Speciale eenheid tegen maffiapraktijken in Nederland

Met dank overgenomen van J. (Jeroen) Recourt i, gepubliceerd op donderdag 16 februari 2012.

De politie moet een speciale eenheid oprichten die zich gaat richten op onderzoek naar en opsporing van maffia-eenheden. Ook moet deze eenheid in kaart brengen in hoeverre maffiosi in Nederland voet aan de grond hebben. Eerder onderzoek van de KLPD en goede onderzoeksjournalistiek van Argos heeft de noodzaak hiervan nog eens benadrukt.

De PvdA is zeer geschrokken van de uitkomsten van een rapport van het Korps Landelijke Politiediensten (KLPD) waarin wordt geconclud dat ‘Ndrangheta, een Italiaanse maffiaorganisatie, volop actief is in Nederland. Het KLPD stelt dat verder politie en justitie geen zicht hebben op deze maffia-organisatie. De PvdA vindt het van het grootste belang dat de Italiaanse ‘maffia’ zich niet verder invreet in de Nederlandse samenleving.

Volgens staatssecretaris Teeven van Veiligheid en Justitie (V&J) is de aanpak van de ‘Ndrangheta een prioriteit van politie en justitie. Hij gaf dit aan toen ik de staatssecretaris bevroeg over een uitzending van het radioprogramma Argos, waar de inhoud van dit rapport aan het licht kwam. Daarop moet wel actie volgen. De PvdA spoort de minister aan om er dan ook werk van te maken.

Het kabinet was in eerste instantie niet van plan dit rapport naar buiten te brengen. Door de uitzending van Argos en onze vragen is het rapport toch openbaar gemaakt.

Het rapport maakt een paar dingen duidelijk:

  • Justitie en Politie hebben geen idee hoe deze organisatie is georganiseerd en waar zij zich bevinden
  • Uit het onderzoek blijkt dat geen enkel politiesysteem in staat is te zoeken op namen van criminele organisaties en dat de opmerking van de staatssecretaris dat “die organisaties […] al geprioriteerd”zijn, een loze opmerking is.
  • De conclusie van dit rapport is dat er diepgaand onderzoek gedaan moet worden naar de verwevenheid van deze criminele organisatie in de Nederlands samenleving.

Naar aanleiding van het KLPD-rapport en een uitzending van Villa VPRO heb ik schriftelijke vragen gesteld aan de minister en de staatssecretaris van V&J:

  • 1. 
    Heeft u kennisgenomen van de uitzending van Villa VPRO van dinsdag 14 februari 2012 waarin naar voren werd gebracht hoe ernstig en gevaarlijk de aanwezigheid van de ‘Ndrangheta in Nederland is?
  • 2. 
    Deelt u deze constatering? Zo nee waarom niet?
  • 3. 
    Deelt u tevens de constatering dat Nederland geen inzicht heeft of onvoldoende inzicht heeft in de activiteiten van ‘Ndrangheta in Nederland en dat de Nederlandse politie en justitie geen of onvoldoende zicht hebben op de aanwezigheid van ‘Ndrangheta in de diverse lagen van de Nederlandse maatschappij? Zo ja, deelt u dan ook de mening dat de kennis over de ‘Ndrangheta (en overige maffia) niet versnipperd maar juist geconcentreerd en inzichtelijk moet zijn en specifieke onderzoeks- en opsporingscapaciteit nodig is die gericht wordt op de aanwezigheid van ‘Ndrangheta (anti-maffiaeenheid)? Zo nee, waarom niet?
  • 4. 
    Hoe groot acht u de kans dat ‘Ndrangheta is geïnfiltreerd of zal infiltreren in de Nederlandse overheid mede in het licht van hun werkwijze in Italie en elders? Kunt u uw antwoord toelichten?
  • 5. 
    Hoe kan de nationale recherche zicht hebben op de Italiaanse maffia en met name de ‘Ndrangheta als in de politiesystemen geen koppeling gelegd wordt tussen criminele activiteiten en leden van de ‘Ndrangheta?
  • 6. 
    Deelt u de mening dat in Nederland een helikopterview ontbreekt? Zo nee, waaruit blijkt dat Nederland een duidelijk overzicht heeft van het reilen en zeilen van ‘Ndrangheta?
  • 7. 
    Deelt u de mening dat hetgeen in de uitzending aan de orde is gesteld aanleiding geeft om te veronderstellen dat de praktijken van de ‘Ndrangheta in Nederland in hoge mate de rechtsorde bedreigen? Zo ja, deelt u dan ook de sense of urgency die daaruit spreekt? En welke gevolgen verbindt u daaraan? Zo nee, waarom niet en hoe verhoudt zich dat tot de buitenlandse bronnen die melding hebben gemaakt van de aanwezigheid van ‘Ndrangheta in Nederland?
  • 8. 
    Bent u bereid om indien de Kamer dat verzoekt de opstellers van het rapport toestemming te geven in vertrouwen met de Kamer te spreken? Zo nee, waarom niet?
  • 9. 
    Wat gaat u doen met het advies in het rapport om diepgaand onderzoek te doen naar de Ndrangheta?