Memorie van toelichting - Vaststelling van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2015 - Hoofdinhoud
Deze memorie van toelichting i is onder nr. 2 toegevoegd aan wetsvoorstel 34000 A - Vaststelling begroting Infrastructuurfonds 2015.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Vaststelling van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2015; Memorie van toelichting; Memorie van toelichting |
---|---|
Documentdatum | 16-09-2014 |
Publicatiedatum | 16-09-2014 |
Nummer | KST34000A2 |
Kenmerk | 34000 A, nr. 2 |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
34 000 A Vaststelling van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds (A) voor het jaar 2014
Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING
Inhoudsopgave
A.
ARTIKELGEWIJZE TOELICHTING BIJ DE WETSARTIKELEN
2
Wetsartikel 1
2
B.
BEGROTINGSTOELICHTING
3
1.
Leeswijzer
3
2.
De Infrastructuuragenda
7
3.
De Productartikelen
13
4.
Bijlagen:
84
1.
Voeding van het Infrastructuurfonds en begrotingstaat per productartikelonderdeel
84
2.
Verdiepingsbijlage
86
3.
Overzichtsconstructie Kustwacht
113
4.
Begroting beheer, onderhoud, vervanging en renovatie RWS
115
5.
Toelichting artikel 13 Spoorwegen
124
6.
Lijst van afkortingen
126
A. ARTIKELGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET BEGROTINGSWETSVOORSTEL
Wetsartikel 1
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk jaar afzonderlijk bij de wet vastgesteld. Het wetsvoorstel strekt ertoe om de onderhavige begrotingsstaat voor het aangegeven jaar vast te stellen.
Alle voor dit jaar vastgestelde begrotingswetten tezamen vormen de Rijksbegroting voor dat jaar. Een toelichting bij de Rijksbegroting als geheel is opgenomen in de Miljoenennota.
Met de vaststelling van dit wetsartikel worden de uitgaven, verplichtingen en ontvangsten vastgesteld. De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus
B. BEGROTINGSTOELICHTING
-
1.LEESWIJZER
Het Ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM) stelt de begroting van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu (Begroting hoofdstuk XII) op van de Rijksbegroting, de begroting van het Infrastructuurfonds en de begroting van het Deltafonds.
Voor u ligt de begroting van het Infrastructuurfonds.
Door een apart fonds voor infrastructuur kan beter invulling worden gegeven aan de doelstellingen zoals genoemd in de wet op het Infrastructuurfonds, te weten het bevorderen van een integrale afweging van prioriteiten en het bevorderen van continuïteit van middelen voor infrastructuur. Zo mag het fonds jaarlijkse saldi (meer of minder uitgaven in enig jaar) overhevelen - in tegenstelling tot de beleidsbegroting van IenM - waardoor (kasmatige) vertragingen en versnellingen van projecten niet hoeven te leiden tot budgettaire knelpunten.
Het Infrastructuurfonds wordt voor het grootste deel gevoed door een bijdrage uit de begroting van IenM (artikelonderdeel 26.02). Daarnaast worden voor een aantal projecten uitgaven doorberekend aan derden, zoals andere departementen, lagere overheden, buitenlandse overheidsinstanties en de Europese Unie.
De begroting bestaat uit de volgende onderdelen:
-
-
-
1.Leeswijzer.
-
-
-
-
2.Infrastructuuragenda, waarin de mijlpalen in het lopende infrastructuurprogramma worden gepresenteerd.
-
-
-
-
3.Productartikelen, waarin per investeringsdomein de begrotingcijfers worden gepresenteerd. Hierin zijn ook de projectoverzichten opgenomen.
-
-
-
-Mutaties in de projectsfeer worden in deze begroting toegelicht als deze financieel groter zijn dan tien procent van het projectbudget of in absolute zin meer bedragen dan € 10 miljoen;
-
-
-
-
-Een nadere toelichting op deze en alle overige infrastructuurprojecten is te vinden in het MIRT (Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport) Projectenboek 2015.
-
-
-
-
-
4.Bijlagen; de volgende bijlagen zijn opgenomen in deze begroting:
-
-
-
1.Voeding van het Infrastructuurfonds en begrotingstaat per productartikelonderdeel
-
-
-
-
2.Verdiepingsbijlage
-
-
-
-
3.Overzichtsconstructie Kustwacht
-
-
-
-
4.Begroting beheer, onderhoud, vervanging en renovatie RWS
-
-
-
-
5.Toelichting artikel 13 Spoorwegen
-
-
-
-
6.Lijst van afkortingen
-
-
Verantwoord Begroten
Op 20 april 2011 is de aanpassing van de presentatie van de Rijksbegroting onder de naam «Verantwoord Begroten» in de Tweede Kamer behandeld (Kamerstukken II, 2010/11, 31 865, nr. 26). De nieuwe presentatie geeft meer inzicht in de financiële informatie. Als uitzondering op de systematiek van «Verantwoord Begroten» worden via het Infrastructuurfonds ook onderdelen van het apparaat van RWS bekostigd. In de agentschapsparagraaf RWS - onderdeel van de beleidsbegroting van IenM (Begroting hoofdstuk XII) - worden alle apparaatskosten van RWS inzichtelijk gemaakt.
Kolom «vorig»
In de tabellen projectoverzichten bij de verschillende artikelen is de kolom «vorig» opgenomen. In deze kolom is de laatste stand van de projectbudgetten opgenomen, i.c. de stand na de voorjaarsnota 2014.
Groeiparagraaf: wat is nieuw in deze begroting
Minregel rentevrijval
Met het in 2009 uitgekeerde superdividend van NS (€ 1,4 miljard) is een eeuwig lopende schuld van ProRail afgelost. De rentevrijval die door deze aflossing ontstond binnen het Infrastructuurfonds tot en met 2020 werd daarbij ingezet voor de financiering van spoorambities (Kamerstukken II, 2009/10, 28 165, nr. 105). Er vindt bij deze begroting een correctie plaats op Infrastructuurfonds voor de rentevrijval in de periode 2021-2028 (€ 64 miljoen per jaar). De verlaging wordt voorlopig technisch verwerkt via een minregel op artikel 18. Bij verlenging van het Infrastructuurfonds zal de minregel ingepast worden binnen de begroting van het Infrastructuurfonds.
Overprogrammering
In de Begroting 2014 is de inzet van het instrument overprogrammering toegelicht. Het doel van dit instrument is om zorg te dragen dat projectvertragingen in enig jaar niet onmiddellijk onderbesteding tot gevolg hebben. Een resultaat is dat gedurende het uitvoeringsjaar 2013 de budgetten op het Infrastructuurfonds volledig uitgeput zijn (overbesteding € 12 miljoen). De overprogrammering wordt uitsluitend gedurende de begrotingsperiode (de begroting tot en met het jaar 2019) toegepast op de artikelen voor aanleg. In de totale periode tot en met 2028 is het volledige programma altijd gedekt. Hoofdzakelijk is de overprogrammering geplaatst op de artikelen voor verkenning- en planuitwerking. In deze projectfases is de onzekerheid rondom de planningen - en daarmee het risico op vertraging - namelijk het hoogst. In de onderstaande tabel is de omvang van deze overprogrammering weergegeven.
Overprogrammering Infrastructuurfonds (in miljarden euro's)
t/m 2019
Vanaf 2019
Totaal
Aanlegprogramma
18,8
18,2
36,9
Aanlegbudget
17,0
19,9
36,9
Overprogrammering (-)
-
-1,8
1,8
0,0
Op de artikelen voor realisatie is er in de eerste jaren sprake van een beperktere overprogrammering. Zowel de omvang als het ritme hiervan is inzichtelijk gemaakt in de projecttabellen bij de realisatieartikelen van de modaliteiten. Over de begrotingsperiode (de begroting tot en met het jaar 2019) genomen is het volledige programma gedekt op de artikelen voor realisatie; de overprogrammering is dus per saldo nul.
Prijsbijstelling tranche 2014
Aan de Tweede Kamer is toegezegd (Kamerstukken II, 2013/14, 33 750 XII nr.14) dat de Kamer uiterlijk bij ontwerpbegroting 2015 wordt geïnformeerd over de effecten van de korting op de prijsbijstelling tranche 2014 voor de IenM begrotingen. Als gevolg van deze korting zijn de projecten en programma’s op de fondsen geïndexeerd uit de resterende investeringsruimte bij de modaliteiten. Daarbij is kritisch bezien bij welke projecten en programma’s indexatie dit jaar noodzakelijk was (bijvoorbeeld vanuit juridische en/of bestuurlijke verplichtingen). Bij de Voorjaarsnota is het restant van de aanvullende post prijsbijstelling tranche 2014 daarnaast toegevoegd aan de IenM begrotingen.
Per saldo effect op IenM begrotingen (periode 2014-2028)
Infrastructuurfonds
€ 387mln
waarvan
Hoofdwegen
€ 303 mln
Spoorwegen 1
-
Regionaal/Lokale Infrastructuur
€ 11 mln
Hoofdvaarwegen
€ 73 mln
Deltafonds
€ 79 mln
Hoofdstuk XII
-
Totaal effect op de IenM begrotingen
€ 466 mln
Noot 1
De besluitvorming over indexatie van de budgetten voor Beheer, Onderhoud en Vervanging van Spoorwegen is aangehouden tot de begroting 2016.
De bedragen uit de tabel zijn ten laste van de investeringsruimte op de fondsen gebracht. Evenals vorig jaar resteert er op de fondsen een kasprobleem. Technisch is dit kasprobleem verwerkt via een minregel op de investeringsruimte van de modaliteiten. In het uitvoeringsjaar wordt een risico op een kasoverschrijding ter omvang van het minbedrag in de begroting geaccepteerd. IenM lost de minregel uiterlijk bij ontwerpbegroting 2017 op, maar zo mogelijk bij de eerstvolgende herijking van het investeringsprogramma.
Intertemporele aanpassingen Fondsen
Investeringen in aanleg, beheer en onderhoud zijn gebaat bij continuïteit en een kasbeeld met beperkte schommelingen. In de Infrastructuurfondsbegroting was er in 2016 echter sprake van een forse terugloop van de totale beschikbare middelen ten opzichte van het jaar 2014. Bij het realiseren van meerjarige infrastructuurprojecten is dit een onwenselijke situatie. Het is immers niet zonder meer mogelijk om projecten gedurende 2014 in uitvoering te nemen indien de daarvoor beschikbare kasmiddelen in het uitvoeringsjaar 2016 zeer schaars zijn.
Het verloop van de budgetten vergde daarom een oplossing om het programma zo veel mogelijk volgens planning in uitvoering te blijven nemen. Deze oplossing is gevonden in twee kasschuiven op het Infrastructuurfonds ten gunste van het jaar 2016. Eén via het generale beeld (€ 250 miljoen uit 2014 naar 2016 en 2017) en één via het Deltafonds (€ 150 miljoen uit 2018 en 2019 naar 2016). Met deze laatste schuif is tevens een bijdrage geleverd aan een evenwichtiger kasbeeld op het Deltafonds. Op dit fonds was juist in 2016 sprake van een budgettaire piek en een terugloop in 2018 en 2019. Beide kasschuiven zijn reeds verwerkt en aan de Tweede Kamer gemeld bij Voorjaarsnota 2014. Bij het opstellen van de Miljoenennota bleek dat er binnen de volledige Rijksbegroting nog ruimte was om - aanvullend op deze reeds verwerkte kasschuiven - de beschreven dip in 2016 verder te verlichten. Om deze reden wordt bij Miljoenennota voorgesteld om aanvullend € 40 miljoen te versnellen van 2017 naar 2016.
Raming modaliteiten
De ambitie is om - op termijn - alle uitgaven per modaliteit te ramen op de desbetreffende artikelen, opdat alle uitgaven die verband houden met een modaliteit op de betreffende artikelen zijn geraamd. Hiertoe is in deze begroting een eerste aanzet gedaan.
Ter voorbereiding op de af te sluiten Service Level Agreements 2017-2020 (tussen RWS en opdrachtgevers) zijn de budgetten voor de landelijke taken geraamd onder de Overige Netwerkgebonden Kosten (dit betreffen de activiteiten die door RWS centraal worden uitgevoerd). Deze middelen werden tot en met de vorige begroting integraal geraamd onder verkeersmanagement / watermanagement en beheer en onderhoud. De verdeling van de budgetten voor de landelijke taken naar verkeersmanagement en beheer en onderhoud is extracomptabel inzichtelijk gemaakt in de bijlage beheer, onderhoud, vervanging en renovatie bij deze begroting. Het betreft hier een technische, beleidsneutrale mutatie.
In de ontwerpbegroting 2016 zullen aanvullende mutaties worden doorgevoerd om het eindbeeld te bereiken. Dit betreft onder meer het toedelen van de middelen op artikelonderdeel 18.12 «Nader toe te wijzen Beheer en Onderhoud en vervanging», waarop in deze begroting middelen zijn geraamd, welke nog niet aan netwerken kunnen worden toebedeeld.
-
2.INFRASTRUCTUURAGENDA
De infrastructuuragenda beperkt zich tot het presenteren van de agenda op projectniveau, met aandacht voor de mijlpalen in het lopende infrastructuurprogramma. Zo wordt inzichtelijk gemaakt welke projecten in 2015 worden opgeleverd en bij welke projecten de uitvoering in 2015 begint.
Mijlpalen en resultaten 2015
Beheer, onderhoud en vervanging
In 2015 wil IenM onder meer de volgende activiteiten in het kader van beheer, onderhoud en vervanging uitvoeren:
Beheer, onderhoud en vervanging
Mijlpaal
Project
Hoofdwegen
-
-Verkeersmanagement waaronder inzet weginspecteurs bij incidenten, het op alle bemeten wegvakken inwinnen van betrouwbare reis en route-informatie. Deze informatie tijdig aan de NDW te leveren, het realiseren van benuttingsmaatregelen en connecting mobility.
-
-Beheer en onderhoud waaronder verhardingsonderhoud, onderhoud aan kunstwerken en onderhoud aan Dynamisch Verkeersmanagement (DVM) systemen.
-
-Uitvoering van het programma vervangingen en renovaties waaronder het programma Stalen Bruggen.
Spoorwegen
-
-Verkeersleiding en capaciteitsmanagement
-
-Regulier beheer en onderhoud, waaronder het inspecteren en schouwen van de infrastructuur, functieherstel bij verstoringen, het saneren van geluidsschermen en het onderhouden en schoonmaken van stations.
-
-Groot onderhoud, waaronder het slijpen van spoorstaven en het seizoenbestendig houden van de sporen.
-
-Het vervangen van spoorstaven (circa 100 kilometer), dwarsliggers (circa 40 kilometer) en wissels (circa 200) en de vervanging van andere systemen, zoals energie, transfer en treinbeheersing.
Hoofdvaarwegen
-
-Verkeersmanagement waaronder activiteiten in het kader van verkeersbegeleiding, bediening van objecten en vaarwegmarkering.
-
-Beheer en onderhoud maatregelen om de breedte en diepte van de vaarweg te handhaven en maatregelen om de kunstwerken (sluizen en bruggen) en verkeersvoorzieningen blijvend te laten functioneren.
-
-Uitvoering van het programma vervangingen en renovaties waaronder NoMo achterstallig onderhoud vaarwegen programma «NoMo AOV» en het resterend deel uit het plan van aanpak Beheer en Onderhoud (impuls).
Voor een nadere toelichting op de stand van zaken van beheer, onderhoud en vervanging wordt verwezen naar de toelichting op de productartikelen en naar het MIRT Projectenboek 2015.
Aanleg
Hieronder volgen de mijlpalen die IenM in 2015 wil halen per modaliteit.
Hoofdwegennet
Mijlpaal
Project
Oplevering
-
-A4 Delft-Schiedam
-
-A4 Dinteloord-Bergen op Zoom
-
-A7/A8 Purmerend-Coentunnel (Beter Benutten)
-
-A15 Maasvlakte-Vaanplein (incl. A29 Knooppunt Vaanplein-aansluiting Barendrecht)
-
-A50 Ewijk-Valburg
-
-N61 Hoek-Schoondijke
Start realisatie
-
-A6/A7 Knooppunt Joure
-
-A7 Zuidelijke Ringweg Groningen
-
-SAA Deelproject A9 Gaasperdammerweg
-
-A7/A8 Purmerend-Coentunnel (Beter benutten)
-
-A1 Bunschoten-Hoevelaken
Spoorwegen
Mijlpaal
Project
Oplevering
-
-Station Barneveld Zuid
-
-Zutphen-Winterswijk: snelheidsverhoging Zutphen-Vorden
-
-Fietsenstalling Amsterdam; Noordwest stalling
-
-Page: emplacementen Delfzijl
-
-Rijswijk-Delft: indienststelling 2-sporige tunnel
-
-Toegankelijkheid: diverse projecten
-
-Programmma Fietsparkeren: diverse projecten
-
-Programma Kleine functiewijzigingen: diverse projecten
-
-NaNov 2e fase: Zutphen Nieuwstad
-
-Programma Ontsnippering (kleine faunavoorzieningen); diverse projecten
-
-Uitvoeringsprogramma Geluid: geluidschermen (Almelo, Hengelo Onnen en Zutphen) en gevelisolatie (Zwolle en Dordrecht)
-
-Uitvoeringsprogramma Geluid: geluidschermen (Almelo, Hengelo Onnen en Zutphen)
-
-Programma PVVO; diverse projecten
-
-NSP Arnhem: 2e fase OV-terminal
Start realisatie
-
-Fietsenstalling Amsterdam; Noordwest stalling en Zuidoost stalling
-
-Landelijk Verbeterprogramma Overwegen (LVO); diverse projecten
-
-Groningen-Leeuwarden; partiële uitbreiding
-
-Amsterdam Cuyperhal Oosttunnel
-
-Waalhaven Zuid; herinrichting emplacement
-
-Valleilijn; Robuustheid vergrotende maatregelen
-
-Programma Toegankelijkheid: diverse projecten
-
-Programma Fietsparkeren: diverse projecten
-
-Programma Kleine functiewijzigingen: diverse projecten
-
-Programma Ontsnippering (kleine faunavoorzieningen); diverse projecten
-
-Programma PVVO; diverse projecten
Hoofdvaarwegennet
Mijlpaal
Project
Oplevering
-
-Dynamisch Verkeersmanagement (een aantal maatregelen loopt nog door)
-
-Diverse projecten in het kader van Quick-wins regeling Binnenhavens
-
-Amsterdam-Rijnkanaal (keersluis Zeeburg)
-
-Wilhelminasluis (Zaan)
-
-Zuid-Willemsvaart, omleggen en opwaarderen (Maas-Veghel)
-
-4e sluiskolk Ternaaien
Start realisatie
-
-Vaarweg Eemshaven-Noordzee
-
-Ligplaatsen Rijn-Scheldeverbinding
-
-Quick winmaatregel Volkeraksluizen
Voor een nadere toelichting over de stand van zaken voor het lopende programma wordt verwezen naar de toelichting op de productartikelen en naar het MIRT Projectenboek 2015.
Regionale/lokale infrastructuur (> € 112,5 miljoen / > € 225 miljoen)
Voor de grote regionale en lokale infrastructuurprojecten (kosten van de meest kosteneffectieve oplossing hoger dan € 112,5 miljoen respectievelijk € 225 miljoen) ligt de verantwoordelijkheid voor voorbereiding, aanleg, beheer en onderhoud en exploitatie bij de betreffende regionale of lokale overheid. IenM is dus niet zelf verantwoordelijk, maar kan een bijdrage leveren in de aanlegkosten van een dergelijk project als nut en noodzaak zijn aangetoond en het project van (boven)regionaal belang is. In artikelonderdeel 14.01 van het Infrastructuurfonds van de Rijksbegroting zijn de grote regionale/lokale projecten nader aangeduid.
Begroting op hoofdlijnen
De onderstaande tabel geeft de belangrijkste wijzigingen in de uitgaven en inkomsten aan ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 2014. Een volledig overzicht van de mutaties is terug te vinden in bijlage 2: Verdiepingsbijlage.
art
2014
2015
2016
2017
2018
2019
Stand ontwerp-begroting 2014
6.594.555
5.888.540
5.621.479
6.262.137
5.874.966
6.103.917
Mutaties 1e suppletoire wet 2014
-
-327.580
56.037
199.408
88.289
-
-61.274
-
-109.960
Stand Voorjaarsnota 2014
6.266.975
5.944.576
5.820.887
6.350.426
5.813.692
5.993.956
Belangrijkste mutaties Infrastructuurfonds
- 118.001
218.500
90.138
- 283
34.125
65.384
Kader-relevante mutaties IF
1
Index 2014
Div.
8.065
4.068
2.943
3.398
2.144
2.877
2
Desalderingen
12/13
24.199
143.541
-
-3.322
-
-2.471
-
-1.679
-
-746
3
Kasritme regiobijdragen
Div.
-
-61.858
30.316
24.275
2.346
0
6.554
4
Waddenveren
14
-
-9.000
5
Cyber security
12/15
15.254
6
Loonbijstelling
Div.
1.040
1.032
953
918
891
884
7
Overboekingen RSP
14
-
-93.703
8
Diverse overboekingen met HXII
Div.
-
-1.998
651
1.177
248
407
-
-109
9
Generale kasschuif
12/15
40.000
-
-40.000
Belangrijkste mutaties binnen kader IF
10
Conversie ZuidasDok (incl. bijdragen derden)
12/13/17
0
38.892
24.112
35.279
32.363
55.924
Stand ontwerp-begroting 2014
6.148.974
6.163.077
5.911.024
6.350.144
5.847.817
6.059.340
Ad. 1 Net als in de vorige begroting, dekt IenM de korting op de prijsbijstelling tranche 2014 uit de resterende investeringsruimte per investeringsdomein. Er resteert dan een kasprobleem. IenM lost dit uiterlijk bij ontwerpbegroting 2017 op, maar zo mogelijk bij de eerstvolgende herijking van het investeringsprogramma. In het uitvoeringsjaar wordt een risico op een kasoverschrijding ter omvang van het minbedrag in de begroting geaccepteerd.
Ad 2. De belangrijkste desalderingen (uitgaven/ontvangstenboekingen) betreffen.
-
-
-
-A2 Holendrecht: In 2008 zijn bestuursakkoorden gesloten tussen Rijk en provincies. Hierbij is afgesproken dat de provincie Utrecht € 20 miljoen bijdraagt aan het project A2 Holendrecht - Oudenrijn. De rijksbijdrage aan het project is hiermee destijds niet verlaagd.
-
-
-
-
-Sluiskil: Conform het advies van de commissie van wijzen ontvangt IenM vanuit Vlaanderen € 15,7 miljoen. De bijdrage wordt door Vlaanderen aan de Vlaams-Nederlandse Scheldecommissie (VNSC) overgemaakt en dan door de VNSC aan IenM.
-
-
-
-
-A1 Apeldoorn - Azelo: Met de provincies Overijssel en Gelderland, en de regio Twente is afgesproken, dat zij in een bijdrage leveren van € 142 miljoen aan dit project. Dit is vastgelegd in een bestuursovereenkomst. Een bedrag van € 28,5 miljoen wordt in 2024 terugbetaald aan provincie Overijssel en Gelderland.
-
-
-
-
-SAA: Dit betreft een bijstelling van de ontvangsten voor het deeltraject 5 Amstelveen (€ -60 miljoen).
-
-
-
-
-A28/A1 Knooppunt Hoevelaken: Dit betreft de bijdrage van de regio (€ 28,3 miljoen).
-
-
-
-
-Spoor: Een afboeking op het saldo van de bijdragen van derden voor aanlegprojecten uit het verleden (€ 13,2 miljoen). Met uitzondering van de bijdragen van provincies voor de decentrale lijnen zijn alle bijdragen van derden tot en met 2013 ontvangen en resteert er feitelijk geen saldo meer.
-
-
-
-
-Verwerking van de opgelegde boete NS.
-
-
-
-
-Bijstelling naar aanleiding van afrekening 2012 voor HSA en indexering contract naar prijspeil 2014 (€ 13,5 miljoen).
-
-
-
-
-Diverse kleinere bijstellingen, met name de afrekening van aanlegprojecten.
-
Ad 3. Dit betreft een aanpassing van het kasritme van de regionale bijdragen. Het gaat met name om de bijdragen bij de projecten A4 Dinteloord- Bergen op Zoom, A4/A9 Badhoevedorp, decentrale lijnen en overige aanlegontvangsten HVWN.
Ad 4. Een betaling aan de Waddenveren (9 miljoen). De concurrentiestrijd tussen TSM Doeksen en Eigen Veerdienst Terschelling (EVT) is beslecht. Doeksen neemt de veerdienst over van Eigen Veerdienst Terschelling. EVT stopt met varen. Hiermee is de veerverbinding voor de komende 15 jaar veiliggesteld.
Ad 5. Beveiligd Werken richt zich op het «in control» brengen en houden van de missiekritieke systemen (MKS) en Industriële Automatisering ter ondersteuning van de maatschappelijk vitale en primaire processen van RWS. Missie Kritieke Systemen zijn ICT systemen die een essentiële rol spelen in een informatieketen (mensen, processen en techniek). Onderdeel hiervan is het voldoen aan de eisen van informatiebeveiliging (Cyber Security). In dit kader is nu € 21 miljoen vrijgemaakt voor die werkzaamheden die in 2014 op het IF (€ 15 miljoen) en DF (€ 6 miljoen) noodzakelijk zijn.
Ad 6. Dit betreft de toevoeging van de aan het Infrastructuurfonds uitgekeerde loonbijstelling 2014.
Ad 7. Dit betreft overboekingen naar Provincie- en Gemeentefonds ten behoeve van het RSP. Voor het project FlorijnAs, een concreet project binnen het Regiospecifiek Pakket Zuiderzeelijn, vervult de gemeente Assen de rol van contracterende partij. Om deze rol te kunnen vervullen, stort IenM, in lijn met 2010, 2011 en 2012, delen van het taakstellende budget in het Gemeentefonds. Het regiodeel van het Ruimtelijk Economisch Programma, onderdeel binnen het RSP, is indertijd geparkeerd op de begroting van IenM. IenM stort, in lijn met 2010, 2011 en 2012, delen van dit budget in het Provinciefonds.
Ad 8. Het gaat hier om een aantal overboekingen tussen de Begroting hoofdstuk XII en het Infrastructuurfonds. De mutaties zijn bij de individuele artikelen in het Infrastructuurfonds (en in de Begroting hoofdstuk XII) toegelicht.
Ad 9. Bij Voorjaarsnota 2014 is een kasschuif van € 250 miljoen van 2014 naar 2016 (€ 150 miljoen) en 2017 (€ 100 miljoen) verwerkt. Bij het opstellen van de Miljoenennota bleek dat er binnen de volledige Rijksbegroting nog ruimte was om - aanvullend op deze reeds verwerkte kasschuiven - de budgettaire dip in 2016 verder te verlichten. Om deze reden wordt aanvullend € 40 miljoen versneld van 2017 naar 2016.
Ad 10. De budgetten voor het integrale project ZuidasDok worden met een specifieke herschikking van artikel 12 (Hoofdwegennet) en artikel 13 (Spoor) overgeheveld naar het projectartikel 17.08 voor het integrale project ZuidasDok. Hiermee worden alle budgetten voor het project ZuidasDok begroot en verantwoord op één artikel. Daarnaast draagt het bij aan een efficiënte projectadministratie, conform de bestuursovereenkomst van 9 juli 2012. In de bestuursovereenkomst is ook vastgelegd dat de gemeente Amsterdam, stadsregio Amsterdam en de provincie Noord-Holland bijdragen leveren aan het project. De bijdragen van de regio worden nu ook verwerkt in de begroting van het Infrastructuurfonds.
-
3.DE PRODUCTARTIKELEN
Artikel 12 Hoofdwegennet
Omschrijving van de samenhang in het beleid
Op dit artikel worden de producten op het gebied van Rijkswegen verantwoord. Het betreft de onderdelen verkeersmanagement, beheer, onderhoud en vervanging, aanleg, GIV/PPS, netwerkgebonden kosten en de investeringsruimte.
Artikel 12 Hoofdwegennet op het Infrastructuurfonds is gerelateerd aan beleidsartikel 14 Wegen en Verkeersveiligheid op de Begroting hoofdstuk XII.
Budgettaire gevolgen van de uitvoering van art. 12 Hoofdwegennet (x € 1.000)
2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
Verplichtingen
1.698.213
3.215.774
2.211.002
3.584.239
2.857.164
2.166.259
2.937.554
Uitgaven
2.481.852
2.419.368
2.293.979
1.935.634
2.421.527
2.152.256
2.745.942
Waarvan juridisch verplicht:
95%
12.01 Verkeersmanagement
21.794
19.421
4.038
3.617
3.617
3.617
3.618
12.02 Beheer, onderhoud en vervanging
544.354
669.806
658.195
605.451
543.436
528.116
501.659
12.02.01 Beheer en onderhoud
456.913
530.986
427.979
486.602
478.752
472.217
478.659
12.02.04 Vervanging
87.441
138.820
230.216
118.849
64.684
55.899
23.000
12.03 Aanleg
1.065.903
788.866
723.322
440.657
935.060
862.100
1.548.085
12.03.01 Realisatie
1.060.444
772.868
612.938
383.284
556.211
329.793
710.724
12.03.02 Verkenningen en planuitwerkingen
5.459
15.998
110.384
57.373
378.849
532.307
837.361
12.04 GIV/PPS
412.956
601.717
545.431
527.315
585.329
395.843
333.259
12.06 Netwerkgebonden kosten HWN
436.844
407.957
424.674
419.242
414.248
411.795
411.554
12.06.01 Apparaatskosten RWS
381.576
355.573
338.633
333.150
328.106
325.660
325.411
12.06.02 Overige netwerkgebonden kosten
55.268
52.384
86.041
86.092
86.142
86.135
86.143
12.07 Investeringsruimte
0
- 68.399
- 61.681
- 60.648
- 60.163
- 49.215
- 52.233
Van totale uitgaven
-
-Bijdrage aan agentschap RWS
952.479
970.902
911.978
961.364
942.847
934.326
931.125
-
-Restant
1.529.372
1.448.466
1.382.001
974.270
1.478.680
1.217.930
1.814.817
12.09 Ontvangsten
150.887
141.028
533.670
87.200
66.346
28.414
38.276
Budgetflexibiliteit
Met uitzondering van verkenningen en planuitwerking, worden de budgetten in 2015 als juridisch verplicht beschouwd op de peildatum 1 januari 2015. Voor de mate van verplichting van het verkenningen en planuitwerkingsprogramma tot en met 2028 wordt verwezen naar het betreffende projectoverzicht.
Onderstaand zijn de beschikbare budgetten tot en met 2028 per jaar gepresenteerd op het niveau van artikelonderdeel. In de verdiepingsbijlage bij de begroting zijn de mutaties op hetzelfde detailniveau toegelicht voor de periode tot en met 2028.
Bedragen x € 1.000
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
12
Hoofdwegen
uitgaven
2.293.979
1.935.634
2.421.527
2.152.256
2.745.942
3.291.954
2.316.420
12.01
Verkeersmanagement
4.038
3.617
3.617
3.617
3.618
3.617
3.614
12.02
Beheer, onderhoud en vervanging
658.195
605.451
543.436
528.116
501.659
483.547
454.157
12.03
Aanleg
723.322
440.657
935.060
862.100
1.548.085
2.163.221
1.082.928
12.04
GIV/PPS
545.431
527.315
585.329
395.843
333.259
280.398
276.481
12.06
Netwerkgebonden kosten HWN
424.674
419.242
414.248
411.795
411.554
411.479
411.342
12.07
Investeringsruimte
-
-61.681
-
-60.648
-
-60.163
-
-49.215
-
-52.233
-
-50.308
87.898
12.09
Ontvangsten
Ontvangsten
533.670
87.200
66.346
28.414
38.276
226.716
719
(vervolg) Bedragen x € 1.000
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
12
Hoofdwegen
uitgaven
2.633.602
2.421.370
2.382.186
2.205.849
2.085.084
2.024.863
2.122.256
12.01
Verkeersmanagement
3.611
3.610
3.609
3.607
3.607
3.607
3.615
12.02
Beheer, onderhoud en vervanging
454.074
454.031
454.152
454.451
427.976
682.668
430.267
12.03
Aanleg
1.512.989
1.362.607
1.290.724
1.095.693
931.751
395.032
350.524
12.04
GIV/PPS
246.065
239.753
220.928
245.892
327.917
176.833
253.595
12.06
Netwerkgebonden kosten HWN
411.863
412.072
412.768
413.173
413.163
413.199
411.927
12.07
Investeringsruimte
5.000
-
-50.703
5
-
-6.967
-
-19.330
353.524
672.328
12.09
Ontvangsten
Ontvangsten
64.019
719
719
719
719
0
0
12.01 Verkeersmanagement
Motivering
Met verkeersmanagement streeft IenM naar optimaal gebruik van informatie over de beschikbare infrastructuur en draagt IenM bij aan het bereiken van een voorspelbare en betrouwbare reistijd van deur tot deur. Daarmee worden de bereikbaarheid en verkeersveiligheid in Nederland, binnen de randvoorwaarden van duurzaamheid, bevorderd.
Verkeersmanagement
Producten
Bij verkeersmanagement wordt onderscheid gemaakt in de volgende maatregelcategorieën:
-
-
-
-Verkeersgeleiding bij grote drukte, inclusief crisissituaties (onder andere weeralarm).
-
-
-
-
-Hulpverlening voor doorstroming en informatievoorziening bij pech en ongevallen (incidentmanagement).
-
-
-
-
-Maatregelen ter bevordering van gedisciplineerd en sociaal weggedrag, bijvoorbeeld ter voorkoming van bumperkleven en het negeren van rode kruizen.
-
-
-
-
-Voorlichting over rijkswegen, zoals voorlichting over de gevolgen van wegwerkzaamheden.
-
Verkeersmanagementmaatregelen betreffen onder andere de inzet van weginspecteurs bij incidenten, toeritdosering, gebruik van spitsstroken, maar ook verkeersinformatie op panelen boven de weg. De meeste van deze maatregelen worden ingezet vanuit vijf regionale verkeerscentrales en een landelijke verkeerscentrale. Hierbij wordt het rijkswegennet in samenhang met het regionale wegennet beschouwd door toepassing van gebiedsgericht verkeersmanagement waarbij wordt ingezet op regionale samenwerking. Dit krijgt ook vorm in het programma Beter Benutten. Hierin wordt samen met andere infrabeheerders, vervoersorganisaties en bedrijfsleven gewerkt aan regionale maatregelen om bestaande weg-, vaarweg-, spoor- en OV-verbindingen beter te benutten. Hetzelfde geldt ook voor de Praktijkproef Amsterdam, waarbij door gecoördineerd en netwerkbreed inzetten van maatregelen een bijdrage wordt geleverd aan de beleidsdoelen zoals verbeteren van de reistijd en bereikbaarheid in de regio Amsterdam. In deze proef zullen zowel wegkantsystemen als dynamische navigatiesystemen worden ingezet op het hoofd- en onderliggend wegennet in de regio Amsterdam.
De activiteiten die door RWS centraal worden uitgevoerd, worden gefinancierd uit de budgetten voor netwerkgebonden kosten. In het kader van de transparantie van de budgetten voor verkeersmanagement en beheer en onderhoud, zijn deze in de begroting intracomptabel inzichtelijk gemaakt. Hiertoe zijn de Landelijke taken van RWS zoals opgenomen in de artikelonderdelen Verkeersmanagement en Beheer en Onderhoud geraamd onder de Overige Netwerkgebonden Kosten. De verdeling naar onder meer Verkeersmanagement en Beheer en Onderhoud is extracomptabel inzichtelijk gemaakt in de bijlage beheer, onderhoud, vervanging en renovatie bij deze begroting.
In 2013 is het actieprogramma «Beter geïnformeerd op weg» gestart om in samenwerking met marktpartijen een gezamenlijke koers en een concrete agenda voor ontwikkeling en innovatie van verkeersmanagement voor de komende jaren te formuleren. Het actieprogramma bestaat uit een publiekprivate routekaart over Reisinformatie & Verkeersmanagement, waarin de strategische lijnen voor de beoogde ontwikkelingen worden beschreven. Deze routekaart is in november 2013 naar de Tweede Kamer gestuurd. De routekaart wordt concreet uitgewerkt in een uitvoeringsagenda voor de overheden en het bedrijfsleven onder de naam «Connecting Mobility». Het actieprogramma biedt een meerjarig richtsnoer (2013-2023) dat de basis legt voor publieke en private investeringen in reisinformatie en verkeersmanagement.
Meetbare gegevens
Specificatie bedieningsareaal
Areaalomschrijving
Eenheid
2013
2014
2015
Verkeerssignalering
km op rijbaan
2.647
2.634
2.662
Verkeerscentrales
aantal
6
6
6
Spits- en plusstroken
km
338
319
336
Toelichting:
De verwachte toename van verkeerssignalering op rijbanen is de resultante van enerzijds uitbreiding (A4 Delft-Schiedam in 2015) en anderzijds vermindering van de verkeerssignalering in 2014 door versoberingsmaatregelen (onder andere A18L, A12, A2). De versobering van de signalering A7, gepland voor 2014, is vervallen. Zie ook de begroting van het Infrastructuurfonds over 2013, bijlage 5 (Kamerstukken II, 2012/13, 33 400 A).
De verwachte toename van het aantal kilometer spits- en plusstroken eind 2015, is de resultante van enerzijds permanente openstelling van een aantal plusstroken in 2014 (onder andere A12 Woerden - Gouda) en anderzijds realisatie in 2015 van onder andere extra spitsstroken op A7/A8 Purmerend - Zaandam - Coenplein (Beter Benutten) en op de A15 Maasvlakte-Vaanplein bij Rozenburg.
Indicator Verkeersmanagement
Eenheid
Streefwaarde 2015
Beschikbaarheid data voor derden (compleet en tijdig beschikbaar)
% van bemeten rij baanlengte
89%
Toelichting:
De indicator kent twee aspecten, namelijk de mate van beschikbaarheid van de RWS meetlocaties en de mate waarin meetgegevens tijdig verstuurd zijn naar de Nationale Databank Wegverkeergegevens (NDW). In combinatie met de verkeersgegevens van andere wegbeheerders kan dit aan serviceproviders beschikbaar worden gesteld.
12.02 Beheer, onderhoud en vervanging
Motivering
Het rijkswegennet en de onmiddellijke omgeving daarvan in een dusdanige staat houden dat het vervullen van de primaire functie gewaarborgd is: het faciliteren van vlot en veilig vervoer van personen en goederen. Daarbij gelden randvoorwaarden voor milieu (natuur, lucht, geluid en duurzaamheid).
Producten
Het regulier beheer en onderhoud van rijkswegen omvat maatregelen aan verhardingen, kunstwerken zoals bruggen, tunnels en viaducten, verkeersvoorzieningen, landschap en milieu en voorzieningen voor verkeersmanagement zoals signalering en verkeerscentrales.
Vervanging en renovatie betreft het tijdig programmeren en nemen van maatregelen aan kunstwerken en wegen waarbij regulier beheer en onderhoud niet meer voldoende is. Voornamelijk in de eerste helft en vanaf de jaren »60 van de vorige eeuw zijn kunstwerken gerealiseerd die, mede door het intensieve gebruik, nu of in de komende decennia het moment van einde levensduur naderen. Op basis van onderzoek wordt concreet gemaakt voor welke kunstwerken wanneer vervanging of renovatie aan de orde is.
Voor de volledigheid wordt verwezen naar artikelonderdeel 18.12 «Nader toe te wijzen Beheer en Onderhoud en vervanging», waaronder middelen voor vervanging zijn bestemd, die nog niet aan netwerken kunnen worden toebedeeld.
In bijlage 4 is een nadere toelichting opgenomen met betrekking tot beheer en onderhoud en vervanging.
12.02.01 Beheer en Onderhoud
Voor een optimaal gebruik van het wegennet zet IenM in op een zo groot mogelijke beschikbaarheid, betrouwbaarheid en veiligheid van de infrastructuur van wegen, bruggen, viaducten, tunnels, aquaducten, matrixborden, verkeerscentrales en verkeersvoorzieningen. Daarbij gelden de eisen ten aanzien van het landschap en het milieu rond de rijkswegen als randvoorwaarden. Zowel het preventief als het correctief onderhoud vallen onder het beheer en onderhoud.
De uitgaven voor het beheer en onderhoud bestaan hoofdzakelijk uit:
-
-
-
-Uitgaven voor onderhoud van verhardingen waaronder het herstel van vorstschade en het zoveel mogelijk voorkomen daarvan.
-
-
-
-
-Uitgaven voor onderhoud van kunstwerken.
-
-
-
-
-Uitgaven voor onderhoud aan DVM-systemen zoals matrixborden, informatiepanelen en verkeerscentrales.
-
-
-
-
-Klein variabel en vast onderhoud aan verkeersvoorzieningen, zoals onderhoud aan bermen, geleiderail, bewegwijzering, geluidsschermen en verlichting.
-
-
-
-
-Uitgaven voor geluidmaatregelen (landschap en milieu) door naleving van geluidproductieplafonds voor zover geen onderdeel van een aanlegproject.
-
De activiteiten die door RWS centraal worden uitgevoerd, worden gefinancierd uit de budgetten voor netwerkgebonden kosten. In het kader van de transparantie van de budgetten voor verkeersmanagement en beheer en onderhoud, zijn deze in de begroting intracomptabel inzichtelijk gemaakt. Hiertoe zijn de Landelijke taken van RWS zoals opgenomen in de artikelonderdelen Verkeersmanagement en Beheer en Onderhoud geraamd onder de Overige Netwerkgebonden Kosten. De verdeling naar ondermeer Verkeersmanagement en Beheer en Onderhoud is extracomptabel inzichtelijk gemaakt in de bijlage beheer, onderhoud, vervanging en renovatie bij deze begroting.
Meetbare gegevens
In onderstaande figuur is een verdeling gegeven van de beheer- en onderhoudskosten voor verhardingen, kunstwerken (bruggen en viaducten), DVM, verkeersvoorzieningen, landschap en milieu. Deze percentages zijn gebaseerd op een langjarig gemiddelde.
Areaal rijkswegen
Eenheid
2013
2014
2015
Rijbaanlengte
Hoofdrijbaan
km
5.721
5.768
5.819
Rijbaanlengte
Verbindingswegen en op- en afritten
km
1.526
1.544
1.613
Areaal asfalt
Hoofdrijbaan
km2
75
76
76
Areaal asfalt
Verbindingswegen en op- en afritten
km2
13
13
13
Groen areaal
km2
197
197
197
Toelichting:
-
-
-
-De toename van de rijbaanlengte (hoofdrijbaan) van 5.768 km in 2014 naar 5.819 km in 2015 wordt verklaard door de realisatie van verschillende projecten, waaronder de A4 Dinteloord-Bergen op Zoom, de A4 Delft-Schiedam en de N61 Hoek-Schoondijke.
-
-
-
-
-De toename van de rijbaanlengte (verbindingswegen en op- en afritten) van 1.544 km in 2014 naar 1.613 km in 2015 wordt verklaard door de realisatie van verschillende projecten, waaronder de A4 Dinteloord-Bergen op Zoom, de A4 Delft-Schiedam en de A15 Maasvlakte-Vaanplein.
-
Omvang Areaal
Areaal
Eenheid
Omvang 2015
Budget
x € 1.000
2015
Beheer, onderhoud en ontwikkeling
Oppervlakte wegdek 1
km2
90
427.979
Noot 1
exclusief verzorgingsbanen
Indicatoren Beheer en Onderhoud
streefwaarde 2015
De verhouding verstoringen door aanleg, beheer en onderhoud t.o.v. totale verstoringen.
10%
Tijdsduur (%) van het jaar dat de weg veilig beschikbaar is, zonder dat rijstroken zijn afgesloten door aanlegwerkzaamheden, onderhoudswerkzaamheden, door falen infra of falen verkeersmanagement.
90%
Voldoen aan norm voor verhardingen (stroefheid en spoorvorming) en gladheidbestrijding en neemt tijdig, na constatering, maatregelen bij het (tijdelijk) niet voldoen van de norm bij wegen, viaducten, aquaducten, bruggen en tunnels (eenheid: % van de gevallen).
98%
12.02.04 Vervanging
De veiligheid en de beschikbaarheid van het hoofdwegennet moeten in stand worden gehouden tegen de achtergrond van een beperkte technische levensduur van kunstwerken. Het einde van de levensduur kan ontstaan door de ouderdom van het kunstwerk of door intensiever gebruik dan bij het ontwerp is voorzien. Door de intensieve aanleg in de eerste helft en voornamelijk ook vanaf de jaren «60 van de vorige eeuw valt te verwachten dat deze problematiek geleidelijk toeneemt.
Op dit artikel staan de budgetten die reeds zijn toegewezen in het Programma voor Vervanging en Renovaties aan concrete objecten die in het MIRT Projectenboek inzichtelijk worden gemaakt. Op artikel 18 staat een reservering voor vaarwegen en wegen vooruitlopend op een nadere onderbouwing. Deze reservering wordt aangesproken als de opgave bekend is. Dit gebeurd in tranches. In deze begroting is aan het Programma voor Vervangingen en Renovaties een tweede tranche projecten voor het Hoofdwegennet toegevoegd. Deze projecten worden voor 2020 uitgevoerd.
Het betreft: Renovatie fundering A27, Renovatie Suurhoffbrug, Vervanging tunneltechnische installaties Noord en Zuid Holland, Vervanging fundering N3 en A6 Ketelbrug-Lelystad Noord en de Vervanging van de Rijnlandse Boezemwaterbruggen in de N200. Met deze nieuwe tranche is een bedrag gemoeid van € 230 miljoen tot en met 2019. Het totale Programma Vervanging en Renovatie HWN 2014-2019 (inclusief programma Stalen Bruggen) bedraagt daarmee circa € 631 miljoen. De projecten zijn opgenomen in het MIRT Projectenboek 2015.
Wegnr.
Objecten
Gereed
A50
Brug tussen de knooppunten Valburg en Ewijk
2015
A58
Kreekrakbrug tussen knooppunt Markiezaat en afslag Rilland
2015
A12
Galecopperbrug tussen de knooppunten Oudenrijn en Lunetten
2015
N3
Wantijbrug tussen Papendrecht en Dordrecht
2018
N15
Suurhoffbrug tussen Europoort en Oostvoorne
2018
A16
Brienenoordbrug tussen de knooppunten Ridderkerk en Terbregseplein
2018
A44
Kunstwerken A44/zuidelijke en noordelijke Kaagbruggen/Hoofdvaart/Lisserweg
2016
A15
Viaduct Wilhelminakanaal/Hardinxveld-Giessendam
2014
A15
Viaduct Veerdijk/Papendrecht
2015
A59
Brug Drongelens kanaal en Viaduct Hoogeinde/Drunen
2017
A22
Velsertunnel
2016
A6
Lelystad Noord-Ketelbrug, vervanging wegfundering
2020
N3
Dordrecht Zuid-Papendrecht, vervanging wegfundering
2019
N200
Rijnlandse Boezemwaterbruggen
2018
div.
Tunneltechnische Installatie tunnels in Zuid- en Noord- Holland
2016
A76
Zuidelijk viaduct Daelderweg/Nuth
2020
A27
Renovatie A27 Stichtse brug-Knooppunt Almere
2016
12.03 Aanleg
Motivering
Door middel van voorbereiding en uitvoering van infrastructuurprojecten wordt bereikt dat de noodzakelijke capaciteit beschikbaar is en komt, met als doel om de verwachte verkeersgroei te faciliteren en een betrouwbaar netwerk te realiseren met voorspelbare reistijden. Daarbij wordt rekening gehouden met de kaders van veiligheid en leefbaarheid.
12.03.01 Realisatie
Dynamisch Verkeersmanagement
Producten
Afgelopen jaren is onder andere via het programma Mobiliteitsaanpak € 200 miljoen geïnvesteerd in verkeersmanagement maatregelen die zijn gericht op het verbeteren van de verkeerssituatie van trajecten uit de file top-50. Het betreft onder andere betere benutting van de bestaande infrastructuur en verbeteren van aansluitingen tussen de snelweg en regionale wegen. De laatste resterende werkzaamheden zullen in 2014 worden afgerond. Een deel van het programma Mobiliteitsaanpak vindt inhoudelijk opvolging in het programma Beter Benutten.
Mijlpalen Realisatieprojecten
In 2015 wil IenM de volgende mijlpalen realiseren:
Mijlpaal
Project
Oplevering
A4 Delft-Schiedam
A4 Dinteloord-Bergen op Zoom
A7/A8 Purmerend-Coentunnel (Beter Benutten)
A15 Maasvlakte-Vaanplein (incl. A29 Knooppunt Vaanplein-aansluiting Barendrecht)
A50 Ewijk-Valburg
N61 Hoek-Schoondijke
Start realisatie
A6/A7 Knooppunt Joure
A7 Zuidelijke Ringweg Groningen
SAA deelproject A9 Gaasperdammerweg
A7/A8 Purmerend-Coentunnel (Beter benutten)
A1 Bunschoten-Hoevelaken
Overige maatregelen
Meer veilig-2
Met dit pakket wordt een bijdrage geleverd aan het verder terugdringen van het aantal verkeersslachtoffers veroorzaakt door incidenten op het rijkswegennet. Het totale programma bestaat uit 121 maatregelen. Deze zijn grotendeels ultimo 2014 gerealiseerd. Naar verwachting worden circa 5 maatregelen opgeleverd in 2015.
Meer veilig-3
In 2015 wordt gestart met de uitvoering van het pakket Meer veilig-3 (uitvoeringsperiode 2015-2018). Het pakket bevat naast kosteneffectieve maatregelen voor het oplossen van verkeersonveilige locaties ook maatregelen voor het oplossen van significante onveilige situaties op routes. De totale omvang van het programma is € 40 miljoen, waarvan € 5 miljoen bestemd is voor verbetering op de N35 Wijthmen-Nijverdal, conform motie Elias/Kuiken (Kamerstukken II, 2012/13, 33 400 A, nr. 55). In 2015 wordt gestart met de voorbereiding van de realisatie van de eerste tranche maatregelen. Het gaat om 51 maatregelen met een financiële omvang van € 26,2 miljoen. In 2015 wordt besloten over de invulling van de tweede tranche maatregelen.
Maatregelpakket Verzorgingsplaatsen
Dit pakket is gericht op het oplossen van de meest acute kwantitatieve en kwalitatieve knelpunten op verzorgingsplaatsen langs (inter-)nationale vrachtcorridors. Binnen dit pakket worden landelijk ruim 300 extra parkeerplaatsen voor vrachtwagens gecreëerd en nog eens ruim 400 parkeerplaatsen meerjarig gehuurd. Daarnaast wordt ingezet op een structurele kwaliteitsverbetering van naar verwachting 35 tot 40 verzorgingsplaatsen. Het totaal hiervoor beschikbare budget bedraagt € 25 miljoen.
Meer Kwaliteit Leefomgeving
Dit pakket betreft het Meerjarenprogramma Ontsnippering. De geplande werkzaamheden binnen het programma lopen door tot 2018. Een voorbeeld van een ontsnipperingsproject is het plaatsen van een ecoduct of een dassentunnel. Hierdoor worden twee gescheiden natuurgebieden met elkaar verbonden. In de afgelopen jaren zijn diverse ecoducten gereedgekomen zoals die over de A27 (Zwaluwenberg), over de A28 (Sterrenberg en Leusderheide) en over de A12 (Rumelaar en Mollenbos). In 2015 komt het ecoduct Laarderhoogt gereed als één van de laatste verbindingsstukjes in het herstel van een doorlopende Utrechtse Heuvelrug. Over de A67 komt ecoduct Kempengrens op de grens van Nederland en Vlaanderen gereed. Dit ecoduct wordt betaald door beide landen. Dit MJPO-knelpunt is in goede samenwerking met België in productie genomen.
Belangrijkste budgettaire aanpassingen
-
-
-
-Dynamisch verkeersmanagement: Verlaging budget van € 30 miljoen als gevolg van een meevaller bij diverse maatregelpakketten uit de mobiliteitsaanpak. De maatregelen zijn vrijwel afgerond.
-
-
-
-
-A1/A6/A9 SAA: Betreft de indexering IBOI 2014 (+ € 20 miljoen).
-
-
-
-
-N2 Meerenakkerweg (A2 zone): Betreft een meevaller ad € 4 miljoen.
-
-
-
-
-A2 Passage Maastricht: Het budget bij dit project wordt aangepast vanwege:
-
-
-
•het manifesteren van een indexeringsverschil waarvoor het Rijk garant staat;
-
-
-
-
•de mogelijkheid om met een totaalaanpak het toekomstig indexeringsverschil af te kopen en de kans op vertraging te verkleinen en;
-
-
-
-
•een scopewijziging die bij het TB (2010) is doorgevoerd, maar waarvoor nu budget beschikbaar is gesteld.
-
-
-
-
-
-A2/A76 Maatregelenpakket Limburg: Het onderdeel Aansluiting Nuth is als een apart project opgenomen in de begroting (€ 63 miljoen); verder zijn met het niet doorgaan van het onderdeel Imstenraderweg (€ 5 miljoen) middelen gereserveerd voor aanpassing aan het knooppunt A76/A73 Knooppunt Zaanderheiken en is het restant toegevoegd aan de investeringsruimte (12.07).
-
-
-
-
-A76 Aansluiting Nuth: Dit is een apart project geworden; vanuit Maatregelenpakket Limburg zijn middelen overgeboekt.
-
-
-
-
-A50 Ewijk - Valburg: € 6 miljoen betreft meevaller door een bijgestelde raming en vrijval van een deel van de post onvoorzien.
-
-
-
-
-A28 Knooppunt Hoevelaken: Het project is van planuitwerking overgegaan naar de realisatiefase.
-
-
-
-
-A12 Ede - Grijsoord: Het project is van planuitwerking overgegaan naar de realisatiefase.
-
-
-
-
-A1 Bunschoten - Knooppunt Hoevelaken: Het project is van planuitwerking overgegaan naar de realisatiefase.
-
Projectoverzicht behorende bij 12.03.01 Realisatieprogramma Hoofdwegennet
Totaal
Budget in € mln
Oplevering
Projectomschrijving
huidig
vorig
t/m 2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
later
huidig
vorig
Projecten Nationaal
Dynamisch verkeersmanagement
129
159
128
1
0
-
Kleine projecten / Afronding projecten
134
157
37
32
28
12
9
4
10
2
nvt
nvt
Programma 130 km
57
57
16
16
10
14
Programma aansluitingen
99
99
24
8
17
21
14
15
1
nvt
nvt
Quick Wins Wegen
37
36
10
0
1
0
26
-
ZSM 1+2 (spoedwet wegverbreding)
1.618
1.620
1.423
38
20
13
3
122
2016
2016
Projecten Noord-Holland, Utrecht en Flevoland
A10 Amsterdam praktijkproef FES
50
50
10
6
12
12
10
2017
2015
A1/A6/A9 Schiphol-Amsterdam-Almere
1.658
1.638
445
140
72
154
318
118
194
218
2024
2024
A9 Badhoevedorp 1)
339
336
43
48
48
36
20
8
0
136
2019
2017
A2 Holendrecht - Oudenrijn
1.219
1.219
1.201
1
3
6
8
2012
2012
A28 Utrecht - Amersfoort
224
224
186
9
6
1
6
16
2013
2013
A28 Knooppunt Hoevelaken
731
0
7
5
12
0
55
30
121
500
2022-2024
A1 Bunschoten - Knooppunt Hoevelaken
24
3
16
5
0
2016
Projecten Zuidvleugel
A4 Burgerveen - Leiden 1)
588
586
460
51
19
2
2
2
1
52
2015
2014
A4 Delft - Schiedam
657
661
266
183
116
60
18
3
3
9
2015
2015
Projecten Zuidwestelijke Delta
N57/N59 EuroRAP (verkeersveiligheid)
10
10
0
1
2
3
3
1
nvt
N61 Hoek-Schoondijke
118
117
67
17
28
5
0
1
2015
2014
Projecten Brabant
A4 Dinteloord - Bergen op Zoom
275
274
194
32
11
29
10
2015
2015
N2 Meerenakkerweg (A2 zone)
7
11
2
4
1
2014
2014
A67 Aanpak toerit Someren
6
6
2
4
2015
Projecten Limburg
A2 Maasbracht - Geleen, 1e fase
A2 Passage Maastricht
678
623
542
103
19
14
2016
2016
A76 Aansluitng Nuth
64
0
48
6
9
2017
Projecten Oost-Nederland
A50 Ewijk - Valburg
270
276
263
1
10
-
-6
2
0
2015
2015
N35 Combiplan Nijverdal
316
316
258
32
19
7
2014
2014
A12 Ede - Grijsoord
120
0
4
4
64
46
2
2017
Projecten Noord-Nederland
N31 Leeuwarden (De Haak) 1
194
193
120
49
24
1
2015
2014
Overige maatregelen
Meer kwaliteit leefomgeving
108
107
2
1
20
16
20
20
20
10
Meer veilig 2
27
27
27
Meer veilig 3
40
40
0
10
10
10
10
0
0
Verzorgingsplaatsen
25
25
4
5
5
10
0
0
0
0
Afrondingen
2
-
-1
1
1
1
-
-1
Totaal uitvoeringsprogramma
9.995
5.892
792
645
454
539
230
351
1.091
Realisatieuitgaven op IF 12.03.01 mbt planuitwerking
131
117
89
17
0
0
Programma Realisatie (IF 12.03.01)
923
763
543
556
230
351
1.091
Budget Realisatie (IF 12.03.01)
773
613
383
556
330
711
1.091
Overprogrammering (-)
- 150
- 150
- 160
0
100
360
Noot 1
De openstelling van dit project vindt plaats in het kalenderjaar voor het jaar van oplevering.
12.03.02 Verkenningen en Planuitwerkingen
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
-
-
-
-De taakstellende budgetten zijn op prijspeil 2014 gebracht.
-
-
-
-
-De projecten A12 Ede - Grijsoord, A28/A1 Knooppunt Hoevelaken en A1 Bunschoten - knooppunt Hoevelaken zijn in realisatiefase en opgenomen bij Art. 12.03.01 Realisatie.
-
-
-
-
-Eind 2013 is besloten om af te zien van tol op de A13/A16, het volledige taakstellend budget is nu begroot op artikel 12. Dit is gedekt uit de reservering tolopgave DBFM aanbesteding Blankenburgverbinding en Via15. Zie Kamerstukken II, 2013/14, 33 750 A, nr. 19.
-
-
-
-
-De taakstellende budgetten zijn bijgesteld als gevolg van een gewijzigde bijdragen van derden (A1/A6/A9 Schiphol - Amsterdam - Almere en A1 Apeldoorn - Azelo).
-
-
-
-
-Blankenburgverbinding: Bij de voorkeursbeslissing is het taakstellend budget vastgesteld op € 1.168 miljoen, waarvan € 315 miljoen door tol wordt opgebracht.
-
-
-
-
-A7/A8 Coentunnel Purmerend Noord: Naar aanleiding van de uitkomsten van het MIRT-onderzoek Noordkant Amsterdam is een reservering getroffen van € 300 miljoen onder de categorie gebonden.
-
-
-
-
-Beter Benutten: Betreft de terugboeking van middelen in 2016 en 2017 die vanuit Beter Benutten zijn voorgefinancierd voor de A1 Bunschoten Hoevelaken.
-
-
-
-
-A1/A6/A9 SAA, deeltraject A9 Amstelveen en A6 Almere: Betreft de toevoeging van de prijsindexatie 2014 en de verlaging van het projectbudget als gevolg van een neerwaartse bijstelling van de ontvangsten met € 60 miljoen als gevolg van een bijgestelde bijdrage vanuit de gemeente Amstelveen.
-
-
-
-
-Bij het Tracébesluit (maart 2011) is gemeld dat het project SAA een flinke opgave heeft om het project te realiseren binnen het taakstellend budget. Op dit moment is één deelproject open gesteld (A10), één deelproject in het begin van de uitvoering (A1-A6), één deelproject in de aanbestedingsprocedure (A9 Gaasperdammerweg) en moet de aanbestedingsprocedure voor twee deelprojecten nog starten (A6 Almere, A9 Amstelveen). Voor het project A9 Amstelveen moet het Ontwerp Tracébesluit deels opnieuw doorlopen worden, omdat de oorspronkelijk beoogde tunnel is vervangen door een verdiepte ligging. Dit betekent dat het project nog te maken heeft met technische en bestuurlijke risico’s, waarvan op dit moment niet met zekerheid gezegd kan worden hoe deze financieel zullen uitpakken. Van de asymmetrische risicoverdeling, zoals ook bij het Tracébesluit in 2011 gemeld, is nog steeds sprake. Het project stuurt maximaal op een goede verhouding tussen geld en kwaliteit, het voorkomen van vertragingskosten en het ondervangen van gesignaleerde risico’s. Het realiseren van SAA binnen het taakstellend budget behoort daardoor nog steeds tot de mogelijkheden. Met de ervaringen en inzichten van de realisatieprojecten en de financial close van de A9 Gaasperdammerweg, zal de Kamer bij Ontwerpbegroting 2016 nader geïnformeerd worden over de ontwikkeling van de budgetspanning.
-
-
-
-
-A10 Zuidas: De middelen voor het integrale project Zuidasdok zijn overgeheveld naar IF Artikel 17.
-
-
-
-
-A10 Knooppunten De Nieuwe Meer en Amstel: middelen zijn overgeboekt naar IF Artikel 17 Zuidasdok. Dit betreft een overboeking voor de voorbereidingskosten van A10 Knooppunten die onderdeel uitmaken van de uitgaven door de projectorganisatie van Zuidasdok.
-
-
-
-
-A12/A27 Ring Utrecht: Betreft de toevoeging van de prijsindexatie 2014.
-
-
-
-
-A27 Houten - Hooipolder: Betreft de toevoeging van de prijsindexatie en de verhoging van het taakstellend budget door de keuze voor het alternatief met het meest oplossende vermogen en hoogste baten-kostenverhouding (€ 57 miljoen).
-
-
-
-
-Stedelijke Bereikbaarheid Almere: Het taakstellend budget wordt, naast prijsindexatie 2014, verhoogd met € 2,5 miljoen naar aanleiding van de uitvoeringsovereenkomst Almere 2.0.
-
-
-
-
-A12/A15 Ressen - Oudbroeken: Betreft de toevoeging van de prijsindexatie 2014 en de verhoging van het taakstellend budget als gevolg van het in lijn brengen van de toltarieven met de Blankenburgverbinding.
-
-
-
-
-A1 Apeldoorn - Azelo: Het voorkeursalternatief is vastgesteld en de planuitwerking voor het project is gestart. Het taakstellend budget is vastgesteld en de regionale ontvangsten inclusief voorfinanciering (€ 142 miljoen) zijn opgenomen in de begroting. Een bedrag van € 28,5 miljoen wordt in 2024 terugbetaald aan de provincies Overijssel en Gelderland.
-
-
-
-
-A7 Zuidelijke Ringweg Groningen, fase 2: Het taakstellend budget is, naast toevoeging prijsindexatie 2014, bij het OTB als gevolg van een verschil tussen raming en budget met € 49 miljoen verhoogd.
-
-
-
-
-Reservering LCC: een bedrag van € 60 miljoen is overgeboekt naar de Reservering BenO-consequenties Blankenburgverbinding en een bedrag van € 15 miljoen is overgeboekt naar Reservering BenO-consequenties A1 Apeldoorn - Azelo.
-
-
-
-
-Er is een specifieke reservering getroffen voor de extra kosten voor Beheer en Onderhoud in de begrotingsperiode na de aanleg van de Blankenburgverbinding.
-
-
-
-
-De middelen voor de verbreding van de A4 Vlietland - N14 zijn apart begroot (€ 11 miljoen). Deze middelen waren voorheen gereserveerd bij A4-44 Rijnlandroute.
-
-
-
-
-N35 Nijverdal - Wierden: Het taakstellend budget is met € 10 miljoen verhoogd als gevolg van bestuurlijke afspraken met de regio.
-
-
-
-
-Er is een specifieke reservering getroffen voor de extra kosten voor Beheer en Onderhoud in de begrotingsperiode na de aanleg van de A1 Apeldoorn-Azelo.
-
-
-
-
-De provincie Overijssel en Gelderland financieren een deel van het project A1 Apeldoorn-Azelo voor. Een bedrag van € 28 miljoen is gereserveerd voor de terugbetaling van het Rijk aan de provincies in 2024.
-
-
-
-
-Er is een reservering getroffen voor de Landzijdige Bereikbaarheid Lelystad airport (€ 51 miljoen).
-
-
-
-
-Er is een reservering getroffen voor de A58 aansluiting Goes (€ 9 miljoen) naar aanleiding van afspraken met de regio.
-
Projectoverzicht behorende bij 12.03.02 Verkenningen en planuitwerkingen Hoofdwegennet
Bedragen x € 1 mln.
Budget
Planning
Projectomschrijving
huidig
vorig
TB
Openstelling
Verplicht
Realisatieuitgaven op IF12.03.01 mbt planuitwerkingsprojecten
-
-355
-
-283
Projecten Nationaal
Beter Benutten
301
286
nvt
Geluidsaneringprogramma - weg
258
255
nvt
Lucht - weg (NSL hoofdwegennet)
235
235
nvt
Bijdrage aan agentschap t.b.v. externe kosten planuitwerkingen
235
240
nvt
Projecten Noord-Holland, Utrecht en Flevoland
A1/A6/A9 Schiphol - Amsterdam - Almere, deeltraject A9 Amstelveen (deel 4) en A6 Almere (deel 5)
992
1.039
Deel 4: 2024-2026
Deel 5: 2020-2022
A10 Zuidas
627
2016
2028
A10 Knooppunten De Nieuwe Meer en Amstel
296
332
2016
2028
A12/A27 Ring Utrecht
1.134
1.120
2016
2024-2026
Rijksbijdrage aan de Noordelijke Randweg Utrecht
165
163
nvt
2026-2028
A27/A1 Utrecht.N. - knp. Eemnes - asl.Bunschoten
264
260
2014
2018-2020
A27 Houten - Hooipolder
787
721
2017
2023-2025
Stedelijke Bereikbaarheid Almere
28
25
nvt
nvt
A7/A8 Purmerend - Zaandam - Coenplein (spitsstrook)
25
25
2015
2015-2017
Projecten Zuidvleugel
A13/A16 Rotterdam
975
710
2016
2021-2023
A24 Blankenburgtunnel (excl. tolopgave)
854
2015
2022-2024
A4-A44 Rijnlandroute
550
555
Regio
A4 Vlietland - N14
12
2014
2020-2022
Projecten Oost-Nederland
A1 Apeldoorn Zuid - Beekbergen
36
36
2015
2016-2018
A12/A15 Ressen - Oudbroeken (excl. tolopbrengsten) (ViA15)
553
542
2015
2019-2021
N18 Varsseveld - Enschede
336
333
2013
2019-2021
N35 Zwolle - Wijthmen
48
47
2015
2016-2018
A1 Apeldoorn - Azelo
420
2017
Fase 1: 2019-2021
Fase 2: 2026-2028
Projecten Noord-Nederland
A7 Zuidelijke Ringweg Groningen, fase 2 1
608
551
2015
2019-2021
Projecten Limburg
A2 't Vonderen - Kerensheide
256
254
2017
2025-2027
Gebonden
Projecten Nationaal
Beter Benutten
50
50
nvt
Reservering tolopgave DBFM-aanbestedingen Blankenburgverbinding en ViA15
47
301
nvt
Reservering tegenvallende tolopbrengsten A12/A15
61
60
nvt
Reserveringen voor LCC
148
223
nvt
Reservering BenO Blankenburgverbinding
79
nvt
Projecten Noord-Holland, Utrecht en Flevoland
A7/A8 Coentunnel - Purmerend-Noord
300
Projecten Zuidvleugel
A4 Haaglanden (passage en poorten & inprikkers)
446
440
Projecten Brabant
A58 Eindhoven - Tilburg
317
317
A58 Sint Annabosch - Galder
116
116
N65 Vught - Haaren 2
46
45
Projecten Oost-Nederland
N35 Nijverdal - Wierden
50
40
Reservering Landzijdige Bereikbaarheid Lelystad airport
51
Reservering BenO A1 Apeldoorn - Azelo
19
Reservering Terugbetaling voorfinanciering A1 Apeldoorn - Azelo
28
Bestemd
383
2.613
Projecten in voorbereiding
Projecten Nationaal
Reservering consequenties areaaluitbreiding op beheer en onderhoud
Reservering nalevingskosten SWUNG
Studiebudget Verkenningen
Projecten Zuidvleugel
A20 Nieuwerkerk - Gouwe
Projecten Zuidwestelijke delta
Reservering A58 aansluiting Goes
Projecten Noord-Brabant
Reservering landzijdige bereikbaarheid Eindhoven Airport
Projecten Oost-Nederland
Overige projecten in voorbereiding
Gesignaleerde Risico's
Totaal programma planuitwerking en verkenning
11.154
Begroting 14.01.02
11.154
legenda
TB = Tracébesluit
Noot 1
Dit beschikbare budget is excl. de middelen die op artikel 14 worden begroot (€ 56 mln).
Noot 2
Dit is exclusief de € 10,6 mln. die RWS heeft gereserveerd voor maatregelen op en langs de N65, conform het convenant tussen RWS en Vught van 13 juni 2007.
Onderstaand is de budgetflexibiliteit voor de periode 2014-2028 weergegeven voor aanleg planuitwerkingen en verkenningen door inzicht te verstrekken in de opbouw van de MIRT-budgetten tot en met 2028.
12.04 Geïntegreerde contractvormen
Motivering
Infrastructuur projecten die via een DBFM (Design, Build, Finance en Maintain) contract worden aanbesteed, hebben als kenmerk dat sprake is van de overdracht van de integrale onderdelen van een bouwproject (ontwerp, bouw, onderhoud en financiering) aan een private opdrachtnemer. In plaats van een product wordt een dienst uitgevraagd, te weten de beschikbaarheid van de infrastructuur. De betaling vindt plaats aan de hand van de overeengekomen prestatie die wordt afgezet tegen de daadwerkelijk geleverde prestatie, de beschikbaarheid. Omdat het project gefinancierd is door banken en/of institutionele beleggers, is sprake van een sterke druk vanuit de financiers op de private opdrachtnemer om de afgesproken prestatie ook te leveren. Een lager prestatieniveau leidt tot lagere betalingen, die op hun beurt de terugbetaling van de financiering moeten zekerstellen. In de bouwfase kan sprake zijn van een gedeeltelijke betaling (de beschikbaarheidsvergoeding) als sprake is van de uitbreiding van een bestaande weg die ook tijdens de verbouwing beschikbaar moet blijven voor het wegverkeer. Bij openstelling van de weg wordt overgegaan naar een volledige beschikbaarheidsvergoeding. Het afronden van een aanbesteding resulteert in een meerjarige verplichting van zowel aanleg als ook beheer en onderhoud op het desbetreffende project.
De Brief Prioritering Investeringen Mobiliteit en Water (Kamerstukken II, 2010/11, 32 500 A, nr. 83, bijlage 3) bevat een lijst van in totaal 20 potentiële DBFM-projecten op het hoofdwegennet. Al deze projecten worden getoetst aan kwalitatieve criteria en op mogelijke financiële meerwaarde. In de Voortgangsrapportage DBFM(O) wordt periodiek gerapporteerd over de DBFM-dealflow op langere termijn.
Producten
Onderstaand een overzicht van de projecten waar reeds beschikbaarheidsbetalingen worden verstrekt danwel op korte termijn worden verwacht.
Het project A15 Maasvlakte-Vaanplein verkeert in de bouwfase en kent een partiële beschikbaarheidsvergoeding. De volledige beschikbaarheidsvergoeding wordt na oplevering betaald vanaf 2015 tot en met 2035.
De A12 Lunetten-Veenendaal bevindt zich in de exploitatiefase waardoor sprake is van een volledige beschikbaarheidsvergoeding.
De N33 Assen-Zuidbroek is gegund en de financial close heeft eind 2012 plaatsgevonden. Dit project kent een partiële beschikbaarheidsvergoeding. Naar verwachting wordt vanaf het najaar 2014 overgegaan naar een volledige beschikbaarheidsvergoeding. De N33 is een pilot met index linked financiering. Dit houdt in dat de beschikbaarheidsvergoeding jaarlijks wordt aangepast aan de inflatie-ontwikkeling.
Het project A1/A6 Diemen-Almere Havendreef, onderdeel van het programma Schiphol-Amsterdam-Almere (SAA), is gegund en de Financial close heeft begin 2013 plaatsgevonden. Naar verwachting zal in 2020 sprake zijn van volledige beschikbaarheidsvergoeding.
Het project A12 Ede-Grijsoord is in aanbesteding en zal vanaf eind 2014 partiële beschikbaarheidsvergoedingen betalen. Volledige beschikbaarheidsvergoedingen zullen op dit artikel verantwoord worden vanaf eind 2016 na oplevering. Dit geldt ook voor de N18 Varsseveld-Enschede waarvan de aanbesteding op korte termijn zal starten.
Voor 2015 en 2016 is voorzien dat de aanbesteding zal starten van het volgende deelproject van Schiphol-Amsterdam-Almere (de A6 bij Almere), de A13/A16 Rotterdam, de Blankenburgverbinding, de A12/15 Ressen-Oudbroeken (Via15) en de A27/A1 Utrecht Noord-Knooppunt Eemnes-Bunschoten.
Het project A9 Holendrecht-Diemen (Gaasperdammerweg), onderdeel van SAA, is in aanbesteding. Verwacht wordt dat het DBFM contract eind 2014 wordt getekend en vanaf dat moment partiële beschikbaarheidsbetalingen zal kennen. Volledige beschikbaarheidsvergoedingen zullen naar verwachting gaan lopen na de oplevering in 2020.
Belangrijkste budgettaire aanpassingen
-
-
-
-Aflossing tunnels: Stijging van € 9 miljoen betreft de indexering IBOI 2014.
-
-
-
-
-A10 Tweede Coentunnel: Stijging van € 17 miljoen betreft de indexering IBOI 2014.
-
-
-
-
-A1/A6/A9 SAA: Betreft overheveling van A1-A6 niet-DBFM-gedeelte (€ 536 miljoen) en indexering IBOI 2014 (€ 18 miljoen)
-
-
-
-
-A12 Lunetten - Veenendaal: Betreft indexering IBOI 2014 (€ 5 miljoen) en aanvulling indexering 2012 (€ 4 miljoen)
-
-
-
-
-A15 Maasvlakte-Vaanplein: Stijging van € 22 miljoen betreft de indexering IBOI 2014.
-
-
-
-
-N31 Leeuwarden - Drachten: Betreft € 19 miljoen correctie DBFM-conversie en indexering IBOI 2014 (€ 1 miljoen).
-
-
-
-
-N33 Assen - Zuidbroek: In de vorige opgave was de realisatie t/m 2012 niet meegenomen (€ 21 miljoen). Daarnaast wordt € 4 miljoen indexering IBOI 2014 toegevoegd.
-
Projectoverzicht behorende bij 12.04 geïntegreerde contractvormen Hoofdwegennet
Totaal
Budget in € mln
Oplevering
Projectomschrijving
huidig
vorig
t/m 2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
later
huidig
vorig
Projecten Noord-Holland, Utrecht en Flevoland
Aflossing tunnels
1.234
1.225
429
53
59
56
58
59
62
458
-
-
A10 Tweede Coentunnel
2.213
2.196
838
91
74
76
53
53
53
975
2013
2013
A1/A6/A9 Schiphol - Amsterdam - Almere
2.017
1.999
40
43
17
57
376
186
125
1.173
2019
2019
A12 Lunetten - Veenendaal
636
627
218
24
24
24
24
24
19
279
2012
2012
Projecten Zuidvleugel
A15 Maasvlakte - Vaanplein
2.053
2.031
215
340
352
294
54
54
54
690
2015
2015
Projecten Brabant
A59 Rosmalen - Geffen, PPS
288
288
266
1
1
1
1
18
2005
2005
Projecten Noord-Nederland
N31 Leeuwarden - Drachten
166
146
107
6
6
6
6
6
6
23
2007
2007
N33 Assen - Zuidbroek1
340
336
34
44
13
13
13
13
13
197
2015
2015
Afrondingen
0
1
-
-1
Totaal
8.947
2.147
602
545
527
585
396
333
12.06 Netwerkgebonden kosten Hoofdwegennet
Motivering
Op dit artikelonderdeel worden de aan het netwerk te relateren apparaatskosten (incl. afschrijving en rente) van RWS en de overige netwerkgebonden kosten geraamd. De overige netwerkgebonden kosten komen ten goede aan verkeersmanagement, beheer, onderhoud, vervanging, aanleg en DBFM en betreffen taken die gecentraliseerd binnen RWS worden opgepakt. Het gaat bij deze zogeheten landelijke taken onder meer om het verzamelen van basisinformatie, onderhouden van ICT systemen,het inspecteren van het areaal en de ontwikkeling van kennis en innovatie. Er is gekozen voor centrale uitvoering met het oog op enerzijds uniformiteit in werkwijze en anderzijds kostenbesparing.
12.07 Investeringsruimte
Motivering
Op dit artikelonderdeel wordt de voor dit artikel beschikbare investeringsruimte tot en met 2028 verantwoord. De investeringsruimte is onder meer beschikbaar voor risico’s en de in het najaar van 2013 aangekondigde MIRT-onderzoeken (Kamerstukken II, 2013/14, 33 750 A, nr. 25).
De in de begroting 2014 opgenomen stand van de beschikbare investeringsruimte tot en met 2028 bedroeg € 1.227 miljoen. Door de hieronder vermelde belangrijkste (budgettaire) aanpassingen bedraagt deze ruimte in de ontwerpbegroting 2015 nu € 639 miljoen.
-
-
-
-Aanvullende dekking van de nalevingskosten SWUNG (€ 77 miljoen) voor de periode tot en met 2028.
-
-
-
-
-Ophoging van verschillende taakstellende projectbudgetten (onder andere Zuidelijke Ringweg Groningen, A2 Passage Maastricht, A27 Houten-Hooipolder, N35 Nijverdal - Wierden). Zie hiervoor ook de toelichting bij IF artikel 12.03.
-
-
-
-
-Voor verschillende projecten is naar aanleiding van bestuurlijke afspraken met regionale partners in deze begroting budget gereserveerd (Landzijdige bereikbaarheid Lelystad Airport en Eindhoven Airport, Aansluiting A58 Goes).
-
-
-
-
-Verlaging van de toltarieven bij de A12/A15 Ressen - Oudbroeken (€ 12 miljoen).
-
-
-
-
-Verwerking van het saldo van mee- en tegenvallers binnen het realisatieprogramma.
-
12.07 Inv.ruimte Wegen
2014
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
Investeringsruimte
-
-0
1
-
-1
-
-1
2
-
-1
-
-1
145.152
Kaseffect verwerking index2013
-
-42.732
-
-38.043
-
-41.956
-
-39.817
-
-32.936
-
-31.268
-
-24.883
-
-29.196
Kaseffect verwerking index2014
-
-25.667
-
-23.639
-
-18.691
-
-20.346
-
-16.281
-
-20.964
-
-25.424
-
-28.058
Totaal
-
-68.399
-
-61.681
-
-60.648
-
-60.163
-
-49.215
-
-52.233
-
-50.308
87.898
12.07 Inv.ruimte Wegen
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
Totaal
Investeringsruimte
46.685
10.478
43.480
19.756
22.106
-
-32.553
384.004
639.107
Kaseffect verwerking index2013
-
-31.260
-
-30.113
-
-19.885
-
-15.537
-
-16.360
393.986
0
1
Kaseffect verwerking index2014
-
-10.425
-
-31.068
-
-23.590
-
-11.186
-
-25.076
-
-7.910
288.324
0
Totaal
5.000
-
-50.703
5
-
-6.967
-
-19.330
353.524
672.328
639.108
Artikel 13 Spoorwegen
Omschrijving van de samenhang in het beleid
Op dit artikel worden de producten op het gebied van Spoorwegen verantwoord.
Het productartikel Spoorwegen is gerelateerd aan de beleidsdoelstellingen en beleidsinstrumenten zoals beschreven in de Begroting hoofdstuk XII over 2015 bij beleidsartikel 16 Spoor.
Budgettaire gevolgen van de uitvoering van art. 13 Spoorwegen (x € 1.000)
2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
Verplichtingen
2.727.691
2.221.826
1.733.921
2.242.943
2.382.804
1.751.358
2.027.819
Uitgaven
2.384.292
2.390.335
2.387.881
2.464.491
2.238.605
2.207.053
1.933.701
Waarvan juridisch verplicht:
95%
13.02 Beheer, onderhoud en vervanging
1.346.811
1.333.674
1.240.257
1.319.800
1.167.051
1.110.815
1.185.320
13.03 Aanleg
886.190
909.405
952.335
972.202
910.500
940.776
569.774
13.03.01 Realisatieprogramma personenvervoer
801.687
803.312
662.580
700.795
491.121
363.875
306.494
13.03.02 Realisatieprogramma goederenvervoer
64.829
78.681
65.436
64.947
75.336
72.631
38.196
13.03.04 Verk. en planuitw. personenvervoer
18.360
15.929
210.246
183.822
268.459
438.134
225.084
13.03.05 Verk. en planuitw. goederenvervoer
1.314
11.483
14.073
22.638
75.584
66.136
0
13.04 Geintegreerde contractvormen/PPS
134.675
147.830
147.026
146.980
146.983
153.490
156.679
13.07 Rente en aflossing
16.616
16.578
48.397
16.597
16.597
16.597
16.597
13.08 Investeringsruimte
0
- 17.151
- 134
8.912
- 2.526
- 14.626
5.331
Van totale uitgaven
-
-Bijdrage aan agentschappen
0
0
0
0
0
0
0
-
-Restant
2.384.292
2.390.335
2.387.881
2.464.491
2.238.605
2.207.053
1.933.701
13.09 Ontvangsten
202.042
120.869
232.720
177.161
193.583
192.830
204.490
Budgetflexibiliteit
Met uitzondering van verkenning en planuitwerking, worden de budgetten in 2015 als juridisch verplicht beschouwd op de peildatum 1 januari 2015. Voor de mate van verplichting van het verkenningen en planuitwerkingsprogramma tot en met 2028 wordt verwezen naar het betreffende projectoverzicht.
Onderstaand zijn de beschikbare budgetten tot en met 2028 per jaar gepresenteerd op het niveau van artikelonderdeel. In de verdiepingsbijlage bij de begroting zijn de mutaties op hetzelfde detailniveau toegelicht voor de periode tot en met 2028.
Bedragen x € 1.000
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
13
Spoorwegen
uitgaven
2.387.881
2.464.491
2.238.605
2.207.053
1.933.701
1.790.138
1.469.637
13.02
Beheer, onderhoud en vervanging
1.240.257
1.319.800
1.167.051
1.110.815
1.185.320
1.162.653
1.169.571
13.03
Aanleg
952.335
972.202
910.500
940.776
569.774
439.964
81.391
13.04
GIV/PPS
147.026
146.980
146.983
153.491
156.679
163.889
164.821
13.07
Rente en aflossing
48.397
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
13.08
Investeringsruimte
-
-134
8.912
-
-2.526
-
-14.626
5.331
7.035
37.257
13.09
Ontvangsten
Ontvangsten
232.720
177.161
193.583
192.830
204.490
202.884
207.681
(vervolg) Bedragen x € 1.000
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
13
Spoorwegen
uitgaven
1.359.403
1.613.478
1.783.930
1.787.309
1.853.443
1.906.176
2.008.502
13.02
Beheer, onderhoud en vervanging
1.174.223
1.177.245
1.197.156
1.196.858
1.197.926
1.165.259
1.147.811
13.03
Aanleg
-
-33.954
211.020
293.257
316.907
382.762
418.967
209.947
13.04
GIV/PPS
166.200
167.591
169.444
170.408
170.479
169.667
159.427
13.07
Rente en aflossing
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
13.08
Investeringsruimte
36.337
41.025
107.476
86.539
85.679
135.686
474.720
13.09
Ontvangsten
Ontvangsten
210.507
213.240
215.862
177.953
177.953
177.953
177.953
13.02 Beheer, onderhoud en vervanging
Motivering
Op grond van richtlijn 91/440/EEG i van de Raad van de Europese Gemeenschap van 29 juli 1991 wordt de taakorganisatie ProRail belast met het beheer en onderhoud van de landelijke spoorweginfrastructuur. Op grond van de huidige beheerconcessie voert ProRail het beheer van de hoofdspoorweginfrastructuur in de periode 2005-2015 uit. Per 1 januari 2015 treedt de nieuwe beheerconcessie aan ProRail voor een periode van tien jaar in werking.
De rijksbijdrage aan ProRail wordt jaarlijks vastgesteld met een beschikking overeenkomstig het bepaalde in de Wet en Besluit Infrastructuurfonds. De subsidie wordt door ProRail aangewend voor het in goede gebruikstoestand houden van de landelijke spoorweginfrastructuur.
Sinds 1 januari 2008 wordt ProRail aangestuurd op output. Dat betekent dat de Minister van IenM afspraken maakt met ProRail over de te realiseren prestaties op basis van een resultaatsverplichting. Die prestaties worden jaarlijks opgenomen in het beheerplan van ProRail. De Minister van IenM moet hiermee instemmen. Per 1 januari 2015 zal de nieuwe beheerconcessie in werking treden waarin afspraken worden gemaakt over een scherpere aansturing van ProRail door de Minister van IenM. Naast het sturen op prestaties met een resultaatverplichting zal IenM met de nieuwe concessie sturen op programma’s en maatregelen, bijvoorbeeld op het gebied van betrouwbaarheid van de infrastructuur. IenM zal hiertoe aan de voorkant van de jaarlijkse beheerplancyclus voorstellen doen in een jaarlijkse beleidsprioriteitenbrief. De nieuwe concessie bevat daarnaast aanvullende verplichtingen voor ProRail op het gebied van samenwerking met vervoerders en andere belanghebbenden en transparantie over haar prestaties en afwegingen naar de buitenwereld. De nieuwe beheerconcessie wordt aan het einde van 2014 afgerond. Het beheerplan 2015 wordt aan het begin van 2015 aan de Tweede Kamer toegezonden en zal in het teken staan van de overgang van de oude naar de nieuwe concessie.
Producten
De beheer-, onderhoud- en vervangingsactiviteiten zijn gericht op het realiseren van de in het beheerplan opgenomen prestaties betreffende de in de beheerconcessie vastgelegde zorgtaken van ProRail. Onderdeel hiervan zijn de activiteiten van ProRail die samenhangen met spoorverkeersleiding en activiteiten op het gebied van capaciteitsmanagement. In het beheerplan zelf wordt jaarlijks een uitgebreide beschrijving opgenomen van de belangrijkste activiteiten die voor dat jaar zijn gepland.
ProRail ontvangt voor de uit te voeren activiteiten een bijdrage van het Rijk. Bij de vaststelling van de rijksbijdrage voor beheer, onderhoud en vervanging wordt rekening gehouden met de inkomsten van de gebruiksvergoeding. De door ProRail te ontvangen gebruiksvergoeding wordt in mindering gebracht op de door het Rijk te subsidiëren uitgaven. In de uitgaven wordt een onderscheid gemaakt tussen beheer en onderhoud, vervanging en apparaatskosten.
Vanuit de LTSa is de Herijking van de spoorbudgetten aangekondigd. In lijn hiermee worden in 2014/2015 de financiële reeksen van Prorail voor beheer, onderhoud en vervanging onderzocht mede in het licht van de door Prorail gesignaleerde druk op de meerjarige budgetten. Uiterlijk in de begroting 2016 worden de uitkomsten van het onderzoek opgenomen. In afwachting van de uitkomsten daarvan is ervoor gekozen de besluitvorming over de prijsbijstelling naar prijspeil 2014 van de budgetten voor beheer, onderhoud en vervanging aan te houden tot de begroting 2016. Dit impliceert dat het budget ten behoeve van beheer, onderhoud en vervanging in prijspeil 2013 is uitgedrukt.
Uitgaven (x € 1.000, op basis van de meerjarenramingen bij het Beheerplan 2014):
2014
2015
2016
2017
2018
2019
Beheer en calamiteitenorganisatie
203.473
204.154
201.911
200.121
189.609
189.002
Grootschalig onderhoud
177.146
154.993
154.844
154.599
148.495
141.361
Kleinschalig onderhoud
338.436
306.903
305.056
305.178
304.689
299.310
Onderhoud transfer
80.265
83.984
86.811
87.009
87.257
87.491
Verkenning en innovatie
4.312
4.312
4.068
4.068
4.068
4.068
Uitbesteed werk
803.633
754.345
752.690
750.974
734.118
721.233
Bovenbouwvernieuwingen
153.991
220.358
220.347
220.347
220.347
220.347
Vervanging overige systemen
328.004
300.614
408.513
269.302
245.275
337.991
Vervangingsinvesteringen
481.994
520.972
628.860
489.649
465.623
558.338
Apparaatskosten BOV
350.347
338.137
321.682
313.751
305.786
305.340
Apparaatskosten
350.347
338.137
321.682
313.751
305.786
305.340
Totaal uitgaven ProRail
1.635.974
1.613.454
1.703.232
1.554.374
1.505.527
1.584.910
Doorbelaste kosten aan derde-partijen
-
-51.120
-
-39.556
-
-39.042
-
-39.042
-
-39.042
-
-39.042
Gebruiksvergoeding vervoerders
-
-259.120
-
-343.641
-
-346.972
-
-350.863
-
-355.670
-
-360.548
Doorbelaste uitgaven
- 310.240
- 383.197
- 386.014
- 389.905
- 394.712
- 399.590
Rijksbijdrage aan ProRail
1.325.734
1.230.257
1.317.218
1.164.469
1.110.815
1.185.320
Reservering uitgaven actieplan groei op het spoor
7.940
10.000
2.582
2.582
0
0
Totaal artikel 13.02
1.333.674
1.240.257
1.319.800
1.167.051
1.110.815
1.185.320
Toelichting:
Uitbesteed werk
-
-
-
-De activiteiten die worden uitgevoerd voor beheer en de calamiteitenorganisatie vormen de basis voor de prestaties die ProRail levert. Beheeractiviteiten die hieraan bijdragen zijn incidentenregie, beheer van netwerken, camera’s en verbindingen, softwareonderhoud, energietransportcapaciteit en verzekeringen.
-
-
-
-
-Grootschalig onderhoud omvat die activiteiten die nodig zijn om de kwaliteit van de infrastructuur te handhaven en de theoretische levensduur in casu afschrijvingstermijn waar te maken. De activiteiten richten zich voornamelijk op het onderhouden en aanpassen van constructies, conserveren van objecten, slijpen van spoorstaven en het seizoenbestendig houden en maken van de sporen.
-
-
-
-
-Kleinschalig onderhoud voorziet in de activiteiten die noodzakelijk zijn om de prestaties op het gebied van beschikbaarheid, betrouwbaarheid en veiligheid te realiseren. Het gaat zowel om cyclische als incidentele onderhoudsactiviteiten. Deze activiteiten zijn onder andere gericht op inspecties en schouw van de infrastructuur, correctie van spoorligging, vervangen van kleine componenten, functieherstel bij storingen, herstel van vermoeiingsschade van contactvlak tussen wiel en rail en sanering van geluidsschermen.
-
-
-
-
-Het onderhoud aan transfervoorzieningen (op stations) realiseert in belangrijke mate de reizigerstevredenheid op het gebied van reinheid en sociale veiligheid. Onderhoud transfer omvat op hoofdlijnen schoonmaak, onderhoud energie, verzekeringen en onroerende zaak belasting.
-
-
-
-
-Onder verkenning en innovatie vallen projecten en programma’s voor onderzoek naar verbetering van het spoorsysteem.
-
Vervangingsinvesteringen
-
-
-
-Bovenbouwvernieuwing betreft voornamelijk het vervangen van spoorstaven, dwarsliggers, ballast en wissels.
-
-
-
-
-Onder de overige systemen vallen onder andere het treinbeveiligingssysteem, treinbeheersing- en communicatiesystemen, energievoorziening, transfersystemen en kunstwerken.
-
Apparaatskosten
-
-
-
-De apparaatskosten betreffen de lonen, salarissen, overige personeelskosten, inhuur en huisvestingskosten van ProRail. De apparaatskosten die samenhangen met de investeringen (MIRT-projecten) worden via een opslag voor algemene kosten gesubsidieerd vanuit artikel 13.03.
-
Doorbelaste uitgaven
-
-
-
-Een deel van de jaarlijkse beheer-, onderhoud- en vervangingskosten wordt doorbelast aan derden, voornamelijk decentrale overheden. Het gaat dan voornamelijk om het onderhoud van de zogenaamde omgevingswerken. Derden hebben ook de mogelijkheid om het onderhoud van omgevingswerken eeuwigdurend af te kopen. Deze gelden staan bij ProRail op de balans geparkeerd als «voorziening derdenwerken» en het jaarlijkse onderhoud hieraan wordt hierop in mindering gebracht.
-
-
-
-
-Een deel van de beheer-, onderhoud- en vervangingskosten, de gebruiksafhankelijke kosten, wordt aan de vervoerders doorbelast als gebruiksvergoeding. De tarieven worden jaarlijks door ProRail vastgesteld en gepubliceerd in de Netverklaring. Bij het bepalen van de hoogte van de rijksbijdrage voor ProRail wordt de te ontvangen gebruiksvergoeding in mindering gebracht op de verwachte uitgaven.
-
Actieplan groei op het spoor
-
-
-
-Op artikel 13.02 zijn naast de uitgaven van ProRail ook middelen gereserveerd voor het actieplan groei op het spoor. Realisatie van deze uitgaven vindt plaats op Begroting hoofdstuk XII. Zodra verplichtingen zijn aangegaan, worden deze middelen overgeheveld naar de betreffende artikelen.
-
In bijlage 5 «Toelichting artikel 13 Spoorwegen» is nadere informatie opgenomen over de aansluiting tussen de middelen op het Infrastructuurfonds en de bestedingen door ProRail.
Prestaties ProRail
Meetbare gegevens
Op grond van de Beheerconcessie worden met ProRail afspraken gemaakt over de invulling van haar zorgplichten voor de spoorinfrastructuur. Dit gebeurt door voor de verschillende zorggebieden kernprestatie indicatoren (KPI’s) af te spreken met grenswaarden, zoals weergegeven in onderstaande tabel. In deze tabel zijn de KPI’s en grenswaarden opgenomen uit het Beheerplan 2014. Eind 2014 worden de afspraken voor 2015 gemaakt, op basis van de nieuwe beheerconcessie.
Prestaties ProRail
Realisatie
Afspraak
Prognose
Beheerplan 2014
2013
2014
2015
Punctualiteit < 3 min. Reizigersverkeer totaal
87,9%
87,0%
87,0%
Punctualiteit < 5 min. HRN
93,6%
93,0%
93,0%
Punctualiteit < 3 min. Regionale series
92,5%
93,1%
93,1%
Punctualiteit < 3 min. Goederen
79,6%
82,0%
82,0%
Top-5 Aandachtseries
86,2%
84,0%
84,0%
Geleverde treinpaden
98%
98%
98%
Algemeen klantoordeel vervoerders
6,8
6,7
7,0
13.03 Aanleg Spoor
IenM is verantwoordelijk voor de uitbreiding van de hoofdspoorweginfrastructuur. Deze wordt in belangrijke mate gefinancierd met middelen uit de Rijksbegroting. Op dit artikelonderdeel worden alle uitgaven begroot die noodzakelijk zijn voor:
-
-
-
-door Prorail uit te voeren planuitwerkingen en verkenningen;
-
-
-
-
-door IenM uit te voeren planuitwerkingen en verkenningen;
-
-
-
-
-voorbereiding van de uitvoering van nieuwbouwprojecten Spoor;
-
-
-
-
-uitvoering van deze projecten.
-
13.03.01 Realisatieprogramma personenvervoer spoor
Afgesloten projecten
Onderstaande projecten zijn afgesloten en indien noodzakelijk zijn de resterende werkzaamheden toegevoegd aan het projectbudget Nazorg gereedgekomen lijnen en halten:
-
-
-
-Sporen in Arnhem
-
-
-
-
-Station Hengelo Gezondheidspark
-
-
-
-
-Station Groningen Europapark
-
-
-
-
-Hanzelijn
-
-
-
-
-Regionet verkorte treinopvolging Zaanlijn
-
-
-
-
-Regionet verplaatsing station Krommenie Assendelft
-
-
-
-
-Zutphen-Winterwijk verhogen vertreksnelheid
-
-
-
-
-Arnhem-Winterswijk perronverlenging
-
Nieuw opgenomen projecten
Beschermingsmaatregelen GSM-R interferentie (onder de post Kleine projecten)
Naar verwachting kan het steeds verder groeiende gebruik van moderne telecommunicatietechnologieën («3G» en «4G») door telecom providers leiden tot storingen in het GSM-R(ail)-netwerk van ProRail. Dit netwerk wordt onder andere gebruikt voor de communicatie tussen machinisten en verkeersleiding, voor het treinbeveiligingssysteem ERTMS (European Rail Traffic Management System), voor reisinformatiesystemen en voor monitoringsystemen van ProRail voor bijvoorbeeld de wisselverwarming en ATB-Vv. Om te voorkomen dat dergelijke storingen optreden zijn de volgende beschermingsmaatregelen in de railinfrastructuur nodig:
-
-
-
-Inbouw van filters in de GSM-R-ontvangers voor reisinformatiesystemen en in de monitoring-systemen voor de wisselverwarming en ATB-Vv.
-
-
-
-
-Verdichting van het GSM-R basisstations infrastructuurnetwerk van ProRail, waardoor het GSM-R-netwerk minder gevoelig wordt voor interferenties vanuit de netwerken van telecom providers.
-
De totale kosten van deze maatregelen worden geraamd op € 12,1 miljoen. De bijdrage van EZ aan dit project is € 4 miljoen. De resterende € 8,1 miljoen is gedekt uit de investeringsruimte (IF 13.08)
Overige Wijzigingen
PHS DSSU
Het projectbudget is opgehoogd met € 5,4 miljoen ten behoeve van de aanleg van 95 ATB Vv installaties binnen dit project. De hiervoor benodigde gelden waren geraamd binnen het planuitwerkingsbudget PHS (13.03.04) en zijn om die reden overgeboekt naar het realisatiebudget.
Reistijdverbetering Deventer Zijperron
De hogere kosten ad € 3 miljoen worden veroorzaakt doordat er sprake was van niet eerder bekende obstakels (resten van een voormalig stationsgebouw) en onbekende kabels en leidingen in de grond. Het oude stationsgebouw is onderzocht op archeologische waarde waardoor de werkwijze in de uitvoering aangepast en vertraagd is. Door de vondst van onbekende kabels en leidingen zijn de kosten voor de aanpassing van de beveiliging hoger uitgevallen. De indienststelling van het nieuwe perron is zodoende verschoven van december 2013 naar medio 2014.
Punctualiteits- en capaciteitsknelpunten
Het projectbudget is verlaagd met € 10,9 miljoen. Zie toelichting Zwolle-Herfte bij 13.03.04.
Programma kleine functiewijzigingen
Het projectbudget is verlaagd met € 41 miljoen. Zie toelichting Zwolle-Herfte bij 13.03.04.
AKI-plan en veiligheidsknelpunten (PVVO)
In overleg met ProRail zijn over de pilot standaard langzaam verkeerstunnel van het programma PVVO nadere afspraken gemaakt over de toedeling van het resterende budget ad € 2,2 miljoen. Daarbij is gekozen voor overheveling van het resterende budget naar het in 2013 gestarte Landelijk Verbeterprogramma Overwegen (LVO). Dit programma geeft invulling aan het integrale overwegenbeleid van IenM en is in die zin een overkoepelend programma voor alle overwegprojecten. Naast specifieke projecten richt dit programma zich primair op meer generieke maatregelen en oplossingen. In totaal is voor het LVO programma nu € 202 miljoen beschikbaar.
Nazorg gereedgekomen lijnen en halten
Op basis van een inventarisatie van nog uit te voeren werkzaamheden en rekening houdend met de mogelijke risico’s bleek het verantwoord het projectbudget te verlagen met € 6,1 miljoen.
Spoorwegovergang Soestdijkseweg
Het projectbudget is verlaagd met € 4,2 miljoen in verband met een gerealiseerde aanbestedingsmeevaller.
NSP Den Haag Centraal
De voor de realisatie benodigde en geaccordeerde Treinvrije perioden (TVP’n), waar ook het bestek (en de Businesscase) op gebaseerd was, heeft ProRail later op verzoek van NS ingetrokken. Om het project te realiseren is in overeenstemming met partijen gekozen voor het verkorten van sporen waardoor de bouw van de OV Terminal zonder Treinvrije Perioden conform planning mogelijk bleef. Dit heeft geleid tot € 5,7 miljoen aan meerkosten. Hier staat evenwel tegenover dat gedurende de gehele realisatieperiode van de hal sprake is geweest van een continue beschikbaarheid van de sporen en toegang tot het station.
NSP Breda
Het projectbudget is opgehoogd met € 11,4 miljoen. Dit heeft voor € 9,3 miljoen betrekking op de OV-Terminal en voor € 2,1 miljoen op het geluidsscherm. Bij het opstellen van de businesscase is er onterecht van uitgegaan dat een deel van de kosten voor de OV-terminal gefinancierd zouden kunnen worden via beheer- en onderhoud. Daarnaast is het contract met de aannemer van de geluidsschermen opgezegd, wat tot meerkosten heeft geleid.
Sporendriehoek Noord Nederland
Het projectbudget is verlaagd met € 70 miljoen. Zie toelichting Zwolle-Herfte bij 13.03.04.
Projectoverzicht behorende bij 13.03.01 Realisatieprogramma personen spoor
Totaal
Budget in € mln
Oplevering
Projectomschrijving
huidig
vorig
t/m 2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
later
huidig
vorig
Projecten nationaal
Benutten
ERTMS-pilot Amsterdam-Utrecht en ERTMS expertisecentrum 1
28
28
3
25
0
0
2012/ 2013/ 2014
2012/ 2013/ 2014
Geluidsanering Spoorwegen
626
626
18
4
6
18
24
34
61
461
divers
divers
Uitvoeringsprogramma geluid emplacementen (UPGE)
29
29
8
5
9
4
4
divers
divers
Programma Hoogfrequent Spoorvervoer
PHS DSSU (inclusief voorinvestering)
283
278
51
64
69
80
18
1
2015
2012/ 2015
Stations en stationsaanpassingen
Kleine stations
78
78
30
3
2
6
8
8
10
10
divers
divers
Overige projecten/programma's /lijndelen etc.
AKI-plan en veiligheidsknelpunten
395
397
319
22
22
18
8
4
1
2
divers
divers
Fietsparkeren bij stations
221
221
15
12
14
14
14
14
14
124
divers
divers
Nazorg gereedgekomen lijnen/halten
46
56
0
13
8
8
8
8
divers
divers
Ontsnippering
81
81
24
3
4
20
23
5
4
divers
divers
Programma Kleine Functiewijzigingen
540
581
55
54
82
61
73
73
73
70
divers
divers
Punctualiteits-/capaciteitsknelpunten
308
319
77
60
39
34
19
16
17
46
divers
divers
Reistijdverbetering
15
12
8
6
1
2014
2013
Toegankelijkheid stations
503
503
46
46
47
44
44
45
44
187
divers
divers
Kleine projecten personenvervoer
14
0
0
4
0
4
4
1
divers
divers
Projecten Noord-Holland, Utrecht en Flevoland
Amsterdam-Almere-Lelystad
OV SAAL korte termijn
776
776
179
134
183
194
55
28
3
0
2016
2016
Stations en stationsaanpassingen
Amsterdam CS, Cuypershal
26
26
12
4
5
3
2
2014/ 2016
2014/ 2015/ 2016
Amsterdam CS, Fietsenstalling
35
35
3
2
9
7
5
5
4
2013/ 2018
2013/ 2018
Overige projecten/lijndelen etc.
Regionet (inclusief verkeersmaatregelen Schiphol)
188
185
148
13
8
8
3
4
3
2
divers
divers
Vleuten - Geldermalsen 4/6 sporen (incl. RSS)
956
956
676
60
36
54
42
28
6
53
2005 e.v.
2005 e.v.
Stations en stationsaanpassingen
OV-terminal stationsgebied Utrecht (VINEX/NSP)
346
346
193
79
34
30
10
2016
2016
Overige projecten/lijndelen etc.
Spoorwegovergang Soestdijkseweg te Bilthoven
32
37
16
8
6
1
1
2013/ 2015
2013/ 2015
Projecten Zuidvleugel
Stations en stationsaanpassingen
Den Haag CS (t.b.v. NSP)
123
117
117
6
2014
2014
Rotterdam Centraal (t.b.v. NSP)
275
275
256
20
0
2013
2013
Den Haag CS perronsporen 11 en 12
38
38
4
3
1
11
11
8
1
2018
2018
Overige projecten/lijndelen etc.
Rijswijk - Schiedam incl. spoorcorridor Delft
553
553
451
87
14
0
2015/ 2017
2015/ 2017
Projecten Brabant
Stations en stationsaanpassingen
Breda Centraal (t.b.v. NSP)
75
64
32
17
12
10
4
2016/ 2017
2016/ 2017
Projecten Oost Nederland
Utrecht-Arnhem-Zevenaar
Arnhem Centraal (t.b.v. NSP)
108
108
83
11
9
3
3
2011/ 2015
2011/ 2014
Traject Oost uitv. convenant DMB 2
239
239
11
10
21
39
37
33
29
61
2020
2020
Overige projecten/lijndelen etc.
Regionale lijnen Gelderland
14
14
3
1
3
5
1
1
divers
divers
Projecten Noord Nederland
Partiële spooruitbreiding Groningen-Leeuwarden
8
8
5
3
0
Sporendriehoek Noord-Nederland
134
204
29
19
18
14
15
17
13
10
divers
divers
Totaal ProRail projecten
6.813
2.871
796
663
691
437
330
1.025
Overige (niet ProRail) projecten
Afdekking risico's spoorprogramma's
29
29
6
8
6
8
n.v.t.
n.v.t.
Intensivering Spoor in steden (I)
246
245
186
10
10
15
15
10
Spoorzone Ede
42
42
2
3
6
24
7
Totaal overige (niet ProRail) Projecten
316
187
19
24
46
30
10
0
Programma Realisatie (IF 13.03.01)
7.129
3.059
815
687
737
467
340
1.025
Budget Realisatie (IF 13.03.01)
803
663
701
491
364
1.025
Overprogrammering (-)
- 12
- 24
- 36
24
24
24
Noot 1
Van het totale budget is € 6 mln aan Prorail beschikt. De overige kosten zijn voornamelijk bestemd voor ombouw materieel, opleidingskosten en de ontwikkeling van een referentiesysteem
Noot 2
Inclusief uitgaven mbt planuitwerking verantwoord op IF 13.05.01
13.03.02 Realisatieprogramma goederenvervoer spoor
Geen wijzigingen.
Projectoverzicht behorende bij 13.03.02 Realisatieprogramma goederen spoor
Totaal
Budget in € mln
Oplevering
Projectomschrijving
huidig
vorig
t/m 2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
later
huidig
vorig
ProRail Projecten
Uitgaven mbt planuitwerking op IF 13.03.05
-
-33
-
-16
-
-4
-
-6
-
-6
0
Projecten nationaal
PAGE risico reductie
18
18
8
0
1
4
3
2
1
divers
divers
Optimalisering Goederencorridor Rotterdam-Genua 1)
170
149
31
41
47
37
6
5
4
2013 e.v.
2013 e.v.
Aslasten Cluster III realisatie
1
1
0
1
0
Projecten Oost Nederland
Uitv.progr Goederenroute Elst-Deventer-Twente (NaNov) 1
154
149
46
12
9
16
32
18
21
divers
divers
Projecten Zuidwestelijke delta
Geluidmaatregelen Zeeuwselijn
27
27
10
1
7
6
2
2014/ 2016
2014/ 2016
Projecten Zuidvleugel
Spooraansluiting 2e Maasvlakte achterlandverbinding1
217
210
45
29
6
7
30
48
12
39
2014 e.v.
2014 e.v.
Overige projecten
Nazorg gereedgekomen projecten
4
4
0
1
1
1
1
divers
divers
Totaal ProRail Projecten
557
123
80
65
65
Overige (niet ProRail) Projecten
Programma Realisatie (IF 13.03.02)
557
123
80
65
65
Budget Realisatie (IF 13.03.02)
79
65
65
75
73
38
39
Overprogrammering (-)
- 1
0
0
1
Noot 1
Inclusief uitgaven mbt planuitwerkingen verantwoord op IF 13.05.02/13.03.05
13.03.04 Planuitwerking personenvervoer spoor
Nieuw opgenomen projecten
Zwolle-Herfte
Als gevolg van extra treinen op het baanvak Zwolle-Herfte is dit baanvak in 2012 overbelast verklaard. Daarnaast bestaan ambities voor het rijden van meer treinen op de lijnen Zwolle-Groningen/Leeuwarden en Zwolle-Emmen. Om dit capaciteitsknelpunt op te lossen heeft ProRail een Alternatievenstudie uitgevoerd in nauwe samenwerking met IenM, de Noordelijke provincies, Overijssel en de vervoerders NS en Arriva. Op basis van deze studie heeft op 17 december 2013 de Staatssecretaris samen met de gedeputeerden van Noord Nederland en Overijssel gekozen voor een Alternatief waarbij 2 extra sporen zullen worden gerealiseerd tussen Zwolle en Herfte inclusief een ongelijkvloerse kruising (Kamerstukken II, 2013/14, 33 750 A, nr. 60).
Het alternatief voorziet in:
-
-
-
-een uitbreiding van het spoor tussen Zwolle en de aansluiting bij Herfte van twee naar vier sporen inclusief aanleg van een vrije kruising voor deze sporen zodat de treinen van Zwolle richting Leeuwarden/Groningen en van Zwolle richting Emmen geen hinder van elkaar ondervinden.
-
-
-
-
-aanpassingen aan de oostzijde van het emplacement bij Zwolle zodat ook de treinen richting Enschede en Deventer tegelijk met de trein naar Leeuwarden/Groningen kunnen vertrekken (zogenaamde gelijktijdigheden).
-
Voor dit alternatief is € 170 miljoen beschikbaar gesteld. Daarnaast is ervoor gekozen om taakstellend € 55 miljoen beschikbaar te stellen voor het faciliteren van de (toekomstige) behoefte aan opstel- en servicecapaciteit. De totale investering ad. € 225 miljoen wordt voor € 70 miljoen gedekt vanuit het projectbudget Sporendriehoek Noord Nederland (middelen Motie Koopmans), voor € 55 miljoen uit de investeringsruimte Regionaal /Lokaal, voor € 41 miljoen uit het programma Kleine functiewijzigingen, voor € 12,1 miljoen aan reeds gereserveerde middelen binnen het programma Beheer en Onderhoud voor het gelijktijdig vervangen van een brug, aangevuld met € 10,9 miljoen aan reeds gereserveerde middelen binnen het budget voor punctualiteits- en capaciteitsknelpunten als gevolg van het verloren gaan van opstelcapaciteit door de aanleg van het 4e perroneiland te Zwolle. Daarnaast draagt de regio € 36 miljoen bij.
Overige wijzigingen
PHS
Zie voor de verlaging van het projectbudget de toelichting onder 13.03.01 bij het project PHS
Landelijk Verbeterprogramma Overwegen
Zie voor de ophoging het projectbudget de toelichting onder 13.03.01 bij het project AKI-plan en veiligheidsknelpunten (PVVO)
OV SAAL
De actualisatie en nadere uitwerking van OV SAAL naar aanleiding van de besluitvorming over de middellange termijn resulteert in een lager benodigd budget dan tot dusverre beschikbaar. Het projectbudget is met € 30 miljoen verlaagd. Deze gelden zijn toegevoegd aan de investeringsruimte (IF 13.08).
Amsterdam Zuidas station
Het projectbudget is opgehoogd met € 6,8 miljoen in verband met het indexeren naar prijspeil 2014.
De middelen voor het integrale project Zuidasdok zijn overgeheveld naar IF Artikel 17.
Amsterdam Zuid WTC
Het projectbudget is opgehoogd met € 3 miljoen in verband met het indexeren naar prijspeil 2014. Daarnaast is € 5,6 miljoen overgeboekt naar IF 12.03 in verband met de spoorbijdrage aan het functievrij maken voor het integrale project Zuidasdok, in het bijzonder de verwerving van een autoparkeergarage aan de Zuidas Dok en € 16,9 miljoen in verband met de planuitwerkingsopdracht ZuidasDok.
De middelen voor het integrale project Zuidasdok zijn overgeheveld naar IF Artikel 17.
ERTMS landelijke uitrol
Het projectbudget ERTMS landelijke uitrol is overgeheveld van 13.03.04 naar IF 17.07.
Projectoverzicht behorende bij 13.03.04 Planuitwerkingsprogramma personenvervoer
Bedrag x € 1 mln.
Budget
Planning
Projectomschrijving
huidig
vorig
PB of TB
Indienststelling
Verplicht
Planuitwerkingskosten op realisatieprogramma IF 13.03.01
0
0
nvt
Projecten Nationaal
Kleine projecten Personenvervoer
5
5
nvt
Reservering opbouw compensatie NS
157
152
nvt
Projecten Noord-Holland, Utrecht en Flevoland
Adam Zuidas station (NSP)
0
237
2026
Adam Zuidas WTC/4-sp
0
112
2026
Projecten Oost-Nederland
Quick scan decentraal spoor Oost-Nederland
19
18
2011-2016
Lenteakkoordimpuls voor 4 spoorlijnen Oost-Nederland
25
25
2015-2018
Zwolle - Herfte 1
189
Gebonden
Projecten Nationaal
Grensoverschr. Spoorvervoer
29
29
div.
Beter Benutten Decentraal Spoor (Decentraal Spoor, fase 2 (NMCA))
90
90
div.
Grensoverschr. Spoorvervoer, fase 2
43
43
2014-2018
Progr.Hoogfreq.Spoor (PHS)
1.320
1.320
div.
Reservering Businesscase NSP
12
12
nvt
Programma overwegen
202
200
div.
Projecten Noordwest-Nederland
OV Schiphol-Amsterdam-Almere-Lelystad
448
472
2021/2022
Bestemd
168
174
Projecten in voorbereding
Projecten Nationaal
Overige projecten in voorbereiding
Gesignaleerde risico's
Totaal planuitwerkingsprogramma
2.707
Begroting (IF 13.03.04)
2.707
legenda
PB = Projectbesluit
TB = Tracébesluit
Noot 1
Bedrag is exclusief bijdrage regio van 36 mln.
Onderstaand is de budgetflexibiliteit voor de periode 2014-2028 weergegeven voor aanleg planuitwerkingen en verkenningen door inzicht te verstrekken in de opbouw van de MIRT-budgetten tot en met 2028.
13.03.05 Planuitwerkingsprogramma Goederenvervoer
Nieuw opgenomen projecten
Kleine Projecten Externe Veiligheid Drechtsteden
Aan dit projectbudget is € 12 miljoen toegevoegd vanuit de investeringruimte spoor (13.08) ter dekking van het project Externe veiligheid Drechtsteden. In het kader van Basisnet vervoer gevaarlijke stoffen worden aanvullende veiligheidsmaatregelen getroffen aan het spoor in Dordrecht en Zwijndrecht om de relatief hoge toekomstige omgevingsrisico’s aldaar verder te verlagen.
Projectoverzicht behorende bij 13.03.05 Planuitwerkingsprogramma goederenvervoer
Bedrag x € 1 mln.
Budget
Planning
Projectomschrijving
huidig
vorig
PB of TB
Indienststelling
Verplicht
Planuitwerkingskosten op realisatieprogramma IF 13.03.02
17
17
Gebonden
Projecten Nationaal
Aslastencluster III
div.
Projecten Zuidvleugel
Kleine project Goed
17
5
div.
Calandbrug
157
157
2019
Bestemd
1
Projecten in voorbereiding
Overige projecten in voorbereiding
Gesignaleerde Risico's
Totaal planuitwerkingsprogramma
192
Begroting (IF 13.03.05)
192
legenda
PB = Projectbesluit
TB = Tracébesluit
Onderstaand is de budgetflexibiliteit voor de periode 2014-2028 weergegeven voor aanleg planuitwerkingen en verkenningen door inzicht te verstrekken in de opbouw van de MIRT-budgetten tot en met 2028.
13.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS
Motivering
De Staat betaalt voor de beschikbaarheid van de HSL-infrastructuur, zoals deze door het consortium Infraspeed is ontworpen, gebouwd (enkel de bovenbouw) en wordt onderhouden (onder- en bovenbouw), volgens de contractuele overeenkomst tussen beide partijen. Het contractbeheer wordt uitgevoerd door ProRail, onder regie van IenM.
Producten
Het kabinet heeft in januari 1999 ingestemd met het model voor privatisering van de HSL-Zuid. De PPS is bij de onderdelen infraprovider, vervoer en stations elk op afzonderlijke wijze tot stand gekomen. Eind 2001 zijn de contracten met de infraprovider en de vervoerder getekend. Vanaf augustus 2004 is de infraprovider begonnen met het werk aan de bovenbouw. Voor de onderbouw gold dat de HSL-Zuid onderdelen gefaseerd werden opgeleverd voor de start van de werkzaamheden van de infraprovider. Op het zuidelijke deel was de eerste oplevering augustus 2004. De laatste oplevering op het noordelijke deel was in december 2005. De bovenbouw van het zuidelijke deel is opgeleverd in juli 2006 en het noordelijke deel in december 2006.
Uitgaven (x € 1.000)
tm 2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
later
totaal
Beschikbaarheidsvergoeding
1.041.657
147.766
148.490
149.720
150.152
150.879
153.279
1.658.920
3.600.863
Rente- en belastingaanpassingen
-
-70.860
-
-9.025
-
-2.797
-
-4.972
-
-4.972
1.800
1.800
22.050
-
-66.976
Werkzaamheden ex artikel 17.03 (pilot geluid)
6.610
7.146
0
0
0
0
0
0
13.756
Diverse afrekeningen
6.841
1.948
1.302
2.232
1.803
811
1.600
12.478
29.015
Totaal
984.248
147.835
146.995
146.980
146.983
153.490
156.679
1.693.448
3.576.658
Projectoverzicht behorende bij 13.04 Infraprovider
Projectoverzicht behorende bij 13.04 Infraprovider
Projectomschrijving
huidig
vorig
t/m 2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
later
huidig
vorig
Projecten Nationaal
Infraprovider HSL-Zuid
2007
2007
Reguliere beschikbaarheidsvergoeding
3.577
3.563
981
15
147
147
147
153
157
1.830
Rente- en belastingaanpassingen
0
Totaal
0
Begroting IF13.04
981
15
147
147
147
153
13.07 Rente en Aflossing
Motivering
Onder deze categorie uitgaven vallen de rente en aflossing van de bij ProRail uitstaande leningen, waarmee in het verleden spoorinfrastructuur gefinancierd is en in de toekomst gefinancierd wordt.
Bestaande leningen
Producten
In de periode 2005-2013 is voor € 1,8 miljard aan leningen bij ProRail afgelost. Het grootste deel hiervan is gefinancierd met het in 2009/2010 uitgekeerde Superdividend van de NS. Deze schuldreducties hebben geleid tot een verlaging van de rentelasten van € 130 miljoen in 2005 tot € 17 miljoen in 2014. Het uitstaand saldo van de leningen per eind 2012 bedroeg nog € 313 miljoen. Hiervan moet ProRail in 2017 € 166 miljoen aflossen, in 2020 € 75 miljoen en in 2027 € 72 miljoen. Nog niet is besloten of tot herfinanciering of schuldreductie wordt overgegaan. Om deze reden zijn voor deze leningen de rentekosten structureel in de begroting opgenomen (en geen aflossingen).
Nieuwe leningen
Een deel van het PHS wordt gefinancierd met een leenfaciliteit (Kamerstukken II, 2009/10, 28 165, nr. 105) van € 875 miljoen. Rente en aflossing van de eerste € 675 miljoen van de leenfaciliteit, welke gekoppeld is aan een verlaging van het Infrastructuurfonds na 2020, zullen door het Ministerie van Financiën worden gedragen en de resterende € 200 miljoen door IenM.
Uitgaven (x € 1.000)
2014
2015
2016
2017
2018
2019
Rente leningen
16.578
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
Schuldreductie aflossing 2012
0
31.800
0
0
0
0
Totaal
16.578
48.397
16.597
16.597
16.597
16.597
13.08 Investeringsruimte
Motivering
Op dit artikelonderdeel wordt de voor dit artikel beschikbare investeringsruimte tot en met 2028 verantwoord. De in de begroting 2014 opgenomen stand van de beschikbare investeringsruimte tot en met 2028 bedroeg € 1.039 miljoen. Door de hieronder vermelde belangrijkste (budgettaire) aanpassingen bedraagt deze ruimte in de ontwerpbegroting 2015 nu € 992 miljoen.
De investeringsruimte is onder meer beschikbaar voor risico’s en zal worden betrokken bij de herijking 1. Bij Spoor is ervoor gekozen om bij het op prijspeil 2014 brengen van de aanlegprojecten aan een relatief groot deel van die aanlegprojecten dit jaar geen indexatie uit te keren. De belasting van de investeringsruimte wordt zo beperkt met het risico op toekomstige tegenvallers als gevolg van het eventueel niet binnen de projecten in kunnen passen van de prijsstijging.
De genoemde mee- en tegenvallers op de specifieke projecten zijn eveneens toegelicht bij het betreffende artikelonderdeel van waaruit het project gefinancierd wordt.
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
-
-
-
-Prijsbijstelling 2013/2014 Zuidas WTC en NSP station Zuidas (€ 14,8 miljoen).
-
-
-
-
-Dekking meerkosten Deventer Zijperron (€ 3 miljoen).
-
-
-
-
-Dekking meerkosten NSP Breda (€ 11,4 miljoen).
-
-
-
-
-Afboeking niet te realiseren ontvangsten 13.09 (€ 13,5 miljoen).
-
-
-
-
-Dekking project GSM-R beschermingsmaatregelen interferentie (€ 8,1 miljoen).
-
-
-
-
-Dekking meerkosten NSP Den Haag (€ 5,7 miljoen).
-
-
-
-
-Vrijval projectbudget Hanzelijn (€ 12,1 miljoen).
-
-
-
-
-Vrijval projectbudget Nazorg (€ 6 miljoen).
-
-
-
-
-Vrijval OV SAAL na besluit inzet gelden MLT (€ 30,0 miljoen).
-
-
-
-
-Vrijval planuitwerking goederenverbinding Antwerpen-Roergebied (€ 5 miljoen).
-
-
-
-
-Aanbestedingsmeevaller spoorwegovergang Soestdijkseweg (€ 4,2 miljoen).
-
-
-
-
-Afrekening 2012 HSA en indexering contract naar prijspeil 2014 (€ 13,5 miljoen).
-
-
-
-
-Vervallen garantstelling Maasvlakte (€ 6 miljoen).
-
-
-
-
-Ontvangen boete NS (€ 2,8 miljoen).
-
-
-
-
-Dekking nieuw opgenomen project Externe veiligheid Drechtsteden (13.03.05).
-
De genoemde mee- en tegenvallers op de specifieke projecten zijn eveneens toegelicht bij het betreffende artikelonderdeel van waaruit het project gefinancierd wordt.
13.08 Inv.ruimte Spoor
2014
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
Investeringsruimte
196
18.646
26.284
17.177
5.488
28.124
28.342
57.336
Kaseffect verwerking index 2013
-
-20.524
-
-20.531
-
-18.455
-
-20.096
-
-20.283
-
-18.760
-
-21.318
-
-19.375
Kaseffect verwerking index 2014
3.177
1.751
1.083
393
169
-
-4.033
11
-
-704
Totaal
-
-17.151
-
-134
8.912
-
-2.526
-
-14.626
5.331
7.035
37.257
13.08 Inv.ruimte Spoor
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
Totaal
Investeringsruimte
56.267
59.696
126.402
104.411
104.453
145.324
213.413
991.560
Kaseffect verwerking index 2013
-
-19.364
-
-19.365
-
-19.673
-
-18.605
-
-19.519
-
-19.519
275.387
0
Kaseffect verwerking index 2014
-
-566
694
747
733
745
9.881
-
-14.080
0
Totaal
36.337
41.025
107.476
86.539
85.679
135.686
474.720
991.560
13.09 Ontvangsten
Motivering
Op dit artikelonderdeel worden de bijdragen van derde-partijen voor spooruitgaven, die rechtstreeks aan IenM worden betaald, verantwoord. De gebruiksvergoeding van vervoerders en onderhoudsbijdragen van derde-partijen worden door ProRail geïnd en worden daarom gesaldeerd met de uitgaven opgenomen in de begroting onder artikel 13.02.
Wanneer verrekeningen (subsidievaststellingen) met ProRail plaatsvinden die betrekking hebben op afgesloten jaren mogen deze niet worden gesaldeerd met de uitgaven voor het lopende jaar, maar worden gedesaldeerd opgenomen in de ontvangsten en uitgaven.
Concessievergoedingen
Producten
Deze betreffen de vergoedingen die de NS en HSA betalen voor de concessies voor het Hoofdrailnet en de HSL-Zuid. Met ingang van 2015 worden deze twee concessies geïntegreerd tot één concessie aan NS.
Projectbijdragen decentrale overheden
Deze betreffen de bijdragen van decentrale overheden aan (MIRT)projecten zoals Decentrale Lijnen en Schiedam-Rijswijk.
Afrekeningen ProRail
Deze betreffen de afrekeningen met betrekking tot aanlegprojecten van het vierde kwartaal 2013 en de afrekening over 2012 van de subsidie voor beheer, onderhoud en vervanging.
Ontvangsten (x € 1.000)
2014
2015
2016
2017
2018
2019
Concessie 2005-2014 HRN
30.000
0
0
0
0
0
Concessie 2009-2014 HSL (uitstelregeling)
43.546
45.566
44.415
43.264
42.112
40.961
Concessie 2015-2024
0
138.480
140.246
149.840
158.217
164.475
Verrekening reisinformatie
-
-7.500
-
-7.500
-
-7.500
-
-7.500
-
-7.500
-
-7.500
Boete prestaties 2012 (HRN)
2.750
0
0
0
0
0
Correctieregeling energie (HSL)
0
56.000
0
0
0
0
Concessievergoedingen NS
68.796
232.547
177.161
185.605
192.830
197.936
Projectbijdragen decentrale overheden
3.397
173
0
7.978
0
6.554
Afrekeningen ProRail
48.676
0
0
0
0
0
Totaal
120.869
232.720
177.161
193.583
192.830
204.490
Artikel 14 Regionaal, lokale infrastructuur
Omschrijving van de samenhang in het beleid
Op dit artikel worden de producten op het gebied van regionale/lokale infrastructuur, de impulsen inzake de Regionale Mobiliteitsfondsen en het Regiospecifiek Pakket Zuiderzeelijn (RSP-ZZL) toegelicht. De producten van dit artikel zijn gerelateerd aan de beleidsdoelstellingen en beleidsinstrumenten zoals beschreven in de Begroting hoofdstuk XII 2015 bij beleidsartikel 15 OV keten.
Budgettaire gevolgen van de uitvoering van art. 14 Regionaal, lokale infrastructuur (x € 1.000)
2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
Verplichtingen
602.679
532.293
67.024
246.192
160.041
146.710
148.950
Uitgaven
215.678
172.163
181.447
273.935
348.376
341.694
248.418
Waarvan juridisch verplicht:
100%
14.01 Grote regionaal/lokale projecten
58.664
140.175
118.082
107.330
198.914
211.842
113.400
14.01.02 Planuitw. Progr. Reg/lok
0
11.792
0
5.000
39.533
57.614
2.171
14.01.03 Realisatieprogr reg/lok
58.664
130.793
115.079
99.046
158.160
153.001
108.070
14.01.04 Investeringsruimte
-
-2.411
3.003
3.284
1.221
1.228
3.160
14.02 Regionale Mob. Fondsen
45.185
9.334
14.03 RSP - ZZL: Pakket Bereikbaarheid
111.829
22.654
63.365
166.605
149.462
129.852
135.018
14.03.01 RSP - ZZL: RB projecten
3.432
22.288
47.158
114.348
99.556
80.611
60.884
14.03.02 RSP - ZZL: RB mob fondsen
108.397
0
0
36.050
33.700
33.034
57.927
14.03.03 RSP - ZZL: REP
0
366
16.207
16.207
16.206
16.207
16.207
Van totale uitgaven
-
-Bijdrage aan agentschap RWS
0
0
0
0
0
0
0
-
-Restant
215.678
172.163
181.447
273.935
348.376
341.694
248.418
14.09 Ontvangsten
600
Budgetflexibiliteit
Met uitzondering van verkenning en planuitwerking, worden de budgetten in 2015 als juridisch verplicht beschouwd op de peildatum 1 januari 2015. Voor de mate van verplichting van het verkenningen en planuitwerkingsprogramma tot en met 2028 wordt verwezen naar het betreffende projectoverzicht.
Onderstaand zijn de beschikbare budgetten tot en met 2028 per jaar gepresenteerd op het niveau van artikelonderdeel. In de verdiepingsbijlage bij de begroting zijn de mutaties op hetzelfde detailniveau toegelicht voor de periode tot en met 2028.
Bedragen x € 1.000
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
14
Regionaal, lokale infrastructuur
uitgaven
181.447
273.935
348.376
341.694
248.418
218.512
82.518
14.01
Grote regionaal/lokale projecten
118.082
107.330
198.914
211.842
113.400
168.629
73.269
14.02
Regionale mobiliteitsfondsen
0
0
0
0
0
9.076
0
14.03
RSP-ZZL: pakket bereikbaarheid
63.365
166.605
149.462
129.852
135.018
40.807
9.249
(vervolg) Bedragen x € 1.000
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
14
Regionaal, lokale infrastructuur
uitgaven
135.853
120.885
10.228
43.935
74.529
99.201
132.200
14.01
Grote regionaal/lokale projecten
135.853
120.885
10.228
43.935
74.529
99.201
132.200
14.02
Regionale mobiliteitsfondsen
0
0
0
0
0
0
0
14.03
RSP-ZZL: pakket bereikbaarheid
0
0
0
0
0
0
0
14.01 Grote regionale/lokale projecten
Motivering
Binnen dit artikel zijn de budgetten opgenomen voor de aanlegprojecten waarvoor een aparte projectsubsidie wordt of is verleend. Om in aanmerking te komen voor een aparte projectsubsidie moeten de kosten van de meest kosteneffectieve oplossing hoger zijn dan de grenswaarden in de BDU voor de ontvangers buiten de G3 en voor de G3 (respectievelijk € 112,5 miljoen en € 225 miljoen) en moet het project passen binnen de beleidsdoelstellingen voor regionale bereikbaarheid zoals verwoord in de Begroting hoofdstuk XII 2015 en beleidsartikel 15 OV-keten en de Lange Termijn Spooragenda (LTSa).
Algemeen
Producten
Regionale lokale projecten worden uitgevoerd onder de verantwoordelijkheid van de regionale overheid. IenM levert een bijdrage in de aanlegkosten van die projecten. Dit betekent ook dat de uitvoeringsperiode van een project niet gelijk hoeft te lopen met de periode waarin de rijksbijdrage beschikbaar komt in het MIRT.
Verkenningen
Voor regionale/lokale infrastructuurprojecten wordt geen apart verkenningenprogramma opgenomen in het MIRT. In de begroting zijn dan ook geen middelen voor dit product opgenomen. De verkenningen worden onder verantwoordelijkheid van de regionale overheid uitgevoerd en pas na toetsing en besluitvorming door IenM al dan niet opgenomen in het planuitwerkingsprogramma.
14.01.02 Planuitwerkingsprogramma Regionaal/lokaal
Van een project dat in de planuitwerkingstabel is opgenomen worden de kosten van de meest kosteneffectieve variant als basis voor de rijksbijdrage aangemerkt (onder aftrek van de eigen bijdrage van € 112,5 miljoen respectievelijk € 225 miljoen).
Wijzigingen
Verkeersruit Eindhoven
Het projectbudget is opgehoogd met € 3,2 miljoen voor de prijsbijstelling 2014.
BTW Tramtunnel Den Haag
In de begroting 2014 was binnen de post Bestemd (IF 14.01.02), vooruitlopend op de uitkomst van het overleg met de gemeente Den Haag, € 7 miljoen gereserveerd voor de niet door de gemeente Den Haag te verrekenen BTW met de belastingdienst. Begin 2014 is na gezamenlijk overleg overeengekomen dat de gemeente Den Haag een vergoeding van € 11,2 miljoen ontvangt voor deze niet te verreken BTW. De aanvullende kosten zijn gedekt uit de Investeringsruimte Regionaal Lokaal deel OVS (14.01.04).
Projectoverzicht bij 14.01.02 Regionale/lokale infrastructuur; planuitwerking
Bedrag x € 1 mln.
Budget
Planning
Projectomschrijving
huidig
vorig
PB of TB
Openstelling
Verplicht
Projecten Brabant
Verkeersruit Eindhoven (Noordoostcorridor)
271
268
2019-2021
Gebonden
Projecten Noord-Holland, Utrecht en Flevoland
Ombouw Amstelveenlijn
76
76
2020
Bestemd
71
37
Projecten in voorbereiding
Projecten Noordwest-Nederland
-
-HOV Knoop Amstelveen
Projecten Zuidvleugel
-
-BTW tramtunnel Den Haag
Overige projecten in voorbereiding
Gesignaleerde risico's
Totaal programma planuitwerking en verkenning
418
Begroting 14.01.02
418
legenda
PB = Projectbesluit
TB = Tracébesluit
Onderstaand is de budgetflexibiliteit voor de periode 2014-2028 weergegeven voor aanleg planuitwerkingen en verkenningen door inzicht te verstrekken in de opbouw van de MIRT-budgetten tot en met 2028.
14.01.03 Realisatieprogramma Regionaal/lokaal
Hieronder vallen de uitgaven (subsidies) voor de realisatie van grote regionale/lokale infrastructuurprojecten die door regionale overheden worden aangelegd.
Wijzigingen
De projectbudgetten van de Rotterdamsebaan, A12/A20 Parallelstructuur Gouweknoop, RandstadRail en Noord/Zuidlijn zijn bijgesteld als gevolg van de indexatie naar prijspeil 2014.
Projectoverzicht bij 14.01.03 Regionale/lokale infrastructuur; realisatie
Totaal
Budget in € mln
Oplevering
Projectomschrijving
huidig
vorig
t/m 2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
later
huidig
vorig
Projecten Zuidvleugel
Rotterdamsebaan
304
300
7
63
51
183
2020- 2022
2020- 2022
A12/A20 Parallelstructuur Gouwe
113
112
6
12
28
27
27
14
2019- 2021
2019- 2021
HOV-NET Zuid-Holland Noord (vh Rijn-Gouwelijn)
202
202
21
12
29
47
47
33
14
2018
2018
Randstadrail (incl. voorbereidingskosten en aanlanding RR op Den Haag HSE)
894
890
861
12
12
9
2006/ 2016
2006/ 2016
Projecten Noord-Holland, Utrecht en Flevoland
Utrecht, Tram naar de Uithof
110
110
37
4
40
29
2018
2018
N201
178
178
173
5
2014
2014
Noord/Zuidlijn Noord-WTC
1.185
1.182
985
53
64
45
37
1
2017
2017
Programma Realisatie (IF 14.01.03)
2.986
2.025
140
115
114
158
153
84
197
Budget Realisatie (IF 14.01.03)
131
115
99
158
153
108
197
Overprogrammering (-)
- 9
- 0
- 15
0
0
24
0
14.01.04 Investeringsruimte
Motivering
Op dit artikelonderdeel wordt de totale voor artikel 14 beschikbare investeringsruimte tot en met 2028 verantwoord. De middelen zijn bestemd voor grote regionale/lokale projecten die op initiatief van de decentrale overheden worden voorbereid en uitgevoerd. De projecten moeten een bijdrage leveren aan het realiseren van de beleidsdoelstellingen uit de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) en de LTSa die voor regionale bereikbaarheid zijn geformuleerd. Het betreft zowel wegenprojecten op het niveau van het Onderliggend Wegennet als Openbaar Vervoer projecten.
De in de begroting 2014 opgenomen stand van de beschikbare investeringsruimte tot en met 2028 bedroeg € 489 miljoen. Door de hieronder vermelde belangrijkste (budgettaire) aanpassingen bedraagt deze ruimte in de ontwerpbegroting 2015 nu € 369 miljoen.
-
-
-
-Dekking spoorproject Zwolle-Herfte; zie toelichting bij IF 13.03.04 (€ 55 miljoen);
-
-
-
-
-Aanvullende BTW dekking Tramtunnel Den Haag (€ 4,2 miljoen);
-
-
-
-
-Dekking schikkingsovereenkomst Waddenveren. Hiermee is de veerverbinding voor de komende 15 jaar veiliggesteld (€ 9 miljoen);
-
-
-
-
-Dekking indexatie voorgaande jaren RandstadRail (€ 3,1 miljoen);
-
-
-
-
-Dekking prijsbijstelling 2014 diverse projecten (€ 11,9 miljoen);
-
-
-
-
-Dekking toezegging elektrificatie Maaslijn (€ 30,3 miljoen); opgenomen onder 14.01.02 onder «bestemd»;
-
-
-
-
-Dekking toezegging bijdrage verknoping station BleiZo aan hoofdrailnet met regionaal vervoer (€ 3,6 miljoen); opgenomen onder 14.01.02 onder «bestemd».
-
14.01.04 Inv.ruimte Reglok
2014
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
Investeringsruimte:
-
-Weg
0
0
0
0
0
0
0
73
-
-OVS
1
5.900
5.901
5.901
5.900
5.899
5.900
6.298
Kaseffect verwerking index2013
-
-1.794
-
-1.756
-
-1.826
-
-2.592
-
-3.246
-
-1.850
-
-527
-
-1.099
Kaseffect verwerking index2014
-
-617
-
-1.141
-
-790
-
-2.088
-
-1.426
-
-890
-
-2.215
-
-750
Totaal
-
-2.411
3.003
3.284
1.221
1.228
3.160
3.158
4.523
14.01.04 Inv.ruimte Reglok
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
Totaal
Investeringsruimte:
-
-Weg
17.073
23.613
16
9.328
7.220
16.671
33.588
107.582
-
-Spoor
6.083
6.101
6.153
9.983
24.302
67.407
99.856
261.584
Kaseffect verwerking index2013
-
-1.640
-
-1.973
-
-803
-
-862
19.968
0
0
1
Kaseffect verwerking index2014
2.228
-
-326
4
18
31
9.205
-
-1.244
0
Totaal
23.745
27.416
5.370
18.467
51.521
93.283
132.200
369.167
14.02 Regionale mobiliteitsfondsen
Motivering
Over heel Nederland worden verschillende Regionale Mobiliteitsfondsen (RMf) gebruikt. Deze fondsen zijn gevoed op basis van de volgende impulsen:
-
-
-
-Bereikbaarheidsoffensief Randstad;
-
-
-
-
-Amendement Dijsselbloem;
-
-
-
-
-Amendement Van der Staaij;
-
-
-
-
-Regionale bereikbaarheid (Kwartje van Kok);
-
-
-
-
-Amendement Van Hijum;
-
-
-
-
-Quick Wins NWA eerste en tweede tranche;
-
-
-
-
-Tunnel Sluiskil.
-
Rijksbijdrage
Producten
De rijksmiddelen in het kader van het Bereikbaarheidsoffensief Randstad, de amendementen Dijsselbloem, Van der Staaij en Van Hijum, Regionale bereikbaarheid en Quick Wins NWA zijn volledig uitgekeerd. In het kader van Tunnel Sluiskil worden ook in 2014 rijksmiddelen beschikbaar gesteld.
Tunnel Sluiskil
Op 18 mei 2009 is de bestuursovereenkomst betreffende een tunnel bij Sluiskil getekend. In overleg met de provincie Zeeland is besloten om de IenM-bijdrage via het opgerichte RMf Zeeland te laten verlopen. Met een storting in het mobiliteitsfonds in 2014 is het volledig toegezegde bedrag in de bestuursovereenkomst overgemaakt (in totaal € 143 miljoen). Op dit artikel van het mobiliteitsfonds resteert nu alleen nog een reservering voor de post onvoorzien van het project.
Het Rijk stond daarnaast garant voor de Vlaamse bijdrage aan de Sluiskiltunnel. Eind 2013 heeft een Commissie van Wijzen geoordeeld dat Vlaanderen € 16 miljoen van de oorspronkelijke € 24 miljoen moet bijdragen. Omdat in 2013 de Vlaamse bijdrage is voorgeschoten vanuit het wegenartikel van het IF vloeit het bedrag van € 16 miljoen terug naar de Investeringsruimte Wegen (Artikel 12.07).
14.03 RSP Zuiderzeelijn, pakket Regionale Bereikbaarheid
Motivering
Betreft het RSP-convenant Rijk-Regio (Kamerstukken II, 2007/08, 27 658, nr. 43). Het pakket omvat projecten ter verbetering van de regionale bereikbaarheid in Noord-Nederland (concrete bereikbaarheidsprojecten en regionaal mobiliteitsfonds) en een Ruimtelijk-economisch programma (REP), tevens ten behoeve van Noord-Nederland.
Binnen de projecten ter verbetering van de regionale bereikbaarheid gaat het in totaal om vijf concrete bereikbaarheidsprojecten, zie 14.03.01. De rijksbijdrage voor de A7 Zuidelijke Ringweg Groningen fase 2 en de N50 Ramspol-Ens zijn inmiddels overgeheveld naar Artikel 12 Hoofdwegen.
In 2009 is het RMf RSP opgericht voor Noord-Nederland. De instelling van het RMf RSP volgt uit het Convenant RSP Zuiderzeelijn d.d.23 juni 2008. Het totale budget RMf RSP is € 970 miljoen. Dit bestaat uit € 500 miljoen bijdrage van het Rijk en € 470 miljoen bijdrage van de regio. Binnen het RMf RSP is € 100 miljoen gereserveerd als bijdrage aan de concrete projecten; zie 14.03.02. Deze bijdrage vervalt, als na realisatie van de concrete projecten is gebleken dat deze bijdrage niet nodig is en blijft beschikbaar voor het RMF-RSP. De inzet van middelen uit het RMf RSP is een decentrale verantwoordelijkheid. Het RMF RSP is beschikbaar voor projecten, die in principe kunnen worden gerealiseerd vóór 2020.
Binnen het REP wordt onderscheid gemaakt tussen een rijksdeel en een regionaal deel. Zowel voor het rijksdeel als voor het regionaal deel is € 150 miljoen rijksbudget beschikbaar gesteld. Het rijksdeel valt onder regie van het Ministerie van Economische zaken (EZ). Het betreffende rijksbudget werd tot en met 2012 verantwoord op de EZ-begroting, nadat in 2012 het resterende deel via het Provinciefonds is gedecentraliseerd. Het regionale deel, in totaal € 250 miljoen, valt onder regie van de regio. De rijksbijdrage voor het regionale deel, € 150 miljoen, wordt verantwoord op de begroting Infrastructuurfonds; zie 14.03.03. Ook de regio heeft € 100 miljoen beschikbaar voor het regionale deel van het REP.
Voor de realisatie van het project A6/A7 Knooppunt Joure wordt € 4 miljoen overgeboekt naar het IF artikel 12.03.01. Dit bedrag was vanuit het wegenartikel tijdelijk geparkeerd op artikel 14.03.
De voorwaarden voor het RSP zijn beschreven in het op 23 juni 2008 ondertekende convenant Rijk-Regio (Kamerstukken II, 2008/09, 21 700 A, nr. 19). Over de voortgang wordt de Tweede Kamer jaarlijks met een voortgangsrapportage (in het najaar) geïnformeerd.
Project overzicht Regiospecifiek Pakket Zuiderzeelijn
Budget in € mln
Projectomschrijving
Totaal Rijk
t/m 2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
later
Bijdrage regio 1
Projecten Noord-Nederland
14.03.01 Concrete bereikbaarheidsprojecten 1 2
483
24
22
47
114
100
81
61
34
200
14.03.02 Regionaal Mobiliteitsfonds
534
373
36
34
33
58
370
14.03.03 Ruimtelijk economisch programma
98
0
16
16
16
16
16
16
100
Begroting (IF 14.03)
1.114
397
23
63
167
149
130
135
50
670
Overige afspraken
LMCA Spoor: spoordriehoek 3
134
29
19
18
14
15
17
13
10
Totaal rijksbijdrage Noord-Nederland
1.248
426
42
81
181
164
147
148
60
Noot 1
Bijdrage regio zijn pp2007.
Noot 1
Het betreft de volgende projecten: A7 Zuidelijke Ringweg Groningen (ZRG) fase 2; Bereikbaarheid Leeuwarden; Bereikbaarheid Assen; N50 Ramspol-Ens en Openbaar vervoer/spoor. De totale rijksbijdrage is inclusief € 200 mln. uit het MIRT t.b.v de A7 ZRG fase 2.
Noot 2
Uit het regionaal mobiliteitsfonds wordt een bijdrage van € 100 mln. (prijspeil 2007) geleverd aan de concrete projecten. Deze bijdrage vervalt, indien na realisatie van de concrete projecten is gebleken dat deze bijdrage niet nodig is.
Noot 3
Betreft Pakket Noorden, hetgeen op artikel 13 is opgenomen.
Artikel 15 Hoofdvaarwegennet
Omschrijving van de samenhang in het beleid
Op dit artikel worden de producten op het gebied van Rijksvaarwegen verantwoord. Dit betreffen de onderdelen verkeersmanagement, beheer, onderhoud en vervanging, aanleg, netwerkgebonden kosten en de investeringsruimte.
De doelstellingen van het onderliggende beleid zijn terug te vinden in de Begroting hoofdstuk XII over 2015 en vinden hun oorsprong in de SVIR en de Nota Mobiliteit (NoMo) (Kamerstukken II, 2004/05, 29 644, nr. 6).
Het artikel Hoofdvaarwegennet op het Infrastructuurfonds is gerelateerd aan beleidsartikel 18 Scheepvaart en havens op de Begroting hoofdstuk XII.
Budgettaire gevolgen van de uitvoering van art.15 Hoofdvaarwegennet (x € 1.000)
2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
Verplichtingen
818.272
1.000.962
825.542
1.037.458
541.599
512.515
497.676
Uitgaven
864.431
884.287
883.428
741.836
692.846
638.590
630.935
Waarvan juridisch verplicht:
95%
15.01 Verkeersmanagement
13.722
13.986
7.516
8.380
8.380
8.380
8.380
15.02 Beheer, onderhoud en vervanging
304.567
372.198
394.852
347.047
254.581
233.719
199.971
15.02.01 Beheer en onderhoud
183.968
204.039
175.541
264.861
204.775
205.490
198.786
15.02.04 Vervanging
120.599
168.159
219.311
82.186
49.806
28.229
1.185
15.03 Aanleg
290.784
269.940
251.126
156.212
197.165
163.631
193.027
15.03.01 Realisatie
287.424
264.605
201.604
79.139
63.794
88.402
74.718
15.03.02 Verkenningen en planuitwerkingen
3.360
5.335
49.522
77.073
133.371
75.229
118.309
15.04 Geintegreerde contractvormen
15.06 Netwerkgebonden kosten HVWN
255.357
247.276
246.589
244.533
242.728
241.145
240.999
15.06.01 Apparaatskosten RWS
242.391
233.811
222.769
220.654
218.740
217.166
217.009
15.06.02 Overige netwerkgebonden kosten
12.966
13.464
23.820
23.879
23.988
23.979
23.990
15.07 Investeringsruimte
- 0
- 19.113
- 16.655
- 14.336
- 10.008
- 8.285
- 11.442
Van totale uitgaven
-
-Bijdrage aan agentschap RWS
512.843
558.614
509.982
542.811
472.532
456.591
445.099
-
-Restant
351.587
325.673
373.446
199.025
220.314
181.999
185.836
15.09 Ontvangsten
10.853
54.508
26.980
15.415
14.510
Budgetflexibiliteit
Met uitzondering van verkenning en planuitwerking, worden de budgetten in 2015 als juridisch verplicht beschouwd op de peildatum 1 januari 2015. Voor de mate van verplichting van het verkenningen en planuitwerkingsprogramma tot en met 2028 wordt verwezen naar het betreffende projectoverzicht.
Onderstaand zijn de beschikbare budgetten tot en met 2028 per jaar gepresenteerd op het niveau van artikelonderdeel. In de verdiepingsbijlage bij de begroting zijn de mutaties op hetzelfde detailniveau toegelicht voor de periode tot en met 2028.
Bedragen x € 1.000
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
15
Vaarwegen
uitgaven
883.428
741.836
692.846
638.590
630.935
511.941
779.258
15.01
Verkeersmanagement
7.516
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
15.02
Beheer, onderhoud en vervanging
394.852
347.047
254.581
233.719
199.971
214.772
233.454
15.03
Aanleg
251.126
156.212
197.165
163.631
193.027
55.501
309.918
15.06
Netwerkgebonden kosten HVWN
246.589
244.533
242.728
241.145
240.999
241.087
243.061
15.07
Investeringsruimte
-
-16.655
-
-14.336
-
-10.008
-
-8.285
-
-11.442
-
-7.799
-
-15.555
15.09
Ontvangsten
Ontvangsten
26.980
15.415
14.510
0
0
0
0
(vervolg) Bedragen x € 1.000
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
15
Vaarwegen
uitgaven
686.475
696.818
667.063
816.006
885.226
927.365
586.565
15.01
Verkeersmanagement
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
15.02
Beheer, onderhoud en vervanging
233.156
217.459
254.775
225.369
225.354
220.221
250.499
15.03
Aanleg
209.457
235.378
99.489
306.882
399.141
391.494
0
15.06
Netwerkgebonden kosten HVWN
243.298
243.400
243.925
244.179
244.172
244.192
243.390
15.07
Investeringsruimte
-
-7.816
-
-7.799
60.494
31.196
8.179
63.078
84.296
15.09
Ontvangsten
Ontvangsten
0
0
0
0
0
0
0
15.01 Verkeersmanagement
Motivering
De activiteiten binnen verkeersmanagement worden uitgevoerd om een vlot, betrouwbaar en veilig scheepvaartverkeer op het hoofdvaarwegennet te realiseren.
15.01.01 Verkeersmanagement
Producten
Bij verkeersmanagement gaat het voornamelijk om de volgende activiteiten:
-
-
-
-Verkeersbegeleiding, bediening van objecten en vaarwegmarkering;
-
-
-
-
-Monitoring en informatieverstrekking;
-
-
-
-
-Vergunningverlening en handhaving;
-
-
-
-
-Crisisbeheersing en preventie.
-
In het goederenvervoer over water is een groei voorzien, die deels met verkeersmanagement wordt gefaciliteerd. Daarnaast moet de betrouwbaarheid en reistijd op orde worden gebracht. Beleidsdoelstellingen op het gebied van verkeersmanagement zijn:
-
-
-
-Het zoveel mogelijk beperken van de gemiddelde structurele wachttijd bij sluizen in de hoofdvaarwegen;
-
-
-
-
-Het afstemmen van de bediening van bruggen en sluizen op de vraag vanuit de markt.
-
De activiteiten die door RWS centraal worden uitgevoerd, worden gefinancierd uit de budgetten voor netwerkgebonden kosten. In het kader van de transparantie van de budgetten voor verkeersmanagement en beheer en onderhoud, zijn deze in de begroting intracomptabel inzichtelijk gemaakt. Hiertoe zijn de Landelijke taken van RWS zoals opgenomen in de artikelonderdelen Verkeersmanagement en Beheer en Onderhoud geraamd onder de Overige Netwerkgebonden Kosten. De verdeling naar ondermeer Verkeersmanagement en Beheer en Onderhoud is extracomptabel inzichtelijk gemaakt in de bijlage beheer, onderhoud, vervanging en renovatie bij deze begroting.
Na overleg met de verschillende regio’s wordt vanaf 2014 de versobering voor de bediening van sluizen en beweegbare bruggen doorgevoerd. De belangrijkste verbindingen op het internationaal kernnet goederenvervoer en de hoofdvaarwegen uit de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR), waarover de grootste volumes worden vervoerd, zijn hierbij ontzien. Het Rijk zal tevens in 2014 samen met de verschillende regio’s gestart met de uitwerking van een vergezicht voor een «robuust bediend» vaarwegennet in Nederland. De versobering zal in 2015 gemonitord worden en waar nodig en mogelijk zal bijgestuurd worden. De afspraken die vanuit het vergezicht worden opgesteld, worden in 2015 opgestart. In de periode 2014 en 2015 zal ook een begin worden gemaakt met de versobering op de verkeersbegeleiding.
Waar mogelijk en zinvol wordt samen met de andere overheden naar centrale bediening op vaarroutes overgeschakeld. Vanzelfsprekend wordt getracht om de bediening zodanig in te richten, dat wachttijden en stremmingen zo veel mogelijk worden beperkt. Een goede informatievoorziening hierover aan gebruikers is daarbij van groot belang,waarbij rekening gehouden wordt met de sterk toegenomen beschikbaarheid van AIS (Automatic Identification System). Met het toezicht op het water dat door RWS (onder andere samen met het Korps Landelijke Politiediensten (KLPD)) wordt uitgevoerd, wordt beoogd de veiligheid voor de gebruikers te borgen. Dit toezicht heeft ook een preventieve werking. Met de inwerkingtreding van de nieuwe Binnenvaartwet is meer nadruk komen te liggen op bestuursrechtelijke handhaving door IenM (in plaats van strafrechtelijke handhaving door het KLPD). In geval van calamiteiten, zoals schade en verontreinigingen, wordt hierover bericht en adequaat opgetreden. Hiervoor is een calamiteitenorganisatie operationeel.
Meetbare gegevens
Specificatie bedieningsareaal
Areaalomschrijving
Eenheid
2013
2014
2015
Begeleide vaarweg
km
594
594
594
Bediende objecten
aantal
250
250
248
Toelichting:
Alleen de vaarwegen die vanuit vaste verkeersposten worden begeleid, zijn in het hierboven opgenomen areaal meegeteld. De vaarwegen in beheer bij RWS die met patrouillevaartuigen worden bestreken zijn niet meegerekend. Het aantal bediende objecten zal eind 2015 iets zijn afgenomen omdat in 2015 twee beweegbare bruggen worden overgedragen (Keersluis Limmer en bij de Gekanaliseerde Dieze). Daarnaast worden drie schutssluizen overgedragen (bij Gekanaliseerde Dieze, Wilhelminakanaal Tilburg en Keersluis Limmer) en komen er in 2015 twee nieuwe schutsluizen bij in de Zuid-Willemsvaart en een hoogwaterkering bij Keersluis Limmel.
De indicator passeertijden sluizen is opgenomen in beleidsartikel 18 Scheepvaart en havens in de Begroting hoofdstuk XII.
15.02 Beheer, onderhoud en vervanging
Motivering
Beheer en onderhoud wordt uitgevoerd om het hoofdvaarwegennet in een staat te houden, die noodzakelijk is voor het faciliteren van vlot, betrouwbaar, veilig en duurzaam vervoer van goederen.
Producten
Het regulier beheer en onderhoud van rijksvaarwegen omvat maatregelen aan bodems, oevers, kunstwerken zoals sluizen en bruggen, verkeersvoorzieningen, landschap en milieu en voorzieningen voor verkeersmanagement zoals verkeerscentrales.
Vervanging en renovatie betreffen het tijdig programmeren en nemen van maatregelen aan kunstwerken en vaarwegen waarbij regulier beheer en onderhoud niet meer voldoende zijn. Voornamelijk in de eerste helft en vanaf de jaren »60 van de vorige eeuw zijn kunstwerken gerealiseerd die, mede door het intensieve gebruik, nu of in de komende decennia het moment van einde levensduur naderen. Op basis van onderzoek wordt concreet gemaakt voor welke kunstwerken wanneer vervanging of renovatie aan de orde is.
Voor zover de activiteiten centraal vanuit RWS worden ingezet, worden de kosten centraal gefinancierd uit de budgetten voor netwerkgebonden kosten.
In het kader van de transparantie van de budgetten voor verkeersmanagement en beheer en onderhoud, zijn deze in de begroting intracomptabel inzichtelijk gemaakt. Hiertoe zijn de Landelijke taken van RWS zoals opgenomen in de artikelonderdelen Verkeersmanagement en Beheer en Onderhoud geraamd onder de Overige Netwerkgebonden Kosten. De verdeling naar ondermeer Verkeersmanagement en Beheer en Onderhoud is extracomptabel inzichtelijk gemaakt in de bijlage beheer, onderhoud en vervanging en renovatie bij deze begroting.
Voor de volledigheid wordt ook verwezen naar artikelonderdeel 18.12 «Nader toe te wijzen Beheer en Onderhoud en Vervanging», waaronder middelen voor vervanging zijn bestemd, die nog niet aan netwerken kunnen worden toebedeeld.
In bijlage 4 is een nadere toelichting opgenomen met betrekking tot Beheer en Onderhoud en Vervanging.
15.02.01 Beheer en Onderhoud
Een voorwaarde voor het optimaal gebruiken van het vaarwegennet is de bedrijfszekerheid van de infrastructuur van de vaarwegen. Deze kan alleen worden gegarandeerd, als de infrastructuur preventief wordt beheerd en onderhouden. Daarnaast vindt correctief onderhoud plaats, waarbij de beheerder geconfronteerd kan worden met onverwacht functieverlies en aan de gebruiker ongewild minder service kan worden geboden (stremmingen, beperkingen). Zowel het preventief als het correctief onderhoud valt onder Beheer en Onderhoud.
De activiteiten zijn erop gericht, om de scheepvaart (beroeps- en recreatievaart) zo goed mogelijk te faciliteren. Het betreft maatregelen om de breedte en diepte van de vaarweg te handhaven. Daarnaast betreft het maatregelen om de kunstwerken (sluizen en bruggen) en verkeersvoorzieningen te laten functioneren. Om verkeersoverlast tot een minimum te beperken, worden de werkzaamheden goed afgestemd; zowel onderling als met werkzaamheden die voortkomen uit het aanlegprogramma en/of het hoofdwatersysteem.
Kustwacht
De Kustwacht Nederland is een organisatie met eigen taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden. De directeur Kustwacht maakt jaarlijks een Activiteitenplan en Begroting (APB) en legt dit voor aan de Raad voor de Kustwacht. De ministerraad stelt het APB vervolgens vast.
De directeur Kustwacht heeft onvoorwaardelijke zeggenschap over vier schepen, die (vrijwel) full time kustwachttaken uitvoeren. Daarnaast heeft de directeur trekkingsrechten voor een aantal dagen per jaar op schepen van de Rijksrederij en helikopters. Tevens stelt het Ministerie van Defensie twee vliegtuigen ter beschikking.
De Minister van IenM is als coördinerend Minister voor Noordzee-aangelegenheden verantwoordelijk voor het proces van totstandkoming van geïntegreerd beleid en het activiteitenplan en de begroting voor de Noordzee. De overzichtsconstructie Kustwacht is als bijlage 3 aan deze begroting toegevoegd.
Overdracht Brokx-Nat
De nog over te dragen vaarwegen in het kader van Brokx-nat zijn in beeld gebracht in een eindbalans, op basis waarvan de Tweede Kamer in 2002 is geïnformeerd (Kamerstukken II, 2002/03, 28 600 XII, nr. 17). Nog slechts enkele kleinschalige verplichtingen resteren, die op dit artikel worden geboekt.
Meetbare gegevens
In onderstaande figuur is een verdeling gegeven van de beheer- en onderhoudskosten voor kunstwerken oevers, bodems en verkeersvoorzieningen. Deze percentages zijn gebaseerd op een meerjarig gemiddelde.
Areaal Beheer en Onderhoud
Eenheid
Omvang 2015
Budget x € 1.000
2015
Vaarwegen
km
6.957
175.542
Toelichting:
Het areaal bestaat enerzijds uit de hoofdtransportassen (HTA), hoofdvaarwegen (HVW) en overige vaarwegen (OVW), die voor de binnenvaart in beheer zijn bij RWS en die in totaal 3.434 kilometer meten en anderzijds het aantal kilometer zeevaartweg van in totaal 3.523 kilometer. Hierin is meegenomen dat dit areaal is gewijzigd door het in gebruik nemen in 2013 van het nieuwe verkeersscheidingsstelsel op de Noordzee. In de begroting 2014 is voor deze wijziging met een schatting gewerkt. De werkelijke lengte in 2013 bedraagt in totaal 6.954 kilometer. In 2014 en 2015 wijzigt deze lengte met in totaal ruim 3 kilometer door onder andere de overdracht van Oude Maasje tot Zuiderkanaal, Verruiming bocht bij Steijl, Omlegging Zuid-Willemsvaart en de overdracht van de Gekanaliseerde Dieze.
Indicatoren Beheer en Onderhoud
Indicator
streefwaarde 2015
uren gestremd
Technische Beschikbaarheid (gehele areaal)
99,0%
n.v.t.
Geplande stremmingen (gehele areaal)
0,8%
3.365
Ongeplande stremmingen (gehele areaal)
0,2%
711
Toelichting:
De technische beschikbaarheid geeft aan in welke mate het vaarwegennet beschikbaar is voor veilig gebruik. De geplande en ongeplande stremmingen geven een beeld van de betrouwbaarheid en beschikbaarheid van de sluizen en bruggen op deze vaarwegen. De percentages zijn berekend door de stremmingen af te zetten tegen de totale bedientijd van deze objecten. De streefwaarden voor 2015 zijn gelijk aan 2014.
15.02.04 Vervanging
De veiligheid en de beschikbaarheid van het hoofdvaarwegennet moeten in stand worden gehouden tegen de achtergrond van een beperkte technische levensduur van kunstwerken. Het einde van de levensduur kan ontstaan door de ouderdom van het kunstwerk of door intensiever gebruik dan bij het ontwerp is voorzien. Door de intensieve aanleg in de eerste helft en voornamelijk ook vanaf de jaren «60 van de vorige eeuw valt te verwachten dat deze problematiek geleidelijk toeneemt. De projecten zijn opgenomen in het MIRT Projectenboek 2015.
Vervangingen en renovaties van kunstwerken worden ondergebracht binnen het programma Vervanging en Renovatie. De scope van het programma omvat alle kunstwerken waar zich binnen de duur van het programma een levensduurproblematiek voordoet met mogelijke ernstige gevolgen voor de veiligheid en beschikbaarheid van het hoofdwegennet. De projecten in het Programma verlengen de levensduur van de kunstwerken zodat de veiligheid en de beschikbaarheid van de bestaande infrastructuur in stand wordt gehouden.
Het resterende deel van het Plan van Aanpak Beheer en Onderhoud (Impuls) en het programma NoMo achterstallig onderhoud vaarwegen (NoMo AOV) is in het programma vervangingen en renovaties opgenomen en onderdeel van onderstaande tabel met een overzicht van objecten die worden aangepakt.
Overzicht objectenprogramma Vervangingen en renovaties
Vaarweg
Objecten/maatregel
gereed
Rotterdam-België/ Zeeland (MOBZ)
IMPULS/NoMo-AOV: Modernisering Object Bediening Zeeland (MOBZ): Rotterdam-België/ Zeeland: renovatie o.a. Volkeraksluizen en baggeren (impuls)
2019
Utrecht
IMPULS/NoMo AOV: Renovatie stalen boogbruggen Amsterdam-Rijnkanaal (KARGO)
2016
Zeeland
NoMo AOV: Onderhoud damwanden en vaarwegen Zeeland
20171
Amsterdam-Rijnkanaal
NoMo AOV: Oevers Amsterdam-Rijnkanaal (damwanden en meerplaatsen)
2016
Noordzeekanaal
NoMo AOV: Renovatie Havenhoofden IJmuiden
2014
Diverse
NoMo AOV: Achterstallig basisonderhoud diverse regio’s
2016
Brabantse kanalen
NoMo AOV: Onderhoud oevers en bodems Brabantse kanalen
2016
Zuid-Holland
NoMo AOV: Onderhoud Oevers en bodems vaarwegen Zuid Holland
2016
Limburg en IJsselmeergebied
NoMo AOV: Renovatie kunstwerken Limburg en IJsselmeergebied
2015
Maasroute
NoMo AOV: Onderhoud Oevers en bodems Maasroute
2016
Noord-Holland
NoMo AOV: Aanpassing bodembescherming, sluizen en bruggen en overige kunstwerken i.v.m. hogere belasting Noord-Holland
2016
Oost-Nederland
NoMo AOV: Onderhoud vaargeulen NederRijn, IJssel, Twentekanalen/Meppelerdiep en Zwarte Water
2018/ 20201
IJsselmeergebied
Nijkerkerbrug
20172
Noord-Brabant
Wilhelminakanaal/Dr. Deelenbrug
2015
Utrecht
RINK-maatregelen Utrecht
2016
Limburg
RINK-maatregelen Limburg
2016
Noordzee
Berging Baltic Ace
2015
Zeeland
RINK-maatregelen Zeeland
2016
Toelichting:
-
-
-
1.NoMo AOV Zeeland en Oost-Nederland worden na 2016 opgeleverd als onderdeel van de bezuinigingen op het Infrastructuurfonds. Bij Oost-Nederland is dit gecombineerd met de koppeling met het aanlegproject Verruiming Twentekanalen fase 2.
-
-
-
-
2.Aanvankelijke renovatie van de Nijkerkerbrug (vast deel) blijkt omvangrijker dan gedacht, waardoor vervanging van de bovenbouw de voorkeur heeft. De oplevering wordt twee jaar later verwacht.
-
15.03 Aanleg
Motivering
Onder dit programma vallen alle activiteiten die noodzakelijk zijn voor de aanleg- en planuitwerking activiteiten bij het hoofdvaarwegen netwerk.
15.03.01 Realisatie
Producten
In 2015 wil IenM de volgende mijlpalen realiseren:
Mijlpaal
Project
Oplevering
-
-Dynamisch Verkeersmanagement (een aantal maatregelen loopt nog door)
-
-diverse projecten in het kader van Quick-wins regeling Binnenhavens
-
-Amsterdam-Rijnkanaal (keersluis Zeeburg)
-
-Wilhelminasluis (Zaan)
-
-Zuid-Willemsvaart, omleggen en opwaarderen (Maas-Veghel)
-
-4e sluiskolk Ternaaien
Start realisatie
-
-Vaarweg Eemshaven-Noordzee
-
-Ligplaatsen Rijn-Scheldeverbinding
-
-Quick winmaatregel Volkeraksluizen
De belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
-
-
-
-Maasroute, modernisering fase 2: In het verleden zijn door project Maasroute werken uitgevoerd in het kader van Beheer en Onderhoud; Maasroute heeft deze werken voorgefinancierd. Middelen komen weer terug.
-
-
-
-
-Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen Rijn Scheldeverbinding: Project is overgegaan naar realisatiefase.
-
-
-
-
-De projecten Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen Amsterdam-Rijnkanaal Zuid en Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen Lemmer-Delfzijl zijn overgegaan naar de realisatiefase door aanwending van budget uit het Amendement Ligplaatsen (Kamerstukken II, 2011/12, 33 000 A, nr. 10).
-
-
-
-
-De Julianasluis Gouda, Boontjes en walradar Noordzeekanaal, Zuid-Willemsvaart, vervanging sluizen 4, 5 en 6 zijn gerealiseerd en ondergebracht onder kleine/afgeronde projecten.
-
Projectoverzicht behorende bij 15.03.01: Realisatieprogramma Hoofdvaarwegennet
Totaal
Budget in € mln
Oplevering
Projectomschrijving
huidig
vorig
t/m 2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
later
huidig
vorig
Projecten Nationaal
Quick Wins Binnenhavens
80
82
54
1
6
20
2009- 2015
eind 2012
Dynamisch verkeersmanagement
99
99
50
41
8
2015
2014
Subsidieprogramma Zeehaveninnovatieproject voor Duurzaamheid (ZIP)
5
5
3
2
0
2014
2014
Walradarsystemen
24
23
15
3
3
3
divers
divers
Beter Benutten
12
12
2
0
10
0
Projecten Noord-Holland, Utrecht en Flevoland
Amsterdam-Rijnkanaal, verwijderen keersluis Zeeburg
14
14
3
7
0
0
4
2015
2015
De Zaan (Wilhelminasluis)
13
13
10
3
2015
2015
Lekkanaal, verbreding kanaalzijde en uitbreiding ligplaatsen
17
17
8
2
2
2
2
2020
na 2013
Projecten Brabant
Wilhelminakanaal Tilburg
79
79
8
26
21
4
1
19
2016
2016
Zuid-Willemsvaart: aanleg Maximakanaal en opwaarderen tot Veghel
452
450
295
77
43
1
11
25
2015
2015
Projecten Zuidwestelijke Delta
Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen Rijn Scheldeverbinding
2
2
2015
Projecten Limburg
Bouw 4e sluiskolk Ternaaien
10
9
9
1
2015
2015
Maasroute, modernisering fase 2
667
648
411
64
67
42
41
9
6
26
2018
2018
Projecten Oost Nederland
Vaarweg Meppel-Ramspol (keersluis Zwartsluis)
53
53
11
6
7
11
1
17
2017
2015
Projecten Noord-Nederland
Vaarweg Lemmer-Delfzijl fase 1; verbetering tot klasse Va
283
282
184
35
33
0
15
17
0
2017
2015
Overige projecten
Amendement ligplaatsen (Lemmer-Delfzijl en ARK)
6
6
2
2
2
divers
divers
Kleine/afgeronde projecten
172
92
170
1
1
nvt
nvt
Afrondingen
0
Totaal uitvoeringsprogramma
1.989
1.236
270
203
80
77
88
9
26
Realisatieuitgaven op IF 15.03.01 mbt planuitwerkingsprojecten
15
29
Programma Realisatie (IF 15.03.01)
285
232
80
77
88
9
26
Budget Realisatie (IF 15.03.01)
265
202
79
64
88
75
26
Overprogrammering (-)
- 20
- 31
- 1
- 13
- 0
66
0
15.03.02 Verkenningen en planuitwerkingen
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
-
-
-
-Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen Rijn Scheldeverbinding: Project is overgegaan naar realisatiefase.
-
-
-
-
-Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen Beneden-Lek: de kosten van het project zijn sterk gestegen door tegenvallers in bodemaanpassingen, bodemvervuiling en noodzakelijke aanpassingen van de kade.
-
-
-
-
-Capaciteitsuitbreiding overnachtingplaatsen Merwedes: door inpassingsproblemen in het gebied is besloten om te zoeken naar een andere oplossing.
-
Projectoverzicht behorende bij 15.03.02: Verkenning en planuitwerking Hoofdvaarwegennet
Bedrag x € 1 mln.
Budget
Planning
Projectomschrijving
huidig
vorig
PB of TB
Openstelling
Verplicht
Realisatieuitgaven op IF 15.03.01 mbt planuitwerkingsprojecten
-
-44
-
-10
nvt
Projecten Noord-Holland, Utrecht en Flevoland
Zeetoegang IJmond
601
594
2015
2019
Lekkanaal/3e kolk Beatrixsluis
216
216
2014
2020
Projecten Zuidwestelijke Delta
Grote zeesluis in het kanaal Gent-Terneuzen
176
174
2015
nnb
Max. bijdr. aan Vlaanderen kanaalaanp. tbv zeesluis
157
155
nvt
nvt
Projecten Limburg
Maasroute, modernisering fase 2, verbreding Julianakanaal
33
32
2009
2018
Projecten Noord-Nederland
Vaarweg Lemmer-Delfzijl fase 2
102
102
2014/2015
2023
Verruiming vaarweg Eemshaven -Noordzee
42
42
2014
2017
Gebonden
Projecten Noord-Holland, Utrecht en Flevoland
Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen Amsterdam-Lemmer
6
6
2025-2027
Lichteren buitenhaven IJmuiden
65
65
2015
2018
Vaarweg IJsselmeer-Meppel
36
36
2023
Projecten Zuidvleugel
Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen Beneden-Lek
12
3
2015
2016
Capaciteitsuitbreiding overnachtingplaatsen Merwedes
20
29
2016
2017
Verkeerssituatie splitsing Hollandsch Diep-Dordtsche Kil
10
10
2010
2025-2027
Projecten Zuidwestelijke Delta
Capaciteit Volkeraksluizen
157
157
2024-2026
Projecten Oost-Nederland
Bovenloop IJssel (IJsselkop tot Zutphen)
36
36
2026-2028
Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen IJssel
28
28
2016
2018-2020
Toekomstvisie Waal
131
131
2016
2019-2021
Verruiming Twentekanalen fase 2
27
27
2015
2018-2020
Capaciteitsuitbreiding sluis Eefde
75
72
2014
2018-2020
Projecten Nationaal
Bijdrage aan agentschap tbv planuitwerkingen
61
63
Bestemd
508
343
Projecten in voorbereiding
Projecten Nationaal
Reservering consequenties areaaluitbreiding op beheer en onderhoud
Projecten Zuidwestelijke Delta
Kreekraksluizen
2026-2028
Projecten Noordwest-Nederland
Reservering BTW Zeetoegang IJmond
2025-2028 (rijksd.)
Projecten Oost-Nederland
Verkenning IJssel fase 2
2028
Reservering garantstelling Twentekanalen
2018-2020
Gesignaleerde risico's
Totaal programma planuitwerking en verkenning
2.455
begroting 15.03.02
2.455
legenda
PB = Projectbesluit
TB = Tracébesluit
Onderstaand is de budgetflexibiliteit voor de periode 2014-2028 weergegeven voor aanleg planuitwerkingen en verkenningen door inzicht te verstrekken in de opbouw van de MIRT-budgetten tot en met 2028.
15.04 Geïntegreerde contractvormen
Motivering
Bij infrastructuurprojecten waar sprake is van PPS hanteert RWS de contractvorm DBFM (Design, Build, Finance en Maintain), waarbij de overheid pas na oplevering betaalt voor een dienst (beschikbaarheid) in plaats van mijlpalen voor een product tijdens de bouwfase. DBFM garandeert een efficiënte en effectieve beschikbaarheid van de noodzakelijke capaciteit om, rekening houdend met de aspecten van veiligheid en leefomgeving, een betrouwbaar netwerk te realiseren. De brief Prioritering Investeringen Mobiliteit en Water (Kamerstukken II, 2010/11, 32 500 A, nr. 83, bijlage 3) bevat een lijst van in totaal 10 potentiële DBFM-projecten op het Hoofdvaarwegennet. Al deze projecten worden getoetst aan kwalitatieve criteria en op mogelijke financiele meerwaarde. In de Voortgangsrapportage DBFM(O) wordt periodiek gerapporteerd over de DBFM-dealflow op de langere termijn. Onderstaand een overzicht van de projecten waar beschikbaarheidsvergoedingen worden betaald binnen het tijdsbestek van de meerjarencijfers.
Producten
Op dit moment zijn nog geen DBFM projecten op het hoofdvaarwegennet gerealiseerd. In 2013 is het DBFM Sluizenprogramma in werking gesteld waar de volgende projecten in ondergebracht zijn: Sluis Limmel, 3e Kolk Beatrixsluis, Sluis bij Eefde, Zeetoegang IJmond en Kanaalzone Gent-Terneuzen.
De aanbesteding van Sluis Limmel als het eerste project uit het DBFM Sluizenprogramma, is in 2013 gestart. Het contract zal waarschijnlijk eind 2014 worden getekend waarna vanaf 2015 partiële beschikbaarheidsvergoedingen zullen worden betaald.
De aanbesteding van de Zeetoegang IJmond is in april 2014 gestart. Verwacht wordt dat het contract eind 2015 zal worden getekend. De aanbesteding van de 3e Kolk Beatrixsluis start in de tweede helft van 2014 en zal vermoedelijk begin 2016 worden afgerond. Bij beide projecten zal sprake zijn van partiële beschikbaarheidsvergoedingen tijdens de bouwfase. Overheveling van de begrotingsbedragen vanuit de budgetten voor aanleg en onderhoud zal plaatsvinden na financial close van de contracten.
15.06 Netwerkgebonden kosten HVWN
Motivering
Op dit artikelonderdeel worden de aan het netwerk te relateren apparaatskosten (inclusief afschrijving en rente) van RWS en de overige netwerkgebonden kosten geraamd. De overige netwerkgebonden kosten komen ten goede aan verkeersmanagement, beheer, onderhoud, vervanging, aanleg en DBFM en betreffen taken die gecentraliseerd binnen RWS worden opgepakt. Het gaat bij deze zogeheten landelijke taken onder meer om het verzamelen van basisinformatie, onderhouden van ICT systemen,het inspecteren van het areaal en de ontwikkeling van kennis en innovatie. Er is gekozen voor centrale uitvoering met het oog op enerzijds uniformiteit in werkwijze en anderzijds kostenbesparing.
Rijksrederij
De Rijksbrede Civiele Rijksrederij is een organisatie die nautische diensten levert aan andere overheden zoals EZ, Financiën (Douane), IenM en de Kustwacht. De Rijksrederij valt onder de verantwoordelijkheid van RWS. De kerntaken van de Rijksrederij zijn:
-
-
-
-Het ter beschikking stellen van vaartuigen voor een bepaalde tijdsduur (al dan niet met nautische bemanning) met een door de opdrachtgever gespecificeerd dienstverleningsniveau;
-
-
-
-
-Het leveren van kennisintensief advies aan overheidsinstellingen bij beheer, ontwerp en aanbesteding van vaartuigen;
-
-
-
-
-Het leveren van kennisintensief advies op het gebied van eisen aan bemanningen, veiligheidsmanagement en scheepsuitrustingen.
-
15.07 Investeringsruimte
Op dit artikelonderdeel wordt de voor dit artikel beschikbare investeringsruimte tot en met 2028 verantwoord.
De in de begroting 2014 opgenomen stand van de beschikbare investeringsruimte tot en met 2028 bedroeg € 223 miljoen. Door de hieronder vermelde belangrijkste (budgettaire) aanpassingen bedraagt deze ruimte in de ontwerpbegroting 2015 nu € 128 miljoen.
De belangrijkste (budgettaire) aanpassingen betreffen de volgende zaken:
-
-
-
-Dekking korting prijsbijstelling (naar aanleiding van begrotingsakkoord 2014) (€ 73 miljoen).
-
-
-
-
-Extra uitgaven voor de inzet van Search and Rescue helicopters.
-
-
-
-
-Verwerking van het saldo van mee- en tegenvallers binnen het realisatieprogramma.
-
-
-
-
-Toevoeging van middelen ten behoeven van Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen Lemmer-Delfzijl aan de investeringsruimte vaarwegen. Deze ligplaatsen worden gefinancierd binnen het amendement ligplaatsen.
-
15.07 Inv.ruimte Vaarwegen
2014
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
Investeringsruimte
0
-
-1
0
-
-0
-
-0
1
0
0
Kaseffect verwerking index 2013
-
-11.450
-
-9.724
-
-8.784
-
-5.888
-
-5.062
-
-5.297
-
-4.853
-
-8.611
Kaseffect verwerking index 2014
-
-7.663
-
-6.930
-
-5.552
-
-4.120
-
-3.223
-
-6.146
-
-2.946
-
-6.944
Totaal
-
-19.113
-
-16.655
-
-14.336
-
-10.008
-
-8.285
-
-11.442
-
-7.799
-
-15.555
15.07 Inv.ruimte Vaarwegen
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
Totaal
Investeringsruimte
-
-0
0
68.540
41.808
18.755
92.970
-
-93.638
128.435
Kaseffect verwerking index2013
-
-4.743
-
-4.735
-
-4.734
-
-7.718
-
-7.703
-
-19.865
109.168
0
Kaseffect verwerking index2014
-
-3.073
-
-3.064
-
-3.312
-
-2.894
-
-2.874
-
-10.027
68.767
0
Totaal
-
-7.816
-
-7.799
60.494
31.196
8.179
63.078
84.296
128.435
Artikel 17 Megaprojecten verkeer en vervoer
Omschrijving van de samenhang in het beleid
Onder dit artikel vallen de megaprojecten Verkeer en Vervoer:
-
-
-
-Westerscheldetunnel
-
-
-
-
-Betuweroute
-
-
-
-
-Hogesnelheidslijn-Zuid
-
-
-
-
-Project Mainportontwikkeling Rotterdam
-
-
-
-
-ERTMS
-
Het projectartikel is gerelateerd aan de beleidsartikelen 16 Spoor en 18 Scheepvaart en havens op de Begroting hoofdstuk XII.
Budgettaire gevolgen van de uitvoering van art. 17 Megaprojecten Verkeer en Vervoer (x € 1.000)
2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
Verplichtingen
14.159
34.583
96.890
367.266
1.271.778
253.291
236.129
Uitgaven
14.761
40.731
143.740
164.978
341.547
350.937
327.375
Waarvan juridisch verplicht:
100%
17.01 Westerscheldetunnel
183
102
17.02 Betuweroute
6.044
5.619
5.055
5.055
17.03 Hoge snelheidslijn
4.345
5.872
614
765
0
0
0
17.03.01 Realisatie HSL - Zuid
4.345
5.872
614
765
17.06 Project Mainportontwikkeling R'dam
4.189
4.138
3.482
3.513
3.529
3.533
476
17.07 ERTMS Landelijke invoer
25.000
40.000
30.000
221.162
242.153
230.473
17.08 ZuidasDok
0
94.589
125.645
116.856
105.251
96.426
Van totale uitgaven
-
-Bijdrage aan agentschap RWS
0
0
0
0
0
0
0
-
-Restant
14.761
40.731
143.740
164.978
341.547
350.937
327.375
17.09 Ontvangsten
2.346
2.000
40.347
24.877
35.279
32.363
55.924
Onderstaand zijn de beschikbare budgetten tot en met 2028 per jaar gepresenteerd op het niveau van artikelonderdeel. In de verdiepingsbijlage bij de begroting zijn de mutaties op hetzelfde detailniveau toegelicht voor de periode tot en met 2028.
Bedragen x € 1.000
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
17
Megaprojecten
uitgaven
143.740
164.978
341.547
350.937
327.375
430.327
505.541
17.02
Betuweroute
5.055
5.055
0
0
0
0
0
17.03
Hoge snelheidslijn HSL
614
765
0
0
0
0
0
17.06
PMR
3.482
3.513
3.529
3.533
476
485
2.831
17.07
ERTMS Landelijke invoer
40.000
30.000
221.162
242.153
230.473
274.148
323.000
17.08
ZuidasDok
94.589
125.645
116.856
105.251
96.426
155.694
179.710
17.09
Ontvangsten
Ontvangsten
40.347
24.877
35.279
32.363
55.924
59.919
75.886
(vervolg) Bedragen x € 1.000
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
17
Megaprojecten
uitgaven
491.155
369.141
275.470
206.148
162.194
123.168
172.473
17.02
Betuweroute
0
0
0
0
0
0
0
17.03
Hoge snelheidslijn HSL
0
0
0
0
0
0
0
17.06
PMR
2.831
2.831
2.836
2.836
2.836
2.836
73.821
17.07
ERTMS Landelijke invoer
307.000
247.000
185.000
150.000
125.000
100.000
70.000
17.08
ZuidasDok
181.324
119.310
87.634
53.312
34.358
20.332
28.652
17.09
Ontvangsten
Ontvangsten
44.700
25.875
12.401
8.641
6.230
0
0
17.02 Betuweroute
Motivering
De Betuweroute is een 160 kilometer lange, tweesporige spoorlijn die exclusief bestemd is voor het goederenvervoer. De spoorlijn is aangelegd tussen de Rotterdamse haven en de Duitse grens bij Zevenaar-Emmerich en is in gebruik sinds juni 2007. De status van Groot Project is formeel beëindigd op 28 april 2011.
Producten
De Betuweroute kan ruwweg opgedeeld worden in twee delen, te weten het nieuw aangelegde A15-tracé en de bestaande Havenspoorlijn. Het A15-tracé is per 16 juni 2007 officieel in gebruik genomen. Hier zijn ERTMS en 25 kV in bedrijf. Op de Havenspoorlijn zijn ERTMS en 25 kV in bedrijf sinds 13 december 2009. Hiermee is de Betuweroute als groot bouwproject klaar.
De restpunten worden sinds 2010 afgehandeld in het Project Nazorg Betuweroute waarin onder meer de gevelisolatie te Rozenburg, grondtransacties en een bodemsaneringsproject worden afgerond. De geschatte einddatum is 2017.
Uitgaven (x € 1.000)
2014
2015
2016
2017
2018
2019
Nazorg Betuweroute
5.619
5.055
5.055
0
0
0
Totaal
5.619
5.055
5.055
0
0
0
Projectoverzicht bij 17.02 Betuweroute
Totaal
Budget in € mln
Oplevering
Projectomschrijving
huidig
vorig
t/m 2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
later
huidig
vorig
Betuweroute
2007
2007
Reguliere SVV-middelen
933
932
917
6
5
5
FES-middelen
2.826
2.826
2.826
Privaat
843
843
843
Financiering ProRail
97
97
97
Bijdrage Gelderland
8
8
8
Bijdrage VROM
14
14
14
EU-ontvangsten
175
175
175
Totaal
4.896
4.880
6
5
5
0
17.03 Hogesnelheidslijn-Zuid
Motivering
Met het vaststellen van de Planologische Kernbeslissing (PKB) HSL-Zuid is besloten tot aansluiting van Nederland op het Europese net van hogesnelheidslijnen. De HSL-Zuid bewerkstelligt een milieuvriendelijke verbinding tussen de Europese mainports en vormt daarmee een belangrijke schakel in het internationale en nationale lange afstandsverkeer.
Hogesnelheidslijn-Zuid
Producten
Op 29 april 1997 is de PKB HSL-Zuid (Kamerstukken II, 1996/97, 22 026, nr. 70) door het kabinet goedgekeurd en op 15 april 1998 is het Tracébesluit (Kamerstukken II, 1997/98, 25 981, nr. 2) genomen door de voormalige ministers van voorheen VenW en voorheen VROM. In 1999, 2000 en 2001 zijn belangrijkste civiele en spoortechnische contracten en de concessieovereenkomst voor het vervoer gegund. De bouwwerkzaamheden aan het tracé zijn inmiddels gereed, er resteren nog enkele restwerkzaamheden. In de halfjaarlijkse Voortgangsrapportage HSL-Zuid wordt de Tweede Kamer separaat en uitgebreid geïnformeerd over het gehele HSL-Zuid vervoersysteem.
Uitgaven (x € 1.000)
2014
2015
2016
2017
2018
2019
Infrastructurele zaken
1.250
0
0
0
0
0
Planschades en nadeelcompensaties
1.736
0
0
0
0
0
Grondverwerving
2.765
0
0
0
0
0
Overige zaken
121
614
765
0
0
0
Totaal
5.872
614
765
0
0
0
Projectoverzicht bij 17.03 HSL
Totaal
Budget in € mln
Oplevering
Projectomschrijving
huidig
vorig
t/m 2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
later
huidig
vorig
HSL-Zuid (IF 17.03.01)
6.151
6.151
6.144
6
1
1
-
-Reguliere SVV middelen (incl. FES BOR)
2.635
2.635
2.628
6
1
1
-
-Fes regulier
1.710
1.710
1.710
-
-Privaat
940
940
940
-
-EU-ontvangsten
193
193
193
-
-Ontvangsten derden
144
144
144
-
-Risicoreservering
529
529
529
HSL-Zuid spoorwegen (17.03.02)
115
115
115
HSL-Zuid hoofdwegen (17.03.03)
1.012
1.012
1.012
Totaal (excl. reeks Infraprovider)
7.278
7.271
6
1
1
0
0
0
Begroting (IF 17.03)
6
1
1
0
0
0
17.06 Project Mainportontwikkeling Rotterdam
Motivering
Het Project Mainportontwikkeling Rotterdam (PMR) heeft een tweeledige doelstelling:
-
-
-
•het versterken van de positie van de mainport Rotterdam en
-
-
-
-
•het verbeteren van de kwaliteit van de leefomgeving in Rijnmond.
-
In drie deelprojecten wordt deze dubbele doelstelling verwezenlijkt. Dat zijn «Bestaand Rotterdams Gebied (BRG)» (uitgevoerd door de gemeente Rotterdam), «750 hectare natuur- en recreatiegebied» (uitgevoerd door de provincie Zuid-Holland) en «Landaanwinning» (uitgevoerd door Havenbedrijf Rotterdam NV (HbR)). In samenhang met de Landaanwinning dient voldoende natuurcompensatie te worden gerealiseerd.
IenM beschouwt PMR als een bijdrageproject, waarbij de verantwoordelijkheid en risico’s voor de uitvoering bij andere partijen zijn belegd. Uitzondering vormt de natuurcompensatie waarvan RWS is belast met de uitvoering. EZ is het aan te spreken ministerie voor de 750 hectare en IenM is het ministerie voor de landaanwinning en het BRG.
IenM is in het kader van de Procedureregeling Grote Projecten (Kamerstukken II, 2006/07, 30 351, nr. 3) aangewezen als coördinerend projectministerie. Als zodanig is de Minister van IenM verantwoordelijk voor de overall-projectbeheersing. De projectbeheersing is zodanig ingericht dat zij adequaat kan rapporteren over de processen die leiden tot de realisatie van de deelprojecten en sturing kan geven aan de uitvoering van het deelproject Natuurcompensatie dat rechtstreeks onder haar verantwoordelijkheid valt.
Producten
In 2006 heeft het parlement de herstelde PKB PMR vastgesteld en ingestemd met het Bestuursakkoord (juni 2004) en de Uitwerkingsovereenkomsten van de afzonderlijke deelprojecten (september 2005). De PKB PMR (deel 4: de definitieve tekst na parlementaire instemming) is uitgebracht (Staatscourant nr. 247, 2006). De deelprojecten landaanwinning, natuurcompensatie en BRG zijn in uitvoering. Voor het deelproject 750 hectare zijn de bestemmingsplannen inmiddels onherroepelijk.
De volgende producten worden onderscheiden:
-
-
-
-Uitvoeringsorganisatie: betreft de kosten die samenhangen met de coördinatie van het project en de projectbeheersing;
-
-
-
-
-750 hectare Natuur- en recreatiegebied: betreft de vaste bijdrage van het Rijk voor de omvorming van agrarisch gebied naar natuurgebied met recreatief medegebruik en tot openluchtrecreatiegebied met natuurwaarden. De deelbijdrage van IenM is in 2006 volledig betaald aan de Stichting Nationaal Groenfonds;
-
-
-
-
-Groene Verbinding: betreft de kosten voor een verbinding tussen Midden-IJsselmonde en het stedelijk gebied van Rotterdam-Zuid. Dit is een gemaximeerde IenM-bijdrage;
-
-
-
-
-BRG: dit bevat een serie projecten om het bestaande havengebied beter te benutten en de kwaliteit van de leefomgeving te verbeteren;
-
-
-
-
-Natuurcompensatie: betreft de instelling van een Bodembeschermingsgebied, de aanleg van de Duincompensatie Delfland en het Monitorings- en Evaluatieprogramma. Voorts worden uit dit budget de Stimuleringsregelingen recreatie en toerisme en visserij en de eventuele planschade/ nadeelcompensatie gefinancierd;
-
-
-
-
-Landaanwinning: betreft de vaste bijdrage van de rijksoverheid in de kosten van de aanleg van de buitencontour;
-
-
-
-
-BTW Buitencontour: betreft de niet-compensabele BTW over de buitencontour naar rato van de overheidsbijdrage;
-
-
-
-
-Onvoorzien: dient onder voorwaarden ter bekostiging van onvoorziene uitgaven aan PMR.
-
Project Mainportontwikkeling Rotterdam
Meetbare gegevens
-
-
-
-2009 Procedures met betrekking tot landaanwinning en natuurcompensatie afgerond;
-
-
-
-
-2010 Uitvoering Duincompensatie Delfland gereed;
-
-
-
-
-2011 Eerste terreinuitgifte Maasvlakte II;
-
-
-
-
-2011 Afronding procedure bestemmingsplanprocedures 750 hectare;
-
-
-
-
-2012 Bestemmingsplannen 750 hectareonherroepelijk;
-
-
-
-
-2013 Landaanwinning eerste fase gereed; eerste overslag;
-
-
-
-
-2021 Deelprojecten 750 hectarenatuur- en recreatieterrein en BRG afgerond;
-
-
-
-
-Voor 2040 Terreinen Tweede Maasvlakte volledig uitgegeven.
-
Projectoverzicht bij 17.06 Project Mainportontwikkeling Rotterdam; realisatie
Totaal
Budget in € mln
Oplevering
Projectomschrijving
huidig
vorig
t/m 2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
later
huidig
vorig
Project Mainportontwikkeling Rotterdam
Uitvoeringsorganisatie 1
24
24
17
1
1
1
1
1
4
pm
pm
750 ha
30
30
pm
pm
Groene verbinding
31
31
2011
2011
Bestaand Rotterdams Gebied (BRG)
2021
2021
Landaanwinning
Voorfinanciering FES monitoringsprogramma
2
2
2
2007
2007
Voorfinanciering FES natuurcompensatie
114
113
79
3
2
2
2
2
24
pm
pm
Landaanwinning
742
742
742
2013
2013
BTW Buitencontour
138
138
138
2013
2013
Onvoorzien
73
72
2
1
1
1
1
1
66
pm
pm
Totaal
1.153
980
4
4
4
4
4
0
94
Begroting (IF 17.06)
4
4
4
4
4
0
94
Noot 1
Als gevolg van een uitspraak van de Raad van State van 26 januari 2005 inzake de PKB+ heeft in 2005 en 2006 een hersteltraject gelopen. De kosten hiervan zijn opgenomen onder de uitvoeringsorganisatie.
17.07 European Rail Traffic Management System (ERTMS)
Motivering
Het hoofddoel van het Rijk in de Lange Termijn Spooragenda (LTSa) voor het spoorsysteem is de kwaliteit van het spoor als vervoersproduct te verbeteren zodat de reizigers en verladers de trein in toenemende mate als een aantrekkelijke vervoersoptie zien en gaan/blijven gebruiken. Om in Nederland een stap voorwaarts te kunnen zetten in de prestaties van het spoorsysteem, zal ERTMS ingezet kunnen worden als deel van het complete verkeersmanagement systeem. ERTMS is in de eerste plaats tevens bedoeld ter vervanging van het beveiligingssysteem en voor de verhoging van de spoorwegveiligheid. Daarnaast moet tijdig zijn voldaan aan de Europese eisen ten aanzien van de invoering van ERTMS voor de TEN corridors.
De bijdrage van ERTMS wordt afgemeten aan het op een hoger plan brengen van de
volgende doelstellingen:
-
-
-
-Verhogen van de veiligheid van het spoorsysteem;
-
-
-
-
-Verhogen van de interoperabiliteit van het spoorsysteem;
-
-
-
-
-Vergroten van de capaciteit van het spoorsysteem;
-
-
-
-
-Verhogen van de snelheid van de treinen;
-
-
-
-
-Verhogen van de betrouwbaarheid van het spoorsysteem.
-
Producten
Op 11 april 2014 is de Voorkeursbeslissing ERTMS genomen (Kamerstukken II, 2013/14, 33 652, nr. 14). Deze Voorkeursbeslissing vormt de start voor de Planuitwerkingsfase. In deze fase zal de komende 3 jaar stap-voor-stap met go/no-go-momenten toegewerkt worden naar de definitieve investeringsbeslissingen en de daarop volgende aanbesteding voor de invoering van ERTMS zoals dat vastgelegd is in het Voorkeursbesluit.
Het voorkeursscenario houdt in dat ERTMS met beproefde technologie van Level 2 in de periode tot en met 2028 wordt ingevoerd op het spoor in grote delen van de brede Randstad. In 2022 is ERTMS bovendien ingebouwd in al het bestaande materieel dat rijdt op het Nederlandse spoor. Bij de uitrol van ERTMS staat de klant voorop. Reizigers en verladers moeten vooral profiteren van de voordelen en idealiter niets van de overgang merken. Meer in detail betekent dit dat bij de nadere uitwerking in de komende Planuitwerkingsfase de volgende punten leidend zijn:
-
-
-
a)Ten minste voldoen aan de EU-verplichting om ERTMS in 2020 te hebben ingevoerd op de aangewezen lijnen (Amsterdam-Betuweroute en Kijfhoek-België).
-
-
-
-
b)Ten minste voldoen aan de EU-verplichtingen om ERTMS in 2030 te hebben ingevoerd op de aangewezen lijnen.
-
-
-
-
c)Voldoen aan de reeds genomen Voorkeursbeslissing over aanleg van ERTMS op de SAAL-corridor (Schiphol/Amsterdam/Almere/Lelystad; 2023).
-
-
-
-
d)Voorzien van ERTMS op zoveel mogelijk lijnen uit het Programma Hoogfrequent Spoor (PHS).
-
-
-
-
e)Verbinden met de nu reeds met ERTMS uitgeruste lijnen.
-
-
-
-
f)De vervangingsopgave van de huidige treinbeveiliging, de met het oog op een aansluitend netwerk zoveel mogelijk corridorsgewijze uitrol en het tegengaan van transities tussen het huidige ATB en ERTMS om zodoende een tijdelijke lappendeken van beveiligingssystemen te voorkomen.
-
Hiertoe dient het in Nederland toegelaten materieel in 2022 van ERTMS te zijn voorzien.
De exacte omvang van de uitrol op de PHS-corridors bovenop de EU-TEN-corridors is afhankelijk van de uitkomsten van de Planuitwerkingsfase en de resultaten van de marktstrategie. Streven is om via een goede aanbestedingsstrategie zoveel mogelijk kilometers spoor van ERTMS te voorzien met het beschikbare budget. Hierbij wordt ingezet op een optimale uitrolplanning waarbij via een optimale aanbestedingsstrategie nadrukkelijk op de naadloze aansluiting tussen materieel en de baan wordt gestuurd. Door bovendien te streven naar een zoveel mogelijk aansluitend netwerk wordt het aantal interfaces tussen verschillende beveiligingssystemen beperkt.
Projectoverzicht 17.07 ERTMS
Voor de periode tot en met 2028 is in het Infrastructuurfonds een bedrag beschikbaar van € 2,57 miljard, dit budget is als volgt tot stand gekomen:
-
-
-
-€ 2 miljard, reservering voor ERTMS zoals opgenomen in het regeerakkoord Rutte II;
-
-
-
-
-€ 339 miljoen, een deel van het Mistral-budget voor vervanging van de bestaande
-
-
-
-
-beveiliging;
-
-
-
-
-€ 225 miljoen, een deel van het OV-SAAL budget bestemd voor ERTMS; en
-
-
-
-
-€ 6 miljoen, de planuitwerkingsbudgetten.
-
Totaal
Budget in € mln
Planning
Projectomschrijving
huidig
vorig
t/m 2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
later
huidig
vorig
Realisatiefase (17.07.01)
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Planuitwerkingsfase (17.07.02)
2.570
2.570
0
25
40
30
221
242
230
1.782
Studiekosten
95
95
25
40
30
Pilotkosten
0
0
Overige planuitwerking OV-SAAL
225
225
1
1
1
222
Overige planuitwerking (excl. OV-SAAL)
2.250
2.250
220
241
229
1.560
Totaal
2.570
0
25
40
30
221
242
230
Begroting (IF 17.03)
25
40
30
221
242
230
Nadat (deel)projectbeslissingen genomen zijn zal het budget overgeboekt worden naar artikelonderdeel 17.07.01 Realisatiekosten.
17.08 ZuidasDok
Motivering
De ruimtelijke ontwikkelingen in de corridor Haarlemmermeer-Almere en op de Zuidas versterken de toename van reizigers en verkeer. Door opening van de Noord-Zuidlijn, Hanzelijn en OV-SAAL neemt het aantal reizigers op station Amsterdam Zuid toe. De vergroting en kwalitatieve opwaardering van de stationscapaciteit is nodig om de groeiende reizigerstromen te accommoderen en te voldoen aan de NSP kwaliteitsnorm. Om ruimte te bieden aan de uitbreiding van de OV-terminal en de wegcapaciteit te vergroten, wordt de A10 ondergronds gebracht en verbreed. De investering in de ruimtelijke kwaliteit van de Zuidas draagt verder bij aan de versterking van een internationale toplocatie.
Producten
In 2012 is de voorkeursbeslissing genomen voor het project Zuidasdok. In deze begroting zijn de uitgaven van het project volledig begroot op dit artikel van het Infrastructuurfonds. Hiertoe zijn de Rijksbudgetten overgeheveld vanuit artikel 12 Hoofdwegennet en artikel 13 Spoorwegen.
In de bestuursovereenkomst Zuidasdok is afgesproken dat het project A10 Knooppunten De Nieuwe Meer en Amstel, dat voor rekening en risico van het Rijk is, in samenhang met het project Zuidasdok wordt uitgewerkt. Het project A10 Knooppunten De Nieuwe Meer en Amstel wordt als afzonderlijk project verantwoord op artikel 12 Hoofdwegennet, maar voor de voorbereidingskosten voor het project A10 Knooppunten De Nieuwe Meer en Amstel is vanuit het Wegenartikel een bijdrage van € 40 miljoen gedaan op artikel 17.08 planstudiekosten.
Het integrale project Zuidasdok is te onderscheiden in verschillende projectonderdelen. In de begroting zijn de volgende onderdelen onderscheiden:
-
-
-
-Projectorganisatie en voorbereiding;
-
-
-
-
-Uitbreiding van de OV-terminal (incl. keersporen, regionaal OV en ketenmobiliteit);
-
-
-
-
-Tunnel en uitbreiding van A10;
-
-
-
-
-Inrichting van de openbare ruimte en generieke uitgaven.
-
Het onderscheid tussen de projectonderdelen is in deze begroting gemaakt op basis van een uitwerking van de afspraken uit de bestuursovereenkomst. In de verdere uitwerking van de scope richting het vaststellen van (O)TB en (O)BP is het aannemelijk dat binnen de kaders van het taakstellend budget de raming van de verschillende onderdelen nog wijzigt.
In de volgende begroting worden op basis van een nieuwe raming voorafgaand aan de aanbesteding, de verdeelsleutels herijkt. Op basis van deze verdeelsleutels wordt budget toegekend aan de verschillende projectonderdelen. Dit heeft geen effect op het totale budget voor het integrale project Zuidasdok.
De op dit begrotingsartikel opgenomen bedragen zijn voor het totale project en worden als volgt bijgedragen, conform de bestuursovereenkomst van juli 2012:
-
-
-
-Bijdrage uit Infrastructuurfonds (artikel 12 Hoofdwegennet);
-
-
-
-
-Bijdrage uit Infrastructuurfonds (artikel 13 Spoorwegen);
-
-
-
-
-Bijdrage gemeente Amsterdam;
-
-
-
-
-Bijdrage Provincie Noord-Holland;
-
-
-
-
-Bijdrage Stadsregio Amsterdam;
-
-
-
-
-Bijdrage van de EU.
-
De bijdrage van de derden zijn in deze begroting als ontvangst onder dit artikel opgenomen.
Extracomptabele verwijzingen
Extracomptabel overzicht bijdragen
Project-omschrijving
Begroting
waarvan:
Zuidasdok
Totaal
Project-organisatie en voorbereiding
OVT incl. keer-sporen
Tunnel en A10
Generiek en Ruimtelijke inrichting
Totaal (17.08)
1.459
191
260
780
229
Waarvan:
-
-Bijdrage IenM 1
1.031
150
25
670
187
-
-Bijdrage Amsterdam 2
211
30
37
110
35
-
-Bijdrage provincie Noord-Holland
79
79
-
-Bijdrage stadsregio Amsterdam2
136
9
119
8
-
-EU-ontvangsten
3
3
Noot 1
De bijdragen die vanuit het TEN-T programma in 2013 is ontvangen en wordt uitgegeven, is apart inzichtelijk gemaakt bij EU-ontvangsten.
Noot 2
De gemeente Amsterdam (€ 2,8 mln) en de stadregio Amsterdam (€ 3,8 mln) hebben tot en met 2013 reeds een bijdrage geleverd aan het project. Deze uitgaven zijn in dit overzicht meegenomen.
Toelichting:
Vanuit artikel 12 Hoofdwegen is € 694 miljoen overgeheveld naar Artikel 17 Zuidasdok (€ 111 miljoen voor projectorganisatie en voorbereiding en € 583 miljoen voor Tunnel en A10). Vanuit Artikel 13 Spoorwegen is € 338 miljoen overgeheveld naar Artikel 17 Zuidasdok (€ 40 miljoen voor projectorganisatie en voorbereiding, € 25 miljoen voor OVT inclusief keersporen, € 87 miljoen voor Tunnel en A10 en € 187 miljoen voor Generiek en ruimtelijke inrichting).
In bijgaande tabellen wordt een overzicht gegeven van de financiering van het project. Deze middelen kunnen tijdens de realisatieperiode integraal aan alle productuitgaven worden besteed. Tussentijds, maar in ieder geval na voltooiing van het project Zuidasdok, zal achteraf inzichtelijk worden gemaakt waaraan de middelen zijn besteed (verantwoording).
Overzicht van de bijdragen
Projectomschrijving
Totaal
t/m 2014
2015
2016
2017
2018
2019
later
ZuidasDok
-
-Bijdrage IenM 1
1.031
46
62
101
82
73
40
626
-
-Bijdrage provincie Noord-Holland
79
26
52
-
-Bijdrage stadsregio Amsterdam 2
136
4
21
10
7
17
16
61
-
-Bijdrage Amsterdam2
211
9
11
13
28
15
14
121
-
-EU-ontvangsten1
3
1
1
1.459
Noot 1
De bijdragen die vanuit het TENT-programma in 2013 zijn ontvangen en worden uitgegeven, zijn apart inzichtelijk gemaakt bij EU-ontvangsten.
Noot 2
De gemeente Amsterdam (€ 2,8 mln) en de stadregio Amsterdam (€ 3,8 mln) hebben tot en en met 2013 reeds een bijdrage geleverd aan het project. Deze uitgaven zijn in dit overzicht meegenomen.
Overzicht van de uitgaven
Projectomschrijving
Totaal
t/m 2014
2015
2016
2017
2018
2019
later
ZuidasDok
1.459
-
-Projectorganisatie en voorbereiding
191
41
23
40
10
8
5
62
-
-OVT incl. keersporen
260
1
23
14
12
21
45
144
-
-Tunnel en A10
780
7
10
50
72
62
38
541
-
-Generiek en ruimtelijke inrichting
229
11
38
22
23
14
9
113
17.09 Ontvangsten
Motivering
Op dit artikelonderdeel worden de bijdragen van derde-partijen voor de realisatie van de Megaprojecten verkeer en vervoer, die rechtstreeks aan IenM worden betaald, verantwoord.
HSL-Zuid
Producten
Dit betreft voornamelijk de opbrengsten uit de verkoop van restgronden en uitkeringen van verzekeringen of schadevergoedingen van aannemers.
Ontvangsten (x € 1.000)
2014
2015
2016
2017
2018
2019
Schadevergoedingen
860
0
0
0
0
0
Grondverkopen
0
0
765
0
0
0
Totaal
860
0
765
0
0
0
ZuidasDok
Zie hiervoor de verstrekte onderbouwing bij uitgavenartikel 17.08.
Artikel 18 Overigen uitgaven en ontvangsten
Omschrijving van de samenhang in het beleid
Dit artikel bevat een aantal uiteenlopende onderwerpen.
Het projectartikel is gerelateerd aan de beleidsartikelen 18 Scheepvaart en havens (Intermodaal vervoer) en 22 Externe veiligheid en risico's (Externe veiligheid) van de Begroting hoofdstuk XII.
Budgettaire gevolgen van de uitvoering van art. 18 Overige uitgaven (x € 1.000)
2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
Verplichtingen
276.524
231.906
271.880
330.722
307.792
157.402
173.278
Uitgaven
287.566
242.089
272.602
330.151
307.243
157.290
172.969
Waarvan juridisch verplicht:
100%
18.02 Beter Benutten
49.872
124.723
124.723
18.03 Intermodaal vervoer
795
7.484
852
18.04 Gebiedsgerichte aanpak (UPR)
842
2.027
18.05 Railinfrabeheer
1
18.06 Externe veiligheid
104
3.435
1.995
2.005
1.996
1.000
865
18.07 Mobiliteitsonafhankelijke kennis en expertise
0
306
42
42
42
42
36
18.07.01 Nationale basisinform.voorz. en ov. uitgaven.
168
42
42
42
42
36
18.07.02 Subsidies algemeen
138
18.08 Netwerkoverstijgende kosten
285.824
228.836
219.841
203.381
180.482
156.248
153.727
18.08.01 Apparaatskosten RWS
218.424
205.235
200.208
174.107
152.124
136.382
131.081
18.08.02 Overige netwerkoverstijgende kosten
67.400
23.601
19.633
29.274
28.358
19.866
22.646
18.11 Investeringsruimte
0
0
0
0
0
0
0
18.11.01 Programmaruimte
18.11.02 Beleidsruimte
18.12 Nader toe te wijzen BenO en Vervanging
0
0
0
0
0
0
0
18.12.01 Beheer en onderhoud
18.12.02 Vervanging
18.13 Tol gefinancierde uitgaven
18.341
18.14 Minregel: rentevrijval
Van totale uitgaven
-
-Bijdrage aan agentschap RWS
276.424
219.958
212.497
187.316
166.068
150.237
145.026
-
-Restant
11.142
22.130
60.105
142.835
141.175
7.053
27.943
18.09 Ontvangsten
0
0
0
0
0
0
18.341
18.09.01 Ontvangsten
18.09.02 Tolopgave
18.341
18.10 Saldo van de afgesloten rekeningen
147.317
- 12.263
Onderstaand zijn de beschikbare budgetten tot en met 2028 per jaar gepresenteerd op het niveau van artikelonderdeel. In de verdiepingsbijlage bij de begroting zijn de mutaties op hetzelfde detailniveau toegelicht voor de periode tot en met 2028.
Bedragen x € 1.000
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
18
Overige uitgaven
uitgaven
272.602
330.151
307.243
157.290
172.969
172.862
374.576
18.01
Saldo afgesloten rekeningen
0
0
0
0
0
0
0
18.02
Beter Benutten
49.872
124.723
124.723
0
0
0
0
18.03
Intermodaal vervoer
852
0
0
0
0
0
0
18.06
Externe veiligheid
1.995
2.005
1.996
1.000
865
763
0
18.07
Mobiliteitsonafh. Kennis en expertise
42
42
42
42
36
36
0
18.08
Netwerkoverstijgende kosten
219.841
203.381
180.482
156.248
153.727
153.722
154.174
18.11
Investeringsruimte
0
0
0
0
0
0
-
-1
18.12
Nader toe te wijzen BenO en Vervanging
0
0
0
0
0
0
266.061
18.13
Tol gefinancierde uitgaven
0
0
0
0
18.341
18.341
18.342
18.14
Minregel: rentevrijval
0
0
0
0
0
0
-
-64.000
18.09
Tolopgave
Ontvangsten
0
0
0
0
18.341
18.341
18.342
(vervolg) Bedragen x € 1.000
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
18
Overige uitgaven
uitgaven
515.860
536.104
528.822
529.515
529.491
509.327
560.051
18.01
Saldo afgesloten rekeningen
0
0
0
0
0
0
0
18.02
Beter Benutten
0
0
0
0
0
0
0
18.03
Intermodaal vervoer
0
0
0
0
0
0
0
18.06
Externe veiligheid
0
0
0
0
0
0
0
18.07
Mobiliteitsonafh. Kennis en expertise
0
0
0
0
0
0
0
18.08
Netwerkoverstijgende kosten
154.964
155.077
147.911
148.604
148.579
148.758
146.320
18.11
Investeringsruimte
0
0
-
-1
-
-1
0
0
-
-1
18.12
Nader toe te wijzen BenO en Vervanging
406.554
406.554
406.439
406.439
406.439
386.096
439.259
18.13
Tol gefinancierde uitgaven
18.342
38.473
38.473
38.473
38.473
38.473
38.473
18.14
Minregel: rentevrijval
-
-64.000
-
-64.000
-
-64.000
-
-64.000
-
-64.000
-
-64.000
-
-64.000
18.09
Tolopgave
Ontvangsten
18.342
38.473
38.473
38.473
38.473
38.473
38.473
18.02 Beter Benutten
Motivering
In het nieuwe regeerakkoord is afgesproken dat het programma Beter Benutten wordt voortgezet. In de brief bezuinigingen Infrastructuurfonds van 13 februari 2013 (Kamerstukken II, 2012/13, 33 400 A, nr. 48) wordt vermeld dat Bereikbaarheidsknelpunten niet alleen met grootschalige infrastructuurprojecten worden aangepakt maar dat breed en creatief gezocht wordt naar mogelijke oplossingen. Gedacht wordt aan de slimme aanpak gericht op gedragsverandering in het kader van het programma Beter Benutten.
Tussen Rijk en regio’s is op 6 maart 2014 bestuurlijk afgesproken om gezamenlijk in de jaren 2015 tot en met 2017 hiervoor € 600 miljoen beschikbaar te stellen. De invulling van dit pakket zal in ieder geval onder dezelfde voorwaarden als het eerste regiopakket vorm krijgen, waarbij de eerste ervaringen van het huidige programma mee worden genomen.
De focus van het vervolgprogramma Beter Benutten ligt op de 12 regio’s die de meeste spitsdrukte kennen. Voor het vervolg van beter Benutten is landelijk de volgende programma ambitie afgesproken: tenminste 10% vermindering van de reistijd van deur tot deur op de belangrijkste gesignaleerde knelpunten in de spits op de weg in de periode 2015 tot en met 2017. Dit ten opzichte van een situatie zonder het vervolgprogramma Beter Benutten. Over het vervolgprogramma is de Kamer per brief van 26 maart 2014 geïnformeerd (Kamerstukken II, 2013/14, 33 750 A, nr. 67).
Op basis van Plannen van Aanpak die de regio’s opstellen en waarin afspraken worden gemaakt tussen Rijk en regio zijn en worden de financiële middelen aan de regio’s ter beschikking gesteld.
De werkwijze van Beter Benutten kenmerkt zich door:
-
-
-
•Het uitvoeren vooraf van een verkeerskundige analyse op resterende knelpunten in de Beter Benutten regio’s;
-
-
-
-
•Duidelijke doelstelling (zowel qua effect als betrokkenheid werkgever/werknemers);
-
-
-
-
•Samenwerking met de regio’s;
-
-
-
-
•Eisen cofinanciering als wel eisen aan de regionale uitvoeringsorganisatie;
-
-
-
-
•Zicht op doelgroepen en motieven voor gedragsverandering.
-
18.03 Intermodaal vervoer
Motivering
Realisatie van de doelen is in belangrijke mate afhankelijk van andere factoren, zoals het gedrag van verladers, vervoerders en consumenten en bestuurlijke afspraken over het ruimtelijk beleid. Het effect van deze beleidsdoelstelling is dat de bereikbaarheid van economisch belangrijke gebieden verbetert.
RSC Maasvlakte
Producten
Uit het BCI-onderzoek Goederenvervoer per spoor, marktontwikkelingen en beleid (2009) komt naar voren dat spoorgoederenknooppunten in het achterland een belangrijke rol kunnen spelen voor het havennetwerk en voor binnenlandse verladers in het achterland. Als vervolg hierop is in
2010 een beleidskader spoorgoederenknooppunten ontwikkeld met een beleidsvisie op de ontwikkeling van spooraansluitingen, railterminals, openbare laad- en losplaatsen, greenports en dergelijke. In 2012-2013 is een stimuleringsprogramma voor railterminals tot uitvoering gekomen.
Container Transferium Alblasserdam
Het Container Transferium Alblasserdam is gelegen aan de belangrijkste Europese binnenvaartcorridor Rijn/Maas-Main-Donau. Om de veiligheid en de betrouwbaarheid van deze corridor te garanderen en de private investeringsbereidheid voor de totale projectkosten te behouden, heeft IenM zich bereid verklaard om (een deel van) de hieruit voortvloeiende extra investeringen te financieren.
Als gevolg van een aangepaste terminal lay-out zijn de taakstellende bijdragen van het Rijk en de provincie Zuid-Holland gereduceerd. Omdat het initiële bedrag is gefinancierd uit artikel 15 Hoofdvaarwegen wordt de vrijval (€ 2 miljoen) aan de investeringsruimte (15.07) van hoofdvaarwegen toegevoegd.
Projectoverzicht Intermodaal vervoer
Totaal
Budget in € mln
Oplevering
Projectomschrijving
huidig
vorig
t/m 2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
later
huidig
vorig
Multi- en modaalvervoer
Container Transferium Alblasserdam
3
5
1
4
-
-2
2015
2014
RSC Maasvlakte
8
8
1
4
3
2014
2014
Totaal
11
3
7
1
0
0
0
0
0
Begroting (IF 18.03.01)
7
1
0
0
0
0
0
18.06 Externe veiligheid
Motivering
Het budget is bestemd voor het oplossen van externe veiligheidsknelpunten in het kader van de Nota Vervoer Gevaarlijke Stoffen (NVGS, Kamerstukken II, 2005/06, 30 373, nr. 2). De opgenomen kasreeks heeft betrekking op het RWS-programma «aankopen en saneren van kwetsbare objecten in het kader van basisnet».
Producten
Saneringsopgave voor Basisnet vervoer gevaarlijke stoffen tot en met 2035.
18.08 Netwerkoverstijgende kosten
Motivering
Op dit artikelonderdeel worden de netwerkoverstijgende apparaatskosten (inclusief afschrijving en rente) en overige netwerkoverstijgende kosten van RWS verantwoord. Het gaat hierbij om zowel de kosten die met de overhead van RWS gemoeid zijn als bepaalde onderdelen van Landelijke taken die een netwerk overstijgend karakter kennen. Deze kosten hebben niet alleen betrekking op de activiteiten die verricht worden voor het Infrastructuurfonds, maar hebben tevens betrekking op de activiteiten voor het Deltafonds.
18.11 Investeringsruimte
Motivering
Op dit artikel werd de voor het Infrastructuurfonds beschikbare investeringsruimte tot en met 2028 verantwoord. In de brief bezuinigingen Infrastructuurfonds van 13 februari 2013 (Kamerstukken II, 2012/13, 33 400 A, nr. 48) is per modaliteit de ruimte afgeleid voor nieuwe investeringen en risico’s. Bij Voorjaarsnota 2013 zijn hiertoe vervolgens per modaliteit aparte artikelonderdelen «Investeringsruimte» geïntroduceerd.
18.12 Nader toe te wijzen BenO en Vervanging
Motivering
Op dit artikelonderdeel zijn noodzakelijke middelen opgenomen voor Vervanging en Renovatie. Deze middelen kunnen nog niet worden toegewezen aan de afzonderlijke netwerken. Op een later moment worden deze middelen toegewezen aan het artikel 12 Hoofdwegennet, artikel 15 Hoofdvaarwegennet van het Infrastructuurfonds. Toewijzing van deze middelen zal geschieden op grond van een nadere onderbouwing van de onderhouds- en vervangingsbehoefte per netwerk. Om dit mogelijk te maken wordt door RWS onder meer een inventarisatie gemaakt van de ouderdom en de te verwachten restlevensduur van de infrastructurele objecten.
18.13 Tol gefinancierde uitgaven
Motivering
Op dit artikel zijn de uitgaven opgenomen die uit tol gefinancierd worden bij de projecten ViA15 en NWO. Uit behoedzaamheid wordt deze uitgavenruimte pas als dekking ingezet op artikel 12 Hoofdwegennet na het afronden van de aanbesteding van de DBFM-contracten (Financial close). Dit artikelonderdeel is gekoppeld aan het ontvangstenartikel 18.09.02 Tolopgave.
18.14 Minregel rentevrijval
Motivering
Met het in 2009 uitgekeerde superdividend van NS (€ 1,4 miljard) is een eeuwig lopende schuld van ProRail afgelost. De rentevrijval die door deze aflossing ontstond binnen het Infrastructuurfonds tot en met 2020 werd daarbij ingezet voor de financiering van spoorambities (Kamerstukken II, 2009/10, 28 165, nr. 105). Er vindt bij deze begroting een correctie plaats op Infrastructuurfonds voor de rentevrijval in de periode 2021-2028 (€ 64 miljoen per jaar). De verlaging wordt voorlopig technisch verwerkt via een minregel op artikel 18. Bij verlenging van het Infrastructuurfonds zal de minregel ingepast worden binnen de begroting van het Infrastructuurfonds.
Artikel 19 Bijdragen andere begrotingen Rijk
Omschrijving van de samenhang in het beleid
Op dit artikel worden de ontvangen bijdragen verantwoord die ten laste van de Begroting hoofdstuk XII komen. De doelstellingen van het onderliggende beleid zijn terug te vinden in de Begroting hoofdstuk XII.
Het productartikel is gerelateerd aan artikel 26 Bijdragen aan de Investeringsfondsen op de Begroting hoofdstuk XII.
Budgettaire gevolgen van de uitvoering van art. 19 Bijdrage andere begrotingen Rijk (x € 1.000)
2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
Ontvangsten
5.722.871
5.842.231
5.329.360
5.606.372
6.040.426
5.594.213
5.742.309
19.09 Ten laste van begroting IenM
5.722.871
5.842.231
5.329.360
5.606.372
6.040.426
5.594.213
5.742.309
Onderstaand zijn de beschikbare budgetten tot en met 2028 per jaar gepresenteerd op artikelonderdeelniveau. De mutaties zijn in de verdiepingsbijlage bij de begroting op hetzelfde detailniveau tot en met 2028 toegelicht.
Bedragen x € 1.000
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
19
Bijdragen andere begrotingen Rijk
19.09
Ontvangsten
Ontvangsten
5.329.361
5.606.373
6.040.427
5.594.211
5.742.309
5.907.875
5.225.323
(vervolg) Bedragen x € 1.000
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
19
Bijdragen andere begrotingen Rijk
19.09
Ontvangsten
Ontvangsten
5.484.780
5.479.489
5.380.244
5.362.977
5.366.592
5.373.674
5.365.621
19.09 Bijdragen ten laste van Begroting hoofdstuk XII
Motivering
Dit begrotingsartikel is technisch van aard.
-
4.DE BIJLAGEN
BIJLAGE 1 VOEDING VAN HET INFRASTRUCTUURFONDS EN BEGROTINGSTAAT PER PRODUCTARTIKELONDERDEEL
INFRASTRUCTUURFONDS
Bedragen x € 1 000
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
12
Hoofdwegen
uitgaven
2.293.979
1.935.634
2.421.527
2.152.256
2.745.942
3.291.954
2.316.420
2.633.602
2.421.370
2.382.186
2.205.849
2.085.084
2.024.863
2.122.256
12.01
Verkeersmanagement
4.038
3.617
3.617
3.617
3.618
3.617
3.614
3.611
3.610
3.609
3.607
3.607
3.607
3.615
12.02
Beheer, onderhoud en vervanging
658.195
605.451
543.436
528.116
501.659
483.547
454.157
454.074
454.031
454.152
454.451
427.976
682.668
430.267
12.03
Aanleg
723.322
440.657
935.060
862.100
1.548.085
2.163.221
1.082.928
1.512.989
1.362.607
1.290.724
1.095.693
931.751
395.032
350.524
12.04
GIV/PPS
545.431
527.315
585.329
395.843
333.259
280.398
276.481
246.065
239.753
220.928
245.892
327.917
176.833
253.595
12.06
Netwerkgebonden kosten HWN
424.674
419.242
414.248
411.795
411.554
411.479
411.342
411.863
412.072
412.768
413.173
413.163
413.199
411.927
12.07
Investeringsruimte
-
-61.681
-
-60.648
-
-60.163
-
-49.215
-
-52.233
-
-50.308
87.898
5.000
-
-50.703
5
-
-6.967
-
-19.330
353.524
672.328
12.09
Ontvangsten
Ontvangsten
533.670
87.200
66.346
28.414
38.276
226.716
719
64.019
719
719
719
719
0
0
Bijdrage van hfdst XII (art 26)
1.760.309
1.848.434
2.355.181
2.123.842
2.707.666
3.065.238
2.315.701
2.569.583
2.420.651
2.381.467
2.205.130
2.084.365
2.024.863
2.122.256
13
Spoorwegen
uitgaven
2.387.881
2.464.491
2.238.605
2.207.053
1.933.701
1.790.138
1.469.637
1.359.403
1.613.478
1.783.930
1.787.309
1.853.443
1.906.176
2.008.502
13.02
Beheer, onderhoud en vervanging
1.240.257
1.319.800
1.167.051
1.110.815
1.185.320
1.162.653
1.169.571
1.174.223
1.177.245
1.197.156
1.196.858
1.197.926
1.165.259
1.147.811
13.03
Aanleg
952.335
972.202
910.500
940.776
569.774
439.964
81.391
-
-33.954
211.020
293.257
316.907
382.762
418.967
209.947
13.04
GIV/PPS
147.026
146.980
146.983
153.491
156.679
163.889
164.821
166.200
167.591
169.444
170.408
170.479
169.667
159.427
13.07
Rente en aflossing
48.397
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
13.08
Investeringsruimte
-
-134
8.912
-
-2.526
-
-14.626
5.331
7.035
37.257
36.337
41.025
107.476
86.539
85.679
135.686
474.720
13.09
Ontvangsten
Ontvangsten
232.720
177.161
193.583
192.830
204.490
202.884
207.681
210.507
213.240
215.862
177.953
177.953
177.953
177.953
Concessie HSL
160.047
104.661
113.105
120.330
125.436
130.384
135.181
138.007
140.740
143.362
105.453
105.453
105.453
105.453
Overige ontv.
72.673
72.500
80.478
72.500
79.054
72.500
72.500
72.500
72.500
72.500
72.500
72.500
72.500
72.500
Bijdrage van hfdst XII (art 26)
2.155.161
2.287.330
2.045.022
2.014.223
1.729.211
1.587.254
1.261.956
1.148.896
1.400.238
1.568.068
1.609.356
1.675.490
1.728.223
1.830.549
14
Regionaal, lokale infrastructuur
uitgaven
181.447
273.935
348.376
341.694
248.418
218.512
82.518
135.853
120.885
10.228
43.935
74.529
99.201
132.200
14.01
Grote regionaal/lokale projecten
118.082
107.330
198.914
211.842
113.400
168.629
73.269
135.853
120.885
10.228
43.935
74.529
99.201
132.200
14.02
Regionale mobiliteitsfondsen
0
0
0
0
0
9.076
0
0
0
0
0
0
0
0
14.03
RSP-ZZL: pakket bereikbaarheid
63.365
166.605
149.462
129.852
135.018
40.807
9.249
0
0
0
0
0
0
0
Bijdrage van hfdst XII (art 26)
181.447
273.935
348.376
341.694
248.418
218.512
82.518
135.853
120.885
10.228
43.935
74.529
99.201
132.200
15
Vaarwegen
uitgaven
883.428
741.836
692.846
638.590
630.935
511.941
779.258
686.475
696.818
667.063
816.006
885.226
927.365
586.565
15.01
Verkeersmanagement
7.516
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
15.02
Beheer, onderhoud en vervanging
394.852
347.047
254.581
233.719
199.971
214.772
233.454
233.156
217.459
254.775
225.369
225.354
220.221
250.499
15.03
Aanleg
251.126
156.212
197.165
163.631
193.027
55.501
309.918
209.457
235.378
99.489
306.882
399.141
391.494
0
15.06
Netwerkgebonden kosten HVWN
246.589
244.533
242.728
241.145
240.999
241.087
243.061
243.298
243.400
243.925
244.179
244.172
244.192
243.390
15.07
Investeringsruimte
-
-16.655
-
-14.336
-
-10.008
-
-8.285
-
-11.442
-
-7.799
-
-15.555
-
-7.816
-
-7.799
60.494
31.196
8.179
63.078
84.296
15.09
Ontvangsten
Ontvangsten
26.980
15.415
14.510
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Bijdrage van hfdst XII (art 26)
856.448
726.421
678.336
638.590
630.935
511.941
779.258
686.475
696.818
667.063
816.006
885.226
927.365
586.565
17
Megaprojecten
uitgaven
143.740
164.978
341.547
350.937
327.375
430.327
505.541
491.155
369.141
275.470
206.148
162.194
123.168
172.473
17.02
Betuweroute
5.055
5.055
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
17.03
Hoge snelheidslijn HSL
614
765
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
17.06
PMR
3.482
3.513
3.529
3.533
476
485
2.831
2.831
2.831
2.836
2.836
2.836
2.836
73.821
17.07
ERTMS Landelijke invoer
40.000
30.000
221.162
242.153
230.473
274.148
323.000
307.000
247.000
185.000
150.000
125.000
100.000
70.000
17.08
ZuidasDok
94.589
125.645
116.856
105.251
96.426
155.694
179.710
181.324
119.310
87.634
53.312
34.358
20.332
28.652
17.09
Ontvangsten
40.347
24.877
35.279
32.363
55.924
59.919
75.886
44.700
25.875
12.401
8.641
6.230
0
0
Bijdrage van hfdst XII (art 26)
103.393
140.101
306.268
318.574
271.451
370.408
429.655
446.455
343.266
263.069
197.507
155.964
123.168
172.473
18
Overige uitgaven
uitgaven
272.602
330.151
307.243
157.290
172.969
172.862
374.576
515.860
536.104
528.822
529.515
529.491
509.327
560.051
18.01
Saldo afgesloten rekeningen
18.02
Beter Benutten
49.872
124.723
124.723
0
18.03
Intermodaal vervoer
852
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
18.06
Externe veiligheid
1.995
2.005
1.996
1.000
865
763
0
0
0
0
0
0
0
0
18.07
Mobiliteitsonafh. Kennis en expertise
42
42
42
42
36
36
0
0
0
0
0
0
0
0
18.08
Netwerkoverstijgende kosten
219.841
203.381
180.482
156.248
153.727
153.722
154.174
154.964
155.077
147.911
148.604
148.579
148.758
146.320
18.11
Investeringsruimte
0
0
0
0
0
0
-
-1
0
0
-
-1
-
-1
0
0
-
-1
18.12
Nader toe te wijzen BenO en Vervanging
0
0
0
0
0
0
266.061
406.554
406.554
406.439
406.439
406.439
386.096
439.259
18.13
Tol gefinancierde uitgaven
0
0
0
0
18.341
18.341
18.342
18.342
38.473
38.473
38.473
38.473
38.473
38.473
18.14
Minregel: rentevrijval
0
0
0
0
0
0
-
-64.000
-
-64.000
-
-64.000
-
-64.000
-
-64.000
-
-64.000
-
-64.000
-
-64.000
18.09
Tolopgave
Ontvangsten
0
0
0
0
18.341
18.341
18.342
18.342
38.473
38.473
38.473
38.473
38.473
38.473
Bijdrage van hfdst XII (art 26)
272.602
330.151
307.243
157.290
154.628
154.521
356.234
497.518
497.631
490.349
491.042
491.018
470.854
521.578
19
Bijdragen andere begrotingen Rijk
19.09
Ontvangsten
Ontvangsten
5.329.361
5.606.373
6.040.427
5.594.211
5.742.309
5.907.875
5.225.323
5.484.780
5.479.489
5.380.244
5.362.977
5.366.592
5.373.674
5.365.621
Totaal uitgaven
6.163.077
5.911.025
6.350.144
5.847.820
6.059.340
6.415.734
5.527.950
5.822.348
5.757.796
5.647.699
5.588.762
5.589.967
5.590.100
5.582.047
Totaal ontvangsten
6.163.077
5.911.026
6.350.144
5.847.817
6.059.340
6.415.735
5.527.951
5.822.348
5.757.796
5.647.699
5.588.762
5.589.966
5.590.100
5.582.047
Totaal Bijdrage van hfdst XII (art 26)
5.329.361
5.606.371
6.040.426
5.594.213
5.742.309
5.907.874
5.225.322
5.484.780
5.479.489
5.380.244
5.362.976
5.366.592
5.373.674
5.365.621
BIJLAGE 2. VERDIEPINGSBIJLAGE
Categorie
Totaal mutatie
2014
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
Toelichting
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 12.01 Verkeersmgmt.
19.189
20.674
20.258
20.257
20.257
20.259
20.257
20.301
20.275
20.261
20.247
20.220
20.221
20.218
20.303
Mutaties voorjaarsnota 2014
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 12.01 Verkeersmgmt.
19.189
20.674
20.258
20.257
20.257
20.259
20.257
20.301
20.275
20.261
20.247
20.220
20.221
20.218
20.303
Verwerking index 2014
Intens./extens.
3.669
232
250
245
245
245
245
245
246
245
245
245
245
245
245
246
3
Landelijke taken RWS
neutraal
-
-236.440
-
-16.886
-
-16.886
-
-16.885
-
-16.885
-
-16.886
-
-16.885
-
-16.933
-
-16.909
-
-16.896
-
-16.883
-
-16.858
-
-16.859
-
-16.856
-
-16.934
33
Mutaties Miljoenennota 2015
232
- 16.636
- 16.641
- 16.640
- 16.640
- 16.641
- 16.640
- 16.688
- 16.664
- 16.651
- 16.638
- 16.613
- 16.614
- 16.611
- 16.689
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 12.01 Verkeersmgmt.
19.421
4.038
3.617
3.617
3.617
3.618
3.617
3.613
3.611
3.610
3.609
3.607
3.607
3.607
3.614
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 12.02 Beheer, onderh & verv.
624.755
566.080
455.869
492.944
483.143
489.516
489.403
407.863
407.777
407.731
421.610
453.339
453.339
453.331
458.030
Mutaties voorjaarsnota 2014
3.431
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 12.02 Beheer, onderh & verv.
628.186
566.080
455.869
492.944
483.143
489.516
489.403
407.864
407.778
407.732
421.610
453.340
453.340
453.332
458.031
Overboekingen binnen wegen
neutraal
-
-328
-
-328
2
Verwerking index 2014
Intens./extens.
85.493
7.569
6.850
5.516
5.965
5.846
5.923
5.922
4.935
4.934
4.934
5.101
5.485
5.485
5.485
5.542
3
V+R, tranche 2, wegen
Intens./extens.
28.378
28.378
4
V+R, tranche 2, wegen
Intens./extens.
0
21.200
106.200
33.700
8.000
32.600
23.000
5.000
-
-28.378
-
-13.927
-
-45.747
-
-45.747
-
-45.747
-
-50.154
4
Overboekingen over artikelen (wegen)
Intens./extens.
35.000
35.000
5
Kasschuiven
Intens./extens.
0
-
-73.754
-
-35.447
67.596
53.306
23.299
-
-35.000
6
SWUNG
neutraal
12.809
809
6.000
6.000
28
Areaalgroei wegen
neutraal
799.500
77.300
25.400
53.600
58.245
58.245
58.245
58.245
58.245
31.770
286.470
33.735
29
Cyber security
Intens./extens.
8.824
8.824
30
Landelijke taken RWS
neutraal
-
-235.856
-
-16.888
-
-16.830
-
-16.780
-
-16.773
-
-16.780
-
-16.778
-
-16.887
-
-16.883
-
-16.880
-
-16.877
-
-16.872
-
-16.872
-
-16.872
-
-16.887
33
Mutaties Miljoenennota 2015
41.620
92.115
149.582
50.491
44.973
12.144
- 5.856
46.293
46.296
46.299
32.543
1.112
- 25.363
229.337
- 27.764
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 12.02 Beheer, onderh & verv.
669.807
658.195
605.451
543.435
528.116
501.659
483.547
454.157
454.074
454.030
454.152
454.451
427.976
682.668
430.267
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 12.03 Aanleg
1.201.347
634.054
479.311
978.381
1.135.101
1.801.488
2.295.343
1.242.548
1.678.928
1.453.075
1.307.279
1.146.138
1.024.108
575.569
82.229
Mutaties voorjaarsnota 2014
- 348.964
25.467
91.472
- 111.912
- 172.508
- 160.732
- 12.799
- 3.940
- 4.645
- 4.081
- 3.799
- 3.376
- 3.235
33.821
66.508
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 12.03 Aanleg
852.383
659.521
570.783
866.469
962.593
1.640.756
2.282.544
1.238.608
1.674.283
1.448.994
1.303.480
1.142.762
1.020.873
609.390
148.737
Desalderingen wegen
desaldering
110.114
141.814
-
-60.000
28.300
1
Overboekingen binnen wegen
neutraal
155.885
-
-5.672
-
-28.209
-
-31.907
23.896
-
-1.025
-
-1.266
3.250
-
-24.883
-
-47.207
-
-2.350
49.000
222.258
2
Verwerking index 2014
Intens./extens.
173.114
13.727
14.923
8.608
9.437
7.264
12.508
17.110
20.245
2.982
23.486
15.052
3.031
16.903
432
7.407
3
V+R, tranche 2, wegen
Intens./extens.
0
-
-21.200
-
-106.200
-
-33.700
-
-8.000
-
-32.600
-
-23.000
-
-5.000
28.378
13.927
45.747
45.747
45.747
50.154
4
Overboekingen over artikelen (wegen)
Intens./extens.
24.582
5.233
3.281
16.068
5
Kasschuiven
Intens./extens.
0
31.339
111.109
7.171
112.516
-
-33.926
-
-63.611
-
-5.074
-
-45.927
10.719
11.300
62.763
-
-8.223
-
-92.608
-
-2.735
-
-94.813
6
SWUNG
neutraal
64.391
-
-809
-
-6.000
-
-6.000
77.200
28
Areaalgroei wegen
neutraal
-
-797.534
-
-77.300
-
-25.400
-
-53.600
-
-58.245
-
-58.245
-
-58.245
-
-58.245
-
-58.245
-
-31.770
-
-286.470
-
-31.769
29
Overboeking met HXII: wegen
Intens./extens.
-
-8.835
-
-8.835
31
Generale kasschuif
Intens./extens.
0
30.000
-
-30.000
35
Conversie ZuidasDok
Intens./extens.
-
-660.335
-
-41.519
-
-66.765
-
-39.257
-
-40.205
-
-17.301
-
-69.608
-
-75.247
-
-97.844
-
-62.928
-
-46.255
-
-29.379
-
-25.043
-
-20.332
-
-28.652
36
Mutaties Miljoenennota 2015
- 63.517
63.799
- 130.125
68.592
- 100.492
- 92.670
- 119.322
- 155.679
- 161.295
- 86.387
- 12.758
- 47.069
- 89.121
- 214.358
201.785
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 12.03 Aanleg
788.866
723.320
440.658
935.061
862.101
1.548.086
2.163.222
1.082.929
1.512.988
1.362.607
1.290.723
1.095.692
931.752
395.032
350.522
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 12.04 GIV/PPS
590.390
556.301
458.852
460.817
258.875
259.639
260.541
255.108
233.669
238.877
303.735
234.828
232.496
172.017
171.267
Mutaties voorjaarsnota 2014
30.727
38.104
59.381
186.311
123.209
61.626
6.463
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 12.04 GIV/PPS
621.117
594.405
518.233
647.128
382.084
321.265
267.004
255.108
233.669
238.877
303.735
234.828
232.496
172.017
171.267
Overboekingen binnen wegen
neutraal
6.807
486
165
168
163
178
3.681
722
6.075
6.083
4.643
-
-15.557
2
Verwerking index 2014
Intens./extens.
56.718
7.144
6.731
5.552
5.576
3.132
3.142
3.153
3.087
2.827
2.890
3.675
2.841
2.813
2.081
2.072
3
Kasschuiven
Intens./extens.
0
-
-27.030
-
-55.870
3.362
-
-67.538
10.449
5.171
9.519
12.211
3.486
-
-6.657
-
-86.482
8.223
92.608
2.735
95.813
6
Mutaties Miljoenennota 2015
- 19.400
- 48.974
9.082
- 61.799
13.759
11.994
13.394
21.373
12.396
876
- 82.807
11.064
95.421
4.816
82.328
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 12.04 GIV/PPS
601.717
545.431
527.315
585.329
395.843
333.258
280.397
276.480
246.065
239.753
220.928
245.892
327.917
176.833
253.595
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 12.07 Investeringsruimte
-
-42.732
-
-38.043
-
-41.956
-
-39.817
-
-32.936
-
-31.268
-
-14.979
28.432
-
-11.494
-
-10.350
-
-124
4.218
3.396
448.199
1.044.824
Mutaties voorjaarsnota 2014
137
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
- 37.766
- 70.737
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 12.07 Investeringsruimte
- 42.595
- 38.043
- 41.956
- 39.817
- 32.936
- 31.268
- 14.979
28.432
- 11.494
- 10.350
- 124
4.218
3.396
410.433
974.087
Desalderingen wegen
desaldering
35.707
30.044
5.663
1
Overboekingen binnen wegen
neutraal
-
-171.223
4.532
25.292
30.714
-
-25.084
-
-178
-
-3.440
-
-4.997
18.808
41.124
-
-4.643
2.350
-
-49.000
-
-206.701
2
Verwerking index 2014
Intens./extens.
-
-303.218
-
-25.667
-
-23.638
-
-18.692
-
-20.345
-
-16.281
-
-20.964
-
-25.424
-
-28.058
-
-10.425
-
-31.068
-
-23.590
-
-11.186
-
-25.076
-
-7.910
-
-14.892
3
Kasschuiven
Intens./extens.
0
-
-34.713
-
-30.955
-
-30.714
25.084
178
3.440
-
-4.907
68.716
-
-14.205
-
-4.643
23.719
-
-1.000
6
SWUNG
neutraal
-
-77.200
-
-77.200
28
Areaalgroei wegen
neutraal
-
-1.966
-
-1.966
29
Mutaties Miljoenennota 2015
- 25.804
- 23.638
- 18.692
- 20.345
- 16.281
- 20.964
- 35.328
59.466
16.494
- 40.354
129
- 11.186
- 22.726
- 56.910
- 301.759
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 12.07 Investeringsruimte
- 68.399
- 61.681
- 60.648
- 60.162
- 49.217
- 52.232
- 50.307
87.898
5.000
- 50.704
5
- 6.968
- 19.330
353.523
672.328
Totaal uitgaven stand ontwerpbegroting 2014 HWN
2.800.084
2.128.843
1.756.604
2.291.915
2.241.330
2.916.274
3.427.133
2.331.691
2.707.002
2.487.666
2.431.671
2.238.102
2.112.908
2.048.721
2.154.676
Totaal uitgaven stand eerste suppletoire wet 2014 HWN
2.484.570
2.191.427
1.906.612
2.365.469
2.191.186
2.816.323
3.419.952
2.326.766
2.701.513
2.482.741
2.426.886
2.233.741
2.108.688
2.043.791
2.149.462
Totaal uitgaven stand Miljoenennota 2015 HWN
2.419.368
2.293.976
1.935.634
2.421.527
2.152.256
2.745.942
3.291.954
2.316.420
2.633.602
2.421.370
2.382.186
2.205.849
2.085.084
2.024.862
2.122.255
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 12.09 Ontvangsten HWN
133.839
302.892
139.647
62.084
22.918
31.358
286.076
0
35.000
0
0
0
0
0
0
Mutaties voorjaarsnota 2014
11.553
67.657
- 76.920
4.767
5.210
6.530
710
710
710
710
710
710
710
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 12.09 Ontvangsten HWN
145.392
370.549
62.727
66.851
28.128
37.888
286.786
710
35.710
710
710
710
710
0
0
Desalderingen wegen
desaldering
145.821
30.044
147.477
-
-60.000
28.300
1
Overboekingen binnen wegen
neutraal
-
-1.684
43
-
-1.727
2
Verwerking index 2104
Intens./extens.
7.543
707
4.534
1.058
127
286
388
392
9
9
9
9
9
9
3
Kasschuiven
Intens./extens.
0
-
-35.158
12.837
23.415
-
-632
-
-462
6
Mutaties Miljoenennota 2015
- 4.364
163.121
24.473
- 505
286
388
- 60.070
9
28.309
9
9
9
9
0
0
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 12.09 Ontvangsten
141.028
533.670
87.200
66.346
28.414
38.276
226.716
719
64.019
719
719
719
719
0
0
Artikel 12 Hoofdwegen
-
-
-
1.Desalderingen wegen
-
-
-
-A2 Holendrecht: In 2008 zijn bestuurskkoorden gesloten tussen Rijk en provincies. Hierbij is afgesproken dat de provincie Utrecht € 20 miljoen bijdraagt aan het project A2 Holendrecht - Oudenrijn. De rijksbijdrage aan het project is hiermee destijds niet verlaagd.
-
-
-
-
-Sluiskil: Conform het advies van de commissie van wijzen ontvangt IenM vanuit Vlaanderen € 15,7 miljoen. De bijdrage wordt door Vlaanderen aan de Vlaams-Nederlandse Scheldecommissie (VNSC) overgemaakt en dan door de VNSC aan IenM.
-
-
-
-
-A1 Apeldoorn - Azelo: Met de provincies Overijssel en Gelderland, en de regio Twente is afgesproken dat zij in een bijdrage leveren van € 142 miljoen aan dit project. Dit is vastgelegd in een bestuursovereenkomst. Een bedrag van € 28,5 miljoen wordt in 2024 terugbetaald aan provincie Overijssel en Gelderland.
-
-
-
-
-SAA: Dit betreft een bijstelling van de ontvangsten voor het deeltraject 5 Amstelveen (- € 60 miljoen).
-
-
-
-
-A28/A1 Knooppunt Hoevelaken: Dit betreft de bijdrage van de regio (€ 28,3 miljoen).
-
-
-
-
-
2.Overboekingen binnen wegen
Dit betreft diverse verschuivingen binnen artikel 12 Wegen tussen aanleg en de overige artikelonderdelen. Het betreft:
-
-
-
-Dekking korting prijsbijstelling (naar aanleiding van begrotingsakkoord 2014).
-
-
-
-
-Aanvullende dekking van de nalevingskosten SWUNG (€ 77 miljoen) voor de periode tot en met 2028.
-
-
-
-
-Ophoging van verschillende taakstellende projectbudgetten (onder andere Zuidelijke Ringweg Groningen, A2 Passage Maastricht, A27 Houten-Hooipolder, N35 Nijverdal - Wierden).
-
-
-
-
-Voor verschillende projecten is naar aanleiding van bestuurlijke afspraken met regionale partners in deze begroting budget gereserveerd (Landzijdige bereikbaarheid Lelystad Airport en Eindhoven Airport, Aansluiting A58 Goes).
-
-
-
-
-Verlaging van de toltarieven bij de A12/A15 Ressen - Oudbroeken (€ 12 miljoen).
-
-
-
-
-Verwerking van het saldo van mee- en tegenvallers binnen het realisatieprogramma.
-
-
-
-
-De verwachte opbrengsten door vermindering van de inhuur zal optreden bij de externe productkosten (EPK) bij aanlegprojecten. Dit leidt tot een jaarlijkse afname van het EPK planuitwerkingsbudget bij HWN van € 1,0 miljoen en bij HVWN van € 0,4 miljoen.
-
-
-
-
-
3.Prijsbijstelling tranche 2014
Net als in de vorige begroting dekt IenM de korting op de prijsbijstelling tranche 2014 uit de resterende investeringsruimte per investeringsdomein. Er resteert dan een kasprobleem. IenM lost dit uiterlijk bij ontwerpbegroting 2017 op, maar zo mogelijk bij de eerstvolgende herijking van het investeringsprogramma. In het uitvoeringsjaar wordt een risico op een kasoverschrijding ter omvang van het minbedrag in de begroting geaccepteerd.
-
-
-
-
4.Vervanging en Renovatie (V&R), tranche 2, wegen
In deze begroting is aan het Programma voor Vervangingen en Renovaties een tweede tranche projecten voor het Hoofdwegennet toegevoegd. Deze projecten worden voor 2020 uitgevoerd. Voor V&R, tranche 2 zijn na 2020 middelen gereserveerd op de begroting. Om deze reden wordt een kasschuif voorgesteld vanuit de periode na 2020 naar de periode 2014-2020.
-
-
-
-
5.Overboeking over artikelen (wegen)
-
-
-
-Voor een aanbestedingstegenvaller bij V&R project Velsertunnel wordt € 35 miljoen uit de reservering op artikel 18.12 van het IF voor het Programma Vervangingen en Renovaties toegevoegd aan het budget voor Tranche 1, waarvan project A22 Velsertunnel deel uitmaakt.
-
-
-
-
-Overboeking vanuit IF13 naar IF12 voor PUB Autoparkeergarage Zuidas Dok en A10 Zuidas (totaal € 22,5 miljoen).
-
-
-
-
-Overboeking van IF12 naar IF13 voor het Beter Benutten project Kort Volgen Utrecht Harderwijk (€ 2,1 miljoen).
-
-
-
-
-
6.Kasschuiven
Om voor alle modaliteiten tot een sluitende programmering te komen, zijn budgettair neutrale kasschuiven over de diverse jaren tussen alle modaliteiten in het Infrastructuurfonds noodzakelijk.
-
-
-
-
28.SWUNG
Bij begroting 2014 is € 109 miljoen voor SWUNG aan BenO toegevoegd. Over de resterende budgetbehoefte was nog onzekerheid. De raming voor naleving SWUNG is geactualiseerd. Dit vergt € 77 miljoen voor de periode 2015-2028 ten laste van de Investeringsruimte Wegen. Hiervan wordt € 12 miljoen naar BOV overgeboekt (huidige SLA periode). Restant blijft gereserveerd binnen PUV.
-
-
-
-
29.Areaalgroei wegen
Voor de consequenties areaaluitbreiding op beheer en onderhoud van het hoofdwegennet is in de begroting 2014 binnen het artikelonderdeel voor verkenningen en planuitwerkingen (IF 12.03.02) een reservering getroffen, zie hiertoe bijlage 5 van de Infrastructuurbegroting 2014. Inmiddels is de omvang van de consequenties van areaalgroei op beheer en onderhoud van projecten met openstelling voor 2016 bekend. De middelen ter dekking van het beheer en onderhoud van deze areaalgroei inclusief de structurele doorwerking tot en met 2028 van € 799,5 miljoen worden in deze begroting overgeboekt van het artikelonderdeel voor verkenningen en planuitwerkingen naar het artikelonderdeel voor Beheer en Onderhoud (IF 12.02.01). De middelen tot en met 2016 (huidige SLA-periode) zijn met een kasschuif in de juiste jaren geplaatst. Voor de doorwerking van het beheer en onderhoud in de jaren daarna, zullen in de volgende begrotingen kasschuiven worden doorgevoerd om ook deze middelen in de juiste jaren beschikbaar te krijgen.
-
-
-
-
30.Cyber security
Beveiligd Werken richt zich op het «in control» brengen en houden van de missiekritieke systemen (MKS) en Industriële Automatisering ter ondersteuning van de maatschappelijk vitale en primaire processen van RWS. Missie Kritieke Systemen zijn ICT systemen die een essentiële rol spelen in een informatieketen (mensen, processen en techniek). Onderdeel hiervan is het voldoen aan de eisen van informatiebeveiliging (Cyber Security). In dit kader is nu € 21 miljoen vrijgemaakt voor die werkzaamheden die in 2014 noodzakelijk zijn.
-
-
-
-
31.Overboeking met Begroting hoofdstuk XII: wegen
Voor de IODS-kwaliteitsprojecten (Integrale Ontwikkeling Delft-Schiedam; Bestuurlijke Overeenkomst bij het Tracébesluit A4 Delft-Schiedam) «Sanering verspreid liggend glas» en «Groen ondernemen» wordt een bijdrage gedaan (2e tranche) aan de gemeente Midden-Delfland. Deze middelen worden via BZK in het Gemeentefonds gestort zoals ook bij de 1e tranche is gebeurd.
-
-
-
-
32.Loonbijstelling 2014
Dit betreft de toevoeging van de aan het Infrastructuurfonds uitgekeerde loonbijstelling 2014.
-
-
-
-
33.Landelijke Taken RWS
In het kader van de transparantie van de budgetten voor verkeersmanagement en beheer en onderhoud, zijn deze in de begroting intracomptabel inzichtelijk gemaakt. Hiertoe zijn de Landelijke taken van RWS zoals opgenomen in de artikelonderdelen Verkeersmanagement en Beheer en Onderhoud geraamd onder de Overige Netwerkgebonden Kosten. De verdeling naar ondermeer Verkeersmanagement en Beheer en Onderhoud is extracomptabel inzichtelijk gemaakt in de bijlage beheer, onderhoud, vervanging en renovatie bij de begroting
-
-
-
-
34.Maatwerk KNMI
Betreft afname meteorologische producten en diensten van KNMI voor uitvoering diverse taken RWS waaronder gladheidbestrijding. Deze dienstverlening werd aanvankelijk tussen agentschappen gefactureerd maar conform sturingafspraken nu door middel van budgettaire overboeking toegevoegd aan het KNMI.
-
-
-
-
35.Generale kasschuif
Bij Voorjaarsnota 2014 is een kasschuif van € 250 miljoen van 2014 naar 2016 (€ 150 miljoen) en 2017 (€ 100 miljoen) verwerkt. Bij het opstellen van de Miljoenennota bleek dat er binnen de volledige Rijksbegroting nog ruimte was om - aanvullend op deze reeds verwerkte kasschuiven - de budgettaire dip in 2016 verder te verlichten. Om deze reden wordt aanvullend € 40 miljoen versneld van 2017 naar 2016.
-
-
-
-
36.Conversie ZuidasDok
De budgetten voor het integrale project ZuidasDok worden met een specifieke herschikking van artikel 12 (Hoofdwegennet) en artikel 13 (Spoor) overgeheveld naar het projectartikel 17.08 voor het integrale project ZuidasDok. Hiermee worden alle budgetten voor het project ZuidasDok begroot en verantwoord op één artikel. Daarnaast draagt het bij aan efficiënte projectadministratieve, conform de bestuursovereenkomst van 9 juli 2012. In de bestuursovereenkomst is ook vastgelegd dat de gemeente Amsterdam, stadsregio Amsterdam en de provincie Noord-Holland een bijdragen leveren aan het project. De bijdragen van de regio worden nu tevens verwerkt in de begroting van het Infrastructuurfonds.
-
Artikel 13 Spoorwegen
Categorie
Totaal mutatie
2014
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
Toelichting
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 13.02 Beheer, onderh.& verv.
1.264.028
1.239.246
1.147.798
1.244.635
1.319.480
1.145.680
1.291.516
1.188.875
1.184.382
1.179.647
1.234.730
1.226.341
1.237.905
1.239.094
1.198.353
Mutaties voorjaarsnota 2014
29.967
- 34.400
- 5.758
- 125.088
- 122.132
- 72.073
- 22.703
1.444
1.444
- 6.056
- 6.056
- 6.056
- 6.056
- 6.056
- 6.052
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 13.02 Beheer, onderh.& verv.
1.293.995
1.204.846
1.142.040
1.119.547
1.197.348
1.073.607
1.268.813
1.190.319
1.185.826
1.173.591
1.228.674
1.220.285
1.231.849
1.233.038
1.192.301
Overboekingen over artikelen (spoor)
Intens./extens.
468
468
10
Overboeking met HXII: spoor
Intens./extens.
1.173
1.173
11
Kasschuiven
Intens./extens.
0
38.038
35.411
177.760
47.504
-
-80.533
117.813
-
-106.159
-
-20.748
-
-11.603
3.654
-
-31.518
-
-23.427
-
-33.923
-
-67.779
-
-44.490
6
Overboekingen binnen spoor
neutraal
-
-12.100
-
-6.000
-
-6.100
9
Mutaties Miljoenennota 2015
39.679
35.411
177.760
47.504
- 86.533
111.713
- 106.159
- 20.748
- 11.603
3.654
- 31.518
- 23.427
- 33.923
- 67.779
- 44.490
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 13.02 Beheer, onderh.& verv.
1.333.674
1.240.257
1.319.800
1.167.051
1.110.815
1.185.320
1.162.654
1.169.571
1.174.223
1.177.245
1.197.156
1.196.858
1.197.926
1.165.259
1.147.811
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 13.03 Aanleg
980.114
1.146.898
1.118.262
1.135.420
1.020.157
824.473
588.759
397.702
299.712
497.929
479.700
463.906
509.202
462.753
171.370
Mutaties voorjaarsnota 2014
- 49.344
- 42.200
- 30.478
- 104.451
- 128.539
- 165.932
- 254.509
- 327.650
- 311.086
- 251.650
- 189.932
- 154.932
- 129.932
- 104.932
1.018
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 13.03 Aanleg
930.770
1.104.698
1.087.784
1.030.969
891.618
658.541
334.250
70.052
- 11.374
246.279
289.768
308.974
379.270
357.821
172.388
Desalderingen spoor
desaldering
3.067
3.067
8
Overboekingen over artikelen (spoor)
Intens./extens.
34.545
-
-5.233
-
-3.281
-
-11.941
10.000
20.000
20.000
5.000
10
Verwerking index 2014
Intens./extens.
9.125
521
521
4.815
695
1.391
1.182
3
Kasschuiven
Intens./extens.
0
-
-25.926
-
-132.899
-
-72.537
-
-77.190
74.786
-
-89.333
108.334
18.525
10.018
-
-4.752
32.467
25.094
31.577
64.277
37.559
6
Desalderingen spoor
desaldering
394
394
8
Overboekingen binnen spoor
neutraal
-
-5.146
2.585
1.367
4.041
-
-1.478
6.535
8.952
2.852
-
-1.869
-
-25.000
-
-3.131
9
Kasschuiven
Intens./extens.
0
-
-253
628
-
-375
6
Conversie ZuidasDok
Intens./extens.
-
-318.536
-
-14.178
-
-34.768
-
-42.320
-
-32.683
-
-23.201
-
-26.167
-
-28.577
-
-38.780
-
-30.507
-
-28.978
-
-15.292
-
-3.085
0
0
36
Overboeking met HXII: spoor
Intens./extens.
0
4.000
-
-4.000
11
Mutaties Miljoenennota 2015
- 21.366
- 152.363
- 115.580
- 120.467
49.159
- 88.767
105.714
11.339
- 22.580
- 35.259
3.489
7.933
3.492
61.146
37.559
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 13.03 Aanleg
909.404
952.335
972.204
910.502
940.777
569.774
439.964
81.391
- 33.954
211.020
293.257
316.907
382.762
418.967
209.947
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 13.04 GIV/PPS
145.588
163.596
148.580
148.790
149.422
152.578
161.354
162.228
163.666
164.985
166.604
167.547
168.015
166.165
152.496
Mutaties voorjaarsnota 2014
12.128
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 13.04 GIV/PPS
157.716
163.596
148.580
148.790
149.422
152.578
161.354
162.228
163.666
164.985
166.604
167.547
168.015
166.165
152.496
Overboekingen over artikelen (spoor)
Intens./extens.
7.146
7.146
10
Loonbijstelling 2014
Intens./extens.
26
-
-5
31
32
Kasschuiven
Intens./extens.
0
-
-17.027
-
-16.601
-
-1.600
-
-1.807
4.068
4.101
2.535
2.593
2.534
2.606
2.840
2.861
2.464
3.502
6.931
6
Mutaties Miljoenennota 2015
- 9.886
- 16.570
- 1.600
- 1.807
4.068
4.101
2.535
2.593
2.534
2.606
2.840
2.861
2.464
3.502
6.931
,
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 13.04 GIV/PPS
147.830
147.026
146.980
146.983
153.490
156.679
163.889
164.821
166.200
167.591
169.444
170.408
170.479
169.667
159.427
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 13.07 Rente & afl.
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
Mutaties voorjaarsnota 2014
- 19
31.800
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 13.07 Rente & afl.
16.578
48.397
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
Mutaties Miljoenennota 2015
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 13.07 Rente & afl.
16.578
48.397
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
16.597
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 13.08 Investeringsruimte
- 8.388
452
11.704
- 4.527
- 14.389
12.086
9.746
37.831
36.773
40.202
106.599
83.807
55.394
127.141
545.503
Mutaties voorjaarsnota 2014
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
- 76.232
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 13.08 Investeringsruimte
- 8.388
452
11.704
- 4.527
- 14.389
12.086
9.746
37.831
36.773
40.202
106.599
83.807
55.394
127.141
469.271
Verwerking index 2014
Intens./extens.
7.863
3.374
1.944
1.249
523
298
-
-3.903
141
-
-574
-
-436
823
877
863
875
886
921
3
Kasschuiven
Intens./extens.
0
-
-488
3.015
3.322
2.471
1.679
973
290
-
-370
-
-949
-
-1.508
-
-3.789
-
-4.528
-
-118
6
Desalderingen spoor
desaldering
2.749
-
-9.306
-
-3.936
-
-3.322
-
-2.471
-
-1.679
-
-973
-
-290
370
949
1.508
3.789
4.528
4.528
4.528
4.528
8
Overboekingen binnen spoor
neutraal
17.246
-
-2.585
-
-1.367
-
-4.041
1.478
-
-535
-
-2.852
-
-2.852
1.869
25.000
3.131
9
Kasschuiven
Intens./extens.
0
242
-
-242
6
Mutaties Miljoenennota 2015
- 8.763
- 586
- 2.791
2.000
- 237
- 6.755
- 2.711
- 574
- 436
824
877
2.732
30.285
8.544
5.449
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 13.08 Investeringsruimte
- 17.151
- 134
8.913
- 2.527
- 14.626
5.331
7.035
37.257
36.337
41.026
107.476
86.539
85.679
135.685
474.719
Totaal uitgaven stand ontwerpbegroting 2014 Spoorwegen
2.397.939
2.566.789
2.442.941
2.540.915
2.491.267
2.151.414
2.067.972
1.803.233
1.701.130
1.899.360
2.004.230
1.958.198
1.987.113
2.011.750
2.084.318
Totaal uitgaven stand eerste suppletoire wet 2014 Spoorwegen
2.390.671
2.521.989
2.406.705
2.311.376
2.240.596
1.913.409
1.790.760
1.477.027
1.391.488
1.641.654
1.808.242
1.797.210
1.851.125
1.900.762
2.003.052
Totaal uitgaven stand Miljoenennota 2015 Spoorwegen
2.390.335
2.387.881
2.464.494
2.238.606
2.207.053
1.933.701
1.790.139
1.469.637
1.359.403
1.613.479
1.783.930
1.787.309
1.853.443
1.906.175
2.008.501
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 13.09 Ontvangsten spoorw.
65.249
236.789
180.483
193.076
194.509
198.909
203.174
207.311
209.558
219.232
219.573
180.925
180.925
180.925
180.925
Mutaties voorjaarsnota 2014
70.864
0
0
0
0
0
0
0
0
- 7.500
- 7.500
- 7.500
- 7.500
- 7.500
- 7.500
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 13.09 Ontvangsten spoorw.
136.113
236.789
180.483
193.076
194.509
198.909
203.174
207.311
209.558
211.732
212.073
173.425
173.425
173.425
173.425
Kasschuiven
Intens./extens.
0
-
-9.399
-
-133
2.978
6.554
6
Desalderingen spoor
desaldering
6.210
-
-5.845
-
-3.936
-
-3.322
-
-2.471
-
-1.679
-
-973
-
-290
370
949
1.508
3.789
4.528
4.528
4.528
4.528
8
Mutaties Miljoenennota 2015
- 15.244
- 4.069
- 3.322
507
- 1.679
5.581
- 290
370
949
1.508
3.789
4.528
4.528
4.528
4.528
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 13.09 Ontvangsten spoorw.
120.869
232.720
177.161
193.583
192.830
204.490
202.884
207.681
210.507
213.240
215.862
177.953
177.953
177.953
177.953
Artikel 13 Spoorwegen
-
-
-
3.Prijsbijstelling tranche 2014
Net als in de vorige begroting dekt IenM de korting op de prijsbijstelling tranche 2014 uit de resterende investeringsruimte per investeringsdomein. Er resteert dan een kasprobleem. IenM lost dit uiterlijk bij ontwerpbegroting 2017 op, maar zo mogelijk bij de eerstvolgende herijking van het investeringsprogramma. In het uitvoeringsjaar wordt een risico op een kasoverschrijding ter omvang van het minbedrag in de begroting geaccepteerd.
-
-
-
-
6.Kasschuiven
Om voor alle modaliteiten tot een sluitende programmering te komen, zijn budgettair neutrale kasschuiven over de diverse jaren tussen alle modaliteiten in het Infrastructuurfonds noodzakelijk.
-
-
-
-
8.Desalderingen spoor
Deze desaldering (uitgaven/ontvangsten) betreft:
-
-
-
-Een afboeking op het saldo van de bijdragen van derden voor aanlegprojecten uit het verleden (€ 13,2 miljoen). Met uitzondering van de bijdragen van provincies voor de decentrale lijnen zijn alle bijdragen van derden tot en met 2013 ontvangen en resteert er feitelijk geen saldo meer.
-
-
-
-
-Verwerking van de opgelegde boete NS.
-
-
-
-
-Bijstelling naar aanleiding van afrekening 2012 voor HSA en indexering contract naar prijspeil 2014 (€ 13,5 miljoen).
-
-
-
-
-Diverse kleinere bijstellingen, met name de afrekening van aanlegprojecten.
-
-
-
-
-
9.Overboekingen binnen spoor
Dit betreft diverse verschuivingen binnen artikel 13 Spoor tussen aanleg en de overige artikelonderdelen. Het betreft:
-
-
-
-Ophoging van verschillende taakstellende projectbudgetten (onder andere Zwolle-Herfte, GSM-R, Externe Veiligheid Drechtsteden).
-
-
-
-
-Daarnaast is de investeringsruimte door per saldo meevallers binnen het realisatieprogramma toegenomen.
-
-
-
-
-De actualisatie en nadere uitwerking van OV SAAL naar aanleiding van de besluitvorming over de middellange termijn resulteert in een lager benodigd budget dan tot dusverre beschikbaar. Het projectbudget is met € 30 miljoen verlaagd. Deze gelden zijn toegevoegd aan de investeringsruimte (IF 13.08).
-
-
-
-
-
10.Overboeking over artikelen (spoor)
-
-
-
-Bij Najaarsnota 2013 is de eerste fase van de pilot geluid overgeheveld van IF 17 Megaprojecten naar IF 13 Spoorwegen. Nu wordt ook de tweede fase pilot geluid overgeheveld alsmede een aantal andere maatregelen die infraspeed zal uitvoeren (€ 7,1 miljoen).
-
-
-
-
-De overdracht beheer HSL-Zuid van IF17 naar IF13 voor de door RWS aan ProRail overgedragen werkzaamheden (€ 0,5 miljoen).
-
-
-
-
-Overboeking vanuit IF13 naar IF12 voor PUB Autoparkeergarage Zuidas Dok en A10 Zuidas (totaal € 22,5 miljoen).
-
-
-
-
-Overboeking van IF12 naar IF13 voor het Beter Benutten project Kort Volgen Utrecht Harderwijk (€ 2,1 miljoen).
-
-
-
-
-Voor het project Zwolle - Herfte is € 55 miljoen dit alternatief is € 170 miljoen beschikbaar gesteld. Daarnaast is gekozen taakstellend € 55 miljoen beschikbaar te stellen voor het faciliteren van de (toekomstige) behoefte aan opstel- en servicecapaciteit. De totale investering ad. € 225 miljoen wordt voor € 70 miljoen gedekt vanuit het projectbudget Sporendriehoek Noord Nederland (middelen Motie Koopmans), voor € 55 miljoen uit de investeringsruimte van Artikel 14 Regionaal /Lokaal.
-
-
-
-
-
11.Overboeking met Begroting hoofdstuk XII: spoor
Uit dit artikel worden de volgende overboekingen naar de Begroting hoofdstuk XII aangebracht voor:
-
-
-
-Actieplan groei op het spoor (€ 1,2 miljoen).
-
-
-
-
-
32.Loonbijstelling 2014
Dit betreft de toevoeging van de aan het Infrastructuurfonds uitgekeerde loonbijstelling 2014.
-
-
-
-
36.Conversie ZuidasDok
De budgetten voor het integrale project ZuidasDok worden met een specifieke herschikking van artikel 12 (Hoofdwegennet) en artikel 13 (Spoor) overgeheveld naar het projectartikel 17.08 voor het integrale project ZuidasDok. Hiermee worden alle budgetten voor het project ZuidasDok begroot en verantwoord op één artikel. Daarnaast draagt het bij aan efficiënte projectadministratieve, conform de bestuursovereenkomst van 9 juli 2012. In de bestuursovereenkomst is ook vastgelegd dat de gemeente Amsterdam, stadsregio Amsterdam en de provincie Noord-Holland een bijdragen leveren aan het project. De bijdragen van de regio worden nu tevens verwerkt in de begroting van het Infrastructuurfonds.
-
Artikel 14 Regionaal/lokale infra.
Categorie
Totaal mutatie
2014
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
Toelichting
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 14.01 Grote reg./lok.proj.
81.566
64.920
123.828
274.627
203.174
111.980
203.096
102.757
141.218
121.259
10.365
44.199
74.780
99.443
132.427
Mutaties voorjaarsnota 2014
28.471
- 282
- 845
- 845
- 845
- 564
- 141
- 282
- 423
- 423
- 141
- 282
- 282
- 282
- 282
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 14.01 Grote reg./lok.proj.
110.037
64.638
122.983
273.782
202.329
111.416
202.955
102.475
140.796
120.837
10.224
43.917
74.498
99.161
132.145
Overboeking over artikelen (Reglok)
Intens./extens.
-
-55.000
-
-10.000
-
-20.000
-
-20.000
-
-5.000
13
Overboeking met HXII: Reglok
Intens./extens.
-
-9.000
-
-9.000
14
Verwerking index 2014
Intens./extens.
278
295
89
162
-
-847
101
91
91
43
58
49
4
18
31
40
55
3
Kasschuiven
Intens./extens.
0
38.842
53.355
-
-15.815
-
-74.021
9.412
11.893
-
-14.417
-
-9.249
6
Mutaties Miljoenennota 2015
30.137
53.444
- 15.653
- 74.868
9.513
1.984
- 34.326
- 29.206
- 4.942
49
4
18
31
40
55
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 14.01 Grote reg./lok.proj.
140.174
118.082
107.329
198.913
211.842
113.400
168.629
73.269
135.853
120.886
10.228
43.935
74.528
99.201
132.200
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 14.02 Reg.Mob.fonds.
12.992
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Mutaties voorjaarsnota 2014
5.418
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 14.02 Reg.Mob.fonds.
18.410
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Kasschuiven
Intens./extens.
0
-
-9.076
9.076
6
Mutaties Miljoenennota 2015
- 9.076
0
0
0
0
0
9.076
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 14.02 Reg.Mob.fonds.
9.334
0
0
0
0
0
9.076
0
0
0
0
0
0
0
0
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 14.03 RSP/ZZL
147.411
55.106
216.542
166.424
139.264
118.911
40.466
0
0
0
0
0
0
0
0
Mutaties voorjaarsnota 2014
- 71.715
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 14.03 RSP/ZZL
75.696
55.106
216.542
166.424
139.264
118.911
40.466
0
0
0
0
0
0
0
0
Overboeking over artikelen (Reglok)
Intens./extens.
-
-4.127
-
-4.127
13
Verwerking index 2014
Intens./extens.
1.017
1.017
3
Kasschuiven
Intens./extens.
0
39.245
8.259
-
-45.810
-
-17.979
-
-9.412
16.107
341
9.249
6
Overboeking met HXII: Reglok
Intens./extens.
-
-92.287
-
-92.287
14
Mutaties Miljoenennota 2015
- 53.042
8.259
- 49.937
- 16.962
- 9.412
16.107
341
9.249
0
0
0
0
0
0
0
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 14.03 RSP/ZZL
22.654
63.365
166.605
149.462
129.852
135.018
40.807
9.249
0
0
0
0
0
0
0
Totaal uitgaven stand ontwerpbegroting 2014 Reg./Lok.infra.
241.969
120.026
340.370
441.051
342.438
230.891
243.562
102.757
141.218
121.259
10.365
44.199
74.780
99.443
132.427
Totaal uitgaven stand eerste suppletoire wet 2014 Reg./Lok.infra.
204.143
119.744
339.525
440.206
341.593
230.327
243.421
102.475
140.796
120.837
10.224
43.917
74.498
99.161
132.145
Totaal uitgaven stand Miljoenennota 2015 Reg./Lok.infra.
172.162
181.447
273.934
348.375
341.694
248.418
218.512
82.518
135.853
120.885
10.228
43.935
74.529
99.201
132.200
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 14.09 Ontvangsten
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Mutaties voorjaarsnota 2014
600
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 14.09 Ontvangsten Reg./lok.infra
600
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Mutaties Miljoenennota 2015
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 14.09 Ontvangsten Reg./lok.infra
600
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Artikel 14 Regionaal, lokale infrastructuur
-
-
-
2.Prijsbijstelling tranche 2014
Net als in de vorige begroting dekt IenM de korting op de prijsbijstelling tranche 2014 uit de resterende investeringsruimte per investeringsdomein. Er resteert dan een kasprobleem. IenM lost dit uiterlijk bij ontwerpbegroting 2017 op, maar zo mogelijk bij de eerstvolgende herijking van het investeringsprogramma. In het uitvoeringsjaar wordt een risico op een kasoverschrijding ter omvang van het minbedrag in de begroting geaccepteerd.
-
-
-
-
2.Kasschuiven
Om voor alle modaliteiten tot een sluitende programmering te komen, zijn budgettair neutrale kasschuiven over de diverse jaren tussen alle modaliteiten in het Infrastructuurfonds noodzakelijk.
-
-
-
-
13.Overboeking over artikelen (Reglok)
Dit betreft diverse verschuivingen binnen artikel 14 Reglok tussen aanleg en de overige artikelonderdelen. Het betreft:
-
-
-
-uitvoeringsbesluit Knooppunt A6/A7 Joure. Hiervoor vindt een budgetoverheveling plaats van IF14 RSP naar IF12.
-
-
-
-
-
14.Overboeking met Begroting hoofdstuk XII: Reglok
Uit dit artikel worden de volgende overboekingen naar de Begroting hoofdstuk XII aangebracht voor:
-
-
-
-Een betaling aan de Waddenveren (€ 9 miljoen). De jarenlange concurrentiestrijd tussen TSM Doeksen en Eigen Veerdienst Terschelling (EVT) is beslecht. Doeksen neemt de veerdienst over van Eigen Veerdienst Terschelling. EVT stopt met varen. Hiermee is de veerverbinding voor de komende 15 jaar veiliggesteld.
-
-
-
-
-Voor het project FlorijnAs, een concreet project binnen het Regiospecifiek Pakket Zuiderzeelijn, vervult de gemeente Assen de rol van contracterende partij. Om deze rol te kunnen vervullen stort IenM, in lijn met 2010, 2011 en 2012, delen van het taakstellende budget in het Gemeentefonds. BZK publiceert in haar circulaire vervolgens onder het kopje Decentralisatie-uitkering RSP hoe hoog de uitkering over 2014 zal zijn. Er wordt € 2,8 miljoen afgedragen aan het BTW Compensatiefonds.
-
-
-
-
-Het regiodeel van het Ruimtelijk Economisch Programma, onderdeel binnen het RSP, is indertijd geparkeerd op de begroting van IenM. IenM stort, in lijn met 2010, 2011 en 2012, delen van dit budget in het Provinciefonds. BZK publiceert in haar circulaire vervolgens onder het kopje Decentralisatie-uitkering RSP hoe hoog over 2014 de uitkering aan de provincies Groningen, Fryslân, Drenthe en Flevoland zal zijn.
-
-
Artikel 15 Hoofdvaarwegennet
Categorie
Totaal mutatie
2014
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
Toelichting
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 15.01 Verkeersmgmt.
13.819
12.263
13.122
13.122
13.122
13.122
13.122
13.133
13.133
13.133
13.133
13.133
13.133
13.133
13.133
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 15.01 Verkeersmgmt.
13.819
12.263
13.122
13.122
13.122
13.122
13.122
13.133
13.133
13.133
13.133
13.133
13.133
13.133
13.133
Verwerking index 2014
Intens./extens.
2.381
167
148
159
159
159
159
159
159
159
159
159
159
159
159
159
3
Landelijke taken RWS
neutraal
-
-68.691
-
-4.895
-
-4.901
-
-4.901
-
-4.901
-
-4.901
-
-4.901
-
-4.912
-
-4.912
-
-4.912
-
-4.912
-
-4.912
-
-4.912
-
-4.912
-
-4.912
33
Mutaties Miljoenennota 2015
167
- 4.746
- 4.742
- 4.742
- 4.742
- 4.742
- 4.742
- 4.753
- 4.753
- 4.753
- 4.753
- 4.753
- 4.753
- 4.753
- 4.753
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 15.01 Verkeersmgmt.
13.986
7.517
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 15.02 Beheer, onderh.& verv.
402.465
413.012
324.217
256.929
218.659
216.384
224.685
242.618
247.356
247.155
267.144
238.085
238.070
235.964
230.329
Mutaties voorjaarsnota 2014
- 8.721
- 12.907
- 1.500
- 9.000
- 9.000
- 9.000
- 9.000
- 9.000
- 9.000
- 9.000
- 9.000
- 9.000
- 9.000
- 9.000
- 9.000
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 15.02 Beheer, onderh.& verv.
393.744
400.105
322.717
247.929
209.659
207.384
215.685
233.618
238.356
238.155
258.144
229.085
229.070
226.964
221.329
Overboekingen binnen vaarwegen
neutraal
208
-
-57
-
-19.235
19.500
16
Overboeking over artikelen (vaarwegen)
Intens./extens.
25.013
25.013
17
Verwerking index 2014
Intens./extens.
48.437
4.870
4.997
3.923
3.109
2.646
2.618
2.719
2.936
2.993
2.991
3.232
2.881
2.881
2.855
2.787
3
Kasschuiven
Intens./extens.
0
-
-32.789
14.223
25.631
8.758
26.620
-
-4.814
1.577
2.329
-
-2.769
-
-18.294
-
-1.187
-
-1.187
-
-1.187
-
-29.205
12.294
6
Cyber security
Intens./extens.
6.430
6.430
30
Landelijke taken RWS
neutraal
-
-74.606
-
-5.238
-
-5.224
-
-5.215
-
-5.206
-
-5.217
-
-5.209
-
-5.429
-
-5.424
-
-5.393
-
-5.414
-
-5.410
-
-5.410
-
-5.406
-
-5.411
33
Mutaties Miljoenennota 2015
- 21.546
- 5.252
24.330
6.651
24.060
- 7.413
- 914
- 164
- 5.200
- 20.697
- 3.368
- 3.716
- 3.716
- 6.742
29.170
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 15.02 Beheer, onderh.& verv.
372.198
394.853
347.047
254.580
233.719
199.971
214.771
233.454
233.156
217.458
254.776
225.369
225.354
220.222
250.499
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 15.03 Aanleg
251.537
134.210
184.817
178.691
192.048
184.556
56.469
285.973
196.473
206.852
90.785
298.518
360.314
320.335
45.851
Mutaties voorjaarsnota 2014
- 38.709
697
46.398
25.014
- 986
- 986
- 563
- 1.127
- 1.127
- 1.127
- 1.127
- 1.409
- 1.550
27.626
- 986
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 15.03 Aanleg
212.828
134.907
231.215
203.705
191.062
183.570
55.906
284.846
195.346
205.725
89.658
297.109
358.764
347.961
44.865
Overboekingen binnen vaarwegen
neutraal
7.213
-
-527
15.105
-
-375
-
-375
-
-375
-
-375
-
-375
-
-2.700
-
-2.790
16
Verwerking index 2014
Intens./extens.
23.345
3.343
1.906
1.492
936
372
3.487
118
4.048
65
65
65
65
65
7.250
65
3
Kasschuiven
Intens./extens.
0
54.296
99.208
-
-86.120
2.899
-
-27.428
6.345
-
-147
7.024
46
15.588
-
-1.534
-
-1.502
-
-1.503
-
-7.703
-
-59.469
6
Areaalgroei vaarwegen
Intens./extens.
170.335
14.000
14.000
14.000
14.000
14.000
41.815
43.982
14.539
26
Generale kasschuif
Intens./extens.
0
10.000
-
-10.000
35
Mutaties Miljoenennota 2015
57.112
116.219
- 75.003
- 6.540
- 27.431
9.457
- 404
25.072
14.111
29.653
9.831
9.773
40.377
43.529
- 44.865
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 15.03 Aanleg
269.940
251.126
156.212
197.166
163.631
193.027
55.502
309.918
209.457
235.378
99.489
306.882
399.141
391.490
0
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 15.06 Netwerk HVWN
238.793
227.191
225.146
223.351
221.780
221.623
221.578
223.836
224.078
224.211
224.716
224.974
224.967
224.991
224.183
Mutaties voorjaarsnota 2014
8.577
8.437
8.436
8.436
8.436
8.436
8.577
8.436
8.436
8.436
8.436
8.436
8.436
8.436
8.436
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 15.06 Netwerk HVWN
247.370
235.628
233.582
231.787
230.216
230.059
230.155
232.272
232.514
232.647
233.152
233.410
233.403
233.427
232.619
Overboekingen binnen vaarwegen
neutraal
2.625
375
375
375
375
375
375
375
16
Verwerking index 2014
Intens./extens.
2.561
177
169
169
170
170
170
170
171
171
171
171
171
171
171
171
3
Loonbijstelling 2014
Intens./extens.
4.194
300
285
282
280
277
277
277
277
277
277
277
277
277
277
277
32
Landelijke taken RWS
neutraal
143.297
10.132
10.125
10.116
10.107
10.118
10.110
10.341
10.336
10.305
10.325
10.321
10.321
10.317
10.323
33
Maatwerk KNMI
Intens./extens.
-
-946
-
-946
34
Mutaties Miljoenennota 2015
- 94
10.961
10.951
10.941
10.929
10.940
10.932
10.788
10.783
10.753
10.773
10.769
10.769
10.765
10.771
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 15.06 Netwerk HVWN
247.276
246.589
244.533
242.728
241.145
240.999
241.087
243.060
243.297
243.400
243.925
244.179
244.172
244.192
243.390
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 15.07 Investeringsruimte HVWN
- 11.451
- 9.724
- 8.784
- 5.888
- 5.062
- 5.297
- 4.853
- 8.611
- 4.743
- 4.735
61.105
31.300
11.052
68.065
133.257
Mutaties voorjaarsnota 2014
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
- 29.180
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 15.07 Investeringsruimte HVWN
- 11.451
- 9.724
- 8.784
- 5.888
- 5.062
- 5.297
- 4.853
- 8.611
- 4.743
- 4.735
61.105
31.300
11.052
38.885
133.257
Overboekingen binnen vaarwegen
neutraal
-
-7.191
3.064
3.755
2.700
2.790
-
-19.500
16
Overboeking over artikelen (vaarwegen)
Intens./extens.
2.197
2.197
17
Verwerking index 2014
Intens./extens.
-
-73.022
-
-7.663
-
-6.930
-
-5.552
-
-4.120
-
-3.223
-
-6.146
-
-2.946
-
-6.944
-
-3.073
-
-3.064
-
-3.312
-
-2.893
-
-2.874
-
-10.027
-
-4.256
3
Kasschuiven
Intens./extens.
0
-
-3.064
-
-5.952
34.221
-
-25.205
6
Mutaties Miljoenennota 2015
- 7.663
- 6.930
- 5.552
- 4.120
- 3.223
- 6.146
- 2.946
- 6.944
- 3.073
- 3.064
- 612
- 103
- 2.874
24.194
- 48.961
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 15.07 Investeringsruimte HVWN
- 19.114
- 16.654
- 14.336
- 10.008
- 8.285
- 11.443
- 7.799
- 15.555
- 7.816
- 7.799
60.493
31.197
8.178
63.079
84.296
Totaal uitgaven stand ontwerpbegroting 2014 HVWN
895.163
776.952
738.518
666.205
640.547
630.388
511.001
756.949
676.297
686.616
656.883
806.010
847.536
862.488
646.753
Totaal uitgaven stand eerste suppletoire wet 2014 HVWN
856.310
773.179
791.852
690.655
638.997
628.838
510.015
755.258
674.606
684.925
655.192
804.037
845.422
860.370
645.203
Totaal uitgaven stand Miljoenennota 2015 HVWN
884.286
883.431
741.835
692.847
638.590
630.934
511.941
779.258
686.475
696.818
667.063
816.006
885.226
927.362
586.566
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 15.09 Ontvangsten HVWN
32.113
6.676
7.530
14.510
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Mutaties voorjaarsnota 2014
38.739
1.965
7.025
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 15.09 Ontvangsten HVWN
70.852
8.641
14.555
14.510
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Overboekingen binnen vaarwegen
neutraal
2.855
2.855
16
Kasschuiven
Intens./extens.
0
-
-19.199
18.339
860
6
Mutaties Miljoenennota 2015
- 16.344
18.339
860
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 15.09 Ontvangsten HVWN
54.508
26.980
15.415
14.510
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Artikel 15 Hoofdvaarwegennet
-
-
-
2.Prijsbijstelling tranche 2014
Net als in de vorige begroting dekt IenM de korting op de prijsbijstelling tranche 2014 uit de resterende investeringsruimte per investeringsdomein. Er resteert dan een kasprobleem. IenM lost dit uiterlijk bij ontwerpbegroting 2017 op, maar zo mogelijk bij de eerstvolgende herijking van het investeringsprogramma. In het uitvoeringsjaar wordt een risico op een kasoverschrijding ter omvang van het minbedrag in de begroting geaccepteerd.
-
-
-
-
2.Kasschuiven
Om voor alle modaliteiten tot een sluitende programmering te komen, zijn budgettair neutrale kasschuiven over de diverse jaren tussen alle modaliteiten in het Infrastructuurfonds noodzakelijk.
-
-
-
-
16.Overboekingen binnen vaarwegen
Dit betreft diverse verschuivingen binnen artikel 15 Vaarwegen tussen aanleg en de overige artikelonderdelen. Het betreft:
-
-
-
-Defensie heeft de Tweede Kamer schriftelijk (11 maart 2014, kamerstuk 25 928, nr. 57) geïnformeerd over verdere vertraging van de komst van de NH90 helikopter. Tot en met 1 juli 2020 wordt de helikoptercapaciteit voor zoek en reddingsacties op zee (SAR: search and rescue) uitbesteed.
-
-
-
-
-De verwerking van het saldo van mee- en tegenvallers binnen het realisatieprogramma.
-
-
-
-
-De verwachte opbrengsten door vermindering van de inhuur zal optreden bij de externe productkosten (EPK) bij aanlegprojecten. Dit leidt tot een jaarlijkse afname van het EPK planuitwerkingsbudget bij HWN van € 1,025 miljoen en bij HVWN van € 0,375 miljoen.
-
-
-
-
-Maasroute, modernisering fase 2: In het verleden zijn door project Maasroute werken uitgevoerd in het kader van Beheer en Onderhoud; Maasroute heeft deze werken voorgefinancierd. Middelen komen weer terug.
-
-
-
-
-
17.Overboeking over artikelen (vaarwegen)
-
-
-
-Eind 2011 is een convenant gesloten met de provincies Friesland en Groningen waarbij RWS de hoofdvaarweg Lemmer-Delfzijl in beheer en eigendom krijgt en de zijtakken bij de provincies blijven. Voor de afkoop van de zijtakken is aan de provincies destijds 186 miljoen betaald. Met betrekking tot het achterstallig onderhoud Harinxmakanaal is in dit kader destijds afgesproken om hier de RINK/RIO systematiek toe te passen zodat het achterstallig onderhoud conform RWS normen kan worden berekend. RWS en provincie Friesland hebben op basis van de uit deze systematiek voortkomende inspectieresultaten inmiddels een voorstel uitgewerkt. De totale omvang van het uitgewerkte voorstel ten behoeve van de afkoop van het achterstallig onderhoud bedraagt € 27,75 miljoen waarvan reeds € 6 miljoen betaald is in 2011 als onderdeel van de afkoop van de zijtakken. Het resterende te betalen deel aan de provincie Friesland bedraagt derhalve € 21,75 miljoen (alle bedragen exclusief 15% BTW).
-
-
-
-
-Container Transferium Alblasserdam (CTA): Als gevolg van een aangepaste terminal lay-out zijn de taakstellende bijdragen van Rijk en provincie Zuid-Holland gereduceerd. Omdat het initiële bedrag (€ 6 miljoen) van de Container Terminal Alblasserdam is gefinancierd uit HVWN wordt de vrijval aan de investeringsruimte HVWN toegevoegd.
-
-
-
-
-
26.Areaalgroei vaarwegen
In deze begroting is in lijn met de gevolgde werkwijze bij het Hoofdwegennet, zoals beschreven in de bijlage 5 van de Infrastructuurbegroting 2014, een reservering getroffen voor de areaalgroei op het hoofvaarwegennet van in totaal circa € 170 miljoen tot en met 2028.
Deze reservering op het artikelonderdeel Verkenningen en Planuitwerkingen (IF 15.03.02) is afkomstig uit de eerder getroffen reservering op artikelonderdeel 18.12 van het Infrastructuurfonds. Op het moment dat de areaalgroei door openstelling van projecten is uitgehard, worden de middelen hiervoor overgeboekt van het artikelonderdeel voor verkenningen en planuitwerking en naar het artikelonderdeel voor Beheer en Onderhoud (IF 15.02.01).
-
-
-
-
30.Cyber security
Beveiligd Werken richt zich op het «in control» brengen en houden van de missiekritieke systemen (MKS) en Industriële Automatisering ter ondersteuning van de maatschappelijk vitale en primaire processen van RWS. Missie Kritieke Systemen zijn ICT systemen die een essentiële rol spelen in een informatieketen (mensen, processen en techniek). Onderdeel hiervan is het voldoen aan de eisen van informatiebeveiliging (Cyber Security). In dit kader is nu € 21 miljoen vrijgemaakt voor die werkzaamheden die in 2014 noodzakelijk zijn.
-
-
-
-
32.Loonbijstelling 2014
Dit betreft de toevoeging van de aan het Infrastructuurfonds uitgekeerde loonbijstelling 2014.
-
-
-
-
33.Landelijke Taken RWS
In het kader van de transparantie van de budgetten voor verkeersmanagement en beheer en onderhoud, zijn deze in de begroting intracomptabel inzichtelijk gemaakt. Hiertoe zijn de Landelijke taken van RWS zoals opgenomen in de artikelonderdelen Verkeersmanagement en Beheer en Onderhoud geraamd onder de Overige Netwerkgebonden Kosten. De verdeling naar ondermeer Verkeersmanagement en Beheer en Onderhoud is extracomptabel inzichtelijk gemaakt in de bijlage beheer, onderhoud, vervaging en renovatie bij deze begroting.
-
-
-
-
34.Maatwerk KNMI
Betreft afname meteorologische producten en diensten van KNMI voor uitvoering diverse taken RWS waaronder gladheidbestrijding. Deze dienstverlening werd aanvankelijk tussen agentschappen gefactureerd maar conform sturingafspraken nu door middel van budgettaire overboeking toegevoegd aan het KNMI.
-
-
-
-
35.Generale kasschuif
Bij Voorjaarsnota 2014 is een kasschuif van € 250 miljoen van 2014 naar 2016 (€ 150 miljoen) en 2017 (€ 100 miljoen) verwerkt. Bij het opstellen van de Miljoenennota bleek dat er binnen de volledige Rijksbegroting nog ruimte was om - aanvullend op deze reeds verwerkte kasschuiven - de budgettaire dip in 2016 verder te verlichten. Om deze reden wordt aanvullend € 40 miljoen versneld van 2017 naar 2016.
-
Artikel 17 Megaprojecten Verkeer en Vervoer
Categorie
Totaal mutatie
2014
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
Toelichting
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 17.01 W'scheldetunnel
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Mutaties voorjaarsnota 2014
102
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 17.01 W'scheldetunnel
102
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Mutaties Miljoenennota 2015
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 17.01 W'scheldetunnel
102
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 17.02 Betuweroute
6.114
6.114
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Mutaties voorjaarsnota 2014
3.501
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 17.02 Betuweroute
9.615
6.114
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Kasschuiven
Intens./extens.
0
-
-3.996
-
-1.059
5.055
6
Mutaties Miljoenennota 2015
- 3.996
- 1.059
5.055
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 17.02 Betuweroute
5.619
5.055
5.055
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 17.03 HSL
159
159
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Mutaties voorjaarsnota 2014
13.327
455
765
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 17.03 HSL
13.486
614
765
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Overboeking over artikelen (mega's)
Intens./extens.
-
-7.614
-
-7.614
19
Mutaties Miljoenennota 2015
- 7.614
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 17.03 HSL
5.872
614
765
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 17.06 PMR
18.095
17.562
16.104
15.126
2.665
2.006
1.914
12.137
61
78
68
100
99
102
2
Mutaties voorjaarsnota 2014
24.609
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 17.06 PMR
42.704
17.562
16.104
15.126
2.665
2.006
1.914
12.137
61
78
68
100
99
102
2
Verwerking index 2104
Intens./extens.
2.086
76
60
60
60
60
1
1
47
47
47
47
47
47
47
1.439
3
Kasschuiven
Intens./extens.
0
-
-38.642
-
-14.140
-
-12.651
-
-11.657
808
-
-1.531
-
-1.430
-
-9.353
2.723
2.706
2.721
2.689
2.690
2.687
72.380
6
Mutaties Miljoenennota 2015
- 38.566
- 14.080
- 12.591
- 11.597
868
- 1.530
- 1.429
- 9.306
2.770
2.753
2.768
2.736
2.737
2.734
73.819
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 17.06 PMR
4.138
3.482
3.513
3.529
3.533
476
485
2.831
2.831
2.831
2.836
2.836
2.836
2.836
73.821
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 17.07 ERTMS Landelijke invoer
Mutaties voorjaarsnota 2014
25.000
40.000
30.000
221.162
242.153
230.473
274.148
323.000
307.000
247.000
185.000
150.000
125.000
100.000
70.000
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 17.07 ERTMS Landelijke invoer
25.000
40.000
30.000
221.162
242.153
230.473
274.148
323.000
307.000
247.000
185.000
150.000
125.000
100.000
70.000
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 17.07 ERTMS Landelijke invoer
25.000
40.000
30.000
221.162
242.153
230.473
274.148
323.000
307.000
247.000
185.000
150.000
125.000
100.000
70.000
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 17.08 ZuidasDok
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Mutaties voorjaarsnota 2014
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 17.08 ZuidasDok
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Conversie ZuidasDok
1.399.090
94.588
125.644
116.856
105.251
96.426
155.695
179.710
181.323
119.311
87.634
53.311
34.357
20.332
28.652
36
Mutaties Miljoenennota 2015
0
94.588
125.644
116.856
105.251
96.426
155.695
179.710
181.323
119.311
87.634
53.311
34.357
20.332
28.652
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 17.08 ZuidasDok
0
94.588
125.644
116.856
105.251
96.426
155.695
179.710
181.323
119.311
87.634
53.311
34.357
20.332
28.652
Totaal uitgaven stand ontwerpbegroting 2014 Mega VenV
24.368
23.835
16.104
15.126
2.665
2.006
1.914
12.137
61
78
68
100
99
102
2
Totaal uitgaven stand eerste suppletoire wet 2014 Mega VenV
90.907
64.290
46.869
236.288
244.818
232.479
276.062
335.137
307.061
247.078
185.068
150.100
125.099
100.102
70.002
Totaal uitgaven stand Miljoenennota 2015 Mega VenV
40.731
143.740
164.978
341.547
350.937
327.375
430.327
505.541
491.155
369.141
275.470
206.148
162.194
123.168
172.473
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 17.09 Ontvangsten Mega VenV
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Mutaties voorjaarsnota 2014
3.000
455
765
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 17.09 Ontvangsten Mega VenV
3.000
455
765
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Kasschuiven
Intens./extens.
0
-
-1.000
1.000
6
Conversie ZuidasDok
Intens./extens.
420.222
38.892
24.112
35.279
32.363
55.924
59.919
75.886
44.700
25.875
12.401
8.641
6.230
Mutaties Miljoenennota 2015
- 1.000
39.892
24.112
35.279
32.363
55.924
59.919
75.886
44.700
25.875
12.401
8.641
6.230
0
0
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 17.09 Ontvangsten Mega VenV
2.000
40.347
24.877
35.279
32.363
55.924
59.919
75.886
44.700
25.875
12.401
8.641
6.230
0
0
Artikel 17 Megaprojecten Verkeer en Vervoer
-
-
-
2.Prijsbijstelling tranche 2014
Net als in de vorige begroting dekt IenM de korting op de prijsbijstelling tranche 2014 uit de resterende investeringsruimte per investeringsdomein. Er resteert dan een kasprobleem. IenM lost dit uiterlijk bij ontwerpbegroting 2017 op, maar zo mogelijk bij de eerstvolgende herijking van het investeringsprogramma. In het uitvoeringsjaar wordt een risico op een kasoverschrijding ter omvang van het minbedrag in de begroting geaccepteerd.
-
-
-
-
2.Kasschuiven
Om voor alle modaliteiten tot een sluitende programmering te komen, zijn budgettair neutrale kasschuiven over de diverse jaren tussen alle modaliteiten in het Infrastructuurfonds noodzakelijk.
-
-
-
-
19.Overboeking over artikelen (mega’s)
-
-
-
-Bij Najaarsnota 2013 is de eerste fase van de pilot geluid overgeheveld van IF 17 naar IF 13. Nu wordt ook de tweede fase pilot geluid overgeheveld alsmede een aantal andere maatregelen die infraspeed zal uitvoeren (€ 7,1 miljoen).
-
-
-
-
-De overdracht beheer HSL-Zuid van IF17 naar IF13 voor de door RWS aan ProRail overgedragen werkzaamheden (€ 0,5 miljoen).
-
-
-
-
-
36.Conversie ZuidasDok
De budgetten voor het integrale project ZuidasDok worden met een specifieke herschikking van artikel 12 (Hoofdwegennet) en artikel 13 (Spoor) overgeheveld naar het projectartikel 17.08 voor het integrale project ZuidasDok. Hiermee worden alle budgetten voor het project ZuidasDok begroot en verantwoord op één artikel. Daarnaast draagt het bij aan efficiënte projectadministratieve, conform de bestuursovereenkomst van 9 juli 2012. In de bestuursovereenkomst is ook vastgelegd dat de gemeente Amsterdam, stadsregio Amsterdam en de provincie Noord-Holland een bijdragen leveren aan het project. De bijdragen van de regio worden nu tevens verwerkt in de begroting van het Infrastructuurfonds.
-
Artikel 18 Overige uitgaven en ontvangsten
Categorie
Totaal mutatie
2014
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
Toelichting
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 18.01 Saldo afgesl.rekg.
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Mutaties voorjaarsnota 2014
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 18.01 Saldo afgesl.rekg.
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Mutaties Miljoenennota 2015
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 18.01 Saldo afgesl.rekg.
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 18.02 Beter Benutten
0
50.000
125.000
125.000
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Mutaties voorjaarsnota 2014
0
- 128
- 277
- 277
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 18.02 Beter Benutten
0
49.872
124.723
124.723
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Mutaties Miljoenennota 2015
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 18.02 Beter Benutten
0
49.872
124.723
124.723
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 18.03 Intermod.verv.
5.965
3.057
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Mutaties voorjaarsnota 2014
1.519
- 8
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 18.03 Intermod.verv.
7.484
3.049
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Overboeking over artikelen (overig)
Intens./extens.
-
-2.197
- 2.197
22
Mutaties Miljoenennota 2015
0
- 2.197
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 18.03 Intermod.verv.
7.484
852
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 18.04 Geb. aanpak
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Mutaties voorjaarsnota 2014
2.027
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 18.04 Geb. aanpak
2.027
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Mutaties Miljoenennota 2015
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 18.04 Geb. aanpak
2.027
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 18.06 Ext.veiligheid
2.526
2.000
2.009
2.000
1.000
1.000
898
0
0
0
0
0
0
0
0
Mutaties voorjaarsnota 2014
909
- 5
- 4
- 4
0
- 135
- 135
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 18.06 Ext.veiligheid
3.435
1.995
2.005
1.996
1.000
865
763
0
0
0
0
0
0
0
0
Mutaties Miljoenennota 2015
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 18.06 Ext.veiligheid
3.435
1.995
2.005
1.996
1.000
865
763
0
0
0
0
0
0
0
0
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 18.07 Mob.onafh. Kennis/Exp.
42
42
42
42
42
42
42
0
0
0
0
0
0
0
0
Mutaties voorjaarsnota 2014
264
0
0
0
0
- 6
- 6
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 18.07 Mob.onafh. Kennis/Exp.
306
42
42
42
42
36
36
0
0
0
0
0
0
0
0
Mutaties Miljoenennota 2015
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 18.07 Mob.onafh. Kennis/Exp.
306
42
42
42
42
36
36
0
0
0
0
0
0
0
0
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 18.08 Netwerkoverst.kosten
226.499
216.996
199.892
179.884
155.677
153.169
153.050
153.749
154.303
154.664
147.383
148.082
148.063
148.127
145.937
Mutaties voorjaarsnota 2014
620
1.994
2.665
- 210
- 216
- 222
- 228
- 234
- 240
- 246
- 252
- 258
- 264
- 270
- 276
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 18.08 Netwerkoverst.kosten
227.119
218.990
202.557
179.674
155.461
152.947
152.822
153.515
154.063
154.418
147.131
147.824
147.799
147.857
145.661
Overboeking met HXII: overig
Intens./extens.
710
710
23
Verwerking index 2104
Intens./extens.
9.065
610
587
596
606
605
606
726
485
727
485
606
606
606
727
485
3
Overboeking met HXII: overig
Intens./extens.
125
23
Loonbijstelling 2014
Intens./extens.
2.890
272
265
228
203
182
174
174
174
174
174
174
174
174
174
174
32
Mutaties Miljoenennota 2015
1.717
852
824
809
787
780
900
659
901
659
780
780
780
901
659
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 18.08 Netwerkoverst.kosten
228.837
219.842
203.381
180.483
156.248
153.727
153.722
154.174
154.964
155.077
147.911
148.604
148.579
148.758
146.320
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 18.12 Nader toe te wijzen B&O&V
0
0
0
0
0
0
0
355.729
432.729
438.859
438.859
438.859
465.334
465.334
465.334
Mutaties voorjaarsnota 2014
0
0
0
0
0
0
0
- 1.409
- 1.268
- 1.268
- 1.409
- 1.409
- 1.409
- 1.409
- 1.409
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 18.12 Nader toe te wijzen B&O&V
0
0
0
0
0
0
0
354.320
431.461
437.591
437.450
437.450
463.925
463.925
463.925
V+R, tranche 2, wegen
Intens./extens.
-
-28.378
-
-28.378
4
Overboeking over artikelen (overig)
Intens./extens.
-
-60.013
-
-35.000
-
-25.013
22
Areaalgroei vaarwegen
Intens./extens.
-
-170.335
-
-14.000
-
-14.000
-
-14.000
-
-14.000
-
-14.000
-
-41.815
-
-43.982
-
-14.539
26
Areaalgroei DF
Intens./extens.
-
-107.479
-
-10.881
-
-10.907
-
-17.037
-
-17.011
-
-17.011
-
-15.671
-
-8.834
-
-10.127
25
Mutaties Miljoenennota 2015
0
0
0
0
0
0
0
- 88.259
- 24.907
- 31.037
- 31.011
- 31.011
- 57.486
- 77.829
- 24.666
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 18.12 Nader toe te wijzen B&O&V
0
0
0
0
0
0
0
266.061
406.554
406.554
406.439
406.439
406.439
386.096
439.259
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 18.13 Tol gefinanc.uitgaven
0
0
0
0
0
18.732
18.732
31.555
31.555
51.446
51.446
51.446
51.446
51.446
51.446
Mutaties voorjaarsnota 2014
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 18.13 Tol gefinanc.uitgaven
0
0
0
0
0
18.732
18.732
31.555
31.555
51.446
51.446
51.446
51.446
51.446
51.446
Desalderingen overig
desaldering
-
-105.043
-
-391
-
-391
-
-13.213
-
-13.213
-
-12.972
-
-12.972
-
-12.972
-
-12.972
-
-12.972
-
-12.972
21
Mutaties Miljoenennota 2015
0
0
0
0
0
- 391
- 391
- 13.213
- 13.213
- 12.972
- 12.972
- 12.972
- 12.972
- 12.972
- 12.972
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 18.13 Tol gefinanc.uitgaven
0
0
0
0
0
18.341
18.341
18.342
18.342
38.474
38.474
38.474
38.474
38.474
38.474
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 18.14 Minregel mandje spoor
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Mutaties voorjaarsnota 2014
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 18.14 Minregel mandje spoor
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Correctie rentevrijval
Intens./extens.
-
-512.000
-
-64.000
-
-64.000
-
-64.000
-
-64.000
-
-64.000
-
-64.000
-
-64.000
-
-64.000
27
Mutaties Miljoenennota 2015
0
0
0
0
0
0
0
- 64.000
- 64.000
- 64.000
- 64.000
- 64.000
- 64.000
- 64.000
- 64.000
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 18.14 Minregel mandje spoor
0
0
0
0
0
0
0
- 64.000
- 64.000
- 64.000
- 64.000
- 64.000
- 64.000
- 64.000
- 64.000
Totaal uitgaven stand ontwerpbegroting 2014 Overige uitg.en ontv.
235.032
272.095
326.943
306.926
156.719
172.943
172.722
541.033
618.587
644.969
637.688
638.387
664.843
664.907
662.717
Totaal uitgaven stand eerste suppletoire wet 2014 Overige uitg.en ontv.
240.372
273.948
329.327
306.435
156.503
172.580
172.354
539.390
617.079
643.455
636.027
636.720
663.170
663.228
661.032
Totaal uitgaven stand Miljoenennota 2015 Overige uitg.en ontv.
242.089
272.602
330.151
307.243
157.290
172.969
172.862
374.576
515.860
536.104
528.822
529.515
529.491
509.328
560.053
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 18.09 Ontvangsten
0
0
0
0
0
18.732
18.732
31.555
31.555
51.446
51.446
51.446
51.446
51.446
51.446
Mutaties voorjaarsnota 2014
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 18.09 Ontvangsten Overige uitg.en ontv.
0
0
0
0
0
18.732
18.732
31.555
31.555
51.446
51.446
51.446
51.446
51.446
51.446
Desalderingen overig
desaldering
-
-105.043
-
-391
-
-391
-
-13.213
-
-13.213
-
-12.972
-
-12.972
-
-12.972
-
-12.972
-
-12.972
-
-12.972
21
Mutaties Miljoenennota 2015
0
0
0
0
0
- 391
- 391
- 13.213
- 13.213
- 12.972
- 12.972
- 12.972
- 12.972
- 12.972
- 12.972
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 18.09 Ontvangsten Overige uitg.en ontv.
0
0
0
0
0
18.341
18.341
18.342
18.342
38.474
38.474
38.474
38.474
38.474
38.474
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 18.10 Voordelig saldo
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Mutaties voorjaarsnota 2014
- 12.263
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 18.10 Voordelig saldo
- 12.263
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Mutaties Miljoenennota 2015
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 18.10 Voordelig saldo
- 12.263
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Totaal ontvangsten stand ontwerpbegroting 2014 Overige uitg.en ontv.
0
0
0
0
0
18.732
18.732
31.555
31.555
51.446
51.446
51.446
51.446
51.446
51.446
Totaal ontvangsten stand eerste suppletoire wet 2014 Overige uitg.en ontv.
- 12.263
0
0
0
0
18.732
18.732
31.555
31.555
51.446
51.446
51.446
51.446
51.446
51.446
Totaal ontvangsten stand Miljoenennota 2015 Overige uitg.en ontv.
- 12.263
0
0
0
0
18.341
18.341
18.342
18.342
38.473
38.473
38.473
38.473
38.474
38.474
Artikel 18 Overige uitgaven en ontvangsten
-
-
-
2.Prijsbijstelling tranche 2014
Net als in de vorige begroting dekt IenM de korting op de prijsbijstelling tranche 2014 uit de resterende investeringsruimte per investeringsdomein. Er resteert dan een kasprobleem. IenM lost dit uiterlijk bij ontwerpbegroting 2017 op, maar zo mogelijk bij de eerstvolgende herijking van het investeringsprogramma. In het uitvoeringsjaar wordt een risico op een kasoverschrijding ter omvang van het minbedrag in de begroting geaccepteerd.
-
-
-
-
2.V+R, tranche 2, wegen
Op artikel 18 staat een reservering voor vaarwegen en wegen vooruitlopend op een nadere onderbouwing. Deze reservering wordt aangesproken als de opgave bekend is. Dit gebeurd in tranches. In deze begroting is aan het Programma voor Vervangingen en Renovaties een tweede tranche projecten voor het Hoofdwegennet toegevoegd. Deze projecten worden voor 2020 uitgevoerd. Het betreft: Renovatie fundering A27, Renovatie Suurhoffbrug, Vervanging tunneltechnische installaties Noord en Zuid Holland, Vervanging fundering N3 en A6 Ketelbrug-Lelystad Noord en de Vervanging van de Rijnlandse Boezemwaterbruggen in de N200. Met deze nieuwe tranche is een bedrag gemoeid van € 230 miljoen tot en met 2019.
-
-
-
-
21.Desalderingen overig
Deze desaldering (uitgaven/ontvangsten) betreft:
-
-
-
-Afschaffen van tol op de A13/A16: Door de tol op de A13/16 wordt deze nieuwe schakel niet optimaal benut. Er is daarom besloten om af te zien van tol op de A13/16. Hiermee wordt deze nieuwe verbinding maximaal benut, zodat de bereikbaarheid en leefbaarheid in deze regio op peil gehouden kan worden.
-
-
-
-
-De indexering van de tolopgave naar prijspeil 2014.
-
-
-
-
-
22.Overboeking over artikelen (overig)
-
-
-
-Eind 2011 is een convenant gesloten met de provincies Friesland en Groningen waarbij RWS de hoofdvaarweg Lemmer-Delfzijl in beheer en eigendom krijgt en de zijtakken bij de provincies blijven. Voor de afkoop van de zijtakken is aan de provincies destijds € 186 miljoen betaald. Met betrekking tot het achterstallig onderhoud Harinxmakanaal is in dit kader destijds afgesproken om hier de RINK/RIO systematiek toe te passen zodat het achterstallig onderhoud conform RWS normen kan worden berekend. RWS en provincie Friesland hebben op basis van de uit deze systematiek voortkomende inspectieresultaten inmiddels een voorstel uitgewerkt. De totale omvang van het uitgewerkte voorstel ten behoeve van de afkoop van het achterstallig onderhoud bedraagt € 27,75 miljoen waarvan reeds € 6 miljoen betaald is in 2011 als onderdeel van de afkoop van de zijtakken. Het resterende te betalen deel aan de provincie Friesland bedraagt derhalve € 21,75 miljoen (alle bedragen exclusief 15% BTW).
-
-
-
-
-Container Transferium Alblasserdam: Als gevolg van een aangepaste terminal lay-out zijn de taakstellende bijdragen van Rijk en provincie Zuid-Holland gereduceerd. Omdat het initiële bedrag (€ 6 miljoen) van de Container Terminal Alblasserdam is gefinancierd uit HVWN wordt de vrijval aan de investeringsruimte HVWN toegevoegd.
-
-
-
-
-Voor een aanbestedingstegenvaller bij V&R project Velsertunnel wordt € 35 miljoen uit de reservering op artikel 18.12 van het IF voor het Programma Vervangingen en Renovaties toegevoegd aan het budget voor Tranche 1, waarvan project A22 Velsertunnel deel uitmaakt.
-
-
-
-
-
23.Overboeking met Begroting hoofdstuk XII: overig
Uit dit artikel worden de volgende overboekingen naar de Begroting hoofdstuk XII aangebracht voor:
-
-
-
-Deltares voor onderzoek naar de aardbevingsbestendigheid van kades bij de noordzijde van het Eemskanaal (€ 0,2 miljoen).
-
-
-
-
-Voor de bekostiging van de afspraken baangarantie uit het sociaal akkoord wordt € 0,5 miljoen overgeboekt uit het Transitiebudget naar de RWS.
-
-
-
-
-Overboeking aan RWS voor van AnaarBeter.nl.
-
-
-
-
-
25.Areaalgroei Deltafonds
Op artikelonderdeel 18.12 zijn in de periode 2020-2028 middelen gereserveerd ten behoeve van de areaalgroei (BenO) van het Deltafonds. In deze begroting is in lijn met de gevolgde werkwijze bij het Hoofdwegennet, zoals beschreven in de bijlage 5 van de Infrastructuurbegroting 2014, de areaalgroei op het Deltafonds in kaart gebracht. De middelen die hiervoor nog op het IF gereserveerd waren worden met deze mutatie overgeboekt naar het Deltafonds. Hiermee wordt een reservering op het Deltafonds getroffen voor de areaalgroei op het hoofdwatersysteem van in totaal circa € 107 miljoen tot en met 2028, zie ook mutatie 5 van de verdiepingsbijlage bij artikel 1 van het Deltafonds.
-
-
-
-
26.Areaalgroei vaarwegen
Op artikelonderdeel 18.12 zijn in de periode 2020-2028 zijn middelen gereserveerd ten behoeve van de areaalgroei (BenO) van het Hoofdvaarwegennet. In deze begroting is in lijn met de gevolgde werkwijze bij het Hoofdwegennet, zoals beschreven in de bijlage 5 van de Infrastructuurbegroting 2014, een reservering getroffen voor de areaalgroei op het hoofvaarwegennet van in totaal circa € 170 miljoen tot en met 2028. Toewijzing en overboeken van de reservering voor HVWN naar het PUV-budget van artikel 15 Hoofdvaarwegennet vindt nu plaats in deze begroting. Op het moment dat de areaalgroei door openstelling van projecten is uitgehard, worden de middelen hiervoor overgeboekt van het artikelonderdeel voor verkenningen en planuitwerking en naar het artikelonderdeel voor Beheer en Onderhoud (IF15.02.01).
-
-
-
-
27.Correctie rentevrijval
Met het in 2009 uitgekeerde superdividend van NS (€ 1,4 miljard) is een eeuwig lopende schuld van ProRail afgelost. De rentevrijval die door deze aflossing ontstond binnen het Infrastructuurfonds tot en met 2020 werd daarbij ingezet voor de financiering van spoorambities (Kamerstukken II, 2009/10, 28 165, nr. 105). Er vindt bij deze begroting een correctie plaats op Infrastructuurfonds voor de rentevrijval in de periode 2021-2028 (€ 64 miljoen per jaar). De verlaging wordt voorlopig technisch verwerkt via een minregel op artikel 18. Bij verlenging van het Infrastructuurfonds zal de minregel ingepast worden binnen de begroting van het Infrastructuurfonds.
-
-
-
-
32.Loonbijstelling 2014
Dit betreft de toevoeging van de aan het Infrastructuurfonds uitgekeerde loonbijstelling 2014.
-
Artikel 19 Bijdragen andere begrotingen Rijk
Categorie
Totaal mutatie
2014
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
Toelichting
Ontwerpbegroting 2014 artikelonderdeel 19.09
6.363.354
5.342.183
5.293.820
5.992.468
5.657.539
5.854.917
5.916.322
5.308.933
5.568.182
5.569.271
5.469.885
5.452.624
5.454.908
5.455.040
5.448.522
Mutaties voorjaarsnota 2014
- 440.074
- 14.040
268.538
83.522
- 66.484
- 116.490
- 12.452
- 12.458
- 12.464
- 12.470
- 12.476
- 12.482
- 12.488
- 12.494
- 12.496
Stand eerste suppletoire wet 2014 artikelonderdeel 19.09
5.923.280
5.328.143
5.562.358
6.075.990
5.591.055
5.738.427
5.903.870
5.296.475
5.555.718
5.556.801
5.457.409
5.440.142
5.442.420
5.442.546
5.436.026
Overboeking met HXII: spoor
Intens./extens.
1.173
5.173
-
-4.000
11
Overboeking met HXII: Reglok
Intens./extens.
-
-101.287
-
-101.287
14
Overboeking met HXII: overig
Intens./extens.
835
835
23
Verwerking index 2014
Intens./extens.
50.905
8.187
4.186
3.062
3.519
2.265
2.998
3.121
2.844
3.085
2.841
2.962
2.961
2.959
3.078
2.838
3
Areaalgroei DF
Intens./extens.
-
-107.478
-
-10.881
-
-10.907
-
-17.037
-
-17.011
-
-17.011
-
-15.671
-
-8.834
-
-10.127
25
Correctie rentevrijval
Intens./extens.
-
-512.000
-
-64.000
-
-64.000
-
-64.000
-
-64.000
-
-64.000
-
-64.000
-
-64.000
-
-64.000
27
Cyber security
Intens./extens.
15.254
15.254
30
Overboeking met HXII: wegen
Intens./extens.
-
-8.835
-
-8.835
31
Loonbijstelling 2014
Intens./extens.
13.674
1.040
1.032
953
918
891
884
884
884
884
884
884
884
884
884
884
32
Maatwerk KNMI
Intens./extens.
-
-1.416
-
-1.416
34
Generale kasschuif
Intens./extens.
0
40.000
-
-40.000
35
Mutaties Miljoenennota 2015
- 81.049
1.218
44.015
- 35.563
3.156
3.882
4.005
- 71.152
- 70.938
- 77.312
- 77.165
- 77.165
- 75.828
- 68.872
- 70.405
Stand ontwerpbegroting 2015 artikelonderdeel 19.09
5.842.231
5.329.360
5.606.372
6.040.426
5.594.213
5.742.309
5.907.874
5.225.322
5.484.780
5.479.489
5.380.244
5.362.976
5.366.592
5.373.674
5.365.621
Totaal ontvangsten stand ontwerpbegroting 2014
6.363.354
5.342.183
5.293.820
5.992.468
5.657.539
5.854.917
5.916.322
5.308.933
5.568.182
5.569.271
5.469.885
5.452.624
5.454.908
5.455.040
5.448.522
Totaal ontvangsten stand eerste suppletoire wet 2014
5.923.280
5.328.143
5.562.358
6.075.990
5.591.055
5.738.427
5.903.870
5.296.475
5.555.718
5.556.801
5.457.409
5.440.142
5.442.420
5.442.546
5.436.026
Artikel 19 Bijdragen andere begrotingen Rijk
-
-
-
2.Prijsbijstelling tranche 2014
Net als in de vorige begroting dekt IenM de korting op de prijsbijstelling tranche 2014 uit de resterende investeringsruimte per investeringsdomein. Er resteert dan een kasprobleem. IenM lost dit uiterlijk bij ontwerpbegroting 2017 op, maar zo mogelijk bij de eerstvolgende herijking van het investeringsprogramma. In het uitvoeringsjaar wordt een risico op een kasoverschrijding ter omvang van het minbedrag in de begroting geaccepteerd.
-
-
-
-
11.Overboeking met Begroting hoofdstuk XII: spoor
Uit dit artikel worden de volgende overboekingen naar de Begroting hoofdstuk XII aangebracht voor:
-
-
-
-Actieplan groei op het spoor (€ 1,2 miljoen).
-
-
-
-
-
14.Overboeking met Begroting hoofdstuk XII: Reglok
Uit dit artikel worden de volgende overboekingen naar de Begroting hoofdstuk XII aangebracht voor:
-
-
-
-Een betaling aan de Waddenveren (€ 9 miljoen). De jarenlange concurrentiestrijd tussen TSM Doeksen en Eigen Veerdienst Terschelling (EVT) is beslecht. Doeksen neemt de veerdienst over van Eigen Veerdienst Terschelling. EVT stopt met varen. Hiermee is de veerverbinding voor de komende 15 jaar veiliggesteld.
-
-
-
-
-Voor het project FlorijnAs, een concreet project binnen het Regiospecifiek Pakket Zuiderzeelijn, vervult de gemeente Assen de rol van contracterende partij. Om deze rol te kunnen vervullen stort IenM, in lijn met 2010, 2011 en 2012, delen van het taakstellende budget in het Gemeentefonds. BZK publiceert in haar circulaire vervolgens onder het kopje Decentralisatie-uitkering RSP hoe hoog de uitkering over 2014 zal zijn. Er wordt € 2,8 miljoen afgedragen aan het BTW Compensatiefonds.
-
-
-
-
-Het regiodeel van het Ruimtelijk Economisch Programma, onderdeel binnen het RSP, is indertijd geparkeerd op de begroting van IenM. IenM stort, in lijn met 2010, 2011 en 2012, delen van dit budget in het Provinciefonds. BZK publiceert in haar circulaire vervolgens onder het kopje Decentralisatie-uitkering RSP hoe hoog over 2014 de uitkering aan de provincies Groningen, Fryslân, Drenthe en Flevoland zal zijn.
-
-
-
-
-
23.Overboeking met Begroting hoofdstuk XII: overig
Uit dit artikel worden de volgende overboekingen naar de Begroting hoofdstuk XII aangebracht voor:
-
-
-
-
-Deltares voor onderzoek naar de aardbevingsbestendigheid van kades bij de noordzijde van het Eemskanaal (€ 0,2 miljoen).
-
-
-
-
-Voor de bekostiging van de afspraken baangarantie uit het sociaal akkoord wordt € 0,5 miljoen overgeboekt uit het Transitiebudget naar de RWS.
-
-
-
-
-Overboeking aan RWS voor van AnaarBeter.nl.
-
-
-
-
25.Areaalgroei Deltafonds
In deze begroting is in lijn met de gevolgde werkwijze bij het Hoofdwegennet, zoals beschreven in de bijlage 5 van de Infrastructuurbegroting 2014, een reservering getroffen voor de areaalgroei op het hoofdwatersysteem van in totaal circa € 107 miljoen tot en met 2028, zie mutatie 5 van de verdiepingsbijlage bij artikel 1 van het Deltafonds. Inmiddels is de omvang van de consequenties van areaalgroei op beheer en onderhoud van projecten met openstelling voor 2016 bekend. De middelen ter dekking van het beheer en onderhoud van deze areaalgroei inclusief de structurele doorwerking tot en met 2028 van € 78 miljoen zijn in deze begroting overgeboekt van het artikelonderdeel voor verkenningen en planuitwerkingen naar het artikelonderdeel voor Beheer en Onderhoud (DF 03.02.01), zie tevens mutatie 5 in de verdiepingsbijlage bij artikel 3. De middelen tot en met 2016 (huidige SLA-periode) zijn met een kasschuif in de juiste jaren geplaatst. Voor de doorwerking van het beheer en onderhoud in de jaren daarna, zullen in de volgende begrotingen kasschuiven worden doorgevoerd om ook deze middelen in de juiste jaren beschikbaar te krijgen.
-
-
-
-
27.Correctie rentevrijval
Met het in 2009 uitgekeerde superdividend van NS (€ 1,4 miljard) is een eeuwig lopende schuld van ProRail afgelost. De rentevrijval die door deze aflossing ontstond binnen het Infrastructuurfonds tot en met 2020 werd daarbij ingezet voor de financiering van spoorambities (Kamerstukken II, 2009/10, 28 165, nr. 105). Er vindt bij deze begroting een correctie plaats op Infrastructuurfonds voor de rentevrijval in de periode 2021-2028 (€ 64 miljoen per jaar). De verlaging wordt voorlopig technisch verwerkt via een minregel op artikel 18. Bij verlenging van het Infrastructuurfonds zal de minregel ingepast worden binnen de begroting van het Infrastructuurfonds.
-
-
-
-
30.Cyber security
Beveiligd Werken richt zich op het «in control» brengen en houden van de missiekritieke systemen (MKS) en Industriële Automatisering ter ondersteuning van de maatschappelijk vitale en primaire processen van RWS. Missie Kritieke Systemen zijn ICT systemen die een essentiële rol spelen in een informatieketen (mensen, processen en techniek). Onderdeel hiervan is het voldoen aan de eisen van informatiebeveiliging (Cyber Security). In dit kader is nu € 21 miljoen vrijgemaakt voor die werkzaamheden die in 2014 noodzakelijk zijn.
-
-
-
-
31.Overboeking met Begroting hoofdstuk XII: wegen
Voor de IODS-kwaliteitsprojecten (Integrale Ontwikkeling Delft-Schiedam; Bestuurlijke Overeenkomst bij het Tracébesluit A4 Delft-Schiedam) «Sanering verspreid liggend glas» en «Groen ondernemen» wordt een bijdrage gedaan (2e tranche) aan de gemeente Midden-Delfland. Deze middelen worden via BZK in het Gemeentefonds gestort zoals ook bij de 1e tranche is gebeurd.
-
-
-
-
32.Loonbijstelling 2014
Dit betreft de toevoeging van de aan het Infrastructuurfonds uitgekeerde loonbijstelling 2014.
-
-
-
-
34.Maatwerk KNMI
Betreft afname meteorologische producten en diensten van KNMI voor uitvoering diverse taken RWS waaronder gladheidbestrijding. Deze dienstverlening werd aanvankelijk tussen agentschappen gefactureerd maar conform sturingafspraken nu door middel van budgettaire overboeking toegevoegd aan het KNMI.
-
-
-
-
35.Generale kasschuif
Bij Voorjaarsnota 2014 is een kasschuif van € 250 miljoen van 2014 naar 2016 (€ 150 miljoen) en 2017 (€ 100 miljoen) verwerkt. Bij het opstellen van de Miljoenennota bleek dat er binnen de volledige Rijksbegroting nog ruimte was om - aanvullend op deze reeds verwerkte kasschuiven - de budgettaire dip in 2016 verder te verlichten. Om deze reden wordt aanvullend € 40 miljoen versneld van 2017 naar 2016.
-
BIJLAGE 3. OVERZICHTSCONSTRUCTIE KUSTWACHT
De Kustwacht Nederland nieuwe stijl is sinds 1 januari 2007 actief. De Minister van IenM is als coördinerend Minister voor Noordzeelandgelegenheden verantwoordelijk voor het proces van totstandkoming van geïntegreerd beleid en het activiteitenplan en begroting voor de Noordzee. De Minister van Defensie is beheerder van de Kustwacht, wat betekent dat deze verantwoordelijk is voor het opstellen van het activiteitenplan en begroting Kustwacht NL alsmede de uitvoering daarvan met inzet van eigen en toegewezen mensen en middelen. Alle bij de Kustwacht betrokken ministeries behouden hun eigen wettelijke verantwoordelijkheden. Het integrale beleid en daarvan afgeleide activiteitenplan en begroting waarover de ministerraad beslist, worden zodanig concreet dat elke Minister zich daarover in het parlement kan verantwoorden en vormen in feite een integraal contract tussen de verschillende departementen en de Kustwacht NL.
De overzichtsconstructie is gebaseerd op het door het Ministerie van Defensie opgestelde activiteitenplan en begroting 2014 (APB-2014) en wordt door het Ministerie van IenM gepubliceerd in de rol van coördinerend ministerie. In de overzichtsconstructie wordt een onderscheid gemaakt in de uitgaven/kosten van de Kustwacht zelf en de uitgaven/kosten die de deelnemende departementen ten behoeve van de Kustwacht verrichten.
Defensie/kustwacht:
-
-
-
-Betreft het budget van de Kustwacht NL.
-
-
-
-
-Defensie is beheerder van het Kustwachtcentrum (KWC), nagenoeg de gehele personele bezetting is Defensiepersoneel. Het KWC is het informatiecentrum van de Noordzee, waar het actuele beeld van (scheeps-)activiteiten, (veiligheids-)incidenten en verontreinigingen op de Noordzee beschikbaar is.
-
Bijdragen andere departementen:
Veiligheid en Justitie:
-
-
-
-De inzet van politiehelikopters geschiedt op planning of afroep voor luchtwaarneming of spoedeisende zoekvluchten.
-
-
-
-
-De inzet van de politie (personeel), bestaande uit opstappers voor de schepen, luchtwaarnemers, Maritiem Informatie Knooppunt, handhavingsdesk en liaison.
-
Financiën:
-
-
-
-De inzet van de Douane (personeel), bestaande uit opstappers voor de schepen, luchtwaarnemers, Maritiem Informatie Knooppunt, handhavingsdesk en liaison.
-
Defensie:
-
-
-
-De inzet van de Koninklijke Marechaussee (personeel), bestaande uit opstappers voor de schepen, luchtwaarnemers, Maritiem Informatie Knooppunt, handhavingsdesk en liaison.
-
-
-
-
-De inzet van de Koninklijke Marine (personeel) voor het Maritiem Informatie Knooppunt.
-
-
-
-
-De salarissen van de vliegers ten behoeve van de Kustwachtvliegtuigen.
-
-
-
-
-De beheerskosten van Defensie.
-
Infrastructuur en Milieu:
-
-
-
-De inzet van vaarwegmarkering, loodsen, luchtwaarnemers en liaison.
-
Economische zaken:
-
-
-
-De inzet van de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit/Algemene Inspectiedienst (personeel) voor visserijcontrole op het NCP en in internationaal verband, bestaande uit opstappers voor de schepen, Maritiem Informatie Knooppunt, handhavingsdesk en liaison.
-
-
-
-
-De inzet van Staatstoezicht op Mijnen (personeel), bestaande uit opstappers en liaison.
-
Overzichtsconstructie Kustwacht
Departement
Begroting
Activiteit
Doel
2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
Defensie / Kustwacht:
Defensie / kustwacht
X
Uitvoering Kustwachttaken
Centrale coördinatie kustwachttaken
20.828
21.977
21.971
21.422
21.422
16.837
16.837
Defensie / kustwacht
X
Salarissen (MP en BP)
3.573
3.675
3.675
3.675
3.675
3.675
3.675
Defensie / kustwacht
X
Uitvoering Kustwachttaken
Tijdelijke extra financiering noodsleephulp
3.728
3.907
Subtotaal uitgaven kustwacht
24.401
29.380
29.553
25.097
25.097
20.512
20.512
Bijdragen andere departementen:
Veiligheid en Justitie
VI
Inzet KLPD-personeel & helikopter
Algemene handhaving / wetgeving scheepvaartverkeer / bemanningcontrole
1.061
1.261
1.261
1.261
1.261
1.261
1.261
Financiën
IX
Inzet Douane personeel
Fraudecontrole
1.987
1.926
1.926
1.926
1.926
1.926
1.926
Defensie
X
Inzet Kmar-personeel voor grensbewaking, luchtwaarneming, liaison & HH-desk / inzet vliegers Dornier en beheerskosten
Uitvoering grensbewaking / luchtsurveillances / beheerskosten Defensie
4.916
5.880
5.880
5.880
5.880
5.880
5.880
Infrastructuur en Milieu
XII
Inzet vaarwegmarkering, loodsen, liaison, luchtwaarnemers
Bijdragen aan veilig vaarwater, handhaving via luchtsurveillance
3.114
3.390
3.390
3.390
3.390
3.390
3.390
Economische zaken
XIII
Inzet NVWA- en Sodm-personeel
Visserijcontrole en Staatstoezicht op de Mijnen
986
969
969
969
969
969
969
Subtotaal kosten/uitgaven andere departementen
12.064
13.426
13.426
13.426
13.426
13.426
13.426
Totale uitgaven ten behoeve van de Kustwacht
36.465
42.806
42.979
38.523
38.523
33.938
33.938
Realisatie conform Jaarverslag 2013
Begroting 2014 - 2019 conform APB 2014 Kustwacht NL
BIJLAGE 4. BEGROTING BEHEER, ONDERHOUD, VERVANGING EN RENOVATIE RWS 2
In deze bijlage wordt, in aanvulling op de eerdere bijlagen, een beeld gegeven van de budgettaire ontwikkelingen bij beheer, onderhoud, vervanging en renovatie. Ingegaan wordt op de wijzigingen ten opzichte van het in de begroting 2013 gepresenteerde beeld over de efficiency en versobering van beheer en onderhoud (BenO). Bij de budgettaire aspecten per netwerk wordt aandacht besteed aan de wijze waarop met de groei van het netwerk (areaalgroei) rekening wordt gehouden. Tot slot is een overzicht opgenomen van de middelen en werkwijze voor vervanging en renovatie.
-
1.Voortgang implementatie versoberingen en efficiency
In bijlage 4.2 van de Infrastructuurbegroting 2012 heb ik u geïnformeerd over de niet gedekte onderhoudsproblematiek tot en met 2020 en over de mix van maatregelen om deze problematiek te beheersen.
Programma Versobering en Efficiency
Een van de maatregelen betreft een pakket aan efficiencymaatregelen en versoberingen van het onderhoudsniveau. De afspraken over deze te realiseren maatregelen zijn opgenomen in het Programma Versobering en Efficiency. De versoberingen en efficiencymaatregelen worden stapsgewijs geïmplementeerd, omdat dit de mogelijkheid biedt om binnen het afgesproken budgettaire kader door een verstandige mix van maatregelen passend bij de lokale situatie optimalisaties aan te brengen. Hierdoor kunnen eventuele negatieve gevolgen voor doorstroming en veiligheid worden beperkt.
In bijlage 5 van de Infrastructuurbegroting 2013 is de verdeling van het totale pakket efficiency- en versoberingmaatregelen van € 1,64 miljard naar netwerk gepresenteerd. Hiervan is tot en met 2013 € 385 miljoen reeds gerealiseerd. Tevens is een inschatting opgenomen van de effecten op de veiligheid en doorstroming.
In aanvulling hierop wordt onderstaand ingegaan op de verdeling van het totale pakket efficiency- en versoberingsmaatregelen a € 1,64 miljard naar netwerk. Hierbij worden zowel de initiële verwachting als de verwachte bandbreedte op basis van de verdere uitwerking en implementatie van de maatregelen in beeld gebracht. Daarnaast wordt ingegaan op de opgetreden effecten met betrekking tot veiligheid en doorstroming en de gewijzigde invulling van de post bijzondere baten. Wanneer het totaalpakket aan maatregelen bij de onderkant van de bandbreedte dreigt uit te komen, zal worden bijgestuurd door nieuwe maatregelen te treffen. Op basis van het huidige beeld is de inschatting dat het realiseren van het totale pakket van € 1,64 miljard aan versobering- en efficiencymaatregelen mogelijk is.
Netwerk
Maatregel
Initiële bedrag in mln. tot en met 2020
Bandbreedte bedragen in mln. tot en met 2020
HWN
Verminderen communicatie bij onderhoud
30
30
HWN
Versoberen bermbeheer
40
30-40
HWN
Onderhoud kunstwerken uiterste jaar
50
45-50
HWN
Versoberen verlichting
35
35-40
HWN
Verruimen werkvensters en op delen van het netwerk overdag werken met minder flankerende maatregelen
75
75-80
HWN
Versoberen Dynamisch VerkeersManagement (DVM)
165
145-150
HVWN
Minder maaien taluds
10
10-15
HVWN
Minder baggeren hoeken zeetoegangen
35
40
HVWN
Verminderen (wal)voorzieningen schippers
10
10
HVWN
Minder baggeren vaarwegen
45
55
Subtotaal versoberingen
495
475-510
Alle
Efficiencymaatregelen
800
720 - 840
Subtotaal efficiencymaatregelen
800
720-840
Alle
Besparing Landelijke Taken
200
200
Alle
Bijzondere baten ten behoeve van beheer en onderhoud 1
100
100
HWN
Verhoging BenO budget
45
45
Subtotaal overige maatregelen
345
345
Totaal
1.640
1.540 - 1.695
Noot 1
de invulling van de post bijzondere baten wordt gewijzigd. De voorbereidingen hiertoe zijn in gang gezet.
Effecten
De maatregel waarover vooraf ten aanzien van verkeersveiligheid de meeste zorgen bestonden, het doven van de verlichting, heeft tot eind 2013 geen aantoonbare effecten gehad op het aantal incidenten. Ook effecten van de versoberingen op de doorstroming zijn beperkt. De totale jaarlijkse hinder van werkzaamheden wijkt niet af van het patroon sinds 2009 van rond de vijf á zes procent van de totale filezwaarte. Hierbij past de nuancering dat de verruimende werkvensters nog niet optimaal worden benut. De Tweede Kamer is in de publieksrapportage rijkswegennet van juni 2014 geïnformeerd over deze effecten (Kamerstukken II, 33 750 A, nr. 72).
Bijzondere Baten ten behoeve van het Beheer en Onderhoud
Een deel van de oplossing van de BenO problematiek was gevonden in het inzetten van bijzondere baten. De verwachting was een bijdrage van € 10 miljoen per jaar, in totaal € 100 miljoen tot en met 2020. Deze bijzondere baten (zoals terugontvangen BTW) zijn in hun aard niet goed voorspelbaar. De daadwerkelijke realisatie loopt achter bij de verwachting. Daarom wordt de dekking uit deze bron in het kader van de mix aan maatregelen ter oplossing van de tekorten beheer en onderhoud, langs onderstaande lijnen ingevuld, waarmee de totale beoogde opbrengsten hetzelfde blijven.
-
-
-
1.De opbrengsten voor Beheer en Onderhoud HVWN liggen structureel € 3 miljoen per jaar hoger dan geraamd.
-
-
-
-
2.In het IBO rapport naar BenO is vermeld dat het heffen van leges voor de vergunningen die worden verleend op grond van de Waterwet gemiddeld € 4 miljoen per jaar kan opleveren.
-
-
-
-
3.Hiermee resteert een dekking uit bijzondere baten van € 3 miljoen per jaar.
-
In deze begroting is deze wijziging in financiële termen nog niet verwerkt omdat de regelgeving waarin de leges worden uitgewerkt nog niet gereed is.
-
2.Budgettaire aspecten verkeersmanagement, watermanagement en beheer en onderhoud 2014-2028
Onderstaand is per netwerk het budget tot en met 2028 gepresenteerd, uitgesplitst naar de budgetten voor het reguliere verkeers- en watermanagement, het reguliere beheer en onderhoud, de direct toewijsbare landelijke taken en de areaalgroei.
De weergegeven budgetten voor areaalgroei betreffen uitsluitend projecten waarvoor in de ontwerpbegroting 2011 nog geen BenO middelen waren voorzien. Voor nieuwe projecten, waarvan de planuitwerking is gestart na de ontwerpbegroting 2011, worden bij het voorkeursbesluit naast de middelen voor aanleg ook middelen voor BenO gereserveerd op het artikelonderdeel voor planuitwerking en verkenningen. Op het moment dat wordt besloten daadwerkelijk met de realisatie te starten worden deze middelen vanuit het artikelonderdeel voor Planuitwerking en verkenningen aan het BenO budget toegevoegd.
Artikel 12 Hoofdwegen
Tabel 1 Budget verkeersmanagement en Beheer en Onderhoud Hoofdwegen
Hoofdwegen
Artikel onderdeel
2014 1
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
12.01
Verkeersmanagement
2.592
4.038
3.617
3.617
3.617
3.618
3.617
3.613
12.06.02
Verkeersmanagement Landelijke Taken
16.829
16.886
16.886
16.885
16.885
16.886
16.885
16.933
Totaal verkeersmanagement inclusief Landelijke taken
19.421
20.924
20.503
20.502
20.502
20.504
20.502
20.547
12.02.01
Beheer en Onderhoud
517.948
427.979
486.602
478.751
472.217
478.659
478.547
454.157
12.06.02
Beheer en Onderhoud Landelijke Taken
13.038
16.888
16.830
16.780
16.773
16.780
16.778
16.887
Totaal Beheer en Onderhoud inclusief Landelijke Taken
530.986
444.867
503.432
495.531
488.989
495.439
495.325
471.043
Totaal verkeersmanagement en Beheer en Onderhoud
550.407
465.791
523.935
516.033
509.491
515.943
515.827
491.590
Noot 1
de middelen voor de landelijke taken verkeersmanagement en beheer en onderhoud staan in het jaar 2014 respectievelijk op artikelonderdeel 12.01 en 12.02
Hoofdwegen
Artikel onderdeel
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
2014-2028
12.01
Verkeersmanagement
3.611
3.610
3.609
3.607
3.607
3.607
3.614
53.597
12.06.02
Verkeersmanagement Landelijke Taken
16.909
16.896
16.883
16.858
16.859
16.856
16.934
253.269
Totaal verkeersmanagement inclusief Landelijke taken
20.520
20.506
20.492
20.465
20.466
20.463
20.549
306.865
12.02.01
Beheer en Onderhoud
454.073
454.030
453.984
453.898
427.423
682.115
429.660
7.150.042
12.06.02
Beheer en Onderhoud Landelijke Taken
16.883
16.880
16.877
16.872
16.872
16.872
16.887
248.894
Totaal Beheer en Onderhoud inclusief Landelijke Taken
470.956
470.910
470.861
470.769
444.294
698.986
446.547
7.398.936
Totaal verkeersmanagement en Beheer en Onderhoud
491.477
491.416
491.353
491.234
464.760
719.449
467.096
7.705.801
Toelichting
Tot en met 2028 is circa € 7,7 miljard beschikbaar voor beheer, onderhoud en verkeersmanagement inclusief de gerelateerde landelijk georganiseerde taken voor het Hoofdwegennet op artikel 12 van het Infrastructuurfonds (IF). Gegeven de beschikbare budgetten voor regulier onderhoud in de periode 2014-2020 heeft een prioritering plaatsgevonden waarbij ook is bepaald welke werkzaamheden nog konden worden uitgesteld tot latere jaren.
Voor de consequenties van areaaluitbreiding door aanleg op de budgetbehoefte voor het beheer en onderhoud van het hoofdwegennet is in de begroting 2014 binnen het artikelonderdeel voor verkenningen en planuitwerkingen (IF 12.03.02) een reservering getroffen, zie hiertoe bijlage 5 van de Infrastructuurbegroting 2014. De middelen ter dekking van het beheer en onderhoud van als gevolg van aanleg (areaalgroei) voor projecten met openstelling voor 2016 inclusief de structurele doorwerking tot en met 2028 van € 799,5 miljoen zijn in deze begroting overgeboekt van het artikelonderdeel voor verkenningen en planuitwerkingen naar het artikelonderdeel voor Beheer en Onderhoud (IF 12.02.01), zie tevens mutatie 29 in de verdiepingsbijlage bij artikel 12 IF. De middelen tot en met 2016 (huidige SLA-periode) zijn met een kasschuif in de juiste jaren geplaatst. Voor de doorwerking van het beheer en onderhoud in de jaren daarna, zullen in de volgende begrotingen kasschuiven worden doorgevoerd om ook deze middelen in de juiste jaren beschikbaar te krijgen.
Artikel 15 Hoofdvaarwegen
Tabel 2 Budget Verkeersmanagement en Beheer en Onderhoud Hoofdvaarwegen
Hoofdvaarwegen
Artikel onderdeel
2014 1
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
15.01
Verkeersmanagement
9.070
7.517
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
15.06.02
Verkeersmanagement Landelijke Taken
4.916
4.895
4.901
4.901
4.901
4.901
4.901
4.912
Totaal verkeersmanagement inclusief Landelijke taken
13.986
12.411
13.281
13.281
13.281
13.281
13.281
13.292
15.02.01
Beheer en Onderhoud
193.041
170.683
259.987
199.882
200.585
193.811
201.348
227.038
15.06.02
Beheer en Onderhoud Landelijke Taken
4.671
5.238
5.224
5.215
5.206
5.217
5.209
5.429
Totaal Beheer en Onderhoud inclusief Landelijke Taken
197.712
175.921
265.211
205.098
205.791
199.028
206.557
232.467
Totaal verkeersmanagement en Beheer en Onderhoud
211.699
188.332
278.492
218.378
219.072
212.309
219.838
245.759
Noot 1
de middelen voor de landelijke taken verkeersmanagement en beheer en onderhoud staan in het jaar 2014 respectievelijk op artikelonderdeel 15.01 en 15.02.
Hoofdvaarwegen
Artikel onderdeel
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
2014-2028
15.01
Verkeersmanagement
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
8.380
125.530
15.06.02
Verkeersmanagement Landelijke Taken
4.912
4.912
4.912
4.912
4.912
4.912
4.912
73.608
Totaal verkeersmanagement inclusief Landelijke taken
13.292
13.292
13.292
13.292
13.292
13.292
13.292
199.137
15.02.01
Beheer en Onderhoud
226.679
201.537
220.455
220.401
220.404
217.637
230.711
3.184.199
15.06.02
Beheer en Onderhoud Landelijke Taken
5.424
5.393
5.414
5.410
5.410
5.406
5.411
79.277
Totaal Beheer en Onderhoud inclusief Landelijke Taken
232.102
206.930
225.869
225.811
225.813
223.043
236.122
3.263.476
Totaal verkeersmanagement en Beheer en Onderhoud
245.394
220.222
239.161
239.103
239.105
236.334
249.414
3.462.613
Toelichting
Tot en met 2028 is circa € 3,5 miljard beschikbaar voor de externe kosten van beheer, onderhoud en verkeersmanagement inclusief de direct toewijsbare landelijk georganiseerde taken en de geoormerkte gelden ten behoeve van Overdracht Brokx-Nat en de Fries-Groningse kanalen op artikel 15 van het Infrastructuurfonds. Met de budgetten worden de afgesproken prestaties gerealiseerd. Gegeven de beschikbare budgetten voor regulier onderhoud in de periode 2014-2020 heeft een prioritering plaatsgevonden waarbij ook is bepaald welke werkzaamheden nog konden worden uitgesteld tot latere jaren.
In deze begroting is in lijn met de gevolgde werkwijze bij het Hoofdwegennet, zoals beschreven in de bijlage 5 van de Infrastructuurbegroting 2014, een reservering getroffen voor de areaalgroei op het hoofdvaarwegennet van in totaal circa € 170 miljoen tot en met 2028. Deze reservering op het artikelonderdeel Verkenningen en Planuitwerkingen (IF 15.03.02) is afkomstig uit de eerder getroffen reservering op artikelonderdeel 18.12 van het Infrastructuurfonds, zie tevens mutatie 26 in de verdiepingsbijlage bij artikel 15 IF en artikel 18 IF. Op het moment dat de areaalgroei door openstelling van projecten is uitgehard, worden de middelen hiervoor overgeboekt van het artikelonderdeel voor verkenningen en planuitwerking en naar het artikelonderdeel voor Beheer en Onderhoud (IF 15.02.01).
Artikel 3 Deltafonds watersystemen
Tabel 3 Budget Watermanagement en Beheer en Onderhoud watersystemen
Watersystemen
Artikel onderdeel
2014 1
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
3.01
Watermanagement
7.245
7.734
6.964
6.962
6.962
6.962
6.962
6.962
5.02.01
Watermanagement Landelijke Taken
4.032
3.882
3.878
3.880
3.880
3.880
3.880
3.891
Totaal Watermanagement inclusief Landelijke taken
11.277
11.616
10.842
10.842
10.842
10.842
10.842
10.853
Beheer en Onderhoud Waterveiligheid
127.101
119.654
122.786
101.742
101.711
93.758
62.786
98.824
Beheer en Onderhoud Zoetwatervoorziening
22.816
17.379
17.349
17.348
17.343
17.350
17.343
17.343
3.02.01
Beheer en Onderhoud
149.917
137.033
140.134
119.090
119.054
111.108
80.129
116.167
5.02.01
Beheer en Onderhoud Landelijke Taken Waterveiligheid
6.795
6.795
6.794
6.794
6.794
6.794
6.794
6.806
Beheer en Onderhoud Landelijke Taken Zoetwatervoorziening
1.878
1.967
2.128
2.301
2.301
2.301
2.301
2.308
Totaal Beheer en Onderhoud inclusief Landelijke Taken
158.590
145.795
149.056
128.185
128.149
120.203
89.224
125.281
Totaal Watermanagement en Beheer en Onderhoud
169.867
157.411
159.898
139.027
138.991
131.045
100.066
136.134
Noot 1
de middelen voor de landelijke taken watermanagement en beheer en onderhoud staan in het jaar 2014 respectievelijk op artikelonderdeel 3.01 en 3.02.
Watersysteem
Artikel onderdeel
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
2014-2028
3.01
Watermanagement
6.962
6.962
6.987
6.987
6.987
7.183
6.790
105.609
5.02.01
Watermanagement Landelijke Taken
3.891
3.891
3.866
3.866
3.866
3.974
3.758
58.317
Totaal Watermanagement inclusief Landelijke taken
10.853
10.853
10.853
10.853
10.853
11.157
10.548
163.926
Beheer en Onderhoud Waterveiligheid
98.379
138.098
114.177
151.072
108.019
100.684
102.012
1.640.802
Beheer en Onderhoud Zoetwatervoorziening
17.233
17.454
17.343
17.343
17.343
17.831
16.856
265.678
3.02.01
Beheer en Onderhoud
115.612
155.552
131.520
168.415
125.362
118.515
118.868
1.906.479
5.02.01
Beheer en Onderhoud Landelijke Taken Waterveiligheid
6.806
6.806
6.806
6.806
6.806
7.000
6.615
102.014
Beheer en Onderhoud Landelijke Taken Zoetwatervoorziening
2.308
2.308
2.308
2.308
2.308
2.373
2.242
33.636
Totaal Beheer en Onderhoud inclusief Landelijke Taken
124.726
164.666
140.634
177.529
134.476
127.888
127.725
2.042.129
Totaal Watermanagement en Beheer en Onderhoud
135.579
175.519
151.487
188.382
145.329
139.045
138.273
2.206.055
Toelichting
Tot en met 2028 is circa € 2,2 miljard beschikbaar voor de externe kosten van beheer, onderhoud en watermanagement inclusief de direct toewijsbare landelijk georganiseerde taken voor het Hoofdwatersysteem op artikel 3 van het Deltafonds (DF). Met de budgetten worden de afgesproken prestaties gerealiseerd.
In deze begroting is in lijn met de gevolgde werkwijze bij het Hoofdwegennet, zoals beschreven in de bijlage 5 van de Infrastructuurbegroting 2014, een reservering getroffen voor de areaalgroei op het hoofdwatersysteem van in totaal circa € 107 miljoen tot en met 2028, zie mutatie 5 van de verdiepingsbijlage bij artikel 1 van het Deltafonds. Inmiddels is de omvang van de areaalgroei van projecten met openstelling voor 2016 bekend. De middelen voor het beheer en onderhoud van deze areaalgroei inclusief de structurele doorwerking tot en met 2028 van € 84,5 miljoen zijn in deze begroting overgeboekt van het artikelonderdeel voor verkenningen en planuitwerkingen (DF 01.02.01) naar het artikelonderdeel voor Beheer en Onderhoud (DF 03.02.01), zie tevens mutatie 5 in de verdiepingsbijlage bij artikel 3 DF. De middelen tot en met 2016 (huidige SLA-periode) zijn met een kasschuif in de juiste jaren geplaatst. Voor de jaren daarna, zullen in de volgende begrotingen kasschuiven worden doorgevoerd om ook deze middelen in de juiste jaren beschikbaar te krijgen.
-
3.Vervangingen en renovaties
De veiligheid en de beschikbaarheid van het hoofdwegennet, het hoofdvaarwegennet en het hoofdwatersysteem moeten in stand worden gehouden tegen de achtergrond van een beperkte technische levensduur van kunstwerken en andere infrastructurele objecten. Het einde van de levensduur kan ontstaan door de ouderdom van het kunstwerk of door intensiever gebruik dan bij het ontwerp is voorzien. Door de intensieve aanleg in de eerste helft en voornamelijk ook vanaf de jaren »60 van de vorige eeuw valt te verwachten dat de omvang van de te vervangen of renoveren objecten toeneemt.
In de onderstaande tabel staan de in de begroting beschikbare middelen voor het hoofdwegennet, de hoofdvaarwegen en het hoofdwatersysteem ten behoeve van Vervanging en Renovatie voor de projecten waartoe reeds is besloten en de gereserveerde budgetten voor vervangingen en renovaties. Deze projecten zijn ondergebracht in het programma vervangingen en renovaties.
Vervanging
Artikel
2014
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
Wegen
12
138.820
230.216
118.849
64.684
55.899
23.000
5.000
0
Vaarwegen
15
168.159
219.311
82.186
49.806
28.229
1.185
7.305
337
reservering wegen/vaarwegen
18
0
0
0
0
0
0
0
266.061
Watersysteem
3
16.807
45.254
61.731
20.690
10.538
2.076
129
3.661
Totaal
323.787
494.780
262.766
135.180
94.666
26.261
12.434
270.059
Vervanging
Artikel
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
2014-2028
Wegen
12
0
0
169
553
553
553
606
638.902
Vaarwegen
15
337
9.594
29.855
503
486
335
-
-2.326 1
595.302
reservering wegen/vaarwegen
18
406.553
406.553
406.439
406.439
406.439
381.426
406.439
3.086.352
Watersysteem
3
70.699
70.818
160.832
141.296
106.936
108.694
105.892
926.053
Totaal
477.589
486.965
597.295
548.792
514.414
491.009
510.612
5.246.610
Noot 1
Het minbedrag in dit jaar zal bij het eerstvolgende begrotingsmoment kasmatig worden rechtgetrokken. Op het volume heeft dit geen invloed.
Toelichting
Hoofdwegennet
Op artikel 12 staan de budgetten die reeds zijn toegewezen in het Programma voor Vervanging en Renovaties aan concrete objecten die in het MIRT Projectenboek inzichtelijk worden gemaakt. Op artikel 18 staat een reservering voor vaarwegen en wegen vooruitlopend op een nadere onderbouwing. Deze reservering wordt aangesproken als de opgave bekend is. Dit gebeurt in tranches. In deze begroting is aan het Programma voor Vervangingen en Renovaties een tweede tranche projecten voor het Hoofdwegennet toegevoegd. Deze projecten worden voor 2020 uitgevoerd.
Het betreft: Renovatie fundering A27, Renovatie Suurhoffbrug, Vervanging tunneltechnische installaties Noord en Zuid Holland, Vervanging fundering N3 en A6 Ketelbrug-Lelystad Noord en de Vervanging van de Rijnlandse Boezemwaterbruggen in de N200. Met deze nieuwe tranche is een bedrag gemoeid van € 230 miljoen tot en met 2019. Het totale Programma Vervanging en Renovatie HWN 2014-2019 (inclusief programma Stalen Bruggen) bedraagt daarmee circa € 631 miljoen De projecten zijn opgenomen in het MIRT Projectenboek 2015.
Hoofdvaarwegen
Op artikel 15 staan de budgetten die reeds zijn toegewezen aan het Programma voor Vervanging en Renovaties aan concrete objecten die in het MIRT Projectenboek inzichtelijk worden gemaakt. Op artikel 18 staat een reservering voor vaarwegen en wegen vooruitlopend op een nadere onderbouwing. Deze reservering wordt aangesproken als de opgave bekend is. Dit gebeurt in tranches. In deze begroting is geen extra tranche aan het programma voor Vervanging en renovaties HVWN toegevoegd. Het totale Programma Vervanging en Renovatie HVWN 2014-2019 (inclusief NoMo AOV) bedraagt circa € 549 miljoen De projecten zijn opgenomen in het MIRT Projectenboek 2015.
Hoofdwatersysteem
Op artikel 3 van het Deltafonds staan de budgetten die reeds zijn toegewezen aan het Programma voor Vervanging en Renovaties aan concrete objecten. Op dit artikel staat ook een reservering opgenomen in afwachting van onderbouwing. Deze reservering wordt aangesproken als de opgave bekend is. De opdrachtverlening hiervoor gebeurt in tranches.
In deze begroting is € 30 miljoen toegevoegd aan het budget voor de renovatie van de Sluis en Stuwcomplexen in de Neder-Rijn en de Lek. Hiermee is het budget in overeenstemming gebracht met de scope. Het totale Programma Vervanging en Renovatie voor het hoofdwatersysteem in de periode 2014-2019 bedraagt circa € 157 miljoen De projecten zijn opgenomen in het MIRT Projectenboek 2015.
Reservering wegen, vaarwegen en water
Het in beeld brengen van de benodigde investeringen in vervanging of renovatie van kunstwerken op de Rijksinfrastructuur, is een continu proces. De behoefte aan vervanging en renovatie van kunstwerken en andere objecten van het hoofdwegennet, hoofdvaarwegennet en het hoofdwatersysteem wordt langs twee lijnen in beeld gebracht.
In de eerste plaats wordt op basis van ouderdom en ontwerplevensduur van kunstwerken globaal ingeschat in welk decennium vervanging of renovatie naar verwachting aan de orde zal zijn. Deze meer theoretische benadering wordt naast de resultaten van de uitgevoerde inspecties en nader onderzoek naar de toestand van de kunstwerken en andere objecten gelegd. Op basis van deze gegevens wordt het theoretische beeld verder verfijnd doordat een duidelijker beeld wordt verkregen waar op een termijn van ca. 5 tot 15 jaar vervanging of renovatie aan de orde zal zijn.
Vanuit het steeds scherper wordende beeld wordt dan vervolgens een concrete planning opgesteld van de objecten die naar verwachting binnen een termijn van 5 tot 8 jaar aan vervanging of renovatie toe zijn. Voor de vervanging of renovatie van deze objecten wordt dan de voorbereiding concreet ter hand genomen. Deze planning wordt elke 2 tot 3 jaar herijkt op basis van inspecties en onderzoeksresultaten.
Zoals toegezegd (Kamerstukken II, 2013/14, 33 930 A, nr. 5) zal in de ontwerpbegroting 2016 een nadere onderbouwing opgenomen worden van de vervangingsopgave langs de hierboven geschetste lijn.
BIJLAGE 5. TOELICHTING ARTIKEL 13 SPOORWEGEN
In de kabinetsreactie op het rapport van de Tijdelijke Commissie Onderhoud en Innovatie spoor (Kamerstukken II, 2011/12, 32 707, nr. 16) is een pakket maatregelen aangekondigd om de informatievoorziening naar de Tweede Kamer beter en transparanter te maken (aanbevelingen 14 en 15). Een deel van deze maatregelen is verwerkt in de artikelsgewijze toelichtingen en de verdiepingsbijlagen. In deze bijlage wordt met name de informatie verstrekt die de aansluiting tussen de middelen op het Infrastructuurfonds en de bestedingen door ProRail betreft. In deze bijlage zijn de volgende onderdelen opgenomen:
-
-A. Specificatie inkomsten en uitgaven ProRail: Aansluiting tussen de verwachte inkomsten en uitgaven voor de periode 2014-2019.
-
-B. Specificatie apparaatskosten ProRail: Een specificatie van de apparaatsuitgaven van ProRail en de aansluiting op de bedragen in de artikelsgewijze toelichting bij artikel 13.02
-
-C. Aansluiting tussen Infrastructuurfonds en ProRail: Een schematische weergave van de financiële stromen van de spoorinfrastructuur in 2015.
Onderdeel A - Specificatie inkomsten en uitgaven ProRail
Naast de rijksbijdragen voor beheer, onderhoud en vervanging, aanlegprojecten (MIRT) en rente en aflossing ontvangt ProRail ook gebruiksvergoeding van vervoerders en bijdragen van derden voor omgevingswerken (zowel aanleg als onderhoud). In onderstaande tabel is het totaaloverzicht opgenomen van de verwachte inkomsten en uitgaven van ProRail voor de periode 2014-2019.
Bedragen x € 1 mln
2014
2015
2016
2017
2018
2019
Rijksbijdrage aanlegprojecten (artikel 13)
905
956
972
911
941
570
Rijksbijdrage aanlegprojecten (artikel 14/17)
12
15
12
0
0
0
Bijdragen aanlegprojecten derden
320
230
190
170
180
185
Rijksbijdrage beheer, onderhoud en vervanging
1.326
1.230
1.317
1.164
1.111
1.185
Onderhoudsbijdragen derden
52
43
42
42
42
42
Gebruiksvergoeding vervoerders
259
344
347
351
356
361
Rijksbijdrage rente en aflossing
17
48
17
17
17
17
Totaal inkomsten ProRail
2.891
2.886
2.897
2.655
2.647
2.360
Uitbesteed werk nieuwbouw
998
952
923
843
878
576
Uitbesteed werk vervangingen
368
401
490
375
355
431
Uitbesteed werk beheer en onderhoud
664
623
622
621
607
596
Apparaatskosten
409
399
386
380
373
372
Rente en aflossing
14
45
14
14
14
14
Totaal uitgaven ProRail excl. BTW
2.453
2.433
2.464
2.268
2.253
2.008
Afdracht BTW (Belastingdienst)
438
448
468
429
426
375
Totaal uitgaven ProRail incl. BTW
2.891
2.886
2.897
2.655
2.647
2.360
Voor het jaar 2015 is in onderdeel C een schematische weergave van de financiële stromen spoorinfrastructuur opgenomen.
Onderdeel B - Specificatie apparaatskosten ProRail
In onderstaande tabel is een specificatie opgenomen van de apparaatsuitgaven van ProRail en de aansluiting op de bedragen in de artikelgewijze toelichting bij artikel 13.02.
Bedragen x € 1 mln
2014
2015
2016
2017
2018
2019
Apparaatskosten niveau 2012
397
390
382
382
382
382
Taakstelling Regeerakkoord Rutte II 1
0
0
-
-5
-
-11
-
-17
-
-17
Apparaatskosten niveau 2013
397
390
377
371
365
365
Overheveling Betuweroute 2
12
9
9
9
8
7
Apparaatskosten niveau 2014 (zie onderdeel A)
409
399
386
380
373
372
Totaal apparaatsuitgaven ProRail (zie onderdeel A)
409
399
386
380
373
372
Waarvan door te belasten aan investeringsprojecten
-
-110
-
-110
-
-110
-
-110
-
-110
-
-110
Waarvan door te belasten aan Keyrail
-
-10
-
-10
-
-10
-
-10
-
-10
-
-10
Beheer en onderhoud (incl. verkeersleiding)
289
279
266
260
253
252
Compensatie BTW
61
59
56
54
53
53
Apparaatskosten t.l.v. artikel 13.02
350
338
322
314
306
305
Noot 1
incl. BTW: 2016 € 6,825 miljoen; 2017 € 13,650 miljoen; 2018: € 20,475 miljoen
Noot 2
budgettair neutraal, voorheen onder «onderhoud Betuweroute» gerubriceerd
Prognose FTE's
2013
2014
2015
2016
FTE's niveau begin jaar
4.191
4.146
4.016
3.816
FTE-reductie
-
-45
-
-130
-
-200
-
-225
FTE's niveau eind jaar
4.146
4.016
3.816
3.591
Onderdeel C - Aansluiting tussen Infrastructuurfonds en ProRail
BIJLAGE 6. LIJST VAN AFKORTINGEN
AIS
Automatic Identification System
AKI
Automatische Knipperlichtinstallaties
AOV
Achterstallig Onderhoud Vaarwegen
APB
Activiteitenplan en Begroting
ATB-Vv
Automatische Treinbeïnvloeding - Verbeterde versie
BDU
Brede Doeluitkering
BenO
Beheer en Onderhoud
BRG
Bestaand Rotterdams Gebied
BZK
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
DBFM
Design, build, finance and maintain
DF
Deltafonds
DSSU
Doorstroommaatregelen station Utrecht
DVM
Dynamisch Verkeersmanagement
ERMTS
European Rail Traffic Management System
EU
Europese Unie
EVT
Eigen Veerdienst Terschelling
EZ
Ministerie van Economische Zaken
G3
de drie stadsregio’s Amsterdam, Rotterdam en Haaglanden
GIV
Geïntegreerde contractvormen
GSM-R
GSM-Rail
HRN
Hoofdrailnet
HSA
High Speed Alliance
HSL
Hogesnelheidslijn
HVWN
Hoofdvaarwegennet
HWN
Hoofdwegennet
IenM
Ministerie van Infrastructuur en Milieu
IBOI
Index voor de Bruto Overheidsinvesteringen
IF
Infrastructuurfonds
IMPULS
Plan van aanpak Beheer en Onderhoud
IODS
Integrale Ontwikkeling Delft-Schiedam
KLPD
Korps Landelijke Politiediensten
KPI
Kernprestatie indicatoren
LTSa
Lange Termijn Spooragenda
LVO
Landelijk Verbeterprogramma Overwegen
MIRT
Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport
MJPO
Meerjarenprogramma Ontsnippering
MKS
Missiekritieke Systemen
MOBZ
Modernisering Object Bediening Zeeland
NDW
Nationale Databank Wegverkeergegevens
NoMo
Nota Mobiliteit
NS
Nederlandse Spoorwegen
NSP
Nieuwe Sleutelprojecten
OTB
Ontwerp Tracébesluit
OV
Openbaar Vervoer
OVS
Openbaar Vervoer en Spoor
OV SAAL
Openbaar Vervoer Schiphol-Amsterdam-Almere-Lelystad
OVT
Openbaar Vervoer Terminal
PHS
Programma Hoogfrequent Spoorvervoer
PKB
Planologische Kernbeslissing
PMR
Project Mainportontwikkeling Rotterdam
PPS
Publiek-Private Samenwerking
PUB
Partieel Uitvoeringsbesluit
PVVO
Programma Verbeteren Veiligheid Overwegen
REP
Ruimtelijk Economisch Programma
RINK
Risico inventarisatie natte kunstwerken
RMf
Regionale Mobiliteitsfondsen
RSP
Regiospecifiek Pakket
RWS
Rijkswaterstaat
SAA
Schiphol-Amsterdam-Almere
SVIR
Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte
SWUNG
Samen Werken in de Uitvoering van Nieuw Geluidbeleid
TB
Tracébesluit
TEN-T
Trans Europese Transport Netwerken
TVP’n
Treinvrije perioden
V&R
Vervanging en Renovatie
VNSC
Vlaams-Nederlandse Scheldecommissie
ZZL
Zuiderzeelijn
Noot 1
Vanuit de LTSa is de Herijking van de spoorbudgetten aangekondigd. In lijn hiermee worden in 2014/2015 de financiële reeksen van Prorail voor beheer, onderhoud en vervanging onderzocht mede in het licht van de door Prorail gesignaleerde druk op de meerjarige budgetten. Uiterlijk in de begroting 2016 worden de uitkomsten van het onderzoek opgenomen. In afwachting van de uitkomsten daarvan is ervoor gekozen de besluitvorming over de prijsbijstelling naar prijspeil 2014 van de budgetten voor beheer, onderhoud en vervanging aan te houden tot de begroting 2016. Dit impliceert dat het budget ten behoeve van beheer, onderhoud en vervanging in prijspeil 2013 is uitgedrukt.
Noot 2
RWS beheert en onderhoudt zowel het Hoofdvaarwegennet, Hoofdwegennet als het Hoofdwaterssysteem en voert bepaalde taken vanuit het oogpunt van effectiviteit en efficiëntie centraal uit. Vanuit transparantieoogpunt is ervoor gekozen de tekst van deze bijlage volledig in zowel Infrastructuurfonds als Deltafonds op te nemen.