Kabinet, kies voor kennis! - Hoofdinhoud
‘Van kennis naar kassa’ kopt de Volkskrant vandaag over het innovatiebeleid van het kabinet. Kassa voor wie, vraag ik me dan af. Niet voor de wetenschap, die een flink deel van het budget voor fundamenteel onderzoek in moet leveren. Niet voor het onderwijs, waarop wordt bezuinigd. En ook niet voor de regio’s, die door minister Verhagen in het ongewisse worden gelaten. Wij vinden dat onze kenniseconomie het waard is om in te investeren.
Kennis is niet gratis. Dit kabinet heeft in die lijn een flinke ambitie geformuleerd: de uitgaven voor kennis en innovatie in Nederland moeten in 2020 niet langer 1% van het BBP zijn zoals nu, maar 2,5%. Zo moet ons land in de top-5 kenniseconomieën komen. De keuzes die de minister maakt staan hier echter haaks op. In antwoorden op Kamervragen van mij moest de minister toegeven dat de uitgaven van het Rijk voor kennis en innovatie niet stijgen, maar dalen: van 4,8 miljard in 2009 naar 4,3 miljard in 2015. Ofwel: een daling van 1% van het BBP nu naar 0,8% van het BBP in 2015. Weg ambitie.
Binnen dit steeds krappere budget maakt de minister ook nog de verkeerde keuzes. Onderzoek moet meer ‘vraaggestuurd’ worden. Dat betekent zoveel als: het bedrijfsleven vraagt, de universiteiten moeten draaien. Honderden miljoenen voor fundamenteel onderzoek, het hart van de wetenschap, worden daarom wegbezuinigd. Ook daar bewijst hij de kenniseconomie geen dienst mee.
Gelukkig vindt innovatie niet plaats op het ministerie in Den Haag, maar in regio’s als Eindhoven, Groningen en Twente. Onze topgebieden krijgen van de minister terecht veel warme woorden maar worden ondertussen in het ongewisse gelaten over hun financiering. De minister kiest er voor om iedereen prachtige plannen te laten maken, zonder dat hij geld toezegt. Het zou zomaar kunnen dat het gros van de plannen hierdoor nooit van de grond komt. Ook hier bewijst de minister de kenniseconomie geen dienst. Noodgedwongen hebben veel regio’s nu besloten veel uit eigen zak te betalen. Het is wrang om te zien dat de minister zich hierover in zijn brief op de borst klopt alsof het zijn eigen verdienste is.
Tot slot kiest de minister niet voor de mensen die onze kenniseconomie moeten dragen. Een kenniseconomie staat of valt bij een goed opgeleide beroepsbevolking. Dit kabinet kiest ook hier voor bezuinigen in plaats van investeren. Bijvoorbeeld op het MBO waar mensen van 30 jaar en ouder hun opleiding zelf moeten betalen. Het levert 170 miljoen op, maar geen kennis.
Worden werknemers dan helemaal overgeslagen in de bedrijfslevenbrief? Nee. Waar in het regeerakkoord staat dat ontslagbescherming overeind zal blijven introduceert de minister nu iets nieuws: tijdelijke dienstverbanden van zeven jaar of tien, waarna werknemers gratis op straat kunnen worden gezet. Volgens de minister om de flexibiliteit op de arbeidsmarkt te verhogen. Volgens ons een goedkope manier om van mensen af te komen.
Wij dagen de minister uit om nu de keuzes te maken die onze kenniseconomie wél versterken. Door te investeren in onderwijs, in kennis, in innovatie, in mensen en in topregio’s. Alleen dan kunnen de ambities van het kabinet werkelijkheid worden.