Burgerparticipatie - Hoofdinhoud
Democratie is als een vlot. Het zinkt niet, maar je hebt wel altijd natte voeten. (Russell Long)
Wie weet beter wat goed is voor de buurt dan bewoners zelf? Daarom vind ik dat de overheid moet samenwerking met haar mensen. Burgerparticipatie wordt te vaak gezien als ‘georganiseerd verzet’, terwijl het grote voordelen met zich mee kan brengen alleen al door draagvlak.
De overheid moet een andere houding innemen tegenover kritische, meedenkende mensen. Burgerparticipatie is meer dan een buurtwerker of een spannende nieuwe werkvorm. Uiteindelijk vergt het een omslag. Denken in: ‘Hoe kan ik u daarbij helpen’ in plaats van “Maar dat gaat zomaar niet!”. Voor mij is burgerparticipatie aansluiting vinden bij initiatieven die er leven bij mensen. Want mensen zijn creatief en hebben goede ideeën.
Er zijn praktijkvoorbeelden. In de gemeente Dordrecht mogen buurtbewoners meedenken over besteding van 600.000 euro voor de wijk Stadspolder. Meer geld voor parkeren of juist voor jongeren? In Breda kunnen inwoners hun wensen op een website zetten. Bij voldoende ‘pluimen’ van anderen bekijkt de gemeente mogelijkheden voor realisatie.
Maar we zijn er nog niet. Mensen hebben ergernissen over burgerparticipatie. De belangrijkste ergernis is dat de politiek al besloten heeft. Het te laat betrekken van mensen is een andere klacht. Er is wel sprake van inspraak, maar de momenten waarop het relevant is gaan ongemerkt voorbij. Doorslaggevende beslissingen worden genomen in een fase waarop je nog geen flauw benul hebt dat er iets ingrijpends in je directe leefomgeving gaat gebeuren.
D66 wil vooruit met burgerparticipatie. De overheid moet zich ècht interesseren voor de burgerinbreng en mensen tijdig en volledig informeren. Betrokkenheid van mensen leidt tot kwalitatief betere besluiten. Daarom moet betrokkenheid van mensen een vast onderdeel van het besluitvormingsproces worden. Hierbij kunnen de nieuwste communicatiemiddelen ingezet worden. Alle mensen doen mee, dus ook de zwijgende meerderheid.
Door mensen echt te betrekken krijgen zij meer vertrouwen in politiek en bestuur. Als D66-er ga ik uit van een samenleving die gebouwd is op vertrouwen. Vertrouwen in mensen, in de keuzes die zij maken en in de verantwoordelijkheden die zij kunnen dragen. Een maatschappij, waarin mensen zoveel mogelijk zelf bepalen hoe hun leven en hun land worden ingericht.
En dat betekent dus dat mensen vaker dan eens in de vier jaar om hun mening gevraagd wordt.