Begroting
Een begroting is een overzicht van de verwachte inkomsten en uitgaven in een bepaalde periode. Hoe komt de begroting van ons land, de rijksbegroting tot stand? Onderwerpen als de begrotingscyclus, het begrotingsstelsel en het begrotingsbeleid en het budgetrecht van de Tweede Kamer1 spelen hierbij een rol.
-
Budgetrecht
Het samenstel van parlementaire rechten op het gebied van de Rijksbegroting2 wordt budgetrecht of begrotingsrecht genoemd. Zo moeten begrotingswetsvoorstellen (wijzigingsvoorstellen daarvoor) worden goedgekeurd door de Tweede en Eerste Kamer. Het kabinet3 is het parlement ook achteraf verantwoording schuldig over het gevoerde begrotingsbeleid. In tegenstelling tot de Eerste Kamer4 kan de Tweede Kamer1 de begrotingen ook zelf wijzigen (amenderen).
-
Rijksbegroting
In de Rijksbegroting staan de verwachte verplichtingen, uitgaven en ontvangsten van de rijksoverheid voor het komende jaar. De Rijksbegroting bestaat in feite uit een aantal afzonderlijke begrotingen (begrotingsstaten en toelichtingen), per ministerie5 en voor specifieke fondsen.
-
Begrotingscyclus
In de Rijksbegroting2 staan de verwachte verplichtingen, uitgaven en ontvangsten van de rijksoverheid voor het komende jaar. De Rijksbegroting bestaat in feite uit een aantal afzonderlijke begrotingen, vooral per ministerie5. Al deze begrotingen moeten worden voorbereid, uitgevoerd en afgesloten en tenslotte verantwoord.
-
Begrotingsbehandeling
Na een begrotingsvoorbereiding6 van ruim een jaar wordt de Rijksbegroting2 en de Miljoenennota7 voor het volgende jaar aan de Tweede Kamer aangeboden. Dit gebeurt op Prinsjesdag nadat de koning(in) de Troonrede heeft voorgelezen. Anders dan bij gewone wetsvoorstellen, die per post naar de Tweede Kamer worden gestuurd, overhandigt de minister van Financiën tijdens een vergadering van de Tweede Kamer de begrotingsvoorstellen in een 'koffertje' aan de voorzitter. Tevens houdt hij of zij daarbij een korte aanbiedingsspeech.
-
Historische ontwikkeling begrotingsbeleid
De eerste Miljoenennota7 werd op 18 september 1906, ter vervanging van de zogenaamde 'millioenenrede', aan het parlement aangeboden door minister De Meester8. De aanbieding van de Miljoenennota is sindsdien uitgegroeid tot een vaste traditie. Het begrotingsbeleid is in al die jaren echter gestoeld geweest op uiteenlopende systemen en begrotingsnormen, zoals de gulden financieringsregel, de Zijlstranorm, een feitelijk tekortnorm en de Zalmnorm.
- 1.De Tweede Kamer is deel van de volksvertegenwoordiging. Zij speelt een belangrijke rol bij de totstandkoming van wetten, controleert de regering en beslist over de vraag of een kabinet (of bewindspersoon) genoeg vertrouwen heeft.
- 2.In de Rijksbegroting staan de verwachte verplichtingen, uitgaven en ontvangsten van de rijksoverheid voor het komende jaar. De Rijksbegroting bestaat in feite uit een aantal afzonderlijke begrotingen (begrotingsstaten en toelichtingen), per ministerie en voor specifieke fondsen.
- 3.Met het begrip kabinet worden alle ministers en staatssecretarissen bedoeld. Een kabinet wordt genoemd naar de minister-president, bijvoorbeeld het kabinet-Drees of het kabinet-Kok. In het spraakgebruik worden de begrippen regering en kabinet vaak door elkaar gebruikt. Strikt genomen, is er echter een verschil tussen beide. Met de term 'regering' duiden we het staatshoofd (koning of koningin) samen met de ministers aan.
- 4.De Eerste Kamer is deel van de volksvertegenwoordiging en heeft met name een rol op wetgevend gebied. Over een wetsvoorstel moet, als de Tweede Kamer het heeft aangenomen, ook door de Eerste Kamer worden gestemd. De Eerste Kamer kan een wetsvoorstel nog tegenhouden.
- 5.De voorbereiding van beleid, wetten en regelingen vindt plaats op een ministerie (ook wel: departement). Ook bij het uitvoeren en controleren hiervan hebben ministeries een belangrijke taak, maar soms gebeurt dat ook door intern of extern verzelfstandigde organisaties of door rechtspersonen met een wettelijke taak.
- 6.De ministeries starten de begrotingsvoorbereiding ruim een jaar voor het begin van het betreffende begrotingsjaar. In het voorjaar neemt de ministerraad op basis van de Kaderbrief de belangrijkste beslissingen over de begroting van het volgende jaar. In de loop van het voorjaar en in de zomer worden de begrotingsplannen verder uitgewerkt. Op Prinjesdag, op de derde dinsdag van september, worden de begroting en de Miljoenennota voor het volgende jaar gepresenteerd.
- 7.De Miljoenennota geeft een overzicht van het budgettaire beleid van het kabinet voor het komende begrotingsjaar, inclusief meerjarenramingen. In de vorm van Vermoedelijke Uitkomsten bevat de Miljoenennota tevens geactualiseerde ramingen over de lopende begroting. De Miljoenennota wordt jaarlijks op de derde dinsdag in september (Prinsjesdag) door de minister van Financiën aangeboden aan het parlement.
- 8.Tamelijk onbekende Indische bestuurder, die in 1905 leider werd van een door Goeman Borgesius geformeerd liberaal minderheidskabinet ('een kabinet van kraakporselein'). Was voordien gemeentesecretaris van Groningen en hoofd van de Generale Thesaurie. Aan het kabinet-De Meester - ook wel 'de Staalmeesters' genoemd - kwam na tweeënhalf jaar een einde, nadat in 1907 minister van Oorlog Staal al had moeten aftreden na een eerste kabinetscrisis. Was als kabinetsleider wel gerespecteerd, maar weinig gezagvol. Nadien een vooraanstaand Tweede Kamerlid (en fractievoorzitter), en verder gemeenteraadslid in Den Haag en politiek redacteur van de liberale krant Het Vaderland. Hij eindigde zijn loopbaan als staatsraad.