“Er bestaat geen functie voor het leven” - Hoofdinhoud
(Dit artikel is verschenen in de 'Juridische Beroepengids 2009 - Recht naar de top'. Een uitgave ter gelegenheid van het op 17 april 2009 onder auspicien van de Stichting Jurist & Werk te Leiden, georganiseerde Landelijke Jurist en Werk Congres 2009)
D66-Tweede Kamerlid Fatma Koser Kaya over een carrière in advocatuur en politiek
De overgang van de grasvelden op de Tilburgse campus naar een kantoor in Den Haag viel haar zwaar. Ze was zo gewend haar eigen tijd in te delen. Nu is dat al jaren anders. En dat vindt Fatma Koser Kaya, Tweede Kamerlid voor D66, heel normaal. “Ik ben gewend geraakt aan lange werkdagen met een volle agenda. Maar ik weet inmiddels wel hoe ik mijn agenda naar mijn hand kan zetten.”
Eigenlijk had Fatma helemaal geen carrière in de politiek gepland. Op een congres van de vakbond ontmoet ze Bert Bakker, toenmalig Kamerlid voor D66. Hij benadert haar later voor de politiek. Ze staat twee keer op de lijst, bij de verkiezingen van 2002 (12e) en 2003 (8e). Doordat D66 slechte resultaten boekt, zit een zetel in het parlement er helaas niet in. Fatma besluit dat ze zich niet voor een derde keer verkiesbaar zal stellen. “Dat had ik al voor mezelf bepaald, want het vergt echt heel veel tijd en energie om naast een drukke, lang niet altijd voorspelbare baan als advocate, campagne te voeren.”
Toch loopt het anders. In september 2004 komt ze tussentijds in de Kamer, als opvolger van Francine Giskes. In diezelfde periode wordt ze ook gevraagd rechter-plaatsvervanger te worden bij het kantongerecht in Gouda. “Na een zitting werd ik door de rechter benaderd of ik rechter-plaatsvervanger wilde worden. Dat is het voorportaal van het ambt van rechter.”
Een droom lijkt uit te komen. Fatma wilde namelijk altijd al rechter worden. “Al mijn andere functies heb ik bekleed om uiteindelijk rechter te kunnen zijn. Ik ben heel bewust eerst de advocatuur ingegaan. Ik vind het voor een rechter cruciaal dat je ook de andere kant kent èn begrijpt. Ik heb dus juridische ervaring opgedaan met als doel om daarna bij de rechterlijke macht terecht te komen.”
Zover komt het niet. Fatma kan het verzoek van haar partij niet afslaan en laat haar politiek-maatschappelijk betrokken hart spreken. “Ik dacht: het is nu of nooit. Ik zag het niet voor me in een later stadium de overstap van de rechterlijke macht naar de politiek te maken.” Ze wordt nog wel beëdigd, maar heeft nooit een zitting gedaan. “Het grappige is nu dat ik van alles geweest ben, behalve rechter.”
Fatma leert in de advocatuur al snel dat er geen functie voor het leven bestaat. “De praktijk is toch heel anders dan je denkt en dan is het belangrijk dat je flexibel genoeg bent iets anders te gaan doen dan hetgeen je in je hoofd hebt. Mijn carrière laat zien dat je wel van alles kunt plannen, maar dat je uiteindelijk heel ergens anders terecht kunt komen. Ik zou nu niet meer met dezelfde stelligheid kunnen zeggen dat ik weer de rechterlijke macht in wil, want er zijn vele leuke functies te bekleden. Belangrijk is dat je de kansen grijpt die zich aandienen. En als die niet voorbij komen, zorg er dan voor dat je de inventiviteit hebt een andere ingang te vinden om toch daar te komen waar je wilt zijn.”
Op zesjarige leeftijd komt Fatma met haar familie vanuit Turkije naar Nederland. Haar vader gaat als productiemedewerker aan de slag bij een fabriek in Etten-Leur. Het gezin strijkt neer in Bergen op Zoom. “Die stad voelde als een warme deken. Ik heb me er altijd thuis gevoeld.” Fatma leest veel. Zo veel, dat haar moeder er soms gek van wordt. “Op een gegeven moment mocht ik van haar alleen nog ’s middags lezen. ’s Ochtends deed ik dat daarom stiekem.”
Die eigenzinnigheid kenmerkt Fatma. Al op jonge leeftijd maakte ze haar eigen keuzes. “Toen ik een middelbare school moest kiezen, besloot ik om niet naar de scholengemeenschap te gaan, waar iedereen naar toe ging. Ik koos voor de meest vrijzinnige school, de Roncalli Scholengemeenschap. Toen al vond ik het maken van eigen keuzes door ieder individu belangrijk. Ik denk niet in groepen.”
Dat laatste is voor Fatma heel belangrijk. Ze ziet in onze samenleving steeds weer de neiging mensen als groepen te willen benaderen. Maar Fatma wil niet in een hokje geplaatst worden. Daar heeft ze zelfs ronduit een hekel aan. “Ik wil niet worden aangesproken op slechts een stukje van mijn identiteit. Of het nu mijn Turkse achtergrond, mijn Nederlands burgerschap of mijn vrouw-zijn is. Het moet niet uitmaken. Daarom past D66 ook zo goed bij mij. Die partij zet de mens centraal.”
Na haar middelbare school gaat Fatma Nederlands Recht studeren aan de universiteit van Tilburg. Een periode waar ze met veel plezier op terug kijkt. “Tilburg is een leuke studentenstad. Alle studies zitten bij elkaar, waardoor je veel verschillende mensen ontmoet. Ik heb er veel contacten aan over gehouden.”
Fatma is erg actief naast haar studie. Ze organiseert bedrijfsbezoeken voor de studievereniging VITE, zet met andere studenten de eerste Nederlands-Turkse studentenvereniging in Tilburg op en later helpt ze een paar vrienden om het Turks academisch netwerk TANNET op te zetten. Ze loopt stages bij een advocatenkantoor en het ministerie van Buitenlandse Zaken. Daar werkt ze mee aan een handboek voor mensenrechten.
Goede herinneringen bewaart ze ook aan haar bijbaantje als ‘honderd-gulden-griffier’ bij het gerechtshof in Den Haag. Ze krijgt er per zitting betaald, vandaar de naam. Allerlei zaken komen voorbij, van echtscheidingen tot aan faillissementen. “Ik weet nog dat ik mijn eerste faillissementszaak moest doen. Als griffier moet je dan alle betrokken partijen uitnodigen. Ik was echter vergeten de curator, een toch niet onbelangrijk persoon bij zo’n zitting, een uitnodiging te sturen. Zaten daar drie rechters, advocaten, maar geen curator. Ik zakte door de grond. Maar het was wel erg leerzaam.”