Spreektekst Notaoverleg Dierenwelzijn - Hoofdinhoud
Voorzitter de Nederlandse land- en tuinbouw is een sector om trots op te zijn. De sector is hoogproductief, innovatief en zeer efficiënt. De sector is goed voor een export van ruim 75 miljard euro. De sector draagt voor een belangrijk deel bij aan het herstel van de BV Nederland. Juist in een tijd waarin we in een financieel economische crisis verkeren is de bijdrage van de Nederlandse land- en tuinbouw van cruciaal belang. Daarnaast hebben wij deze sector hard nodig om in de stijgende vraag naar voedsel zoals dierlijke eiwitten en zuivel te voorzien als gevolg van de groei van de wereldbevolking op continenten zoals Afrika en Azie. Voorzitter dit is een belangrijke uitgangspositie voor dit debat. Want de Nederlandse veehouderij vormt een substantieel onderdeel van de Nederlandse land- en tuinbouw. Sterker nog de Nederlandse veehouderij is de nummer 1 van de top 3 Nederlandse export met een waarde van € 8,2 miljard. Als wij de Nederlandse veehouderijsector niet behouden, kan Nederland zijn sterke positie niet langer vasthouden.
Voorzitter dit kabinet heeft een aantal belangrijke uitgangspunten geformuleerd in het regeerakkoord. Het kabinet kiest voor economische groei, Nederland sterker uit de crisis, dat betekent een solide beleid en het op orde brengen van de overheidsfinanciën. Een solide beleid betekent degelijk, duurzaam en betrouwbaar beleid. Een beleid waarin ondernemers de kans krijgen om te ondernemen, een kans om te groeien, binnen de randvoorwaarden die in het regeerakkoord zijn opgenomen.
Voorzitter met de beleidsbrief van de staatssecretaris, de brief van 4 oktober jl. geeft de staatssecretaris haar ambities op het gebied van dierenwelzijn weer. De staatssecretaris ziet dierenwelzijn als integraal onderdeel van een duurzame veehouderij. En voorzitter daar wringt wat mijn fractie betreft schoen.
Er worden in deze brief een aantal maatregelen aangekondigd die vergaand zijn. Maatregelen die direct invloed hebben op de bedrijfsvoering van de ondernemer, keuzes van de ondernemer beperken of zelfs uitsluiten en daarmee leiden deze niet tot die economische groei die zo gewenst is en broodnodig om Nederland sterker uit de crisis te laten komen. Maatregelen die voor ondernemers desastreuze gevolgen hebben. Bepaalde sectoren zullen als gevolg hiervan hun activiteiten moeten stoppen. Agrarische ondernemers zullen zich verplaatsen naar landen om ons heen waar het minder is gesteld met dierenwelzijn. En voorzitter, nog belangrijker, de voorgestelde maatregelen hebben een negatief effect op de werkgelegenheid. Alle partijen hebben de mond vol over de oplopende werkeloosheid en het creëren van nieuwe banen. Dat is belangrijk en daar vinden wij elkaar. Maar als wij spreken over de Nederlandse veehouderij lijkt het herstel van de economie en de werkgelegenheid totaal geen rol te spelen.
Voorzitter, we hebben het voorbeeld van de nertsenhouderij nog goed op ons netvlies staan. Een gezonde winstgevende bedrijfstak die de nek is omgedraaid. De exportschade bedraagt 300 miljoen euro, plus nog eens 360 miljoen aan bijkomende schade door het verlies van 1.200 banen. Als gevolg van dit verbod verplaatsen bedrijven naar landen waar het dierenwelzijn van ondergeschikt belang is.
Voorzitter, Dit mag en kan geen voorbode voor de veehouderij zijn. Deelt de staatssecretaris de opvatting van de VVD en kan zij toezeggen dat de veehouderij niet uit Nederland zal verdwijnen?
De staatssecretaris geeft aan dat dierenwelzijn als integraal onderdeel van een duurzame veehouderij wordt gezien. Voorzitter, Nederland is koploper op dierenwelzijnsgebied. De Nederlandse boeren moeten voldoen aan veel meer eisen dan hun collega´s net over de grens en in de rest van Europa en de wereld. Voorzitter deze koppositie maakt dat de sector staat waar deze nu staat maar met het stellen van steeds verdergaande eisen zal het verdienmodel van de Nederlandse veehouderij steeds meer onder druk komen te staan. En ik kan u zeggen voorzitter dit zal uiteindelijk ten kosten gaan van het dierenwelzijn omdat boeren straks geen middelen hebben ter beschikking hebben om verder te investeren in dierenwelzijn.
Voorzitter in het regeerakkoord hebben we de afspraak dat dierenwelzijn verder verankerd zal worden in de intensieve veehouderij. Uitgangspunt is commissie van Doorn. Graag wil ik de staatssecretaris vragen hoe zij de relatie legt tussen de beleidsbrief en haar ambities op het gebied van dierenwelzijn in relatie tot het rapport van de commissie van Doorn. Ziet de staatssecretaris kansen voor groei en ontwikkeling van de Nederlandse (intensieve) veehouderij? En hoe past hierin solide beleid; degelijk, duurzaam en betrouwbaar?
Voorzitter dit debat gaat niet over de intensieve veehouderij maar omdat dierenwelzijn in het regeerakkoord gekoppeld is aan de uitgangspunten uit het rapport van de commissie van Doorn wil ik hier kort bij stilstaan. In het rapport wordt de vraag gesteld of we überhaupt zonder intensieve veehouderij kunnen. Het antwoord is duidelijk en ik citeer:
Gezien de groei van de (wereld)bevolking (2050: 9-10 miljard) en de toenemende vraag naar voedsel die daarmee gepaard zal gaan, zal een vorm van intensiviteit in de veehouderij noodzakelijk blijven. Hoe belangrijk een kleinschaliger productie ook kan zijn voor bijvoorbeeld de bewustwording wat voedsel en voedsel produceren daadwerkelijk betekent, het is onrealistisch te verwachten dat een duidelijk kleinschaliger productie alleen al die miljarden monden zal weten te voeden.
Zelfs op Nederlandse schaal (17-18 miljoen inwoners) zal dat niet haalbaar blijken. Onze belangrijkste ambitie hoort dan ook te zijn om vanuit dat gegeven intensief te verbinden met duurzaamheid. Voorzitter met eerdergenoemde als uitgangspunt is de VVD van mening dat de Nederlandse veehouderij beperkt en beknot wordt in de ontwikkelingsmogelijkheden door de ambities van de staatssecretaris. Want in de brief worden een aantal verregaande maatregelen voorgesteld. Maatregelen die aanpassingen vragen in het management, in huisvesting maar ook maatregelen die op gespannen voet staan met duurzaamheid, milieu of het dierenwelzijn zelfs kunnen aantasten in plaats van verbeteren.
Voorzitter eerder hebben we al een debat gehad over het terugdringen van ingrepen in de pluimveehouderij en nu zijn de andere sectoren aan de beurt. Een drietal voorgestelde maatregelen waar ik bij stil wil staan:
-
-Het koudmerken van koeien. Een maatregel die door een deel van de veehouders wordt ingezet om de koeien te herkennen. De staatssecretaris stelt een verbod op koudmerken voor met ingang van 1 januari 2016. Voorzitter voor een groep veehouders is het koudmerken een belangrijk instrument om de koeien tijdens het melken te herkennen. Dit is een maatregel waarbij een verbod tot ongewenste risico's kan leiden. Een boer wil zijn koeien kunnen herkennen zodat er geen fouten gemaakt worden bij toedienen van medicatie, de hoeveelheid voer of extra alertheid bij ziekte. Voorzitter hoe beoordeelt de staatssecretaris deze risico's en waarom wil zij toe naar een versneld verbod? Gaat het hier om dierenwelzijn en diergezondheid of is de verbod op een ingreep een doel op zich? De staatssecretaris geeft aan dat zij contact met de sector heeft over de voorgestelde maatregelen. In hoeverre heeft zij ook gesproken met de NMV en is zij bereid dit alsnog te doen?
-
-Het verbod op keizersnedes bij vleesveerassen. Voorzitter ik lees dat de staatssecretaris in gesprek is met de sector over een plan welke moet leiden tot het terugdringen van het aantal keizersnedes bij vleesvee. Het terugdringen van leidt tot aantasting van deze sector. In België worden de vleesveerassen Verbeterd Roodbont en Belgisch Wit/Blauw gezien als streekproducten van hoge toegevoegde waarde. Met het terugdringen en een uiteindelijk verbod op keizersnedes zal dit ras niet meer gehouden worden in Nederland maar de fokkerij zal verplaatst worden naar ons omliggende landen waar het slechter gesteld is met het dierenwelzijn. Voorzitter is dit het beleid waar de staatssecretaris verantwoordelijk voor wil zijn? Ik kan het mij niet voorstellen en ook op dit punt graag een reactie. Mijn fractie is van mening dat de stappen die nu gezet worden grote gevolgen hebben voor economie en werkgelegenheid in ons land, dat ook deze sector uiteindelijk zal verplaatsen naar de landen om ons heen. Voorzitter waarom maakt de staatssecretaris zich niet sterk om als deze maatregelen al gewenst zijn eerst op Europees niveau te regelen?
-
-Couperen van staarten: In juni dit jaar is door de varkensketen de Verklaring van Dalfsen ondertekend met als doel het op termijn op een verantwoorde manier stoppen met couperen van biggenstaarten. Ik heb verklaring er nog eens op nageslagen maar daar staat toch letterlijk dat er in de varkenshouderij gezocht gaat worden naar tools om de staarten van biggen op een verantwoorde wijze minder kort te hoeven couperen. Dit hebben belangenorganisaties namelijk op deze manier met elkaar afgesproken omdat langere staarten bij biggen kan leiden tot zeer grote welzijnsproblemen en dierenleed tot gevolg. Als er ook maar 1 big of varken gaat staartbijten in een koppel heb je grote kans dat het op een complete chaos uitdraait. Verwondingen, bloedingen, ontstekingen, meer euthanasie zal allemaal het gevolg zijn. Hier moeten we echt zeer zorgvuldig mee omgaan. Een varkenshouderij zonder staarten couperen is volgens de sector op termijn dan ook onmogelijk. Zelfs bij biologische bedrijven leidt dit vaak tot grote problemen. De VVD wil van de staatssecretaris de bevestiging dat zij zich aansluit bij de afspraken die in de verklaring van Dalfsen zijn bekrachtigd.
Voorzitter tijdens de begrotingsbehandeling heb ik aangegeven dat het beeld over onze Nederlandse land- en tuinbouw in sterke mate bepaald wordt door organisaties zoals Wakker Dier, stichting natuur en Milieu of Varkens in Nood. Schrijnende beelden die geenszins representatief zijn voor de sector. Het zijn deze beelden, voorzitter, die aanzetten tot verregaande maatregelen, maatregelen die de sector en de economie schade toebrengt. Vorige week nog het voorbeeld van de geboortehulp bij koeien of de omstandigheden in stallen. Een beeld die in de media weer neergezet wordt zonder dat kennis genomen wordt van de feiten. Voorzitter mijn fractie was blij met de reactie van de staatssecretaris over de omstandigheden in de stallen. En ik hoop dat zij ook in het eerste voorbeeld en naar de toekomst toe afstand zal nemen van deze actiegroepen die maar een doel lijken te hebben en dat is de agrarische sector zwart te maken! Ik ben ook blij dat andere organisaties en politieke partijen zich achter de oproep van de VVD lijken te scharen.
Voorzitter in de beleidsbrief Dierenwelzijn wordt geen enkele aandacht besteed aan de lasten voor het bedrijfsleven. Mijn fractie wil de staatssecretaris vragen naar een overzicht van de eenmalige en structurele kosten voor het bedrijfsleven. En mijn fractie zou graag een advies van Actal zien, een toetsing op de regeldruk. Voorzitter graag een toezegging van de staatssecretaris op beide punten; zowel een overzicht van de kosten als een toets van Actal. Ik overweeg in tweede termijn een motie op dit punt.
Voorzitter we hebben inmiddels een aantal voorstellen gezien van de staatssecretaris waarin de sector keer op keer geconfronteerd wordt met extra regels of ingrepen die niet meer worden toegestaan. En omdat dit kabinet koerst op een structurele verlaging per 2017 (ten opzichte van 2012) van de regeldruk met 2,5 miljard euro, het kabinet een verband zal leggen tussen het invoeren van nieuwe regels en het laten vervallen van bestaande regels wil ik weten wat de sector van deze staatssecretaris kan verwachten in het terugdringen van het aantal regels. Ik heb reeds een debat aangevraagd over de regeldruk maar omdat deze brief bol staat van extra regels wil ik van de staatsecretaris vragen op welke wijze het verband is of wordt gelegd. Dat geldt ook voor de aanpak van minder meetbare maar zeer merkbare regeldruk in agri en food. Graag reactie.
Voorzitter tot slot op dit onderwerp. Ik heb ter voorbereiding van dit debat veel werkbezoeken afgelegd. En het raakt me iedere keer weer hoe bevlogen en vakbekwaam onze Nederlandse veehouderijsector is. Mensen die met hart en ziel, 7 dagen per week en 24 uur per dag klaar staan voor hun veestapel. Maatregelen zoals nu worden voorgesteld raakt deze mensen. Niet alleen in hun bedrijfsvoering maar in hun integriteit. Alsof veehouders helemaal niets op hebben met hun dieren. Voorzitter, deze ondernemers zijn afhankelijk van hun vee, de verzorging zal dan ook zo optimaal mogelijk plaatsvinden. Geef ook onze veehouderijsector de ruimte om te ondernemen! En daar waar excessen plaatsvinden moet u ingrijpen, vanzelfsprekend! Maar ik wil af van het beeld dat het niet goed gesteld is met onze veehouderij.
QLL Quality system Livestock Logistics
Voorzitter, QLL, dit onderwerp is al meerdere keren aan de orde geweest tijdens een debat over de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit (NVWA). De staatssecretaris heeft aangekondigd dat zij de controletaken terug haalt naar de overheid mits de sector het toezicht optimaal op orde heeft. Voorzitter mijn fractie wil dit onderwerp graag aan de orde stellen tijdens het debat over de NVWA. Ik wil de staatssecretaris dan ook oproepen om geen onomkeerbare stappen te zetten voordat de Kamer het debat over de NVWA heeft gevoerd.
Positieflijst gezelschapsdieren
In de afgelopen jaren is er veelvuldig gedebatteerd over welke dieren wel en welke dieren niet gehouden mogen worden. Dit is niet de vraag die voor zou moeten liggen. De belangrijkste vraag voor de VVD is of de juiste dieren bij de juiste mensen terecht komen? De positieflijst komt voort uit de ervaring dat een deel van de dieren gehouden wordt zonder dat er sprake is van voldoende kennis van het dier. De gevolgen kunnen schrijnend zijn. Volksgezondheid kan in het geding zijn, agressie en onmacht bij mens en dier. De vraag is of de positieflijst zal bijdragen aan de oplossing om tot een betere structuur te komen en er minder dieren worden aangeschaft. De VVD betwijfelt dit. Een positieflijst uitgaande van volksgezondheid en bescherming van de mens is goed. Maar daarnaast moeten we het houden van dieren niet verbieden maar zorg dat er een goede afstemming is tussen dier en baas. Goede voorlichting in de dierenzaak over de verzorging van dieren. Niet zoveel regels dat de verkoop van dieren in de speciaalzaken verloren zal gaan. Want juist deze dierenspeciaalzaken zijn belangrijk in het overbrengen van kennis over dierverzorging, diergezondheid enz.
De gevolgen van deze lijst voor ondernemers (dierenwinkels, faunaparken, enz.) is onvoldoende in kaart gebracht. Zo zullen faunaparken verdwijnen omdat ze geen dieren mogen houden (zoals neusberen, eekhoorns, kangoeroes of wasbeerhonden) omdat deze niet op de positieflijst staan. En met de aankondiging van positieflijsten voor vogels en reptielen zal dit nog verder toenemen. Kan de staatssecretaris de gevolgen in kaart brengen? Daarnaast stellen wij onszelf ook de vraag of de positieflijst ook daadwerkelijk leidt dat er minder dieren worden aangeschaft die in feite niet gehouden kunnen worden. De VVD is van mening dat de positieflijst een doekje voor het bloeden is. Het gaat er immers niet zozeer om welke dieren al dan niet gehouden kunnen worden, maar dat de juiste dieren bij de juiste mensen terecht komen? En dit vraagstuk kan wat de VVD betreft prima aan de markt (aanbieder en vrager) worden overgelaten.
Voorzitter hoe gaat de staatssecretaris om met de dieren die nu nog gehouden worden maar straks verboden zijn? Welke maatregelen neemt zij hier toe, worden dieren geëuthanaseerd of komt er een overgangssituatie en hoe is deze te controleren? Stichting AAP vangt nu ongeveer 20% van de dieren op waar blijven de overige dieren met name belangrijk vanuit het oogpunt volksgezondheid. Andere vraag die mijn fractie heeft is of deze positieflijst juridisch houdbaar is. De gebruikte systematiek bevat een enorme willekeur. Immers, zouden we de systematiek strikt volgen, dan zouden honden en katten ook niet meer gehouden mogen worden. Maar iedereen begrijpt dat er een ware volksopstand zou uitbreken als deze staatssecretaris zou besluiten om honden en katten van de positieflijst af te halen.
Hondenfokkers
De VVD kan de aanpak van malafide hondenfokkers steunen. Daar waar nodig dienen fokkers die het niet zo nauw nemen met dierenwelzijn door bijvoorbeeld het fokken van misvormde honden keihard te worden bestraft. De maatregelen om middels de fokkerij te werken aan een beter gedrag, welzijn en gezondheid van dieren gaan erg ver. In Nederland worden naar schatting zo’n 30 miljoen gezelschapsdieren gehouden. Jaarlijks wordt er 2,1 miljard euro uitgegeven aan voeding, opvang en verzorging van dieren. De overheid gaat hier op de stoel van de ondernemer of op die van de baas van de hond zitten. Deze maatregelen kunnen dan ook niet op de steun van de VVD rekenen.
Voorzitter met steeds grotere regelmaat kunnen we lezen dat er puppies uit het zuiden of oosten van Europa op de West-Europese markt gebracht worden, puppies die hondsdolheid hebben. Dit is een belangrijk punt voor Nederland, om de simpele reden dat onze kinderen niet meer tegen rabies worden ingeënt. Mijn collega's Heerema en Rutte hebben hier reeds vragen over gesteld en hebben daarbij het verzoek gedaan voor een (tijdelijk) invoerverbod van buitenlandse puppies. Hoe kijkt de staatssecretaris hier tegenaan en wat zijn haar maatregelen?
Registratie van katten
Voorzitter in een brief hebben we kunnen lezen dat de staatssecretaris niet voornemens is om de nadrukkelijke wens van de dierenbescherming een registratie van katten in te voeren. Dit omdat dit volgens de staatssecretaris niet bijdraagt om de problemen rondom katten op te lossen. Het belangrijkste probleem bij katten is het aantal katten dat een zwervend bestaan leidt. Momenteel worden verschillende methoden ontwikkeld om deze problematiek tegen te gaan. Voorzitter mijn fractie steunt deze lijn. De VVD is niet voor een verplichte I&R voor katten. Kattenbezitters die dit belangrijk vinden zullen dit vrijwillig doen. Bemoeienis van de overheid is op dit punt onwenselijk. Wel heeft mijn fractie een andere zorg. Recent heeft de Kamer in meerderheid een motie aangenomen waarin gevraagd wordt naar een verbod op het afschieten van verwilderde katten. Ik wil de staatssecretaris vragen of zij deze motie gaat uitvoeren. In een van de brieven van deze staatssecretaris verwijst zij naar de gezondheidsrisico's voor mensen en dieren. Zwerfkatten die een gezondheidsrisico zijn door ziekten zoals kattenkrabziekte, ringworm, kattenaids enz. Daarnaast richten verwilderde katten aantoonbaar enorme schade aan onze inheemse beschermde soorten waaronder muurhagedis, weidevogels die zwaar onder druk staan, andere bodembroeders die op de rode lijst staan. Voorzitter graag een reactie van de staatssecretaris. Mijn fractie gaat er vanuit dat de volksgezondheid en diergezondheid en biodiversiteit zwaar weegt.
Visserij
De VVD heeft de passage over de visserij uit de beleidsbrief met belangstelling gelezen. We zijn van mening dat de staatssecretaris wel erg voor de muziek uitloop. Er is een pilot onderzoek gedaan door Ekofisch maar daar zijn de uitkomsten nog niet van bekend. We bevinden ons nog echt in de pilotfase van onderzoek. De VVD is van mening dat er in elk geval een gelijk speelveld moet zijn en dat dit typisch een onderwerp is wat in het Gemeenschappelijk Visserijbeleid hoort. Daarnaast stelt de VVD vraagtekens bij de relevantie van de opmerkingen over het ASC-keurmerk. ASC is slechts van toepassing op een minusceel deel van de hoeveelheid geproduceerde kweekvis. Tot slot vraagt de VVD zich af waarom de overheid een rol moet hebben in het ontwikkelen van keurmerken. Zowel het beter-level-kenmerk als het ASC-keurmerk is door het bedrijfsleven opgepakt. Graag een toelichting op dit punt van de staatssecretaris.
Tot slot voorzitter. De VVD is niet tegen dierenwelzijn. Integendeel. De sector heeft forse stappen gezet. Op dierenwelzijnsgebied behoort Nederland tot de koplopers zoals de staatssecretaris zelf aangeeft in haar brief. Maar de rek is er uit. Dat betekent dat die stappen die nu door een aantal partijen als wenselijk of voorwaardelijk worden gezien eerst op Europees niveau geregeld dienen te worden. Dit sluit aan bij de uitgangspunten van de commissie van Doorn. De Europese Welfare Quality-systematiek werkt momenteel duidelijk meetbare kenmerken uit. Voorzitter de Nederlandse veehouderij kan als voorbeeld dienen om dierenwelzijn in Europa op een hoger niveau te brengen. Dat zal een positieve bijdrage leveren aan de concurrentie positie van de Nederlandse veehouderij en het zal het dierenwelzijn in Europa op een hoger niveau tillen. Maar het is onverantwoord om alleen in Nederland die forse stappen te zetten ten koste van de economie, ten koste van de werkgelegenheid en ten koste van het ondernemerschap en misschien voor dit debat het allerbelangrijkste het dierenwelzijn. Voorzitter ik hoor graag de reactie van de staatssecretaris op welke wijze de economie, de werkgelegenheid en het ondernemerschap een rol speelt in haar ambities.