Kampense pachters voelen zich melkkoe gemeente

Met dank overgenomen van P.F.C. (Paulus) Jansen i, gepubliceerd op zaterdag 12 februari 2011, 21:01.

Samen met Sybren Gerlofsma (SP Kampen) bezocht ik vanmiddag het Kampereiland, een agrarisch gebied van 3.000 hectare ten noordwesten van Kampen. Bijzonder is dat het gehele gebied eigendom is van de gemeente, die het verpacht aan zo’n honderd bedrijven.

op de boerderij worden de meeste zaken nog steeds aan de keukentafel besproken

De directe aanleiding voor ons bezoek is een grote verhoging van de pachtprijs, met 37%, nadat de pachtprijs in 2008 ook al eens met 23% verhoogd is. De melkveehouders , middelgrote bedrijven met 70-100 koeien, voelen zich onderhand het melkkoetje van de gemeente Kampen. En de gemeente verwijst naar een beheerkantoor Stadserven Kampereiland e.o., waaraan ze de verpachting hebben uitbesteed.

We worden ontvangen op het bedrijf van de familie Van den Berg, waar zowel vader Wim als zijn beoogde opvolger Gijsbert aan de keukentafel zitten. Verder schuiven aan de collega-melkveehouders Dries ten Hove en Jan Groen en voorzitter Cor van Dijk van de Kampereilander Pachters Bond, de oudste pachtersvereniging van Nederland (110 jaar). Hij is een van de weinige akkerbouwers op het Eiland.

In Nederland is ongeveer 60% van de boerengrond eigendom van de boer -of moet ik zeggen: van de bank?- en 40% wordt gepacht. Pachtgrond tref je veel aan op oude landgoederen. In het Noorden verpachten ook veel kerkbesturen en charitatieve instellingen grond aan boeren. Op het Kampereiland is de grond eigendom van de gemeente, die in 1363 het recht-van-aanwas verwierf op de aangeslibte gronden in de monding van de IJssel. Dat bleek achteraf een gouden deal, want door aanslibbing groeide het bezit in de loop van de eeuwen aan tot bijna 3.000 hectare. Tot de afsluiting van het IJsselmeer stroomden grote delen van het Eiland nog regelmatig onder water, vandaar dat de oudere boerdijen op een terp gebouwd zijn. Inmiddels zorgt een dijk ervoor dat de eilanders het hele jaar door droge voeten kunnen houden.

Het gesprek begint met een spoedcursus pachtbeleid, want daar heb ik nog geen kaas van gegeten (Henk van Gerven is onze woordvoerder landbouw). Onder CDA-minister Veerman is de pachtwet veranderd. Voor nieuwe pachtcontracten wordt de hoogte van de pacht ten hoogste gelijk aan 2% van de waarde van de grond. Dat lijkt weinig, maar is best veel, omdat het totale rendement op het eigendom van grond bestaat uit de directe opbrengst (2%/jaar) plus de waardestijging.

Voor bestaande contracten wordt de stijging van de pachtprijs gebaseerd op een regionorm, die iedere twee jaar voor 14 regio’s berekend wordt door het Landbouw Economisch Instituut (LEI). Die norm is gebaseerd op de verdiencapaciteit van agrarische bedrijven in de betreffende regio’s. Door middeling van de afgelopen vijf jaren wordt rekening gehouden met variaties in de opbrengst van producten en de kosten van grondstoffen. Als de berekening klopt zou een gemiddelde boer na aftrek van zijn kosten, inclusief de pacht gebaseerd op de regionorm, een modaal loon kunnen verdienen.

Wim van den Berg legt Sybren Gerlofsma uit hoe de Natura-2000 regels de modernisering van zijn bedrijf beperken

In de praktijk pakt het voor sommige boeren heel anders uit. Zo was de regionorm voor het Noordelijk weidegebied, waar het Eiland van Kampen toe behoort, vanaf 2008 €456 per hectare per jaar. Maar op het Eiland betaalden de boeren al €535. De nieuwe norm in 2010 werd €627. Dat is 37% meer dan de oude norm van €456. Maar de boeren die al €535 betaalden dreigen desondanks toch een verhoging van 37% voor de kiezen te krijgen. Nog zo’n foutje is dat berekening gebaseerd is op de veronderstelling dat iedere boer 60% van de grond in eigendom heeft en 40% pacht. Dat pakt heel vervelend uit voor boeren die 100% pachtgrond hebben.

De manier waarop de regionorm berekend wordt heeft veel weg van een black box. Het doet me denken aan de berekeningsmethode voor geluidbelasting en luchtvervuiling langs autowegen, die altijd veel lager uit komt dan de échte hoeveelheid herrie en stank, zodat de conclusie kan worden getrokken dat de weg zonder problemen verbreed kan worden. “Schoonrekenen” heet dat. In dit geval is de uitkomst standaard dat de pacht flink omhoog kan.

Het bovenmatig verhogen van de pacht is een voorbeeld van de dubbele moraal bij de overheid. De directe effecten zijn: een koude sanering in de sector, schaalvergroting/ rationalisatie. Dat staat haaks op de mooie woorden over duurzame landbouw, agrarisch natuurbeheer en ga zo maar door. Wat mij betreft zouden overheden er daarom verstandiger aan doen om veel gematigder pacht te vragen, in ruil voor prestatieafspraken over duurzamere productie en natuurbeheer. Dan kan je ook stoppen met het rondpompen van geld voor agrarisch natuurbeheer, dat zit al in de pachtsom.

In de loop van de middag kwamen er nog allerlei andere thema’s over de tafel, zoals de kromme en bureaucratische wetgeving op het gebied van natuur en de manier waarop vrijkomende gronden bij bedrijfsbeëindiging het beste herverdeeld kunnen worden.

Volgens Sybren Gerlofsma tekent zich in de gemeenteraad van Kampen inmiddels een meerderheid af die de pachtverhoging wil matigen. Zo eindigde het gesprek met een lichtpuntje.