30501 - Aanbestedingswet

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Dit wetsvoorstel werd op 23 maart 2006 ingediend door de minister van Economische Zaken, Brinkhorst1.

 

Inhoudsopgave

  1. Volledige titel
  2. Nota's van wijziging en amendementen
  3. Moties
  4. Documenten
  5. Disclaimer
  6. Uitgebreide versie
  7. Parlementaire Monitor

1.

Volledige titel

Regels voor het gunnen van overheidsopdrachten door aanbestedende diensten en opdrachten door speciale-sectorbedrijven (Aanbestedingswet)

2.

Nota's van wijziging en amendementen

Bij dit wetsvoorstel werden twee amendementen ingediend.

3.

Moties

Bij dit dossier werden in de Tweede Kamer negen moties ingediend.

4.

Documenten

(68 stuks)

2 23 maart 2006, koninklijke boodschap, nr. 1     KST96033
Koninklijke boodschap
publicatie: 3 april 2006
 
2 23 maart 2006, voorstel van wet, nr. 2     KST96034
Voorstel van wet
publicatie: 3 april 2006
 
2 23 maart 2006, memorie van toelichting, nr. 3     KST96035
Memorie van toelichting
publicatie: 3 april 2006
 
2 29 maart 2006, koninklijke boodschap, nr. 1     KST96016
Koninklijke boodschap
 

5.

Disclaimer

Dit dossier is automatisch samengesteld. Aan de technische programmering is veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.

6.

Uitgebreide versie

Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met het inleidende gedeelte van de memorie van toelichting, de twee betrokken EU-dossiers, de betrokken EU-wetgeving, alle documenten in dit dossier, een overzicht van Kamerleden en bewindslieden die bij de behandeling van dit dossier het woord hebben gevoerd en een overzicht van verwante dossiers.

De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de Parlementaire Monitor van PDC Informatie Architectuur.

7.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.


  • 1. 
    D66-politicus, Europeaan in hart en nieren. Was al op jonge leeftijd hoogleraar in Groningen en stond bekend als scherp denker en debater. Werd staatssecretaris van Europese Zaken in het kabinet-Den Uyl en daarna Tweede Kamerlid. Volgde in 1981 Terlouw op als fractievoorzitter, maar vertrok na de verkiezingsnederlaag in 1982 uit de Haagse politiek. Via Europese ambtelijke en diplomatieke functies en het Europees Parlement keerde hij in 1999 verrassend terug als minister van Landbouw in het kabinet-Kok II. Saneerde de varkenshouderij en pakte krachtdadig de MKZ-crisis aan, al verweten boeren hem daarbij harteloos te zijn. Als minister van Economische Zaken in het kabinet-Balkenende II warm verdediger van sociaaleconomische hervormingen. Nadien hoogleraar internationaal en Europees recht en bestuur in Leiden.
     
  • 2. 
    Jonge, debatvaardige econoom die als CDA-politicus snel carrière maakte in Den Haag. Kwam uit de bankwereld en werd op 29-jarige leeftijd Tweede Kamerlid. Stemde in 2000, anders dan zijn fractie, vóór openstelling van het huwelijk voor mensen met hetzelfde geslacht. Na vier jaar staatssecretaris van Economische Zaken in het kabinet-Balkenende I. Als vertrouweling van fractieleider Balkenende speelde hij een belangrijke rol bij de mislukte poging om in 2003 een CDA-PvdA-kabinet te vormen. Kort daarna werd hij staatssecretaris van fiscale zaken in het kabinet-Balkenende II. Zorgde dat er één loket kwam voor alle inkomensafhankelijke regelingen. Nadat hij minister van Economische Zaken was geweest in het kabinet-Balkenende III werd verwacht dat hij fractievoorzitter zou worden. Hij keerde echter terug naar het bankwezen en was bestuurder van een fintechbedrijf.
     
  • 3. 
    Ondernemende en strijdbare VVD-politicus en bestuurder, die zich als Kamerlid sterk maakte voor ondernemers en automoblisten. Streed tegen de kilometerheffing en bepleitte een hogere maximumsnelheid. Als Tweede Kamerlid hield hij zich verder bezig met economische zaken en als voorzitter van de commissie voor de Rijksuitgaven zette hij zich in voor versterking van het budgetrecht. Enige tijd voorzitter van de Kamercommissies van Onderwijs en van Financiën. Was zelf, na docent te zijn geweest, 23 jaar ondernemer en voorts voorzitter van de VVD-fracties in de gemeenteraad van Wassenaar en in Provinciale Staten van Zuid-Holland. Vanaf september 2012 tot april 2020 was de heer Aptroot burgemeester van Zoetermeer. Daarna was hij achtereenvolgens waarnemend burgemeester van Wassenaar, Voorschoten, Hilversum, Hoeksche Waard en Wijdemeren.
     
  • 4. 
    Joop Atsma (1956) was van 9 juni 2015 tot 13 juni 2023 Eerste Kamerlid voor het CDA. Hij was van 14 oktober 2010 tot 5 november 2012 staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu in het kabinet-Rutte I. Van 19 mei 1998 tot 14 oktober 2010 was hij Tweede Kamerlid. De heer Atsma was eigenaar van een pers- en publiciteitsbureau en was 12 jaar voorzitter van de KNWU (Koninklijke Nederlandse Wielrenunie). Daarnaast was hij lid van Provinciale Staten van Friesland. In 2013-2015 was hij voorzitter van het Productschap van Vee en Vlees. In de Tweede Kamer hield de heer Atsma zich bezig met sport, landbouw, voedselkwaliteit, media en de Waddenzee. Hij was voorzitter van de Tweede Kamercommissies voor Verkeer en Waterstaat en voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. In de Eerste Kamer hield hij zich onder meer bezig met milieu, klimaat en cultuur en was hij eerste ondervoorzitter.
     
  • 5. 
    Planoloog die tien jaar bestuurlijk actief was, waarvan bijna vier jaar als PvdA-Tweede Kamerlid. Hij was onderzoeker, directeur van een avondopleiding bedrijfskunde van de KU Nijmegen, adviseur van diverse gemeenten en manager woondiensten van een woningcorporatie. In de Kamer woordvoerder op het gebied van ruimtelijke ordening, volkshuivesting en verkeer, waarna hij in 2007 gedeputeerde van Gelderland werd. Aan zijn staatssecretariaat van Economische Zaken in het kabinet-Rutte II kwam spoedig een einde na een affaire rond declaratiegedrag als gedeputeerde. In 2013 werd hij directeur van het Centre for Development Innovation, Wageningen Universiteit en in mei 2018 deeltijd-hoogleraar aan de Technische Universiteit Delft. In 2019-2023 was hij dijkgraaf en sindsdien Deltacommissaris.
     
  • 6. 
    Ewout Irrgang (1976) is sinds 1 september 2017 lid van de Algemene Rekenkamer. Hij was van 6 oktober 2005 tot 20 september 2012 Tweede Kamerlid van de SP. De heer Irrgang was eerder medewerker van De Nederlandsche Bank en tot 2005 financieel-economisch adviseur van de SP-Tweede Kamerfractie. Hij was financieel woordvoerder van de SP-fractie en hield zich daarnaast bezig met ontwikkelingssamenwerking en globalisering. Na zijn Kamerlidmaatschap werkte hij vier jaar in Tanzania.
     
  • 7. 
    Hoogleraar bedrijfskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen (1990-2017), die vanaf 1991, met een onderbreking van vier jaar, twee perioden voor de VVD in de Eerste Kamer zat. Na werkzaam te zijn geweest bij een verzekeringsmaatschappij was zij vanaf 1977 actief in de wetenschap, met deskundigheid op het gebied van economische ordening en ondernemingsrecht. Die specifieke kennis kwam vaak goed van pas bij debatten die zij voerde over sociale en economische wetgeving. Was acht jaar voorzitter van de vaste commissie voor Economische Zaken en maakte deel uit van de Senaatscommissie die privatiseringen onderzocht.
     
  • 8. 
    Christendemocratische jurist, die zowel vier jaar zitting had in de Raad van State als elf jaar lid was van de Eerste Kamer. Hij is (emeritus) hoogleraar informatierecht aan de Universiteit Leiden en was daar eerder hoogleraar inleiding tot rechtswetenschap. Begon zijn loopbaan als advocaat en was vervolgens rechter. In de Eerste Kamer onder meer woordvoerder justitie en buitenlandse zaken en tweede ondervoorzitter van de Kamer. Gezaghebbend senator op het gebied van informatierecht, bescherming van de persoonlijke levenssfeer en ICT. Scherpzinnige jurist, die vanwege zijn praktijkervaring goed op zijn plek was in de Senaat en die niet aarzelde tegengas te geven als privacyschendingen dreigden.
     
  • 9. 
    Toegewijd Eerste Kamerlid van de SGP en als zodanig zestien jaar woordvoerder op uiteenlopende beleidsterreinen. Hij voerde bijvoorbeeld het woord over volksgezondheid, verkeer, economische zaken en sociale zaken. Vervulde directiefuncties op het terrein van de volksgezondheid en was burgemeester van Sint Philipsland (1973-1981) en van Genemuiden (1981-1987). Bescheiden en minzame senator, die een principiële inbreng combineerde met een constructieve opstelling.
     
  • 10. 
    Politicus van D66, die voor die partij deel uitmaakte van beide Kamers. Was zeven jaar Eerste Kamerlid, waarvan drie jaar fractievoorzitter, en vijf jaar Tweede Kamerlid. Hij begon al op jonge leeftijd als fractiemedewerker en was later wethouder van Dordrecht en partijvoorzitter. Verder was hij directeur van het Netherlands Institute for City Innovation Studies (Maatschappelijk Topinstituut voor steden). In de Eerste Kamer voorzitter van de commissie voor Verkeer en Waterstaat. Als Tweede Kamerlid woordvoerder op het gebied van binnenlands bestuur, justitie, asiel en immigratie en landbouw en betrokken bij diverse initiatiefvoorstellen, onder meer over referenda, de benoemingswijze van de burgemeester en weigerambtenaren. Had ook een aandeel in de nieuwe opzet van de formatie. Daarna was hij directeur van de Nederlandse Vereniging voor Innovatieve Geneesmiddelen. Vasthoudend debater.
     
  • 11. 
    Strijdbaar en actief senator voor Groenlinks, die tijdens zijn vierjarige Eerste Kamerlidmaatschap liefst achtenveertig moties (mede)indiende. Voordien was hij ruim acht jaar wethouder in Leiden, onder meer van milieu en sociale zaken. In de Eerste Kamer sprak hij geregeld over economische zaken, de Antillen, volkshuisvesting, sociale zaken en binnenlands bestuur. Tevens was hij financieel woordvoerder. Buiten de politiek onder meer actief als voorzitter van de Woonbond en van de Landelijke Cliëntenraad sociale zekerheid.
     
  • 12. 
    Deskundige op het gebied van sociale zekerheid en als zodanig acht jaar een actief lid van de Eerste Kamer voor de PvdA. Voerde daarnaast geregeld het woord over onderwerpen op het gebied van financiën en economische zaken, zoals bij de behandeling van de verworpen Aanbestedingswet. Voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Tijdens zijn loopbaan directeur van de sociale dienst en van de dienst Stadsbeheer in Den Haag, en vervolgens algemeen directeur van uitvoeringsinstelling USZO en voorzitter van de directie van Loyalis NV. Was voorts gewestelijk voorzitter van de PvdA in Zuid-Holland.
     
  • 13. 
    Doortastende CDA-politica uit Maastricht, die een vooraanstaande rol speelde als vicefractievoorzitter en minister. Begon haar loopbaan als lerares en was later directeur van het technologiecentrum Limburg. In Maastricht was zij raadslid en daarna elf jaar Tweede Kamerlid voor het CDA. In de Tweede Kamer hield zij zich onder meer bezig met bestuurlijke organisatie en voortgezet onderwijs. Dong enkele keren vergeefs naar het voorzitterschap van de Tweede Kamer, maar was wel ondervoorzitter. Als minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap in de kabinetten-Balkenende I-III zette zij zich in voor grotere beleidsvrijheid voor scholen, terugdringing van regeldruk en het tegengaan van schooluitval. Tijdens haar ministerschap van Economische Zaken in het kabinet-Balkenende IV werd het thema energietransitie actueel. In 2011-2015 was zij executive director van het Internationaal Energie Agentschap.
     
  • 14. 
    SP-Eerste Kamerlid in twee perioden, eerst in 2007-2015 en daarna in 2018-2019. Docent economie aan de Universiteit van Amsterdam en directeur van de masteropleiding aan deze universiteit en een internationaal erkend Marx-expert. Schreef een handzame samenvatting van Das Kapital. In de Eerste Kamer was hij woordvoerder financiën en economische zaken en in debatten daarover hield hij altijd gedegen, wetenschappelijk onderbouwde bijdragen, vaak gebruikmakend van cijfers en tabellen.
     
  • 15. 
    Friese sociaaldemocrate die, na in het jeugd- en cultureel werk en de kinderopvang actief te zijn geweest, bestuurder van Leeuwarden werd. Na negen jaar wethouderschap werd zij in 1995 burgemeester van Winschoten en veertien jaar later gedeputeerde van Drenthe. Kwam na haar vertrek daar in 2011 voor de PvdA in de Eerste Kamer en bleef dat met een onderbreking van twee jaar tot en met 2019. Was enige tijd voorzitter van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken, Defensie en Ontwikkelingssamenwerking en sprak onder meer over justitie, defensie en huurwetgeving. Tijdens haar Eerste Kamerlidmaatschap waarnemend burgemeester van De Wolden, van Marum, en in 2013-2015 van het Groningse Haren. In 2021-2022 was zij opnieuw waarnemend burgemeester van De Wolden.
     
  • 16. 
    Marjolein Faber (1960) was van 2 juli 2024 tot en met 3 juni 2025 minister van Asiel en Migratie in het kabinet-Schoof. Van 6 december 2023 tot 2 juli 2024 was zij Tweede Kamerlid voor de PVV. Daarvoor was zij van 7 juni 2011 tot 6 december 2023 Eerste Kamerlid voor de PVV en vanaf juni 2014 fractievoorzitter. Zij was tevens lid (en PVV-fractievoorzitter) van Provinciale Staten van Gelderland. Zij was eerder laborante en werkzaam als IT-specialist. Als Tweede Kamerlid hield mevrouw Faber zich bezig met strafrecht en beleid mensenhandel.
     
  • 17. 
    Peter Ester (1953-2022) was van 7 juni 2011 tot zijn overlijden op 11 december 2022 Eerste Kamerlid voor de ChristenUnie. Hij was lector arbeidsmarktvraagstukken en innovatief ondernemerschap aan de Hogeschool Rotterdam. Daarvoor was hij onder meer hoogleraar sociologie in Tilburg, directeur van onderzoeksinstituten, gasthoogleraar in de VS en plaatsvervangend kroonlid van de SER. In de Eerste Kamer hield hij zich bezig met sociale zaken en werkgelegenheid, financiën en Koninkrijksrelaties.
     
  • 18. 
    Marijke Vos (1957) was van 7 juni 2011 tot 26 september 2018 Eerste Kamerlid voor GroenLinks. Sinds 1 oktober 2018 is zij staatsraad in de Afdeling advisering. Zij werkte eerder onder meer als educatief medewerker bij Milieudefensie en als docent milieukunde aan de Universiteit Leiden en was in 1990-1994 voorzitter van GroenLinks. In de Tweede Kamer, waarin zij in 1994 zitting kreeg, hield zij zich onder meer bezig met milieu, asielbeleid, landbouw en natuurbehoud. Trad ook enige tijd op als waarnemend fractievoorzitter. Mevrouw Vos was voorts voorzitter van de parlementaire enquêtecommissie bouwnijverheid. Van april 2006 tot mei 2010 was zij wethouder van Amsterdam. In de Eerste Kamer was zij woordvoerdster infrastructuur, milieu, economische zaken en financiën.
     
  • 19. 
    D66-politicus die spoedig een gewaardeerd Tweede Kamerlid werd en in 1998 minister zonder portefeuille in het kabinet-Kok II belast met grotesteden-, integratie- en overheidscommunicatiebeleid. Was voor hij in de politiek kwam werkzaam bij de VNG, organisatie-adviseur, interim-manager en vicevoorzitter van de landelijke stichting projecten opvang asielzoekers. In de Kamer woordvoerder volksgezondheid en minderhedenbeleid en vicefractievoorzitter. Bracht een initiatiefwet tot stand over de aanstellingskeuring. Als minister net zo vlot en gewoon in de omgang als hij dat als Kamerlid was. Verliet de politiek na de verkiezingsnederlaag van 'paars' in 2002. Sinds 2003 was hij werkzaam bij zorgverzekeraar Menzis Zorg en daarvan was hij in 2004-2015 bestuursvoorzitter. Was daarna vijf jaar president-directeur van de Nederlandse Spoorwegen.
     
  • 20. 
    Landbouwer, waterstaatsbestuurder en filosoof in de VVD-Eerste Kamerfractie, waarvan hij twaalf jaar deel uitmaakte. Werd in 1986 dijkgraaf van het waterschap Noordoostpolder en was later voorzitter van een zuiveringsschap en twaalf jaar dijkgraaf van het waterschap Groot-Salland. Doceerde filosofie en was zes jaar voorzitter van de Unie van Waterschappen. Als Kamerlid hield hij zich onder meer bezig met landbouw, natuur, ontwikkelingssamenwerking en Europese Zaken. Schreef kritisch over populisme en kwam op tegen ondermijning van de rechtsstaat. Was hoogleraar in Wageningen en Delft.
     
  • 21. 
    Gepensioneerde hoogleraar scheikunde aan de Vrije Universiteit, die in 2011 voor OSF in de Eerste Kamer kwam. Hield zich in de Eerste Kamer met vele onderwerpen bezig. Was als OSF'er tevens nauw verbonden met 50PLUS, waarvan hij bestuurder was, tot het in 2012 na een conflict met Jan Nagel tot een breuk kwam. Kort voor de verkiezingen van 2015 brak hij ook met de OSF, waarna hij als zelfstandige eenmansfractie doorging. Een rol als eenling leek voor hem, als wetenschapper en onafhankelijk denker, ook het best passend. Bij interrupties moest de Voorzitter hem geregeld vragen enige bondigheid in acht te nemen. Was in 2009-2011 tevens voorzitter van de Nederlandse Bond voor Pensioenbelangen.