Bezuinigen op hulp heeft consequenties - Hoofdinhoud
Het lijkt een makkelijke ingreep. Maar gratis bezuinigen bestaat niet. Echte mensen elders worden het slachtoffer van bezuinigingen hier. De armen van de wereld hebben hier geen stemrecht. Daarom moeten mensen hier dat recht gebruiken om mensen elders te beschermen tegen het leeghalen van het ontwikkelingsbudget.
Ewout Irrgang is Tweede-Kamerlid voor de SP
De economische crisis is een hot item in verkiezingsstrijd. Alle partijen zijn op zoek naar miljarden aan bezuinigingen. Een erg gemakkelijke prooi hierbij lijkt het budget voor ontwikkelingssamenwerking. Hoewel de wereldwijde economische crisis Nederland hard treft, treft zij de armste landen het hardste. De gevolgen daar zijn letterlijk dodelijk. De Wereldbank en het IMF becijferen dat door de economische crisis er in 2015 zo’n 53 miljoen mensen extra in extreme armoede zullen leven dan zonder de crisis het geval was geweest. Volgens de Wereldbank zullen tussen 2009 en 2015 1,2 miljoen kinderen jonger dan vijf jaar komen te overlijden als indirect gevolg van deze crisis. Deze instituten wijzen dan ook terecht op de noodzaak van meer hulp als gevolg van de crisis.
Van iedere euro die er in Nederland verdiend wordt, gaat er 0,8 eurocent naar mensen in ontwikkelingslanden. Dat lijkt niet veel maar hoort wereldwijd wel tot de top. Iets om trots op te zijn. Als het echter aan de VVD ligt blijft hier de helft van over en bij de PVV nog veel minder. Het CDA, dat ooit een naam hoog te houden had op het terrein van de ontwikkelingssamenwerking, wil nu ook hard bezuinigen: door 600 miljoen van het budget voor ontwikkelingssamenwerking te gebruiken voor militaire uitzendingen. De Nederlandse defensie-uitgaven, inclusief de uitgaven aan vredesoperaties, bedragen in 2010 al zo’n € 9 miljard. Bijna het dubbele van het budget voor ontwikkelingssamenwerking. Rechts in de regering betekent dat ook Nederland gaat meedoen aan verdere bevordering van de scheefgroei tussen ontwikkelingshulp en militaire uitgaven. Alle militaire uitgaven in de wereld tezamen bedragen zo’n 1500 miljard dollar per jaar. De totale hulp bedraat zo’n 120 miljard dollar per jaar. Tegenover een dollar aan hulp, voor onderwijs, eten en medicijnen staan twaalf dollars voor bommen en granaten.
De VVD rechtvaardigt haar halvering van het budget door ‘de steun voor dubieuze regimes stop te zetten”. Dat klinkt stoer maar klopt niet. Deze zogenaamde begrotingssteun bedraagt immers nog geen 4% van het totale ontwikkelingsbudget. Daar red je het dus niet mee als je maar liefst 50% wilt bezuinigen op het OS-budget. De PVV geeft in haar programma al helemaal geen verklaring voor haar draconische bezuiniging maar stelt te kiezen voor handel in plaats van hulp. Hiervoor moeten volgens deze partij de handelsbarrières worden afgebroken. Handelsbarrières voor de armste landen zijn inderdaad slecht – maar de PVV moet ook weten dat de armste landen al vrije toegang hebben gekregen tot de Westerse markten, door de ‘Everything But Arms’ overeenkomst. Hun probleem ligt ergens anders: het ontnemen van de mogelijkheid voor de armste landen om hun markten te beschermen tegen onze importen. Dat is juist wat hen de nek omdraait. Vrijhandel is geen eerlijke handel. Ook de voor ontwikkelingslanden extreem schadelijke Europese landbouwsubsidies blijven in de partijprogramma’s van de rechtse partijen onbesproken.
Is er dan geen enkele reden om kritisch te zijn over de huidige ontwikkelingshulp? Zeker wel. Maar in plaats van minder geld aan arme landen te geven zouden we dat geld beter moeten uitgeven. Hulp moet niet minder maar beter. Er moet snel een dikke streep door de topsalarissen voor directeuren van Nederlandse ontwikkelingsorganisaties. Die liggen nu soms boven het niveau van een directeur-generaal bij een ministerie, zoals bij SNV. Dat is omgekeerde solidariteit: geld voor armen gebruiken om mensen hier rijk te maken. Ook subsidies voor Nederlandse praatclubs als het NCDO zijn discutabel. Met begrotingssteun moeten we zeer terughoudend zijn. Stopzetting van die steun aan landen als Rwanda en Senegal was zeker op zijn plaats. Maar alles wat er verkeerd gaat, pleit niet voor minder geld maar voor beter uitgeven.
Bezuinigen op ontwikkelingshulp klinkt makkelijk maar kost mensenlevens. Nederland geeft dit jaar zo’n 75 miljoen aan het Global Fund voor de bestrijding van hiv/aids, malaria en tuberculose. Van de totale uitgaven van het Global Fund gaat 61% naar de bestrijding van hiv/aids, waarvan het merendeel naar de verstrekking van goedkope aidsremmers. Als die bijdrage halveert zullen per jaar zo’n 100.000 mensen geen toegang meer hebben tot aidsremmers. Voor hen wordt de makkelijke korting hier dan wellicht een zware doodstrijd daar. Artsen Zonder Grenzen waarschuwt daar ook al voor naar aanleiding van Amerikaanse bezuinigingen op goedkope aidsremmers voor Afrika.
Nederland geeft jaarlijks een half miljard uit om alle kinderen in ontwikkelingslanden naar school te kunnen laten gaan. Wereldwijd gaan er zo’n 72 miljoen kinderen nog niet naar school. Om in 2015 ieder kind in de wereld naar school te laten gaan is volgens Oxfam Novib/ Global campaign for education zo’n 16 miljard dollar nodig. Halvering van ons budget betekent dat ruim 1 miljoen kinderen in 2015 niet naar school zullen gaan, waar dat zonder bezuinigingen wel het geval zou zijn.
Deze twee voorbeelden hebben nog slechts betrekking op 10% van het budget. Bezuinigingen op ontwikkelingssamenwerking zijn dus niet gratis. Echte mensen van vlees en bloed worden er het slachtoffer van. De allerarmsten in de wereld hebben hier geen stemrecht. Daarom is het een teken van solidariteit als mensen hier hun stem ook gebruiken op 9 juni om mensen elders te beschermen.
Dit artikel is op 2 juni 2010 geplaatst op Joop.nl