Over-de-topinkomens Hilversum aangepakt - Hoofdinhoud
Mensen ergeren zich al een tijdje aan de gigantische salarissen van een aantal presentatoren op radio en tv. Op aandringen van de Partij van de Arbeid worden die nu aangepakt. Vandaag stuurt het kabinet het wetsvoorstel dat dat gaat regelen naar de Raad van State. En dat is goed nieuws.
Werken voor de publieke zaak moet gaan om dienen, niet om verdienen.
Onze belastingcenten moeten immers naar excellent onderwijs, fijn wonen, goede zorg en mooie tv- en radioprogramma’s. Niet naar torenhoge salarissen. Met de Wet Normering Topinkomens voerde dit kabinet eerder al de strengste wet in z’n soort in Europa in. En hij werkt, zo bleek ook weer uit de laatste evaluatie. Over de hele linie zijn de salarissen aan de top bij de overheid zelf en bijvoorbeeld in de zorg, in het onderwijs, bij woningcorporaties en bij de publieke omroep met tienduizenden euro’s (soms zelfs met een paar ton) naar beneden gegaan. Nieuw aantredende bestuurders mogen nog maximaal een ministerssalaris ontvangen. En ook het salaris van bij inwerkingtreding van de wet al in dienst zijnde bestuurders, wordt naar dat niveau afgebouwd. Overigens zijn inmiddels ook zaken als bonussen en ontslagvergoedingen aan banden gelegd.
Het wetsvoorstel dat nu is aangekondigd, gaat nog een stap verder. Niet alleen bestuurders, maar ook alle andere medewerkers in de (semi-)publieke sector mogen niet méér dan de nieuwe norm verdienen. En daarmee komt bijvoorbeeld een eind aan de salarissen van soms vijf, zes ton die presentatoren incasseren. In de nieuwe wet wordt bovendien een aantal ‘ontsnappingsroutes’ om de regels te omzeilen de pas afgesneden. Ik had daar eerder, naar aanleiding van een aantal in het nieuws gekomen schijnconstructies, stevig op aangedrongen.