CDA verwelkomt Europees plan voor productie en inkoop COVID-19 vaccin - Hoofdinhoud
De Europese Commissie presenteert vandaag haar Europese strategie voor de ontwikkeling, massaproductie en verdeling van een vaccin tegen corona. Onderdeel van het voorstel is om middels voorafgaande aankoopovereenkomsten met vaccinproducenten ervoor te zorgen dat voldoende vaccins in de EU worden geproduceerd. De Commissie zal namens alle lidstaten op basis van duidelijke criteria onderhandelen met afzonderlijke producenten van kansrijke kandidaat-vaccins. Via zulke aankoopovereenkomsten kunnen de lidstaten een vastgelegde hoeveelheid tegen een vaste prijs kopen zodra het vaccin beschikbaar is. Het Europees instrument voor noodhulp (ESI) zal worden gebruikt om dergelijke overeenkomsten vooraf te financieren.
CDA-Europarlementariër Esther de Lange is blij met het voorstel van de Europese Commissie. De Lange: “Het is goed dat de Europese Commissie het voorbeeld van de Inclusieve Vaccin Alliantie van minister De Jonge volgt. Door samen te werken profiteren we van schaalvoordelen en verkleinen we het financiële risico. Door onze krachten te bundelen zal het inzetten van een vaccin sneller, efficiënter en betaalbaarder worden.” Wel wijst De Lange op het belang van snelheid: “Amerika en Azië hebben zich al ingekocht bij meerdere producenten. Het is nu belangrijk tempo te maken. De kopgroep van Nederland, Frankrijk, Duitsland en Italië heeft laten zien dat het kan - nu moet de Europese Commissie doorpakken.”
Tot slot wijst De Lange op de noodzaak om ervoor te zorgen dat vaccins niet alleen beschikbaar zijn in alle EU-landen, maar wereldwijd, met speciale aandacht voor ontwikkelingslanden. Daarnaast vraagt de urgente nood om de beschikbaarheid van vaccins ook om het versnellen van procedures, die nodig zijn bij het gebruik van nieuwe technieken of genetische modificatie. De Lange: “Indien die technieken nodig zijn voor de productie van grote aantallen vaccins of medicijnen dan kunnen we niet wachten op de maanden- of jarenlange deliberaties die we gewend zijn op het gebied van nieuwe technieken in de EU.”