Eurocommissaris Vella kondigt onderzoek adequate aanpak opkomende stoffen aan - Hoofdinhoud
Eurocommissaris Karmenu Vella heeft schriftelijke vragen van CDA-Europarlementslid Annie Schreijer-Pierik over de lozingen van perfluoroctaanzuur en GenX beantwoord. Schreijer-Pierik maakt zich zorgen over de gang van zaken bij de lozingen van deze stoffen. De Europarlementariër vraagt in dit kader om duidelijkere regels en meer transparantie. Momenteel treffen drinkwaterbedrijven nog te vaak stoffen aan bij hun innamepunt waarvan niet helder is wat voor soort stof het is, welke eigenschappen de stof heeft en wat de bron is. Dan moeten de drinkwaterbedrijven achterhalen wat de risico’s zijn en de mogelijkheden tot zuivering. Dit was onder andere het geval bij GenX en pyrazool. In sommige gevallen zijn drinkwaterbedrijven genoodzaakt hun inname te stoppen, zoals bij pyrazool.
Acties Europese Commissie om gebruik GenX te beperken
Momenteel wordt binnen de Europese systematiek voor registratie, beoordeling, autorisatie en beperking ten aanzien van chemische stoffen (REACH) geen kwaliteitsnorm voor drinkwater afgeleid. In het kader van drinkwaterbronbescherming is dit wel van belang. Schreijer-Pierik vroeg daarom of de Commissie bereid is te onderzoeken hoe de preventie van negatieve effecten van dergelijke lozingen op de drinkwatervoorziening beter geborgd kan worden.
Vewin vindt het goed nieuws dat Vella hierop antwoordt dat de Europese Commissie acties in gang zet in het kader van de REACH-systematiek om het gebruik van bepaalde perfluoralkylverbindingen (waaronder GenX) te beoordelen en/of te beperken. Vewin zet ook voor andere, nieuwe chemische stoffen bij de toelating in op het meenemen van een drinkwatercriterium.
Evaluatie Kaderrichtlijn Water
Vella geeft daarnaast in zijn beantwoording aan dat bij de evaluatie van de Kaderrichtlijn Water (KRW) zal worden onderzocht of de KRW en de daarmee samenhangende richtlijnen ervoor zorgen dat chemische verontreinigingen, onder meer door opkomende stoffen zoals GenX, op adequate wijze worden aangepakt. Vewin vindt dit zeer belangrijk en pleit er dan ook voor om dit mee te nemen in de evaluatie van de KRW.
Ten slotte geeft Vella aan dat de Commissie bij een aantal projecten betrokken is, bijvoorbeeld in de context van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO), waar onderzocht wordt hoe veilig gebruik van persistente en mobiele chemische stoffen gewaarborgd kan worden via relevante wetgeving zoals bijvoorbeeld REACH.
Lees over de vragen van Schreijer-Pierik
Lees ook het standpunt van Vewin over opkomende stoffen