Interview - Hoofdinhoud
KRIJGT KIPPENVEL VAN HET KIJKEN
NAAR SPORTPRESTATIES
PARLEMENTSLID RUDMER HEEREMA
Rudmer Heerema (1978) is een sportman in hart en spieren. Een fervent hardloper, ‘echt
een verademing om door de prachtige natuurgebieden rond Alkmaar te kunnen rennen.’
Tijdens de Olympische Spelen is hij niet weg te slaan bij de buis. In de Kamer is hij op alle
sportonderdelen bezig. Of het nu topsport is, matchfixing, doping, buurtsportcoaches, gehandicaptensport,
financiering van de sport of evenementenorganisatie. Partijgenote Erica
Terpstra (VVD) is zijn grote voorbeeld. ’Ik wil in haar voetsporen treden als hét aanspreekpunt
voor sport in de Tweede Kamer.’ Reden voor een gesprek.
GERDA
PREUSTING
Op je website lees ik dat sport altijd de rode
draad in je leven is geweest. Kom je uit een
sportief ‘nest’, ik bedoel: is bewegen je met
de paplepel ingegeven of vanzelf komen aanwaaien?
‘Ik kom niet uit een bijzonder sportief nest.
Mijn ouders hebben mij tijdens mijn actieve
sportperiode wel altijd volledig ondersteund
met het rijden naar wedstrijden en het laten
deelnemen aan trainingskampen. De interesse
voor sport komt bij mij echt uit mezelf, ik vind
het echt heerlijk om zelf te sporten en kan
kippenvel krijgen van het kijken naar unieke
sportprestaties. De mooiste twee weken van
mijn leven waren waarschijnlijk ook de weken
dat ik rondliep op de Olympische Spelen van
Londen, waar ik 24 uur per dag bezig kon zijn
met sport. Ik heb zelf atletiek en zwemmen
gedaan toen ik jonger was. Met atletiek ben ik
gestopt toen ik steeds meer ging trainen voor
zwemmen.’
Je was een succesvol zwemmer, is dat de
sport die je nog steeds het meest aan het hart
ligt en/of beoefen je die nu nog steeds of wellicht
een andere sport?
‘De zwemsport ligt mij nog steeds na aan
het hart. Ik ga regelmatig in Amsterdam of
Eindhoven kijken bij de swimcups die daar
worden georganiseerd en als er zwemmen op
de televisie is zet ik hem ook altijd even aan.
Ik zwem echter zelf al een flink aantal jaren niet
meer, ik vind hardlopen nu een veel leukere
sport. Dat komt denk ik ook omdat ik zo vaak
de tegeltjes in het zwembad heb geteld, dat
ik het echt een verademing vind om door de
prachtige natuurgebieden rond Alkmaar te
kunnen rennen.’
Je hebt als zwemmer deel uitgemaakt van de
nationale jeugdselectie, wat was de
reden om met de zwemsport te stoppen?
‘Ik ben geblesseerd geraakt tijdens krachttraining.
Ik heb toen met bankdrukken drie
ribben uit mijn borstbeen gescheurd. Een
subluxatie zoals dat heet. Daarna heb ik jaren
niet kunnen sporten en na vier jaar kon ik voor
het eerst weer een keer de sportzaal in.’
Je bent een generatiegenoot van Pieter van
de Hoogenband. Wel eens met/tegen hem
gezwommen?
‘Ik heb een aantal jaren tegen én met hem
gezwommen. Hij was uiteraard als grootste
zwemtalent ooit in Nederland vrijwel ongenaakbaar.
Toch heb ik hem twee keer verslagen.
Één keer op een heel lullige manier, omdat hij
een dubbele valse start maakte op de 1500m
vrij. Ik werd toen Nederlands Kampioen.
Een tweede keer in een rechtstreeks duel op
de 200m vlinderslagen. Dat was een duidelijke
overwinning voor mij.’
Je bent woordvoerder sport in de Tweede
Kamer. Hoe kwam die portefeuille bij jou,
vanwege je sportieve opleiding? Wat zijn je
hoofdwerkzaamheden in de Kamer? Op de
site lees ik dat je de topsport nog verder op de
kaart wilt zetten. Kun je aan de lezers uitleggen
waaruit dat blijkt?
‘Toen ik net in de Kamer kwam, kreeg ik eerst
twee onderwerpen waarop ik mij moest bewijzen
voordat ik de portefeuille kreeg die ik het
liefste wilde hebben.
Ik heb dus anderhalf jaar lang keihard gewerkt
aan de nieuwe Natuurwet en aan het verbeteren
van Dierenwelzijn.
Blijkbaar heb ik dat goed gedaan, want na
anderhalf jaar kreeg ik sport erbij. Fantastisch,
want ik vind dat het allermooiste onderwerp.
In de Kamer ben ik op alle sportonderdelen
bezig. Of het nu topsport is, matchfixing, doping,
buurtsportcoaches, gehandicaptensport,
financiering van de sport of evenementenorganisatie.
Op dit moment ben ik bezig met
vakleerkrachten voor bewegingsonderwijs op
basisscholen. Ik heb daar een initiatiefnota
voor geschreven, omdat ik vind dat alle kinderen
in Nederland goed
bewegingsonderwijs zouden moeten krijgen.
Dat is nu op teveel scholen niet het geval.
Ik heb uiteraard goede banden met NOC*NSF,
maar wat ik ook gedaan heb toen ik woordvoerder
sport werd, was om juist de contacten
met de sportbonden aan te halen. Dan kan ik
nog beter horen hoe het met een sportbond
gaat, waar ze tegenaan lopen en waar ik
eventueel kan helpen.’
Hoe ziet de sportbegroting er uit en hoe
verhoudt die zich in relatie tot het het
perspectief van de volksvertegenwoordiging?
Vind je dat de Rijksoverheid voldoende financiën
uittrekt voor sport of kan het beter/meer?
‘De sportbegroting is één van de kleinste
onderdelen van de rijksbegroting. Er gaat
landelijk gezien 128,8 miljoen euro in om,
waarvan het grootste gedeelte bestemd is voor
de buurtsportcoaches. Maar dat neemt niet
weg dat ik sport ondanks de bescheiden rol in
de begroting juist het belangrijkste onderdeel
van mijn portefeuille vind.
Sport is na taal het tweede bindmiddel in onze
samenleving, het heeft zoveel raakvlakken met
andere beleidsterreinen en sport als middel
zorgt juist voor lagere zorgkosten, minder
hangjongeren en economische ontwikkeling
rondom evenementen. Ik ben van mening dat
we door meer middelen vrij te maken voor
sport meer winst op andere onderdelen van de
begroting kunnen boeken. In plaats van hoge
zorgkosten door gebrek aan beweging, sport
als middel preventief inzetten aan de voorkant
van het traject. Dat betekent dus dat er wat mij
betreft best wat bij mag op de sportbegroting.’
Bij de politie is het topsportproject wegens
bezuiniging al jaren geleden opgeheven.
De huidige politiesporters mogen echter wel
hun carrière binnen de politie afronden.
Een van hen is Bas Verwijlen die als topschermer
een ticket heeft veroverd voor Rio. Ooit
van hem gehoord?
Volg je überhaupt straks in Rio de eventuele
Nederlandse successen?
‘Natuurlijk ken ik Bas Verwijlen. Heel knap hoe
hij zich op eigen kracht heeft gekwalificeerd.
Zijn naam hangt sinds zijn kwalificatie dan ook
op mijn muur, waar ik de namen van alle
gekwalificeerden verzamel. Het is gaaf om te
zien dat die namenlijst elke week groeit. Ik ben
nu al bezig met Rio en volg zoveel mogelijk
sporters tijdens hun kwalificatiemomenten.
Tijdens de Olympische Spelen ben ik ook echt
niet weg te slaan bij de televisie. Daarnaast
ben ik van plan om de Olympic Experience in
Scheveningen, een soort van Holland Heineken
House in Nederland, vaak te bezoeken om
samen met andere sportliefhebbers te genieten
van absolute topsport.’
Wat vind je van de huidige conditie van de
gemiddelde politieman/vrouw? Denk je dat het
beter kan? Percentage deelnemers aan de
verplichte FVT (Fysieke Vaardigheids Toets) is
de afgelopen jaren flink toegenomen; van 63
procent in 2013 naar 70 procent vorig jaar.
‘Toen ik nog in de gemeenteraad van Alkmaar
zat heb ik wel eens een dienst van de politie
meegedraaid. Dat was ontzettend leerzaam
en ik merkte dat die agenten in goede conditie
waren. Maar ik ben topsporter genoeg om te
zeggen dat er altijd winst te behalen valt. Als jij
zegt dat er een grote stijging is van deelname
aan de FVT van 63 naar 70 procent, dan vraag
ik mij als eerste af waarom er 30 procent nog
niet meedoet.’
Ken je de FVT, wel eens over gehoord of gezien
hoe de toets wordt afgelegd?
‘Ik ken het begrip wel, maar ik heb hem nog
nooit gedaan. Misschien moeten we dat een
keer gaan doen! Ik heb op de ALO wel
regelmatig brandweerlieden in onze zalen zien
oefenen ter voorbereiding op de test voor de
brandweer, wellicht ligt dat in dezelfde lijn?’
‘Sport is na taal het tweede
bindmiddel in onze
samenleving, het heeft zoveel
raakvlakken met andere
beleidsterreinen en sport als
middel zorgt juist voor lagere
zorgkosten, minder hangjongeren
en economische ontwikkeling
rondom evenementen’
Heb je wel eens contact met politiemedewerkers,
zo ja, komt het onderwerp sport dan ook
aan de orde?
‘Ik heb regelmatig contact gehad met politiemedewerkers,
maar dat contact beperkt zich
vaak tot inzet bij uitgaansgebieden of de werkwijze
rondom evenementen. Ik heb geen politie
in mijn portefeuille zitten en in onze fractie is de
woordvoerder echt het eerste aanspreekpunt.’
Het aantal hardlopende politiemensen is de
laatste jaren gigantisch toegenomen.
De Stichting Nederlandse Politie Sportbond
faciliteert een stukje deelname. Resultaat:
Marikenloop en Zeven Heuvelenloop, al jaren
de politie op het erepodium.
De rugbyers wonnen in 2015 de Warriorscup
en onlangs liep een politievrouw haar 150ste
marathon. Zo zijn er meer successen te noemen.
Positieve ontwikkeling?
‘Wat vind ik dit mooi om te horen! Hardlopen
maakt landelijk een enorme groei door. Er zijn
steeds meer mensen die hardlopen en als je op
een weekenddag kijkt, dan zie je om de haverklap
hardloopshirtjes voorbij komen. Heel gaaf!
Ik vind het ook prachtig om te horen dat er heel
bewust aangemoedigd wordt om sportief te
zijn. Het past bij de politie en je laat daarmee
goed zien midden in de maatschappij te staan.
Maar breder kijkend dan alleen de politie is het
natuurlijk fantastisch om te zien dat er steeds
meer mensen genieten van zelf sporten, of het
nu hardlopen is of crossfit. Fit is het nieuwe
slank en bij die levenshouding voel ik me thuis.’
Wat vind je van het belang van sport in zijn
algemeenheid?
‘Ik kan het belang niet genoeg benadrukken. Ik
heb al eerder gezegd dat sport zo ontzettend
veel raakvlakken heeft met andere delen van
het leven. Sport is niet alleen heel leuk om te
doen, het is vooral ook gezond, zorgt voor
binding in de samenleving, helpt bij integratie
en zorgt ervoor dat onze buurten veiliger
worden. Daarnaast heeft topsport een voorbeeldfunctie
en daar zullen we komende zomer
weer een paar prachtige voorbeelden van gaan
zien.’
Wat zijn je toekomstplannen, nog lang in de
Kamer?
‘Ik zit nu tweeëneenhalf jaar in de Kamer en
ik zou graag de volgende periode door willen
gaan. Op het gebied van sport merk ik dat er
echt behoefte is aan een type zoals Erica Terpstra
dat was. Zij is mijn voorbeeld en ik wil in
haar voetsporen treden als hét aanspreekpunt
voor sport in de Tweede Kamer.’
Bijlagen