We zijn vergeten dat we allemaal kleine krabbelaars en struikelende stuntelaars zijn - Hoofdinhoud
Als de overheid niet onderworpen is aan het recht, dan is er geen verschil meer met een roversbende, schreef Augustinus ooit. De overheid kan een monster zijn. De overheid kan jarenlang en stelselmatig ouders vermalen met onmogelijke eisen, hoge terugvorderingen en beslaglegging. De overheid kan genadeloos zijn door zich doof te houden voor mensen die ten einde raad zijn. Inmiddels weten we dat onze bloedeigen Nederlandse overheid zich inderdaad heeft gedragen als een monster. En dat monster hebben wij zelf gebaard.
Bij verschrikkelijk onrecht moet er herstel en genoegdoening plaatsvinden, maar ook verantwoordelijkheid worden genomen. Onrecht is geen natuurtoestand, maar mensenwerk. Daarom was het aftreden van het kabinet afgelopen vrijdag de enige juiste beslissing na het onrecht dat ouders is aangedaan in de toeslagenaffaire. Als de democratische rechtsstaat over de hele linie - Tweede en Eerste Kamer, kabinetten, ambtenaren, Raad van State, uitvoeringsdiensten - zo faalt, dan kán dat niet zonder politieke consequenties blijven. Maar toch moeten we de schuldvraag niet te snel en te eenduidig beantwoorden.
De Kamer heeft ingestemd met een toeslagenstelsel dat bijna niet uit te voeren bleek. De hele Kamer was diep verontwaardigd - mede aangevuurd door schande sprekende journalisten en boe-roepende burgers - toen er fraude met toeslagen aan het licht kwam en eiste actie van het kabinet. Het kabinet Rutte-2 heeft van fraudebestrijding een speerpunt gemaakt. Gezagsgetrouwe ambtenaren zijn er mee aan de slag gegaan en waren daarbij afhankelijk van ICT-systemen die geen gezichten herkennen en alleen digitaal vinkjes zetten. In de toeslagenaffaire is de overheid zich als een monster gaan gedragen, maar wij zelf hebben dat monster gebaard.
Ook bij het huidige Coronabeleid openbaart zich een kwaal die veel dieper zit dan wij denken als we hoofdschuddend de krant lezen. Mark Rutte en Hugo de Jonge geven hun persconferenties voor een muur met de slogan ‘alleen samen krijgen we Corona onder controle’. Die slogan suggereert een maakbaarheid waarvan we inmiddels wel weten dat die alleen in de modellen van het RIVM zit. Maar ook in de soms venijnige en bijtende kritiek van collega’s als Jesse Klaver en Geert Wilders zit een sterke suggestie van maakbaarheid. Als Rutte en De Jonge nou maar naar hen hadden geluisterd dan was het helemaal in orde gekomen met dat testbeleid en die vaccinatiestrategie. Als iets misgaat is dat te wijten aan een minister die zo dom was niet naar Klaver en Wilders te luisteren.
Zelfs achter de complotachtige verdenkingen van sceptische mensen gaat een groot maakbaarheidsdenken schuil. Dat wat we nu zien en meemaken komt volgens hen voort uit het wilsbesluit van Bill Gates, de mensen van de Wereld Gezondheidsorganisatie, eigenaren van farmaceutische bedrijven of van machtsbeluste politici. Of in een andere variant is Corona ‘maar een griepje’ en kan het niet anders dan dat achter deze ‘pandemie’ en alle strenge maatregelen kwaadaardig menselijk besluiten schuilgaan.
Wat dit alles laat zien, is dat wij onszelf schromelijk overschatten in ons kunnen en ons denken dat we goden zijn. Maar ook dat we onszelf schromelijk onderschatten in ons eigen aandeel in de genadeloosheid en gebrokenheid. Wat we vergeten zijn, is dat we allemaal kleine krabbelaars, struikelende stuntelaars zijn. Als we ons dat allemaal zouden realiseren - zowel onze overheid als wij als gewone stervelingen - zouden we wel wat genadiger worden voor elkaar dan we nu vaak zijn.
In de eerste helft van de vorige eeuw kwamen anonieme alcoholisten voor het eerst bij elkaar en stelden ze twaalf stappen naar herstel op. Dat zijn nog steeds de uitgangspunten van de AA. Die beginnen met de erkenning van de verslaafden dat ze de controle over hun leven hebben verloren en afhankelijk zijn van een Ander om weer gezond te worden. Het is de aanvaarding van de eigen tekortkomingen én afhankelijkheid. Wat wij na de toeslagenaffaire en ook in deze verwarrende Coronatijd nodig hebben, is een culturele detox. We moeten afkicken van onze verslaving aan maakbaarheidsdenken, zonder daarna cynisch en onverschillig te worden. Laten we erkennen dat we allemaal falen, mensen zijn en daarom elkaar heel hard nodig hebben. Dat leert ons om weer genadig voor elkaar te worden, elkaar te helpen, te doen wat we kunnen, zonder van anderen het onmogelijke te eisen. En voorkomt hopelijk dat de overheid zich opnieuw als een roversbende gaat gedragen.
Deze column verscheen ook in het Nederlands Dagblad