Schriftelijke vragen gesteld over de behandeling van TBS-ers

Met dank overgenomen van L.Th. (Lea) Bouwmeester i, gepubliceerd op dinsdag 22 februari 2011.
alttekst ontbreekt in origineel bericht
Bron: Blog Lea Bouwmeester

Vandaag heb ik schriftelijke vragen gesteld aan de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie naar aanleiding van een uitzending van PowNews.

De vragen kunt u hieronder lezen en worden binnen 3 weken beantwoord.

Vragen van het lid Bouwmeester (PvdA) aan de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over het vrijlaten van een niet uitbehandelde TBS-er

1.

Kent u het item uit de uitzending van PowNews van maandag 21-2-2011 waarin een ex-TBS patiënt uit Nijmegen aan het woord was?

2.

Bent u het met de PvdA eens dat het zeer onwenselijk is, en gevaarlijk kan zijn, dat een ex-TBSer die behandeling nodig heeft volgens de kliniek en hemzelf, om recidive te voorkomen, dit niet krijgt? Zo ja, hoe gaat u hem helpen om recidive te voorkomen en hoe gaat u vergelijkbare situaties in de toekomst voorkomen?

3.

Hoe kan het dat iemand die volgens behandelaren uit de TBS kliniek en hemzelf hulp nodig heeft, maar dit niet krijgt, terwijl er naast een dwingend juridisch kader ook een wet bopz is om zorg onder dwang en drang te geven, ter bescherming van het individu en de samenleving?

4.

Is het waar dat de rechter tegen het advies van de behandelaars de TBS van de man heeft beëindigd? Zo ja, welke overwegingen voerde de rechter hiervoor aan? Zo nee, wat is dan wel de situatie? Kunt u ons een afschrift van de uitspraak doen toekomen?

5.

Zou de bovenstaande vrijlating op deze manier nogmogelijk zijn geweest als het wetsvoorstel ten aanzien van een Wijziging van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden c.a. (32337) al kracht zou zijn geweest?

6.

Hoe vaak komt het voor dat een rechter contrair aan de vordering van de officier van justitie of contrair aan de adviserende instantie besluit een tbs-behandeling te beëindigen? Kunt u dit voor de afgelopen tien jaar per jaar aangeven, uitgesplitst naar besluiten die contrair zijn aan een vordering van het OM dan wel contrair aan de adviserende instantie?

7.

Hoe vaak komt het voor dat rechters in verband met de inhoud, tempo of voortgang van de behandeling besluiten dat een TBS-behandelingcontrair moet worden beëindigd?

8.

Deelt u de mening dat in de gevallen dat een rechter een contrair besluit neemt dat samenhangt met een tekortschietende behandeling dat het probleem niet bij het besluit van de rechter ligt,maar aan de behandeling zelf valt toe te dichten? Zo ja, wat gaat u doen om de behandeling in TBS-instellingen te verbeteren? Zo nee, waarom niet?

9.

Deelt u de mening dat bezuinigingen op TBS niet passen bij een goede behandeling van de patiënten dus bescherming van de samenleving? Zo ja, welke conclusies ten aanzien van voorgenomen bezuinigingen trekt u hieruit? Zo nee, waarom niet?

10.

Klopt de conclusie “dat na contraire beëindiging van de TBS-maatregel een groter percentage van de ex-TBS-gestelden (zeer ernstig) recidiveert dan na andere wijzen van beëindiging van de maatregel” uit een WODC-onderzoek uit 2005 nog steeds? Zo ja, hoe is het verband tussen contraire beëindiging en recidive? Zo nee, wat is er dan veranderd sinds 2005?

Links