Eigen risico - Hoofdinhoud
Spreektekst bij de spoedwet die een verhoging van het eigen risico terugdraait
Voorzitter, dank u wel. Allereerst feliciteer ik graag mevrouw Baay-Timmerman met haar maidenspeech. We hopen nog veel van haar te horen, en vooral ook bij onderwerpen die we wat langer en wat inhoudelijker kunnen voorbereiden dan in dit geval. Misschien kan ik van de gelegenheid gebruikmaken om ook mevrouw Schippers, de minister, te feliciteren met haar aanstaande mogelijke exitspeech, waarvoor ik haar graag een wat bevredigender en inhoudelijker onderwerp had toegewenst, en misschien ook wel een wetsvoorstel waar ze zelf achter had gestaan. Dat was misschien ook wel leuk voor haar geweest. Maar zij moet het doen met wat zij hier krijgt.
Het goede nieuws: wij steunen als GroenLinks het niet-verhogen van het eigen risico. We steunen dat omwille van de toegankelijkheid van de zorg en omwille van het terugdringen van zorgmijding, dat daar alles mee te maken heeft, al zouden we dat — dat is natuurlijk geen geheim — anders willen financieren. Dat zijn politieke keuzes, en wij maken daar andere in. Maar het terugdringen van zorgmijding is wel een essentieel punt dat we met elkaar zouden moeten delen, want zorgmijding is een perverse prikkel, die we in Den Haag vaak ten onrechte inboeken als een terugdringing van de zorgkosten. Dat beeld, daarover moeten we met elkaar toch echt inhoudelijker en breder discussiëren.
Ik denk dat mevrouw Bikker het daarmee eens zou zijn. Ik noem haar maar omdat we vandaag toevallig twee interessante debatten hebben. In een vorig debat dat wij vandaag hoorden, stelde zij het volgende over een wetsvoorstel. Ik citeer haar ongeveer, maar volgens mij kwam het erop neer dat het alleen op gevoelens was gebaseerd, niet op goede analyses en goede onderbouwing en dat het een sterk gepolitiseerd voorstel was. Ik was het eigenlijk wel met haar eens en dacht dat het ook wel profetische woorden leken voor een tweede wetsvoorstel dat we vandaag aan de orde hebben: weinig onderbouwing, weinig goede analyse, een snel en sterk gepolitiseerd voorstel.
Dat roept de vraag op: wat is nu eigenlijk de taak van ons als Eerste Kamer daarin? Een zorgvuldige afweging maken, en die gaat over inhoud. Over de inhoud heb ik al gezegd: wij steunen het op dat punt. Maar het gaat ook over zorgvuldige afweging in onze procedures. En dan is de vraag: was hier nou een spoedprocedure nodig? Hadden we dit nou niet kunnen voorzien? Had men dit niet gewoon in de begroting kunnen en ook moeten regelen? Ik kan me eigenlijk niet voorstellen dat de huidige regering, waar de PvdA een rol in speelt, dwars had gelegen als men het in de begroting had willen regelen. Met de lerarensalarissen zijn er ook dingen geregeld. Had dit nou niet gewoon op een nette manier gekund?
Nu we toch een confessioneel of semiconfessioneel kabinet lijken te krijgen, moest ik opeens denken aan die prachtige musical en film, Jesus Christ Superstar. In een van de liederen zingen de apostelen op een bepaald moment: what’s the buzz, tell me what’s happening. Dan is het antwoord: don’t you mind about the future, don’t you try to think ahead. En die vraag blijft dan toch hangen! Had men nou niet vooruit kunnen denken? Had men nou niet van tevoren kunnen zien aankomen dat het een keer 1 oktober wordt en dat het, als je daar iets mee wil, handig is om het gewoon op tijd te regelen? Dat geeft onbevredigende vergelijkingen. Als de voorzitter wijst op de vorige keer dat we hier een spoedprocedure hadden, dan denk ik dat de situatie toen toch echt wel iets urgenter en van een andere orde was dan wat we vandaag aan het regelen zijn.
Ik moet eerlijk zeggen: ik krijg ook de indruk, en daarom vind ik het wel interessant wat er gebeurt, dat we een mooi inkijkje krijgen in de verhoudingen van de nieuwe coalitie to be. Daarbij is het jammer — ik zie dat ook in de Tweede Kamer zo in het debat gebeuren — dat er een inhoudelijk debat lag en nodig was, maar dat dat wordt geblokkeerd door een, in mijn interpretatie, premature coalitiedwang. Niks tegen compromissen, maar dat is nog wat anders.
De Eerste Kamer zal ook maatschappelijk draagvlak als een punt van overweging moeten nemen. Hier wordt nu een uitkomst verdedigd die uiteindelijk tegen een zeer brede meerderheid van Kamer en samenleving ingaat. Dat gaat niet over het niet-verhogen; volgens mij is daar iedereen het wel over eens. Maar er leeft heel breed, inclusief bij twee coalitiepartijen to be, de overtuiging dat het eigen risico, en zeker het hoge eigen risico dat wij nog steeds kennen, niet de juiste weg is om zorgkosten te beperken, dat het geen recht doet aan een werkelijk solidair stelsel, dat met name kwetsbare mensen eronder lijden en dat je, zeker in tijden van overvloed, waarin wij nu leven, de ruimte moet gebruiken om de solidariteit te vergroten. Maar, en dat betreur ik, de vier partijen die bezig zijn met coalitiebesprekingen aan de overkant — hier is het veel gezelliger — hebben elkaar daar strak omarmd en wilden niet over alternatieven praten. Dat vind ik problematisch.
Inhoudelijk is dit een non-voorstel: een heel klein positief effect op de positie van mensen met veel zorgkosten. Daarom steunen wij het. Maar het is wel too little too late. Mocht een van de leden hier nog zijn coalitiepartij of een formerende partij aan de overkant spreken, geeft u dan misschien door: dit is een pyrrusoverwinning; u haalt op deze manier een voorstelletje binnen maar u zet onnodig de verhoudingen op het spel. Dit kunnen vier lange jaren worden.
Dank u.