Geleidende brief - Voorstel van wet van het lid Van Vliet tot wijziging van onder andere de Comptabiliteitswet 2001 en de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren in verband met het verlagen van het aantal kandidaten op aan de Tweede Kamer toe te zenden aanbevelingslijsten ten behoeve van de benoeming van leden van de Algemene Rekenkamer en de Hoge Raad der Nederlanden, en van de Wet Nationale ombudsman in verband met het stellen van de ambtstermijn van de Kinderombudsman en de Veteranenombudsman op zes jaren
Deze geleidende brief1 is onder nr. 1 toegevoegd aan wetsvoorstel 34625 - Initiatiefvoorstel voor verlagen aantal aanbevolen kandidaten voor Rekenkamer en Hoge Raad, ambtstermijn Kinder- en Veteranenombudsman op 6 jaar2.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Voorstel van wet van het lid Van Vliet tot wijziging van onder andere de Comptabiliteitswet 2001 en de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren in verband met het verlagen van het aantal kandidaten op aan de Tweede Kamer toe te zenden aanbevelingslijsten ten behoeve van de benoeming van leden van de Algemene Rekenkamer en de Hoge Raad der Nederlanden, en van de Wet Nationale ombudsman in verband met het stellen van de ambtstermijn van de Kinderombudsman en de Veteranenombudsman op zes jaren; Geleidende brief; Geleidende brief |
---|---|
Documentdatum | 30-03-2017 |
Publicatiedatum | 08-12-2016 |
Nummer | KST346251 |
Kenmerk | 34625, nr. 1 |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
34 625 Voorstel van wet van het lid Van Vliet tot wijziging van onder andere de Comptabiliteitswet 2001 en de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren in verband met het verlagen van het aantal kandidaten op aan de Tweede Kamer toe te zenden aanbevelingslijsten ten behoeve van de benoeming van leden van de Algemene Rekenkamer en de Hoge Raad der Nederlanden, en van de Wet Nationale ombudsman in verband met het stellen van de ambtstermijn van de Kinderombudsman en de Veteranenombudsman op zes jaren
Nr. 1 GELEIDENDE BRIEF
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
’s-Gravenhage, 8 december 2016
Hierbij doe ik u, conform het verzoek van het presidium, overeenkomstig het bepaalde in artikel 114 van het Reglement van Orde een voorstel van wet toekomen tot wijziging van onder andere de Comptabiliteitswet 2001 en de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren in verband met het verlagen van het aantal kandidaten op aan de Tweede Kamer toe te zenden aanbevelingslijsten ten behoeve van de benoeming van leden van de Algemene Rekenkamer en de Hoge Raad der Nederlanden, en van de Wet Nationale ombudsman in verband met het stellen van de ambtstermijn van de Kinderombudsman en de Veteranenombudsman op zes jaren.
De toelichtende memorie, die het voorstel van wet vergezelt, bevat de gronden waarop het berust.
Van Vliet
Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.
- 1.De geleidende brief is een document waarin een Kamerlid een wetsvoorstel of initiatiefwet aankondigt bij de voorzitter van de Tweede Kamer. In beide gevallen wordt er gesproken van een 'voorstel van wet'. De indiener van het voorstel geeft kort aan dat er een voorstel gedaan wordt en op welke wet dit voorstel betrekking heeft. Tevens beschrijft de indiener welke documenten er bij het voorstel van wet gevoegd zijn. In de regel is dit in ieder geval een memorie van toelichting.
- 2.Dit voorstel is gebaseerd op de overweging, dat het wenselijk is om onder andere de Comptabiliteitswet 2001, en de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren te wijzigen in verband met het verlagen van het aantal kandidaten op aan de Tweede Kamer toe te zenden aanbevelingslijsten ten behoeve van de benoeming van leden van de Algemene Rekenkamer en van de Hoge Raad der Nederlanden, en de Wet Nationale ombudsman te wijzigen in verband met het stellen van de stellen van de ambtstermijn van de Kinderombudsman en de Veteranenombudsman op zes jaren.