vlucht bij een vertrek vóór 23.00 uur plaatselijke tijd kunstmatig lang zou worden.
  • 5. 
    De Minister van Infrastructuur en Waterstaat kan een vrijstelling of ontheffing verlenen van het verbod, bedoeld in het eerste lid, indien er sprake is van zeer uitzonderlijke omstandigheden. Aan de vrijstelling of ontheffing kunnen voorschriften worden verbonden. De vrijstelling of ontheffing kan onder beperkingen worden verleend.

ARTIKEL II

Deze wet treedt in werking met ingang van de eerste dag van het vijfde jaar na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,

Tweede Kamer, vergaderjaar 2021-2022, 36 056, nr. 2 2


 
 
 

3.

Meer informatie

 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.