Nieuwe partneralimentatie eerlijker en eenvoudiger

Met dank overgenomen van J. (Jeroen) Recourt i, gepubliceerd op vrijdag 19 juni 2015, 11:32.

Foto Stock.xchng / LilGoldWmn

De partneralimentatie wordt eerlijker en eenvoudiger. In een nieuwe alimentatiestelsel, dat ik vandaag samen met mijn collega’s van D66 en de VVD als initiatiefwet heb ingediend, gaan we uit van een eerlijke verdeling van de zorg voor het kind, gelijke kansen voor beide ex-partners en financiële onafhankelijkheid van elkaar. Dat is voor de PvdA van grote waarde. Het nieuwe stelsel zorgt ervoor dat ex-partners na een echtscheiding zo snel mogelijk hun eigen leven kunnen oppakken, zonder dat dit tot een juridisch gevecht leidt dat nog jaren voortsleept. Dat is voor iedereen goed, en in het bijzonder voor de kinderen.

Het nieuwe stelsel gaat niet langer uit van een verplichte alimentatie voor de duur van 12 jaar. Inkomensverlies en het verlies aan kansen op de arbeidsmarkt voor degene die tijdens het huwelijk (of geregistreerd partnerschap) voor de kinderen heeft gezorgd, worden de norm van het bepalen van de duur en hoogte van alimentatie. Is dat verlies beperkt, omdat het huwelijk heel kort was of beide partners zijn blijven werken, dan blijft de alimentatie eveneens beperkt. Heeft een van de twee partners zijn of haar carrière langdurig stopgezet om voor de kinderen te zorgen, dan heeft diegene recht op alimentatie om de achterstand op de arbeidsmarkt in te halen.

Daarnaast zal degene die niet bereid is na de scheiding voor de kinderen te zorgen, moeten bijdragen aan het onderhoud van de ex-partner die die zorg wel op zich neemt. Volgens deze twee uitgangspunten wordt een eerlijke, transparante partneralimentatie voorgesteld. Het doel van het nieuwe stelsel is dat beide partners zo snel mogelijk financieel onafhankelijk van elkaar worden en een eerlijke verdeling van de zorg voor de kinderen overeenkomen.

De belangrijkste veranderingen zijn:

  • Uitgangspunt wordt dat ex-partners zelf voor hun inkomen zorgen. Dat betekent dat alimentatie alleen verschuldigd is als één van de partners als gevolg van keuzes gemaakt tijdens het huwelijk, inkomensverlies heeft gehad.
  • In het geval van huwelijken die korter dan drie jaar hebben geduurd, hoeft niet langer partneralimentatie te worden betaald. De indieners gaan ervan uit dat er dan geen sprake van verlies is aan kansen op werk en inkomen. Hierdoor is geen partneralimentatie verschuldigd, tenzij er kinderen in het geding zijn.
  • De duur van de partneralimentatie geldt voor een periode die gelijk is aan de helft van het huwelijk met een maximum van 5 jaar. Een duur van 12 jaar is niet langer de norm.
  • Voor huwelijken langer dan 15 jaar geldt de helft van het huwelijk met een maximum duur van 10 jaar. Deze uitzondering bestaat omdat terugkeer op de arbeidsmarkt na zoveel jaar lastig is, vaak ook vanwege de leeftijd van betrokkene.
  • Als de ex-partners gezamenlijk kinderen hebben die jonger zijn dan 12 jaar en de zorg niet zoveel mogelijk gelijk is verdeeld, kan een verplichting tot het betalen van partneralimentatie bestaan.
  • De hoogte van de alimentatie is niet meer gekoppeld aan het welvaartsniveau tijdens het huwelijk maar aan het opleidingsniveau voor het huwelijk.
  • Partneralimentatie stopt niet langer wanneer de ontvanger een nieuwe relatie aangaat. De achterstand op de arbeidsmarkt wordt door het vinden van een nieuwe partner immers niet anders.
  • Om de kansen op de arbeidsmarkt te optimaliseren, wordt de indexatie afgeschaft, waardoor de waarde van de te betalen partneralimentatie langzaam daalt. Dat geeft een prikkel om weer aan het werk te gaan.
  • Op den duur zal het mogelijk zijn de berekening met een internettool zelf uit te voeren.

Toelichting:

De PvdA vindt dat beide partners na een echtscheiding moeten proberen elkaar financieel los te laten. Volgens de PvdA is het belangrijk dat beide partners financieel-economisch op eigen benen staan en dat de zorg voor de thuiswonende kinderen zoveel mogelijk gelijk wordt verdeeld tussen de ouders.

Zorg voor kinderen onder de 12 jaar moet bij voorkeur door beide ouders worden gegeven in een verdeling die in het beste belang van het kind is. Wordt hier een andere keuze in gemaakt, dan moet de niet-zorgende ouder de zorgende ouder compenseren. De zorgende ouder is immers minder goed in staat om zelf een volledige boterham te verdienen.

Als een huwelijk na lange tijd toch in een echtscheiding uitmondt, en een van de partners heeft in die tijd voor het huishouden of de kinderen gezorgd, dan moet daar een extra compensatie tegenover staan. Het is immers niet redelijk om te verwachten dat deze persoon eenvoudig in het arbeidsproces terugkeert.

De PvdA verwacht dat met dit voorstel het aantal 'vechtscheidingen' zal verminderen. Dat is voor iedereen goed, in het bijzonder voor de kinderen.