Banden plakken - Hoofdinhoud
bijdrage aan het boekje “Verschillen Waarderen”, verschenen bij de start van het practoraat van dr. Birgit Pfeifer bij de Federatie Christelijk MBO
Een oud verhaal gaat over drie fietsenmakers aan wie gevraagd werd waar ze mee bezig waren. De eerste zeg dat hij de band van het wiel haalt zodat hij kan zien waar het gaatje zit. De tweede vertelt dat hij banden plakt zodat zijn klanten weer lekker kunnen fietsen. De derde zegt: ik ben op weg naar een betere wereld en onderweg plak ik af en toe een band. Drie perspectieven op dezelfde bezigheid. Drie manier van kijken die niet beter of slechter zijn maar alleen verschillen in hoe groot de horizon is. En drie manieren die alle gaan over waarden. De waarde van professionaliteit, de waarde van gerichtheid op de medemens, de waarde van een hoger ideaal als een betere wereld.
Ik moet mijzelf die vraag soms stellen als ik wakker wordt. Waar sta ik eigenlijk voor op? Is het voor de activiteiten die in mijn agenda staan en de klussen die gedaan moeten worden? Is het voor de mensen die van mij afhankelijk zijn en die ik iets goeds wil meegeven? Is het voor een groter doel zoals die betere wereld? Als ik die vraag stel, heb ik nog niet direct een antwoord. Vaak loopt het allemaal ook een beetje door elkaar. Maar het helpt wel om die vraag te stellen.
Zodra je over die waarden gaat nadenken, gaat het ook direct over de verschillende waarden die wij mensen onderling hebben. Als lid van de Eerste Kamer houd ik mij onder meer bezig met het onderwijs. En in de discussies die we daar hebben, draait het eigenlijk altijd om zo’n conflict tussen verschillende waarden. Bijvoorbeeld tussen vakkennis, persoonlijke ontplooiing en maatschappelijke verantwoordelijkheid. De een vindt dat scholen zich alleen om die vakkennis moeten bekommeren, de ander vindt dat het in het onderwijs om veel meer gaat. Bijvoorbeeld of je iedereen hetzelfde moet benaderen of dat je er rekening mee moet houden met de ongelijke kansen die we krijgen en dat je dus diegenen met minder kansen een extra steuntje in de rug moet geven.
Deze vragen naar de waarden die ons drijven zijn niet te beantwoorden met een technische of economische analyse. Ze gaan over hoe je ten diepste tegen het leven aankijkt. Ze gaan over de vraag waar je ’s morgens voor opstaat. Wat er werkelijk toe doet. En over hoe verschillend we daarin als mensen zijn. Wat voor de een geweldig belangrijk is, is voor de ander een bijzaak. En dus moet ons gesprek ook gaan over die waarden. In het onderwijs, in de beroepspraktijk en in de politiek moeten we het dus hebben over dat wat ons drijft. Natuurlijk niet de hele dag. Soms moeten er gewoon banden worden geplakt. Maar met enige regelmaat moet je jezelf en elkaar de vraag stellen: waar doen we dit eigenlijk voor?
Het geldt in veel beroepspraktijken. Alle regeltjes en protocollen die we gebruiken in de zorg bijvoorbeeld: waar doen we dat eigenlijk voor? Maakt dat echt de zorg beter? Zijn de cliënten gelukkiger en gezonder wanneer alles volgens het boekje gedaan is? Iedereen weet dat wat er echt toe doet, niet in die regeltjes te vangen is. Dat zit in de aandacht, die liefdevolle bejegening waarmee die zorg gegeven wordt. De goede docent is niet degene die keurig volgens het didactische boekje werkt maar degene die zichzelf er met ziel en zaligheid inlegt. En in beide gevallen gaat dat niet ten koste van de professionaliteit, de regels en de methodes. Het geheim is dat die professionaliteit tot leven komt als iemand daarin werkt vanuit de diepste waarden die bij zo’n vak horen en die bij die persoon horen.
Wij leven in een samenleving waar de verschillen tussen mensen veel zichtbaarder zijn dan vroeger. Op straat en op school, in het bedrijf en bij de sportvereniging kom je de hele wereld tegen. Soms kunnen we aan kleding en accessoires mensen indelen en denken we te weten wat voor type ze zijn en bij welke groep ze horen. Heel vaak weten we het ook niet want allerlei verschillen zijn onzichtbaar. Juist op het niveau van de waarden. De religieuze, culturele en politieke achtergronden van mensen kunnen we vaak niet zien. Wat hen drijft en waar ze voor opstaan, kunnen we niet van hun gezicht aflezen. Maar precies daar zijn we wel heel verschillend. Waar onze grootouders misschien nog in een wereld leefden waar iedereen ongeveer hetzelfde dacht en deed, daar zijn we nu allemaal anders.
Ik heb zelf als kind een paar jaar in Suriname gewoond. Onze buurkinderen waren van allerlei verschillende culturen. Ze vierden verschillende feesten, volgden verschillende leefregels, aten verschillende dingen (of juist niet omdat ze verboden waren). Soms vierden we ook dat over en weer met elkaar mee. Het is voor mij altijd een herinnering geweest die me leert dat we samen kunnen leven hoe verschillend we ook zijn. Dat moet je alleen wel leren. Als het kan spelenderwijs zoals met mijn buurjongentjes en buurmeisjes. En soms the hard way als je er via een conflict achter komt dat je heel anders in het leven staat en heel andere dingen belangrijk vindt.
Door al die ontmoetingen - spelend en soms hard botsend - is het ook voor mijzelf duidelijker geworden wat voor mij belangrijk is. Waar ik ’s morgens mijn bed voor wil uitkomen. Dat draait eigenlijk altijd om het begrip proberen te krijgen voor de ander die zo anders is dan ik. En vervolgens zoeken naar een manier om onze wereld een beetje leefbaar te maken met elkaar.
Maar daarmee loop ik dus ook voortdurend tegen mijn vooroordelen aan. De mensen die ik tegenkom, zijn echt anders dan ik. Niet maar een beetje, maar echt. En helaas ook soms op manieren die ik vervelend vind. En als ik er drie ben tegengekomen met dezelfde achtergrond, dan denk ik bij de vierde al gauw dat dat wel weer hetzelfde zal zijn. En dan moet ik steeds weer opnieuw de moeite nemen om te ontdekken wat die ander drijft. Welke waarden voor haar of voor hem van belang zijn.
De oplossing is niet om dan mijn wil door te drijven en die aan de ander op te leggen. Wat voor mij de belangrijkste waarden zijn, hoeven dat voor die ander niet te zijn. De oplossing is ook niet om te doen alsof het er allemaal niet toe doet. Mijn diepste waarden kan ik niet zomaar parkeren. Ik vind bijvoorbeeld de gelijkheid van mannen en vrouwen heel belangrijk en ik wil op dat punt geen water in de wijn doen. Maar wat als ik praat met mensen die vinden dat mannen en vrouwen een heel andere rol in de samenleving hebben en dat vrouwen zich niet moeten emanciperen? Ik kan een ander niet dwingen dat ook zo te zien en ik kan ook niet mijn eigen waarden op dit punt relativeren. Daar begint dus de lange en spannende weg om er met elkaar toch uit te komen.
Als je dan echt met elkaar in gesprek gaat, juist met mensen met wie je het heel erg oneens bent, ontdek je de onderliggende waarden in het verhaal van de ander. Soms geeft dat openingen om er samen uit te komen. Soms helpt het op zijn minst om te begrijpen waarom de ander zegt wat hij zegt. En soms zie je onverwachts iets moois in het verhaal van die ander waardoor je zelf ook verrijkt wordt, zonder je eigen drijfveren en waarden opzij te zetten.
Ik ben zo’n fietsenmaker die zich soms heel druk maakt om het gaatje in de band te vinden, maar die eigenlijk droomt van die betere wereld waar we naartoe op weg zijn. En onderweg daarnaartoe zegt de een dat we naar links moeten en de ander naar rechts of recht vooruit. Ik probeer te luisteren naar al die stemmen en het gesprek aan te gaan, zodat we met elkaar de beste keuze maken.