28495 - Initiatiefvoorstel opheffing verjaringstermijn bij zeer ernstige delicten

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Dit wetsvoorstel werd op 30 juli 2002 aanhangig gemaakt door de Tweede Kamerleden Dittrich (D66)1 en Rietkerk (CDA)2 en werd laatstelijk verdedigd door het Tweede Kamerlid Dittrich en Van Haersma Buma (CDA)3.

 

Dit voorstel is gebaseerd op de overweging, dat het wenselijk is in het Wetboek van Strafrecht de verjaringstermijn voor de vervolging van moord en enkele andere misdrijven te schrappen en de verjaringstermijn voor enige andere misdrijven te verlengen en enkele aanpassingen door te voeren in de regeling omtrent de stuiting van de vervolgingsverjaring en de regeling van de strafverjaringstermijn.

Inhoudsopgave

  1. Volledige titel
  2. Nota's van wijziging en amendementen
  3. Documenten
  4. Disclaimer
  5. Uitgebreide versie
  6. Parlementaire Monitor

1.

Volledige titel

Voorstel van wet van de leden Dittrich en Van Haersma Buma tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht in verband met het vervallen van de verjaringstermijn voor de vervolging van moord en enkele andere misdrijven alsmede enige aanpassingen van de regeling van de verjaring en de stuiting van de verjaring en de regeling van de strafverjaringstermijn (opheffing verjaringstermijn bij zeer ernstige delicten)

2.

Nota's van wijziging en amendementen

Bij dit wetsvoorstel werden drie amendementen ingediend.

3.

Documenten

(22 stuks)

2 30 juli 2002, geleidende brief, nr. 1     KST63042
Geleidende brief bij het wetsvoorstel - Voorstel van wet van de leden Dittrich en Rietkerk tot wijziging van het wetboek van strafrecht in verband met het vervallen van de verjaringstermijn voor de vervolging van moord, doodslag en enkele andere misdrijven alsmede enkele aanpassingen van de regeling van de stuiting van de verjaring en de regeling van de strafverjaringstermijn
publicatie: 1 augustus 2002
 
2 30 juli 2002, voorstel van wet, nr. 2     KST63043
Voorstel van wet - Voorstel van wet van de leden Dittrich en Rietkerk tot wijziging van het wetboek van strafrecht in verband met het vervallen van de verjaringstermijn voor de vervolging van moord, doodslag en enkele andere misdrijven alsmede enkele aanpassingen van de regeling van de stuiting van de verjaring en de regeling van de strafverjaringstermijn
publicatie: 1 augustus 2002
 
2 30 juli 2002, memorie van toelichting, nr. 3     KST63044
Memorie van toelichting - Voorstel van wet van de leden Dittrich en Rietkerk tot wijziging van het wetboek van strafrecht in verband met het vervallen van de verjaringstermijn voor de vervolging van moord, doodslag en enkele andere misdrijven alsmede enkele aanpassingen van de regeling van de stuiting van de verjaring en de regeling van de strafverjaringstermijn
publicatie: 1 augustus 2002
 

4.

Disclaimer

Dit dossier is automatisch samengesteld. Aan de technische programmering is veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.

5.

Uitgebreide versie

Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met het inleidende gedeelte van de memorie van toelichting, alle documenten in dit dossier, een overzicht van door dit wetsvoorstel gewijzigde wetten, een overzicht van Kamerleden en bewindslieden die bij de behandeling van dit dossier het woord hebben gevoerd en een overzicht van verwante dossiers.

De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de Parlementaire Monitor van PDC Informatie Architectuur.

6.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.


  • 1. 
    Boris Dittrich (1955) is sinds 11 juni 2019 lid van de D66-Eerste Kamerfractie. Hij was eerder in de jaren 1994-2006 Tweede Kamerlid. In de periode 2003-2006 was hij fractievoorzitter. Voor hij Kamerlid werd, was hij advocaat en rechter bij de Arrondissementsrechtbank Alkmaar. In de Kamer hield hij zich aanvankelijk vooral bezig met justitie en later ook met terreinen als werkgelegenheid, Antilliaanse zaken, medisch-ethische zaken, cultuur, ontwikkelingssamenwerking, politie en integratie. Zette zich volop in voor de rechten van homo's en bracht vier initiatiefwetten tot stand. Na zijn Tweede Kamerlidmaatschap werkte hij bij Human Rights Watch. Is als Eerste Kamerlid woordvoerder justitie, binnenlandse zaken en asiel en Koninkrijksrelaties.
     
  • 2. 
    Theo Rietkerk (1962) is sinds 11 juni 2019 lid van de CDA-Eerste Kamerfractie. In de periode 1998-2003 was hij Tweede Kamerlid en toen woordvoerder politie, criminaliteitsbestrijding en veiligheid. Hij was tevens fractiesecretaris. Voor hij Kamerlid werd, was de heer Rietkerk algemeen juridisch medewerker landelijk gebied van de provincie Overijssel en projectleider plattelandsvernieuwing. In 2003-2014 was hij lid van Gedeputeerde Staten van Overijssel belast met onder andere de thema's ruimte, economie, energie, wonen en milieu. Sinds 1 november 2014 is hij bestuursvoorzitter van een onderwijsorganisatie. Als Kamerlid houdt hij zich onder meer bezig met infrastructuur en waterstaat en is hij voorzitter van de vaste commissie voor OCW.
     
  • 3. 
    Sybrand van Haersma Buma (1965) is sinds 26 augustus 2019 burgemeester van Leeuwarden. Hij was van 12 oktober 2010 tot 21 mei 2019 fractievoorzitter van het CDA in de Tweede Kamer en van 23 mei 2002 tot 29 mei 2019 Tweede Kamerlid. Bij de verkiezingen in van 2012 en 2017 was hij lijsttrekker van het CDA. De heer Buma was beleidsmedewerker justitie en plaatsvervangend ambtelijk secretaris van de CDA-Tweede Kamerfractie. In de Tweede Kamer hield hij zich tot hij fractievoorzitter werd vooral bezig met justitie (veiligheidsbeleid). Hij was fractiesecretaris en had zitting in het Presidium van de Kamer.
     
  • 4. 
    Jurist en PvdA-politicus en -bestuurder. Begon zijn loopbaan bij de rechtelijke macht en was rechter in Amsterdam en vicepresident van de rechtbank in Haarlem. Kwam in mei 2002 als één van de weinige nieuwkomers in de PvdA-fractie en ontpopte zich daar snel als een gewaardeerde justitie-woordvoerder. Sprak onder meer over strafrecht, terrorismebestrijding, rechtshandhaving, het Openbaar Ministerie en personenrecht en diende enkele initiatiefvoorstellen in. Hield zich ook bezig met Koninkrijksaangelegenheden. Werd in 2008 burgemeester van Utrecht, maar zag na zes jaar af van een tweede termijn. Sinds 1 augustus 2016 is hij voorzitter van de Autoriteit Persoonsgegevens.
     
  • 5. 
    Charmante en talentvolle VVD-politica, als Tweede Kamerlid actief op het gebied van justitie, veiligheid en constitutionele zaken. Was voor zij Kamerlid werd senior beleidsadviseur bij het directoraat-generaal rechtshandhaving van het ministerie van Justitie. In juni 2005 maakte zij de overstap naar het wethouderschap in Amsterdam, maar door de verkiezingsnederlaag van haar partij kwam daaraan spoedig een einde. Keerde toen terug naar de Tweede Kamer. Was uitstekend in staat om vraagstukken helder te verwoorden. Was in 2012-2017 staatsraad. Sinds 2022 is zij lid van de Kiesraad.
     
  • 6. 
    Joost Eerdmans (1971) is sinds 31 maart 2021 lid van de Tweede Kamerfractie van JA21. Hij is fractievoorzitter en politiek leider. De heer Eerdmans was secretaris van burgemeester Opstelten van Rotterdam en kwam in 2002 voor de LPF in de Tweede Kamer. Voor de verkiezingen van 2006 stapte hij over naar Eén NL. Toen die partij geen zetel haalde, kwam er vrij onverwacht een einde aan zijn Kamerlidmaatschap. In 2009-2014 was hij wethouder van Capelle aan den IJssel en in 2014-2018 wethouder in Rotterdam namens Leefbaar Rotterdam. In de aanloop naar de verkiezingen van 2021 werd hij adviseur van Thierry Baudet, maar in november 2020 kwam het tot een breuk met FVD.
     
  • 7. 
    Voorman van de ChristenUnie, die zijn partij in 2007 in het kabinet-Balkenende IV tot regeringsdeelname bracht. Hijzelf was in dat kabinet minister voor Jeugd en Gezin en viceminister-president. Maakte zich sterk voor betere toegankelijkheid van gezinsondersteuning. Werd in november 2002 als jonge jurist politiek leider van zijn partij, na in 1994 voor de RPF Tweede Kamerlid te zijn geworden. Verwierf snel gezag als goed debater en vanwege zijn dossierkennis. Hij was voordien vijf jaar directeur van de Marnix van Sint Aldegonde Stichting, het wetenschappelijk bureau van de RPF. In 2010 was hij tevens acht maanden minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. In april 2011 verliet hij de politiek om voorzitter van Zorgverzekeraars Nederland te worden.
     
  • 8. 
    Spraakmakende en welbespraakte politica van D66, die na lid van het Europees Parlement te zijn geweest een niet onopgemerkte Tweede Kamerperiode doormaakte. Groeide op in het buitenland en was al tijdens haar studie sterk internationaal georiënteerd. Werkte bij de Europese Commissie en was medewerker van Eurocommissaris Van den Broek. Zowel in het Europees Parlement als in de Kamer zette zij zich in voor burgerlijke vrijheden, privacy en de rechten van homo's. Tevens was zij voorzitter van de themacommissie technologiebeleid. Volgde begin 2006 Dittrich op als fractievoorzitter van D66, maar verloor later de strijd om het leiderschap van Pechtold. Zag toen af van een nieuwe termijn als Kamerlid.
     
  • 9. 
    Voormalige officier van justitie, die met een korte onderbreking tussen 2002 en eind 2006 Tweede Kamerlid voor het CDA was. Werkte, voor hij officier werd, als belastinginspecteur. Was raadslid in zijn woonplaats Breda, fractievoorzitter en twee jaar wethouder. Woordvoerder asielbeleid in de Kamer en daarnaast fractiespecialist terrorismebestrijding en woordvoerder Antilliaanse zaken. Kreeg het in lastige debatten over uitvoering van het asielbeleid soms zwaar te verduren. Stond bekend om zijn muzikaliteit; speelde piano en bekleedde in de muziekwereld enkele bestuursfuncties.
     
  • 10. 
    Piet Hein Donner (1948) was van 1 februari 2012 tot 1 november 2018 vicepresident van de Raad van State. Hij was van 22 juli 2002 tot 21 september 2006 minister van Justitie, van 22 februari 2007 tot 14 oktober 2010 minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van 14 oktober 2010 tot 16 december 2011 minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Daarvoor was de heer Donner onder meer voorzitter van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid en lid van de Raad van State (1998-2002). In 2001-2002 leidde hij een commissie die adviseerde over de WAO-problematiek en in 2002 en 2003 trad hij op als informateur. In de periode november 2006-februari 2007 was hij Tweede Kamerlid voor het CDA. Sinds december 2018 is hij minister van staat.
     
  • 11. 
    Erudiete telg uit katholieke Unileverfamilie. Aanvankelijk actief op de linkervleugel van de KVP in Amsterdam en in 1968 medeoprichter van de PPR, voor welke partij hij in 1972-1975 Tweede Kamerlid was. Vanaf 1975 tien jaar voorzitter van de NOS en vervolgens hoogleraar staatsrecht en parlementsrecht. Stapte later over naar de PvdA en werd ook voor die partij Tweede Kamerlid en vervolgens een vooraanstaand lid (en ondervoorzitter) van de Eerste Kamer. Hoffelijke politicus die betrokken was bij uiteenlopende culturele en maatschappelijke activiteiten. Gezaghebbend woordvoerder staatsrecht, mediarecht en Europese samenwerking en als lid van de parlementaire vergadering van de Raad van Europa actief verdediger van burgerlijke vrijheden. Bediende zich in debatten graag van Latijnse zegswijzen.
     
  • 12. 
    Brabantse jurist en planoloog die in twee perioden Eerste Kamerlid voor het CDA was; eerst in 1983-1995 en daarna in de periode 2003-2007. Zoon van een gemeentebestuurder (wethouder en burgemeester). Werkte als ambtenaar op Defensie en was daarna advocaat bij een gerenommeerd Rotterdams advocatenkantoor. Defensie en justitie waren ook de terreinen waarmee hij zich in de Senaat bezighield. Vooral zijn gedegen juridische inbreng, in geschrift en woord, bij de voorbereiding en behandeling van een groot aantal wetsvoorstellen op justitieel gebied viel op.
     
  • 13. 
    Bescheiden, principiële, pijprokende jurist uit Uddel op de Veluwe, die vijfentwintig jaar een alom gerespecteerd Eerste Kamerlid voor de SGP was. Kwam uit een boerengezin. Hij combineerde het Eerste Kamerlidmaatschap achtendertig jaar met de functie van beleidsmedewerker van de SGP-Tweede Kamerfractie. Was daarnaast geruime tijd Statenlid in Gelderland. Als lid van een kleine fractie, één periode zelfs een eenmansfractie, woordvoerder bij honderden kamerdossiers. Hoewel zijn stem in de Senaat soms de doorslag kon geven, stelde hij zich altijd nuchter en zakelijk op.
     
  • 14. 
    VVD-politicus en bestuurskundige, die een belangrijke rol speelde tijdens de formatie 2010 en daarna minister van Buitenlandse Zaken werd in het kabinet-Rutte I. Autoriteit op het gebied van veiligheids- en crisismanagement en oprichter van COT Instituut voor Veiligheids- en Crisismanagement BV. In Rotterdam en Leiden hoogleraar bestuurskunde en elf jaar Eerste Kamerlid voor de VVD, waarvan vijf jaar fractievoorzitter. Ondernam in 2010 met Wallage tevergeefs pogingen om een Paars kabinet te vormen, met GroenLinks als vierde partij. Zijn ministerschap verliep moeizaam. Had geen al te goede relatie met zijn ambtenaren. Hij kreeg verder onder meer te maken met de terechtstelling van Iraans-Nederlandse in Iran. Verdedigde met succes deelname aan missies in Afghanistan, Libië en Zuid-Soedan en zette zich in voor een vrij internet.
     
  • 15. 
    Tiny Kox (1953) was van 10 juni 2003 tot 13 februari 2024 Eerste Kamerlid voor de SP. Hij was tot 25 januari 2022 fractievoorzitter. De heer Kox was redacteur van partijblad De Tribune en van 1994 tot mei 2003 partijsecretaris. Hij maakte deel uit van de delegatie naar de parlementaire assemblee van de Raad van Europa in de groepering Verenigd Europees Links. Van januari 2022 tot januari 2024 was hij voorzitter van dat parlement. Behalve met algemeen beleid hield de heer Kox zich als Eerste Kamerlid bezig met sociale zaken, binnenlandse zaken en immigratie en asiel.
     
  • 16. 
    Rechtsgeleerde van D66-huize die als wetenschapper en politicus in de voetstappen van zijn leermeester Jan Vis stapte. Was docent staatsrecht en later bijzonder hoogleraar gemeenterecht/gemeentekunde (Thorbecke-leerstoel) in Leiden en bijzonder hoogleraar 'rechten decentrale overheden' (Oppenheim-leerstoeel) in Groningen. Kwam in 2004 in de Eerste Kamer en werd in 2010 fractievoorzitter, een functie die hij in 2018-2019 nog eens bekleedde. Sprak veelvuldig in debatten over binnenlands bestuur en constitutioneel bestel, maar ook over justitiële onderwerpen, zorg en integratie. Was voorzitter van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Hoge Colleges van Staat/Algemene Zaken en Huis der Koningin. Van september 2018 tot 1 januari 2021 was hij waarnemend burgemeester van Loppersum.