Lijsttrekker van een partij
Een lijsttrekker is de nummer één op de kandidatenlijst1 van een politieke partij2 voor de verkiezingen. In de aanloop naar Tweede Kamerverkiezingen3 berust het politiek leiderschap4 bij de lijsttrekker van een partij.
Een bijzondere situatie deed zich voor in 1994, toen Ina Brouwer5 en Mohamed Rabbae6 bij GroenLinks optraden als duolijsttrekker. Eerder, in 1986, stonden bij de PvdA zowel lijsttrekker Joop den Uyl7 als nummer twee Wim Kok8 op de verkiezingsaffiches. In 2017 stond D66 lijsttrekker Alexander Pechtold9 samen met de nummer vier op de lijst Pia Dijkstra10 op de affiche.
Inhoudsopgave
De manier waarop politieke partijen hun lijsttrekker aanwijzen, verschilt per partij. In het algemeen kiezen de partijleden de lijsttrekker, maar de procedures hiervoor lopen nogal uiteen. Zo is bij de ene partij sprake van een 'one man, one vote' systeem, terwijl andere partijen een getrapt systeem hanteren.
Bij de meeste partijen wordt de kandidatuur voor het lijsttrekkerschap van oudsher 'voorgekookt' door de partijtop. Meestal is er niet of nauwelijks meer sprake van concurrentie tussen kandidaten. Ofwel de concurrentieslag is dan reeds in een eerder stadium op informele wijze binnen de partijtop beslecht, ofwel de kandidatuur van de zittende leider is onomstreden.
Door het toenemende belang van het fenomeen 'lijsttrekkersverkiezing' binnen politieke partijen wordt de strijd om het leiderschap in toenemende mate in het openbaar uitgevochten.
De strijd om het lijsttrekkerschap bij de VVD in 2006 tussen Mark Rutte11 en Rita Verdonk12 heeft die partij enigszins huiverig gemaakt voor deze wijze van verkiezen.
In 2012 vond zowel bij de PvdA, als bij CDA en GroenLinks een verkiezingsstrijd plaats om het lijsttrekkerschap, met meerdere kandidaten. In 2016 vond een lijsttrekkersverkiezing plaats bij de PvdA tussen Diederik Samsom13 en Lodewijk Asscher14.
In de aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen in 2021 hield het CDA een lijsttrekkersverkiezing met meerdere kandidaten. Na de eerste ronde bleven Hugo de Jonge15 en Pieter Omtzigt16 over waarbij De Jonge de tweede ronde nipt won. Na afloop werd er een onderzoek naar het computersysteem ingesteld, omdat een aantal leden na het uitbrengen van hun stem op de ene kandidaat een melding kregen dat ze op de andere kandidaat hadden gestemd. Het onderzoek bracht echter geen onregelmatigheden aan het licht. Uiteindelijk trok De Jonge zich terug en nam Wopke Hoekstra17 de rol van lijsttrekker over.
Een lijsttrekker heeft meestal een achtergrond als minister18 of als fractievoorzitter in de Tweede Kamer19. Uitzonderingen doen zich voor bij kleinere partijen of als een partij niet in de Tweede Kamer vertegenwoordigd is. Dit laatste was in 1967 het geval toen Hans van Mierlo20 lijsttrekker werd van D66, dat als nieuw opgerichte partij nog geen Kamerzetels had.
Een ander voorbeeld is de e lijsttrekker van de ChristenUnie bij de verkiezingen van 2002, Kars Veling21, die niet afkomstig was uit de Tweede, maar uit de Eerste Kamerfractie22 van zijn partij. In 1977 werd Ria Beckers23, destijds geen Kamerlid en tot 1976 partijvoorzitter, lijsttrekker van de PPR24.
Bij de verkiezingen van 15 mei 2002 deed de Lijst Pim Fortuyn25 voor het eerst mee. Deze lijst was opgericht door lijsttrekker Pim Fortuyn26, die vervolgens kandidaten voor de posities onder zich op de lijst zocht. Na de moord op Fortuyn op 6 mei 2002, bleef hij als nummer 1 op de lijst staan en hebben 1.358.942 personen op de overleden lijsttrekker gestemd.
De premierbonus
In de jaren '80 en '90 van de twintigste eeuw hebben kiezers bij verkiezingen steeds bijzonder veel vertrouwen in de zittende premier gesteld, als deze bij de verkiezingen weer lijsttrekker was. Er wordt daarom wel gesproken over de 'premierbonus' bij de verkiezingen voor de partij van de zittende minister-president27.
Dat dit effect kan afnemen of zelfs geheel kan verdwijnen, bleek in 2010 toen het CDA onder aanvoering van Jan Peter Balkenende28 een enorme verkiezingsnederlaag leed.
De premierbonus verdwijnt wanneer de zittende premier niet meer als lijsttrekker meedoet aan de verkiezingen. Zoals in het algemeen geldt dat het moeilijk is om succesvolle, oude vertrouwde gezichten op te volgen als lijsttrekker, zo is het in het bijzonder moeilijk om een premier op te volgen als lijsttrekker en politiek leider.
Zo had Elco Brinkman29 het moeilijk als opvolger van Ruud Lubbers30 bij het CDA. Bij de verkiezingen van 2002 had Ad Melkert31 weinig succes toen hij premier Kok opvolgde als lijsttrekker van de PvdA.
-
Lijsttrekkers CDA
Bij de Tweede Kamerverkiezingen van 2023 was Henri Bontenbal32 lijsttrekker. Zijn voorganger, Wopke Hoekstra, was na zijn vertrek naar de Europese Commissie niet meer beschikbaar. Bontenbal had eerder in 2023 Pieter Heerma al opgevolgd als fractievoorzitter.
-
Lijsttrekkers D66
Bij de Tweede Kamerverkiezingen van 2023 was demissionair minister Rob Jetten33 lijsttrekker van D66. Hij volgde Sigrid Kaag34 op, die in 2021 de lijst aanvoerde, maar zich niet opnieuw beschikbaar had gesteld.
-
Lijsttrekkers GroenLinks
Sinds 2015 is Jesse Klaver35 politiek leider van GroenLinks36 en hij was in 2017 en 2021 lijsttrekker. Klaver werd op 12 mei 2015 gekozen tot fractievoorzitter. Hij volgde Bram van Ojik37 op, die na de verkiezingen van 2012 Jolande Sap38 had vervangen. Voor het korte partijleiderschap van Sap, was Femke Halsema39 lijsttrekker. In 2023 was er een gezamenlijke lijst van GroenLinks en PvdA.
-
Lijsttrekkers PvdA
De PvdA nam sinds 1946 deel aan de Tweede Kamerverkiezingen. Aanvankelijk waren er meerdere lijsttrekkers, later was dat er meestal één. In 2023 was er een gezamenlijke lijst van GroenLinks en PvdA, met oud-Eurocommissaris Frans Timmermans40 (PvdA) als lijsttrekker.
-
Lijsttrekkers SGP
In 2023 was Chris Stoffer41 lijsttrekker van de SGP bij de Tweede Kamerverkiezingen. Hij was eerder dat jaar Kees van der Staaij42 al opgevolgd als fractievoorzitter. Van der Staaij was tussen 2010 en 2021 lijsttrekker van de SGP. Daarvoor was Bas van der Vlies43 dat bij de verkiezingen vanaf 1986.
-
Lijsttrekkers SP
Bij de Tweede Kamerverkiezingen 202344 was Lilian Marijnissen45 lijsttrekker. Zij was dat ook bij de verkiezingen van 2021. Daarvoor was dat in 2010, 2012 en 2017 Emile Roemer46 en voor hem Jan Marijnissen47.
-
Lijsttrekkers VVD
Bij de Tweede Kamerverkiezingen van 202344 was Dilan Yesilgöz48 lijsttrekker van de VVD. Zij werd dat nadat Mark Rutte11 in juli 2023 zijn (aanstaande) vertrek uit de politiek bekend had gemaakt.
-
Lijsttrekker Partij voor de Dieren (PvdD)
Bij de Tweede Kamerverkiezingen van maart 2021 was Esther Ouwehand49 voor het eerst lijsttrekker van de Partij voor de Dieren50. Zij was dat in 2023 opnieuw.
-
Lijsttrekker Lijsttrekker Forum voor Democratie (FvD)
Thierry Baudet51 was bij de Tweede Kamerverkiezingen in 201752, 2021 en 2023 lijsttrekker van het Forum voor Democratie53. 2017 was de eerste keer dat de partij deelnam aan de Tweede Kamerverkiezingen.
-
Lijsttrekker 50PLUS
In 2021 was Liane den Haan54 lijsttrekker van 50PLUS55. Bij de Tweede Kamerverkiezingen van 201256 en 201752 werd de lijst van 50PLUS door Henk Krol57 aangevoerd.
-
Lijsttrekker PVV
Geert Wilders58 was lijsttrekker voor de PVV59 bij de Tweede Kamerverkiezingen van 200660, 201061, 201256, 201752, 202162 en 202344. Hij was hiermee het vaakst lijsttrekker van de huidige partijen.
Vrouwen spelen pas in de recente geschiedenis een grotere rol in de nationale politiek van Nederland. Het heeft lang geduurd voordat er vrouwelijke lijsttrekkers waren en er is nog nooit een vrouwelijke premier geweest.
Er zijn verschillende lijsttrekkers 'op leeftijd' geweest. De oudste tot op heden was CHU-voorman jhr. De Savornin Lohman63, die in 1918 op 81-jarige leeftijd de lijst aanvoerde. Ook de SGP kende een aantal lijsttrekkers met respectabele leeftijd: dominee Zandt64 (in 1959 78 jaar), C.N. van Dis65 (in 1967 73 jaar), Bas van der Vlies43 (in 2006 64 jaar).
Andere 'oude' lijsttrekkers waren CHU-voorman H.W. Tilanus66 (in 1959 74 jaar), VVD-leider P.J. Oud67 (in 1959 72 jaar), Bertus Leerkes68 van de Unie 55+ (in 1994 71 jaar) en Willem Drees69, die toen hij in 1956 voor de laatste keer lijsttrekker was, 69 jaar oud was. Jan Schouten70 was in 1952 op 68-jarige leeftijd nog lijsttrekker van de ARP. In 1998 was D66-lijsttrekker Els Borst71 66 jaar.
Het fenomeen lijsttrekker is nauw verbonden met het stelsel van evenredige vertegenwoordiging72. Vóór 1918, toen Nederland een meederheidsstelsel met districten73 kende, was iedere kandidaat in feite 'lijsttrekker' in zijn eigen district.
Sinds wij evenredige vertegenwoordiging kennen, dienen politieke partijen kandidatenlijsten in. Dat hoeft overigens niet in het hele land dezelfde lijst te zijn. Nederland is bij de verkiezingen opgedeeld in kieskringen74, en iedere partij mag in al die kieskringen met een aparte lijst komen.
Lange tijd deden partijen dat dan ook, wat betekende dat partijen vaak geen landelijke lijsttrekker kenden. Een landelijke lijsttrekker kwam wel voor. Zo was Colijn75 bijvoorbeeld vóór de oorlog al landelijk lijsttrekker van de ARP76. Maar in 1967 had de KVP77, die toen de grootste partij was, nog vier lijsttrekkers: Norbert Schmelzer78 in Limburg, Cees van der Ploeg79 in Noord- en Zuid-Holland, Pierre Lardinois80 in Noord-Brabant, en Marga Klompé81 in Noord- en Oost-Nederland.
Vanaf 1971 hebben alle grote partijen een landelijke lijsttrekker. Wel kende de PvdA tot 1994 afzonderlijke kandidatenlijsten per kieskring, om er zo voor te zorgen dat alle regio's in de fractie vertegenwoordigd zouden zijn. Die lijsten hadden echter wel allemaal dezelfde nummer 1, de landelijke lijsttrekker.
Meer over
- 1.Bij de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer bepalen de kiezers hun voorkeur aan de hand van kandidatenlijsten. Deze staan op het stembiljet waarop door de kiezer zijn stem wordt uitgebracht. De kandidaatstelling en de vermelding van partijen is aan regels gebonden. Die staan in de Kieswet.
- 2.Een politieke partij is een groep van politieke geestverwanten. Politieke partijen streven vaak meer dan één doel na, zoals bevordering van werkgelegenheid, een eerlijke inkomensverdeling, een schoon milieu of het bestrijden van criminaliteit. Omdat niet iedereen deze doelen op dezelfde wijze nastreeft, zijn er meer partijen ontstaan.
- 3.De leden van de Tweede Kamer worden in principe eens in de vier jaar gekozen op basis van het stelsel van evenredige vertegenwoordiging. Ook na de val van een kabinet worden bijna altijd verkiezingen gehouden. Kiesgerechtigd zijn alle Nederlanders die op de dag van de kandidaatstelling 18 jaar of ouder zijn, mits niet het kiesrecht vanwege een veroordeling is ontnomen.
- 4.Politiek leiders treden naar buiten toe op als het 'boegbeeld' en het aanspreekpunt van hun partij. Binnen hun partij moeten zij zorgen voor politieke eensgezindheid.
- 5.Communiste die na Marcus Bakker voor de moeilijke taak stond een minder door het verleden belaste en een moderner denkende CPN neer te zetten. Werd toch vaak met dat verleden geconfronteerd. Dochter van een politiecommissaris en opgegroeid in een VVD-milieu. Werd zelf echter in Groningen, waar zij rechten studeerde, actief in het buurtwerk en de rechtshulp. In 1982 Kamerlid en in 1986 lijsttrekker van de CPN. Haar partij leed toen een nederlaag en verdween uit de Kamer. Voorstander van samenwerking met PSP en PPR. Keerde in 1989 terug als Kamerlid voor GroenLinks en was in 1994 samen met Mohamed Rabbae lijsttrekker. Verliet na de verkiezingsnederlaag de politiek en werd ambtenaar op Sociale Zaken. 'Machtspolitica' die wel werd gewaardeerd om haar persoon.
- 6.GroenLinks-politicus van Marokkaanse afkomst. Vluchtte in 1966 als student naar Nederland toen veel activisten tegen het regime van koning Hassan gevangen werden genomen. Studeerde in Amsterdam en werd later als directeur van het Nederlands Centrum Buitenlanders een belangrijk woordvoerder namens de minderheden. Koos na de Golfoorlog voor GroenLinks en was in 1994 met Ina Brouwer lijsttrekker. In de Kamer een gewaardeerd woordvoerder op onder meer onderwijsgebied. Maakte deel uit van de enquêtecommissie IRT en van het presidium van de Kamer. In 2002 werd hij vrij onverwacht op een onverkiesbare plaats gezet. Hij was na zijn Kamerlidmaatschap enige tijd wethouder van Leiden.
- 7.Gedreven PvdA-ideoloog en -politicus en econoom. Voor sommigen 'ome Joop', voor anderen de verpersoonlijking van verfoeilijk socialisme. Kwam vanuit de journalistiek in de 'denktank' van de PvdA en werd in 1956 Tweede Kamerlid. Stapte in 1962 over het wethouderschap van economische zaken in Amsterdam en stimuleerde onder andere de industrievestiging. In 1965 minister van Economische Zaken in het kabinet-Cals. Volgde in 1966 Vondeling op als partijleider. Zou tot 1986 het gezicht van de PvdA zijn. Het door hem geleide kabinet ging als het meest linkse de geschiedenis in. Kon het succes bij de verkiezingen van 1977 niet omzetten in hernieuwde regeermacht. Zijn derde optreden als minister (ditmaal van Sociale Zaken onder Van Agt) verliep teleurstellend. Ondanks herstel in 1982 bleef zijn partij buiten het kabinet. Erudiet analyticus en scherp debater, die door zijn gedrevenheid echter soms drammerig overkwam.
- 8.Minister-president die acht jaar lang een coalitie leidde met daarin de politieke tegenvoeters PvdA en VVD (de paarse kabinetten). Was van betrekkelijk eenvoudige komaf en klom via de vakbond op tot minister. Volgde in 1986 Den Uyl op als partijleider en was minister van Financiën in het derde kabinet-Lubbers. Voerde een stringent ombuigingsbeleid. Dat beleid werd onder zijn premierschap (Paars I) voortgezet en leidde tot groei van de werkgelegenheid. Kreeg als minister-president te maken met het debacle in Srebrenica en de bijna-crisis rond het huwelijk van de kroonprins. Zijn tweede kabinet was vooral in de laatste periode minder succesvol door problemen in de zorg en het onderwijs en dat leidde mede tot een verkiezingsnederlaag van de PvdA. Werd in 2003 minister van staat. Integere, resultaatgerichte en meer op samenbinden dan op bezielen ingestelde rasbestuurder. Internationaal gerespecteerd. Kon soms wat nors zijn als er in zijn ogen onterechte kritiek was.
- 9.Alexander Pechtold (1965) was in 2006-2018 fractievoorzitter en politiek leider van D66. Hij was sinds november 2006 Tweede Kamerlid. De heer Pechtold was verder van 31 maart 2005 tot 3 juli 2006 minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties. Hij is opgeleid als kunsthistoricus en werkte onder andere bij een veilinghuis. Van 1997 tot 2002 was hij wethouder in Leiden. Vanaf eind 2002 tot 2005 was hij voorzitter van D66. en in de periode 2003-2005 burgemeester van Wageningen. De heer Pechtold was enige jaren woordvoerder Europese zaken en onderwerpen rond het koninklijk huis. Verder was hij voorzitter van de vaste commissie voor Koninkrijksrelaties. Per 1 november 2019 werd hij algemeen directeur van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen.
- 10.Pia Dijkstra (1954) was van 2 februari tot 2 juli 2024 minister voor Medische Zorg in het demissionaire kabinet-Rutte IV . Eerder was zij van 2010 tot 2021 Tweede Kamerlid voor D66. Na een afgebroken studie theologie werd zij medewerkster van de IKON, de Wereldomroep en de NCRV en tussen 1988 en 2000 was zij vaste presentatrice van het acht uur-journaal van de NOS. In 2000 werd zij presentatrice van medische programma's bij de AVRO en later was zij twee jaar voorzitter van de Taskforce DeeltijdPlus. Als Kamerlid hield zij zich vooral bezig met zorg, medisch-ethische zaken en geneesmiddelenbeleid. Verder was zij vier jaar voorzitter van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken. Zette zich onder meer in voor ruimere mogelijkheden tot euthanasie ('voltooid leven').
- 11.Mark Rutte (1967) is sinds 1 oktober 2024 secretaris-generaal van de NAVO. Hij was van 14 oktober 2010 tot 2 juli 2024 minister-president en minister van Algemene Zaken. Sinds 2006 was hij politiek leider van de VVD. In 2006-2010 was de heer Rutte fractievoorzitter van de VVD in de Tweede Kamer. Hij was van 17 juni 2004 tot 28 juni 2006 staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap belast met wetenschapsbeleid, beroepsonderwijs en studiefinanciering. Daarvoor was hij bijna twee jaar staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid belast met onder andere volksverzekeringen, bijstand en arbeidsomstandigheden. De heer Rutte was eerder voorzitter van de JOVD en manager bij een werkmaatschappij van Unilever.
- 12.Spraakmakende politica in het post-Fortuyn-tijdperk. Kreeg na haar studie in Nijmegen leidinggevende functies bij onder meer het gevangeniswezen en werd in 2003 als 'buitenstaander' minister voor Vreemdelingenbeleid en Integratie in het tweede kabinet-Balkenende. Was daarna het boegbeeld van het strengere asielbeleid en greep haar toenemende populariteit aan om zich te mengen in de leiderschapsstrijd bij de VVD. Zij werd echter verslagen door Rutte, maar kreeg bij de Kamerverkiezingen in 2006 als nummer twee wel meer stemmen. Claimde toen een leidende rol in de VVD en werd later uit de fractie gezet. De door haar in 2008 opgerichte beweging 'Trots op Nederland' bleek uiteindelijk geen succes. Sinds 2022 is zij raadslid voor Hart voor Den Haag.
- 13.Uit de milieubeweging afkomstige politiek leider van de PvdA in de periode 2012-2017. Was campagneleider bij Greenpeace en directeur van een 'groen' energiebedrijf en stapte in 2003 over naar de politiek. Met Dijsselbloem en Depla één van de drie 'rode' ingenieurs in de fractie. Als Kamerlid woordvoerder duurzaamheid en later asielbeleid. Nadat hij begin 2012 via een interne verkiezing Job Cohen was opgevolgd, leidde hij zijn partij naar nieuwe regeringsdeelname in het kabinet-Rutte II. Werkte goed samen met premier Rutte en droeg sterk bij aan veel beleidsresultaten van dat kabinet, maar kon neergang van zijn partij niet keren. Nadat hij eind 2016 de strijd om het lijsttrekkerschap van Lodewijk Asscher had verloren, verliet hij de Nederlandse politiek. Stond bekend als slim, inventief, dossiertijger en vasthoudend debater. In 2019-2024 was hij kabinetschef van de Nederlandse eurocommissaris en nu voorzitter van de Raad van Commissarissen van de Gasunie.
- 14.Lodewijk Asscher (1974) was van 23 maart 2017 tot 31 maart 2021 lid van de Tweede Kamer voor de PvdA. Tot 14 januari 2021 was hij tevens fractievoorzitter, totdat hij die functie neerlegde vanwege zijn vertrek als beoogd lijsttrekker. Van 5 november 2012 tot 26 oktober 2017 was de heer Asscher vicepremier en minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in het kabinet-Rutte II. Hij was in 2006-2012 wethouder van Amsterdam (sinds 2010 was hij belast met financiën, onderwijs en jeugdbeleid). Eerder deed hij onderzoek naar communicatiegrondrechten. In 2010 was hij enige maanden waarnemend burgemeester van Amsterdam. Sinds maart 2022 is hij consultant bij organisatiebureau Van der Bunt.
- 15.Hugo de Jonge (1977) was van 5 september 2023 tot 2 juli 2024 minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in het kabinet-Rutte IV. Daarvoor was hij tussen 10 januari 2022 en 5 september 2023 minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening in dat kabinet. Daarvoor was hij viceminister-president en minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport in het kabinet-Rutte III. In dat kabinet nam hij op 19 maart 2020 de taken over van de afgetreden minister Bruins en werd hij met name verantwoordelijk voor de (medische) aanpak van de coronacrisis. De heer De Jonge was in 2010-2017 voor het CDA wethouder van onderwijs, jeugd en (sinds 2014) zorg in Rotterdam. Eerder was hij politiek assistent van de onderwijsbewindslieden Maria van der Hoeven en Marja van Bijsterveldt. Hij begon zijn loopbaan als onderwijzer en was later ook ambtenaar op OCW. Sinds 15 september 2024 is hij waarnemend commissaris van de Koning in Zeeland.
- 16.Pieter Omtzigt (1974) was met korte onderbreking vanaf 3 juni 2003 tot en met 13 mei 2025 lid van de Tweede Kamer. Vanaf 2023 was hij partijleider van het door hem opgerichte Nieuw Sociaal Contract, waarmee hij twintig zetels haalde. Voordien was hij lid van de CDA-fractie, die hij verliet na langdurig aanhoudende frictie. Stond bekend als 'dossiervreter', vooral in de toeslagenaffaire. Zette zich als econometrist verder veel in voor onderwerpen als pensioenen en belastingen. Was daarnaast actief in de Raad van Europa, namens welke hij een schandaal in Malta blootlegde. Trad in 2025 terug, nadat het na meerdere pauzes niet gelukt was te herstellen van een burn-out.
- 17.Wopke Hoekstra (1975) is sinds 9 oktober 2023 lid van de Europese Commissie, belast met klimaatactie. In de Commissie-Von der Leyen zijn klimaat en duurzame groei zijn portefeuilles. Hij was van 10 januari 2022 tot 1 september 2023 minister van Buitenlandse Zaken en viceminister-president in het kabinet-Rutte IV. Daarvoor was hij vanaf 26 oktober 2017 minister van Financiën. Bij de Tweede Kamerverkiezingen in 2021 was de heer Hoekstra lijsttrekker van het CDA. Hij was van 7 juni 2011 tot 26 oktober 2017 Eerste Kamerlid. De heer Hoekstra was consultant bij adviesbureau McKinsey en bestuurslid van het CDA-Amsterdam. Hij was voorts voorzitter van de commissie CDA-verkiezingsprogramma 2017.
- 18.Ministers zijn politiek verantwoordelijk voor een bepaald beleidsterrein. Met uitzondering van ministers zonder portefeuille geven zij politieke leiding aan een departement. Daarbij kunnen zij terzijde worden gestaan door staatssecretarissen. Een minister, meestal lid van één van de partijen die in de Tweede Kamer het kabinet steunen, moet het vertrouwen van de Tweede Kamer hebben om de functie te kunnen vervullen.
- 19.Een fractievoorzitter is de leider van zijn fractie, een groep Kamerleden van dezelfde partij. Hij of zij voert het woord bij belangrijke debatten, zoals over de regeringsverklaring en bij de algemene beschouwingen over de rijksbegroting.
- 20.Voornaamste oprichter en lange tijd voorman van D66. Was afkomstig uit een katholiek ondernemersgezin en was journalist bij het Handelsblad. Wist in 1967, na een op Amerikaanse wijze gevoerde campagne en dankzij een uitstekende p.r., zijn partij met 7 zetels in de Kamer te loodsen. Voorstander van samenwerking met de PvdA. Trad na de verkiezingsnederlaag van D66 in 1972 terug als partijleider. Keerde in 1981 terug in de politiek als minister van Defensie en in 1986 als leider van D66. Onder zijn leiding behaalde zijn partij in 1989 en 1994 zeer goede verkiezingsuitslagen. Bekroonde die tweede winst met de vorming van een 'paars' kabinet (Kok I), zonder confessionelen. Werd daarin zelf minister van Buitenlandse Zaken en vicepremier. Levensgenieter, die vele contacten in de culturele wereld had en charmante intellectueel, die mensen wist te binden.
- 21.Bescheiden, aimabele en gewaardeerde senator van het GPV en later van de ChristenUnie, waarvan hij in 2002 ook de eerste lijsttrekker werd. Als docent, rector en hoogleraar goed ingevoerd in het onderwijs. Was geïnteresseerd in toepassing van ICT, zowel in het onderwijs als op andere terreinen. Raakte na voor zijn partij teleurstellend verlopen Tweede Kamerverkiezingen oververmoeid. Toen hij niet opnieuw gekandideerd werd, trok hij zich terug uit de politiek en keerde hij terug naar het onderwijs. Was in 2011-2016 directeur van het Huis voor democratie en rechtsstaat (ProDemos).
- 22.De ChristenUnie is vanaf 27 maart 2001 ononderbroken vertegenwoordigd in de Eerste Kamer. In 1999 was er al een gezamenlijke fractie van RPF (Reformatorische Politieke Federatie) en GPV (Gereformeerd Politiek Verbond) gevormd.
- 23.Politiek leider van de PPR en later GroenLinks. Was voor zij in de politiek kwam twaalf jaar lerares klassieke talen in Haarlem en Leiden. In 1974 partijvoorzitter en in 1977 eerste vrouwelijke lijsttrekker in de Nederlandse politiek. Onder haar leiding verbrak de PPR het bondgenootschap met de PvdA en koerste de partij aan op samenwerking met PSP, CPN en EVP. Debatteerde als fractievoorzitter vaak op indringende wijze over onderwerpen als vrede en veiligheid, sociale zaken, mensenrechten en bescherming van het milieu. Na haar vertrek uit de politiek actief in besturen van milieuorganisaties. Gedreven, idealistisch en gerespecteerd politica.
- 24.De Politieke Partij Radikalen (PPR) was een radicaal-christelijke partij. De partij werd op 27 april 1968 opgericht door christenradicalen die zich hadden afgesplitst van vooral de Katholieke Volkspartij (KVP) en in mindere mate de Anti-Revolutionaire Partij (ARP). In 1991 fuseerde de PPR met CPN, EVP en PSP tot GroenLinks.
- 25.De Lijst Pim Fortuyn (LPF) werd opgericht in 2002 na de breuk tussen de lijsttrekker Pim Fortuyn en de partij Leefbaar Nederland. De oorzaak van de breuk was een aantal ongelukkig gekozen uitspraken in De Volkskrant door Fortuyn. De partij heette officieel: Politieke Vereniging Lijst Pim Fortuyn. Op 6 mei 2002 werd de politiek leider van de partij, Pim Fortuyn, vermoord. Desondanks maakte de LPF samen met CDA en VVD deel uit van het kabinet Balkenende I.
- 26.Voormalige hoogleraar en columnist die in 2001 op stormachtige wijze de politiek betrad en die op een onconventionele wijze politiek bedreef. Hedonistische, flamboyante, enigszins dandy-achtige man, die omstreden uitspraken niet schuwde, maar daarom ook fel werd bestreden. Had een grote geldingsdrang, die hem ertoe bracht de politiek in te gaan. Werd in 2001 gekozen tot lijsttrekker van Leefbaar Nederland. Zeer succesvol bij de gemeenteraadsverkiezingen in Rotterdam. Na een conflict met Leefbaar Nederland kwam hij met een eigen lijst, de Lijst Pim Fortuyn. Fel bestrijder van het 'paarse kabinet' en het 'poldermodel'. Leek af te stevenen op een grote verkiezingswinst en had ambitie om minister-president te worden. Werd kort voor de verkiezingen vermoord; een moord die de gehele politiek schokte.
- 27.De minister-president, ook wel premier genoemd, is voorzitter van de ministerraad. In die functie coördineert de premier het regeringsbeleid. De minister-president is ook de minister van Algemene Zaken. De huidige minister-president is Dick Schoof.
- 28.Zeeuwse CDA-politicus die negen jaar partijleider en acht jaar premier was. Afkomstig uit de wetenschap en partijideoloog, die eigen verantwoordelijkheid van burgers voorstond. Als Tweede Kamerlid financieel woordvoerder. Werd in 2001 onverwacht lijsttrekker van het CDA na de machtstrijd tussen De Hoop Scheffer en Van Rij. Leidde vanaf 2002 als premier kabinetten van wisselende samenstelling in een na de moord op Fortuyn politiek instabiele periode. Probeerde terugkeer van 'normen en waarden' op de politieke agenda te zetten. Nadat zijn tweede kabinet diverse hervormingen had doorgevoerd, was zijn vierde kabinet op dat punt minder daadkrachtig. Een bankencrisis werd wel bezworen. In zijn publieke optredens soms wat onhandig, maar niettemin - of juist daardoor - lange tijd populair en succesvol. De verkiezingen van 2010 verliepen voor zijn partij echter desastreus, waarna hij de politiek verliet. Sinds 2022 minister van staat.
- 29.Vooraanstaand en ambitieus CDA-politicus en partijleider. Zoon van een antirevolutionaire burgemeester. Maakte als ambtenaar snel carrière en werd op jeugdige leeftijd minister in het kabinet-Lubbers I. Voerde op nogal zakelijke wijze een bezuinigingsbeleid op het gebied van welzijn, jeugdwerk en cultuur. Bedacht de term 'zorgzame samenleving'. Bracht een nieuwe Mediawet tot stand. Werd in 1989 fractieleider van het CDA en was een kritisch volger van het kabinet-Lubbers/Kok. In 1993 aangewezen als opvolger van Lubbers en voorbestemd om premier te worden. Lubbers nam tijdens de verkiezingscampagne echter afstand van hem, er kwam kritiek op zijn manier van campagnevoeren en het CDA verloor. Verliet toen de politiek. Na 1995 een invloedrijk bestuurder, onder meer als voorzitter van de belangenorganisaties van bouwondernemingen. Was in 2011-2019 CDA-fractievoorzitter in de Eerste Kamer.
- 30.Christendemocraat die twaalf jaar minister-president was. Werd in 1973 als jonge ondernemer minister van Economische Zaken in het kabinet-Den Uyl. Na zijn ministerschap en een jaar 'gewoon' Kamerlid voorzitter van de CDA-fractie. Was vier jaar steunpilaar van het kabinet-Van Agt/Wiegel. Na het mislukte kabinet-Van Agt/Den Uyl werd hij in 1982 premier en CDA-leider. Voerde in kabinetten met de VVD een 'no-nonsense'-beleid dat zorgde voor economisch herstel en vermindering van de staatsschuld. Leidde het CDA in 1986 naar verkiezingswinst en wist die in 1989 te consolideren. Werd daarna premier van een kabinet met de PvdA. Een meester in het vinden van compromisteksten, die vaak tot stand kwamen op zijn werkkamer, het torentje. Na zijn premierschap ontging hem het voorzitterschap van de Europese Commissie en de functie secretaris-generaal van de NAVO. Werd later wel onverwacht Hoge Commissaris voor de Vluchtelingen, maar trad in 2005 voortijdig terug. Harde werker, manager.
- 31.Gewiekste en ambitieuze PvdA-politicus die in 2002 Wim Kok opvolgde als partijleider, maar direct na de verkiezingsnederlaag aftrad. Aanvankelijk actief in de PPR en begin jaren tachtig secretaris van een jeugdforum. Stapte in 1982 over naar de PvdA en kwam voor die partij in 1986 in de Tweede Kamer. Spoedig een vooraanstaand lid en vanaf 1989 financieel woordvoerder. Kruiste in het eerste kabinet-Kok als minister van Sociale Zaken regelmatig de degens met minister van Financiën Zalm. Als fractievoorzitter hield hij strak de hand aan de fractiediscipline. Had het imago van carrièrepoliticus en bond daardoor moeilijk kiezers aan zich. Bète noire voor de aanhangers van Fortuyn. Na zijn vertrek uit de Haagse politiek werkzaam bij de Wereldbank, vicepresident van het Ontwikkelingsprogramma van de VN en in 2009-2011 VN-gezant voor Irak. Maakte in 2016-2022 deel uit van de Afdeling advisering van de Raad van State.
- 32.Henri Bontenbal (1982) is sinds 18 januari 2022 lid van de Tweede Kamerfractie van het CDA en sinds 5 september 2023 fractievoorzitter. Eerder verving hij van 29 september 2021 tot 28 december 2021 Harry van der Molen, die met ziekteverlof was, en daarvoor van 1 juni 2021 tot 15 september 2021 Pieter Omtzigt. De heer Bontenbal is natuurkundige en was werkzaam als strategy consultant bij netbeheerder Stedin. Hij legt zich al jaren toe op duurzaamheid, energie en milieu, onder andere als medewerker van het Wetenschappelijk Instituut voor het CDA. Als Kamerlid houdt hij zich daarmee ook bezig en daarnaast met het algemene kabinetsbeleid, Europa en migratie en asiel.
- 33.Rob Jetten (1987) is sinds 23 november 2023 voorzitter van de D66-fractie in de Tweede Kamer. Hij is sinds 6 december 2023 Tweede Kamerlid. Daarvoor was hij dat van 23 maart 2017 tot 10 januari 2022. Van 9 oktober 2018 tot 8 maart 2021 en van 25 mei tot 28 september 2021 was hij eveneens voorzitter van D66 in de Tweede Kamer. Van 10 januari 2022 tot 2 juli 2024 was de heer Jetten minister voor Klimaat en Energie in het kabinet-Rutte IV en van 12 januari tot 2 juli 2024 tevens vicepremier. Eerder was de heer Jetten gemeenteraadslid (fractievoorzitter) in Nijmegen en voorzitter van de Jonge Democraten. Hij werkte bij ProRail als regiomanager bouwmanagement in Noord-Oost Nederland. Bij de verkiezingen van 2017 en 2023 was hij lijsttrekker.
- 34.Sigrid Kaag (1961) was van 10 januari 2022 tot 8 januari 2024 minister van Financiën en viceminister-president in het kabinet-Rutte IV. Zij was eerder tot 29 mei 2021 minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en van 25 mei 2021 tot 17 september 2021 minister van Buitenlandse Zaken. Van 31 maart 2021 tot 10 januari 2022 was zij Tweede Kamerlid en in 2020-2023 was zij politiek leider van D66. Mevrouw Kaag was voor haar ministerschap diplomate bij de VN. Sinds januari 2015 was zij VN-coördinator in Libanon en daarvoor onder meer betrokken bij de VN-missie ter vernietiging van chemische wapens in Syrië. Eerder werkte zij onder andere bij de VN-organisatie voor Palestijnse vluchtelingen en bij UNICEF. Mevrouw Kaag begon haar loopbaan bij Shell en het ministerie van Buitenlandse Zaken. Sinds 2024 is zij namens de VN humanitair- en wederopbouwcoördinator voor Gaza.
- 35.Jesse Klaver (1986) is sinds 17 juni 2010 Tweede Kamerlid. Tot 27 oktober 2023 was dat voor GroenLinks en sindsdien is hij lid van de Tweede Kamerfractie van GroenLinks-PvdA. Van 27 oktober 2023 tot 6 december 2023 was hij voorzitter van de gezamenlijke fracties van PvdA en GroenLinks en eerder (sinds 12 mei 2015) fractievoorzitter en politiek leider van GroenLinks. Bij de verkiezingen van 2017 en 2021 was hij lijsttrekker van GroenLinks. Jesse Klaver is sedert 17 juni 2010 lid van de Tweede Kamer. Hij was voorzitter van CNV-jongeren en was eerder voorzitter van DWARS, de jongerenorganisatie van GroenLinks. Hij is woordvoerder Europese zaken van de GL-PvdA-fractie en voorzitter van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken.
- 36.GroenLinks is een progressieve partij, die duurzaamheid hoog in het vaandel heeft. De partij werd opgericht op 24 november 1990 als fusie van de Communistische Partij van Nederland (CPN), de Evangelische Volkspartij (EVP), de Politieke Partij Radikalen (PPR) en de Pacifistisch-Socialistische Partij (PSP). GroenLinks trok samen met de PvdA op en deed met een gezamenlijke lijst mee aan de Tweede Kamerverkiezingen van 22 november 2023. Frans Timmermans leidt de gezamenlijke fractie in de Tweede Kamer.
- 37.Internationaal georiënteerde politicus van de PPR en GroenLinks, die met een onderbreking van achttien jaar twee perioden Tweede Kamerlid was. Was in 1988-1990 voorzitter van de PPR en zat in 1993-1994 voor die partij in de Kamer. Speelde een belangrijke rol bij de fusie met PSP, CPN en EVP tot GroenLinks. Na zijn eerste periode als Kamerlid ambtenaar op Buitenlandse Zaken en diplomaat. Keerde in 2012 terug in de Kamer en volgde al korte tijd later Jolande Sap op als fractievoorzitter en politiek leider, om in 2015 het stokje over te geven aan Jesse Klaver. Werd in 2017 echter opnieuw voor vier jaar Kamerlid. Gerespecteerd woordvoerder op het gebied van buitenlandse zaken, vreemdelingenbeleid en (internationaal) milieubeleid, wiens bijdragen in debatten zich enerzijds kenmerkten door principiële stellingname en anderzijds door een zekere bezadigdheid en milde wijsheid.
- 38.Politica van GroenLinks die als Tweede Kamerlid snel gezag verwierf als woordvoerster op het gebied van zorg en financiën. Nadat zij in december 2010 Femke Halsema had opgevolgd als fractievoorzitter en politiek leider raakte zij echter snel omstreden, onder meer door de keuze de politiemissie in Kunduz te steunen. In 2011 was er verder een ongelukkig optreden tijdens de algemene beschouwingen en in 2012 ontstond een onplezierige strijd om het lijsttrekkerschap met Tofik Dibi. Zag het Lenteakkoord van 2012 als haar politieke hoogtepunt. Verliet kort na de verkiezingsnederlaag van haar partij de Haagse politiek. Werkte voor haar politieke loopbaan voor de Emancipatieraad en bij het ministerie van Sociale Zaken en was directeur van expertisecentrum LEEFtijd. Is nu onder meer actief op het gebied van duurzaamheid en commissaris van KPN.
- 39.Femke Halsema (1966) is sinds 12 juli 2018 burgemeester van Amsterdam. Werd in 1998, een jaar na haar breuk met de PvdA, Tweede Kamerlid voor GroenLinks en in 2002 daarvan als opvolger van Paul Rosenmöller de politiek leider. Stuurde aan op een vrijzinnig-linkse koers, maar wist in 2010 geen kabinetsdeelname te bewerkstellingen voor haar partij. Verliet in januari 2011 de politiek. Zij begon haar loopbaan na haar studie criminologie in Utrecht als universitair onderzoeker en was daarna stafmedewerker van de Wiardi Beckman Stichting. Na haar vertrek uit de Haagse politiek was zij in Tilburg bijzonder hoogleraar politiek in de 21e eeuw, publiciste en documentairemaker.
- 40.Frans Timmermans (1961) is sinds 23 november 2023 fractievoorzitter van GroenLinks-PvdA in de Tweede Kamer. Sinds 6 december 2023 is hij Tweede Kamerlid en eerder was hij dat in 1998-2007 en 2010-2012 voor de PvdA. Van 1 november 2014 tot 22 augustus 2023 was de heer Timmermans vicevoorzitter van de Europese Commissie. In de Commissie-Juncker was hij verantwoordelijk voor 'betere regulering' en duurzame ontwikkeling en in de Commissie-Von der Leyen voor de Europese Green Deal. De heer Timmermans was in 2012-2014 minister van Buitenlandse Zaken in het kabinet-Rutte II. Daarvoor was hij staatssecretaris van Buitenlandse Zaken (belast met Europese samenwerking) in het kabinet-Balkenende IV. Eerder was hij adviseur en particulier secretaris van dr. M. van der Stoel, Hoge Commissaris nationale minderheden van de OVSE.
- 41.Chris Stoffer (1974) is sinds 11 april 2018 lid van de Tweede Kamerfractie van de SGP en sinds 5 september 2023 fractievoorzitter. Sinds augustus 2023 is hij politiek leider van de SGP. De heer Stoffer was directeur netwerkmanagement bij Rijkswaterstaat, een organisatie waar hij daarvoor diverse functies bekleedde. Daarnaast was hij raadslid (fractievoorzitter) in de gemeente Nunspeet. Als Kamerlid houdt hij zich onder meer bezig met het algemene regeringsbeleid, buitenlandse zaken, onderwijs, cultuur, jeugd, infrastructuur en waterstaat, fiscale zaken en digitalisering.
- 42.Kees van der Staaij (1968) is sinds 1 juni 2024 staatsraad bij de Afdeling advisering van de Raad van State. Hij was van 19 mei 1998 tot 6 december 2023 Tweede Kamerlid voor de SGP. De heer Van der Staaij was in 2010-2023 politiek leider van de SGP. Hij was eerder adjunct-chefjurist bij de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. In de Tweede Kamer hield hij zich onder meer bezig met algemene politiek onderwerpen, veiligheid en justitie, buitenlandse zaken, Koninklijk Huis en volksgezondheid, welzijn en sport. Hij zat verder een werkgroep voor die de herziening van het Reglement van Orde van de Tweede Kamer voorbereidde en in 2021 een werkgroep over versterking van de positie van de Tweede Kamer. Bij zijn vertrek was hij de nestor van de Kamer.
- 43.Politiek voorman van de SGP, die als nestor van de Tweede Kamer gezag verwierf. Studeerde weg- en waterbouw en was werkzaam in het onderwijs. Kwam in 1981, na ruim acht jaar Statenlid in Utrecht te zijn geweest, in de Kamer. Vanaf 1986 fractievoorzitter en partijleider. Voerde in de Kamer het woord over uiteenlopende onderwerpen. Minzame, hardwerkende volksvertegenwoordiger die zich dienstbaar opstelde en geen eerzucht kende. Als nestor ontwikkelde hij zich, ondanks het tamelijk politieke isolement van zijn partij, tot het staatsrechtelijk en 'zedelijk' geweten van de Kamer. Waarschuwde geregeld tegen verruwing van de parlementaire mores.
- 44.Op 22 november 2023 waren er Tweede Kamerverkiezingen. Het ging om een vervroegde verkiezing na de val het kabinet-Rutte IV op 7 juli 2023. Tevens lag een voorstel voor over opneming van het correctief referendum in de Grondwet. Oorspronkelijk stonden de volgende verkiezingen gepland voor het voorjaar van 2025.
- 45.Van jongsaf politiek betrokken SP-politica, die zes jaar politiek leider van haar partij was. Stapte daarmee in de voetsporen van haar vader Jan Marijnissen. Werd al op zeer jonge leeftijd tot gemeenteraadslid in Oss gekozen en moest enige tijd wachten voor zij zitting kon nemen. Was later onder meer cao-onderhandelaar voor Abvakabo FNV en later FNV. Werd al na een half jaar fractievoorzitter. Was sinds haar aantreden als Kamerlid in maart 2017 tevens woordvoerder zorg van de SP-fractie. Bepleitte onder meer succes een parlementair onderzoek naar dienstverlening van en fraudebestrijding door overheidsdiensten. Vriendelijk Kamerlid, dat echter fel oppositie voerde tegen in haar ogen doorgeschoten marktwerking.
- 46.Politiek leider van de SP en lijsttrekker bij de Tweede Kamerverkiezingen in 2010, 2012 en 2017. Hij begon zijn loopbaan als onderwijzer en was wethouder van Boxmeer en voorzitter van de SP in Noord-Brabant. Werd op 30 november 2006 Tweede Kamerlid en was aanvankelijk woordvoerder verkeer en waterstaat. In 2010 volgde hij Agnes Kant op als fractievoorzitter. Was veel gemoedelijker dan zijn voorgangers Marijnissen en Kant. Kon zijn partij niet naar een herhaling van het succes in 2006 leiden, ook omdat hij in debatten wel eens werd afgetroefd. Niettemin een alom gewaardeerd strijdbaar politicus. In de periode 2018-2020 was hij waarnemend burgemeester van Heerlen en daarna tot juni 2021 in Alkmaar. Sinds 1 december 2021 is de heer Roemer commissaris van de Koning in Limburg.
- 47.Politiek voorman en lange tijd 'het gezicht' van de Socialistische Partij. Voor die partij vanaf 1994 zestien jaar Tweede Kamerlid, waarvan veertien jaar fractievoorzitter. Werd eerder, in 1975, lid van de gemeenteraad van Oss en bleef dat tot 1993 en was in 1987-1989 lid van Provinciale Staten van Noord-Brabant. Fabrieksarbeider - hij was worstmaker bij 'Unox' en constructie-bankwerker/lasser - die altijd duidelijke taal sprak. Goed debater, die een belangrijke factor was bij de groei van zijn partij in de periode tot 2006. Moest in 2008 vanwege gezondheidsproblemen voortijdig zijn leiderschap neerleggen. Hij bleef tot 2015 wel partijvoorzitter; een functie die hij sinds 1988 had.
- 48.Dilan Yeşilgöz (1977) is sinds 23 november 2023 fractievoorzitter van de VVD in de Tweede Kamer. Sinds 6 december 2023 is zij Tweede Kamerlid. Eerder was zij lid van 23 maart 2017 tot 3 september 2021. Van 10 januari 2022 tot 2 juli 2024 was mevrouw Yesigöz minister van Justitie en Veiligheid in het kabinet-Rutte IV. In het (demissionaire) kabinet-Rutte III was zij van 25 mei 2021 tot 10 januari 2022 staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat. Mevrouw Yeşilgöz was eigenaar/senior adviseur van Bureau DenW in Amsterdam en daar raadslid. Eerder was zij bestuursadviseur veiligheid en zorg van het college van B&W van Amsterdam. Zij was lijsttrekker bij de Tweede Kamerverkiezingen 2023.
- 49.Esther Ouwehand (1976) is sinds 30 november 2006 lid van de Tweede Kamerfractie van de PvdD (Partij voor de Dieren) en sinds 9 oktober 2019 fractievoorzitter en partijleider (trad als zodanig op 24 september 2023 tijdelijk terug). Mevrouw Ouwehand verving eerder van 11 oktober 2018 tot 31 januari 2019 Marianne Thieme als fractievoorzitter en nam ook in januari-mei 2012 het fractievoorzitterschap al even waar. Mevrouw Ouwehand was eerder medewerker op het partijbureau van de Partij van de Dieren. Bij de Tweede Kamerverkiezingen van 22 november 2023 was zij opnieuw lijsttrekker van haar partij.
- 50.De Partij voor de Dieren (PvdD) beschouwt dieren als de allerzwaksten in de samenleving en wil dierenwelzijn terugbrengen op de politieke agenda. Politiek leider van de Partij voor de Dieren is Esther Ouwehand . De partij werd opgericht in 2002.
- 51.Thierry Baudet (1983) is fractievoorzitter van Forum voor Democratie (FVD) in de Tweede Kamer. Hij is lid van de Tweede Kamer sinds 23 maart 2017, met een onderbreking van drie maanden in 2025. De rechtsfilosoof Baudet is publicist, journalist en opiniemaker. Hij was oprichter-directeur van Popup University en voorzitter van de denktank Forum voor Democratie en daarna partijvoorzitter. Als eurokritische denker was hij betrokken bij Burgerforum EU en bij de campagne voor een raadgevend referendum over het EU-associatieverdrag met Oekraïne. Van 6 februari tot 29 maart 2023 was hij tevens Statenlid in Noord-Holland.
- 52.Op 15 maart 2017 waren er Tweede Kamerverkiezingen. Het ging om een reguliere verkiezing na afloop van de volledige kabinetsperiode, maar er lagen ook drie grondwetsvoorstellen voor die in eerste lezing waren aanvaard door beide Kamers. Winnaars waren GroenLinks, D66, PVV en CDA, terwijl de twee regeringspartijen verloren. Voor de PvdA was dat verlies zelfs 29 zetels. De VVD bleef wel de grootste. Nieuw in de Kamer waren DENK en Forum voor Democratie.
- 53.Forum voor Democratie (FVD) werd op 25 september 2016 een politieke partij, na eerder, in februari 2015, te zijn opgericht als denktank. Kern van het programma is het invoeren van diverse vormen van directe democratie zoals referenda en gekozen bestuurders, en het versterken en/of terugwinnen van de nationale soevereiniteit. De partij keert zich tegen een gesloten bestuurscultuur. Politiek leider is Thierry Baudet.
- 54.In 2021 de verrassende lijsttrekker van 50PLUS, die echter twee maanden na haar verkiezing met die partij brak en als eenpersoonsfractie verder ging. Zij werkte eerder als manager en adviseur op het gebied van personeelswerving, was directeur van COC Nederland en directeur-bestuurder van ouderenorganisatie ANBO. Voorts zat zij in de Sociaal-Economische Raad en was zij gemeenteraadslid voor Progressief Woerden. Als Kamerlid pleitbezorger van de belangen van ouderen en van mensen met een beperking. Vond het politieke bedrijf te populistisch. Vanaf 1 november 2023 bekleedde zij een bestuursfunctie in een instelling voor kwetsbare ouderen.
- 55.50PLUS is een politieke partij die zich met name richt op de belangen van 50-plussers. De partij vindt dat deze groep onvoldoende is vertegenwoordigd in de Nederlandse politiek. De partij is opgericht in 2011 en kwam in 2012 voor het eerst in de Tweede Kamer. Op dit moment is senator Martin van Rooijen politiek leider van de partij.
- 56.Op 12 september 2012 waren er vervroegde Tweede Kamerverkiezingen. Deze waren nodig na de val van het kabinet-Rutte op 23 april 2012. De VVD won tien zetels en werd de grootste. De PvdA, met Diederik Samsom als lijsttrekker, won eveneens. Er was opnieuw verlies voor het CDA en ook de PVV ging flink achteruit. Verliezer was verder GroenLinks. Een nieuwkomer was 50PLUS met twee zetels.
- 57.Voorman van 50PLUS, die een niet onopgemerkte loopbaan als Tweede Kamerlid had. Was enige jaren voorlichter van de VVD-Tweede Kamerfractie en later oprichter en hoofdredacteur van 'De Gay Krant' en een bekend voorvechter van homorechten. Zo zette hij zich in voor opstelling van het huwelijk. Vanaf 2011 boegbeeld van 50PLUS en een jaar lid van Provinciale Staten van Noord-Brabant. Werd in september 2012 Tweede Kamerlid en fractievoorzitter van 50PLUS en bleef dat, met een onderbreking in 2013-2014, tot mei 2020. Was in 2014 ook raadslid in Eindhoven. Populair bij zijn eigen achterban, maar ook betrokken bij conflicten in zijn fractie en partij. In mei 2020 kwam het zelfs tot een breuk, waarna hij korte tijd als Kamerlid optrok met Femke Merel van Kooten. Eindigde echter als eenling en behaalde in 2021 met zijn Lijst Henk Krol geen zetel. Was bij de Tweede Kamerverkiezingen 2023 kandidaat voor BVNL (Belang van Nederland).
- 58.Geert Wilders (1963) is sinds november 2006 politiek leider van de PVV. Hij is sinds 25 augustus 1998 (met een korte onderbreking in 2002) Tweede Kamerlid. Aanvankelijk was hij dat voor de VVD, maar op 2 september 2004 werd hij een onafhankelijk Kamerlid. In 2023 was hij voor de zesde keer lijsttrekker. De heer Wilders was medewerker van de afdeling Verdragen bij de Ziekenfondsraad, wetstechnisch medewerker van de Sociale Verzekeringsraad en beleidsmedewerker en speechschrijver van de VVD-Tweede Kamerfractie. In 2010 zat hij enige tijd in de gemeenteraad van Den Haag.
- 59.De Partij voor de Vrijheid (PVV) is een populistische partij, met zowel conservatieve, 'rechtse' als 'linkse' standpunten. De PVV is op 22 februari 2006 geregistreerd bij de Kiesraad door Geert Wilders, na zijn vertrek bij de VVD. Hij is sindsdien ook de politiek leider.
- 60.Op 22 november 2006 vonden er Tweede Kamerverkiezingen plaats. De verkiezingen waren aanvankelijk gepland op 15 mei 2007, maar werden vervroegd door de val van het kabinet-Balkenende II. Het CDA handhaafde zich als grootste, maar de SP onder leiding van Jan Marijnissen werd met zestien zetels winst de grote winnaar. De Groep-Wilders/PVV kwam met negen zetels in de Kamer. PvdA, VVD en D66 verloren.
- 61.Op 9 juni 2010 vonden er Tweede Kamerverkiezingen plaats. Deze waren nodig na de val van het kabinet-Balkenende IV. De PvdA-bewindslieden traden in februari 2010 uit dat kabinet. Grote winnaars van de verkiezingen waren PVV en VVD. De VVD, met Mark Rutte als lijsttrekker, werd voor het eerst de grootste partij door de PvdA met één zetel voor te blijven. GroenLinks won licht. Het CDA leed een (zware) nederlaag, net als SP en D66. De Partij voor de Dieren kreeg voor het eerst (twee) zetels.
- 62.De PVV had bij de verkiezingen van 17 maart 2021 Geert Wilders als lijsttrekker. De titel van het verkiezingsprogramma luidde 'Het gaat om u'. De partij haalde bij deze verkiezingen 17 zetels, een verlies van 3 ten opzichte van 2017.
- 63.Protestants politicus; voorman van de christelijk-historischen. Aristocratische, maar ook temperamentvolle Groninger die driftig kon reageren en zich soms zeer scherp uitliet tegen politieke tegenstanders. Stond echter wel open voor argumenten van anderen. Had een sterk juridische inslag bij de benadering van vraagstukken. Werd in 1879 Tweede Kamerlid voor de antirevolutionairen en bleef dat tot 1921 (onderbroken door een kort ministerschap in het kabinet-Mackay en enige jaren in de Eerste Kamer). Brak samen met Kuyper met de Hervormde Kerk, maar keerde zich later af van de antirevolutionaire voorman. Van 1884 tot een conflict in 1896 hoogleraar aan de VU. Voor- en nadien rechter. Als vooraanstaand, invloedrijk staatsman was hij tot op hoge leeftijd één van de belangrijkste adviseurs van koningin Wilhelmina.
- 64.Orthodox-hervormde predikant, die door zijn kenmerkende zwarte pak en conservatief-protestantse opvattingen jarenlang een opvallende figuur in de Tweede Kamer was. Pleitbezorger van een protestants, volgens bijbelse normen geregeerd Nederland. Antipapistisch. Maakte bijvoorbeeld bezwaar tegen een bankbiljet, omdat daarop een kleine afbeelding van Sint Maarten stond. Als nestor van de Kamer diverse keren waarnemend Kamervoorzitter. Raakte nooit zijn spreekangst kwijt, maar kon wel met Gronings accent scherp uit de hoek komen, bijvoorbeeld over de Indiëpolitiek. Was ook lange tijd gemeenteraadslid in Delft en lid van Provinciale Staten van Zuid-Holland.
- 65.SGP-voorman van christelijk-gereformeerden huize. Scheikundig ingenieur, die jarenlang een onvervalst orthodox-calvinistisch en anti-Rooms geluid in beide Kamers liet horen. Strijder tegen vrouwenkiesrecht, loterijen, crematie, sport, inentingen, emancipatie, de Verenigde Naties, etc., etc. Tevens een fervent dierenbeschermer. Was ruim dertig jaar parlementariër en daarnaast gemeenteraadslid in Rotterdam en lid van Provinciale Staten van Zuid-Holland. Lange tijd stond hij in de schaduw van de voormannen Kersten en Zandt, maar vanaf 1961 was hij fractieleider en in 1963 en 1967 lijsttrekker. Bekende, beminnelijke en onwankelbaar getuigende politicus, die altijd een donkere jas en hoed droeg.
- 66.Voorman van de CHU in het midden van de twintigste eeuw. Bijna eenenveertig jaar Tweede Kamerlid en later tevens fractievoorzitter en partijvoorzitter. Was oorspronkelijk officier. Werd een gezaghebbend Kamerlid met name op defensie- en onderwijsgebied en was jarenlang secretaris van de Onderwijsraad. Gijzelaar in Sint-Michielsgestel. Leidde zijn partij door de crisis over de Indische politiek, waarbij hij met veel interne oppositie te maken had. Exponent van de gematigde, gouvernementele CHU, wars van scherpslijperij. Trad als partijleider zelfstandig op, maar gaf fractieleden wel de ruimte om een minderheidsstandpunt in te nemen. Tamelijk pragmatisch ingesteld, geen theoreticus. Kwam altijd per fiets naar het Binnenhof.
- 67.Staatsman, geschiedschrijver, staatsrechtgeleerde en voorman van de VDB en de VVD. Begon zijn loopbaan als kandidaat-notaris en belastingontvanger en was al op jonge leeftijd een vooraanstaand en veelzijdig Tweede Kamerlid. Trad in 1933 met Marchant toe tot het crisiskabinet-Colijn en voerde als minister van Financiën een strak bezuinigingsbeleid. In 1938 burgemeester van Rotterdam (tot 1952). Na de oorlog korte tijd lid van de PvdA, maar voelde zich daarin toch niet thuis en richtte met Stikker in 1948 de VVD op. Werd daarvan de onbetwiste politieke leider. Sprak met een wat hoge, zachte stem, maar had in de Kamer veel gezag door zijn kennis van het staats- en parlementsrecht. Kon overigens ook vilein uit de hoek komen en gold als autoritair. Schreef standaardwerken over de parlementaire geschiedenis.
- 68.Sympathieke behartiger van de belangen van ouderen in de Tweede Kamer. Vertegenwoordigde daar als zeventig-plusser vier jaar de Unie 55+, een in 1992 opgerichte ouderenpartij. Was in zijn werkzame leven onder meer verpleegkundige en hoofd van de ambulancedienst in Enschede. Had als Kamerlid en eenmansfractie meer aanzien dan de vaak ruziemakende fractie(s) van het AOV. Kon soms humoristisch uit de hoek komen.
- 69.'Vadertje Drees'. Eén van de grootste twintigste-eeuwse politici, onder wiens leiding na de Bevrijding zowel de dekolonisatie als de wederopbouw plaatsvonden. Overtuigd sociaaldemocraat, maar wel zeer pragmatisch ingesteld ('niet alles kan, en zeker niet alles tegelijk'). Groeide op in Amsterdam en klom op van stenograaf, SDAP-wethouder van Den Haag en Kamerlid, tot minister en minister-president. Had als wethouder van Den Haag al voor 1940 een goede naam als bestuurder. In de oorlog enige tijd gijzelaar en centrale figuur in het politieke verzet. Bracht in 1947 als minister van Sociale Zaken de Noodwet Ouderdomsvoorziening tot stand, de voorloper van de AOW. Werd zowel daardoor, als door zijn leiderschap en soberheid een populair staatsman, ook buiten zijn eigen kring. Tien jaar premier van brede coalities waarvan PvdA en KVP de kern vormden. Had goede contacten met Beel. Brak in de jaren '70 met zijn partij, de PvdA, uit onvrede over de koers. Sober levende en altijd eenvoudig gebleven man, die een zeer hoge leeftijd bereikte.
- 70.Bijna veertig jaar lid van de Tweede Kamer voor de ARP en drieëntwintig jaar de zeer dominante fractie- en partijvoorzitter, wiens wil in de fractie wet was. Zoon van een haringvisser uit Maassluis die al op jonge leeftijd ging werken. Subliem product van de Gereformeerde Jongelingsvereniging en typische mannenbroeder. Autodidact. Was in Rotterdam enige tijd wethouder. Fractievoorzitter van de ARP in de Tweede Kamer vanaf de jaren dertig en opvolger van Colijn. Tijdens de bezetting moedig, karaktervast en onverzettelijk. Overleefde het beruchte kamp Mauthausen, maar zei in 1945 tegen Wilhelmina: ik ben niet veranderd. Ageerde met zijn krachtige, sonore stemgeluid tegen de Indië-politiek van de kabinetten-Beel en -Drees. Hield de ARP na de oorlog lange tijd in isolement. Verliet in 1956 de politiek en was nog ruim twee jaar staatsraad.
- 71.Minister van Volksgezondheid in de kabinetten-Kok en bij de verkiezingen 1998 lijsttrekker van D66. Werd na een loopbaan als arts, ziekenhuisdirecteur, hoogleraar en vicevoorzitter van de Gezondheidsraad minister in het kabinet-Kok I en in het Kok II tevens vicepremier. Tijdens haar ministerschap werden medisch-ethische kwesties geregeld zoals euthanasie, medisch-wetenschappelijk onderzoek en onderzoek met embryo's. Kreeg als minister te maken met de problematiek van wachtlijsten in de zorg en het tekort aan medisch personeel en werd hierover fel aangevallen door de oppositie van links en rechts. Deskundige minister die veel wetgeving tot stand bracht. Riep door haar liberale opvattingen in medisch-ethische kwesties in sommige kringen wel weerstand op, maar werd algemeen geacht als een wijze en betrokken bewindsvrouw.
- 72.Evenredige vertegenwoordiging is een kiesstelsel waarbij vrijwel alle uitgebrachte stemmen meetellen voor de uiteindelijke verhoudingen in de zetelverdeling.
- 73.Bij een districtenstelsel wordt het land in twee of meer districten verdeeld, waarin afgevaardigden worden gekozen. Het aantal districten kan variëren en het is denkbaar dat per district meerdere afgevaardigden worden gekozen.
- 74.Voor de Tweede Kamerverkiezingen is Nederland verdeeld in 20 kieskringen. Ze hebben een administratieve functie bij de organisatie van landelijke verkiezingen en bestaan sinds in 1917 de evenredige vertegenwoordiging werd ingevoerd. In 2012 is Bonaire (bestaande uit de Bonaire, Sint Eustatius en Saba) als twintigste kieskring toegevoegd.
- 75.Antirevolutionair staatsman, die zijn loopbaan als officier in de binnenlanden van Indië begon. Korte tijd Tweede Kamerlid en als jong minister van Oorlog succesvol. Daarna directeur van een olieconcern. Zeer vermogend. In 1920 opvolger van Kuyper als leider van de ARP. Voerde in 1923-1926 als minister van Financiën een streng bezuinigingsbeleid. Tijdens de crisis van de jaren dertig minister-president. Predikte een beleid van aanpassing, waarbij salarissen en uitkeringen werden verlaagd. Hoffelijk in de omgang. Had ook internationaal goede contacten en gezag. Charismatisch spreker en krachtige persoonlijkheid, die zich het liefst met hoofdlijnen bezighield, maar zichzelf ook wel overschatte. Tamelijk opportunistisch en hard. Riep bij tegenstanders nogal wat weerstanden op. Reageerde soms impulsief, zoals in mei 1940 toen hij langdurige Duitse heerschappij leek te aanvaarden. Stierf in Duitse ballingschap.
- 76.De ARP werd op 3 april 1879 opgericht door Abraham Kuyper. Daarmee kwam er een partijverband voor politieke stroming, de antirevolutionairen, die reeds sinds het begin van de 19e eeuw bestond. Zij was de eerste nationale politieke partij. De ARP was een christendemocratische, protestantse partij. In 1980 ging de ARP met KVP en CHU op in het CDA.
- 77.De KVP was een christendemocratische partij, die, hoewel zij voor iedereen openstond, vrijwel uitsluitend aanhang had onder de katholieken. De partij was in 1945 de opvolger van de vooroorlogse RKSP. In 1980 fuseerde zij met ARP en CHU tot het CDA. De KVP had met name in sommige streken (Limburg, Noord-Brabant, delen van Gelderland, Twente) een sterke machtspositie.
- 78.Leider van de KVP in de jaren zestig, toentertijd de grootste partij. Pragmatische christendemocraat, die na een ambtelijke loopbaan snel carrière maakte in de politiek, mede dankzij de steun van KVP-voorman Romme. Werd na staatssecretariaten in de kabinetten-Drees, -Beel en -De Quay eind 1963 fractievoorzitter. Speelde als zodanig een hoofdrol in de naar hem genoemde 'Nacht'. Een door hem ingediende motie leidde toen (14 oktober 1966) tot de val van het door zijn partijgenoot Cals geleide kabinet. Leidde daarna nog tot 1971 zijn partij en werd vervolgens minister van Buitenlandse Zaken in het kabinet-Biesheuvel. Charmante, hoffelijke man, die echter evenzeer als behendig machtspoliticus werd gezien. Door de cabaretier Wim Kan werd hij vanwege zijn rol bij de kabinetscrisis van 1966 omschreven als 'een (gladde) teckel met een vette kluif in zijn bek'.
- 79.Voorzitter van de landarbeidersbond 'Deusdedit' in de KVP-Tweede Kamerfractie, die vicefractievoorzitter was onder Schmelzer. Afkomstig uit een arbeidersgezin uit het katholieke Zoeterwoude, die zichzelf als tuindersknecht na alleen lager onderwijs via cursussen ontwikkelde. Was landarbeider en voorman/zetbaas bij een bollenkweker in Noord-Holland. Ruim twintig jaar Tweede Kamerlid. Woordvoerder sociale zaken, met een lichte voorkeur voor regeren met de PvdA. Zat verder dertien jaar in het Europees Parlement. Speelde als waarnemend fractievoorzitter in 1965 en 1966 een rol bij de kabinetsformaties. Beschikte over kenmerkende Roomse blijmoedigheid.
- 80.Limburgse molenaarszoon die na zijn studie in Wageningen snel carrière maakte in de agrarische wereld. Als voorzitter van de Noordbrabantse boerenbond nam hij in de KVP-fractie een machtige positie in. Minister van Landbouw en Visserij in de kabinetten-De Jong en -Biesheuvel. Verdedigde zowel in Brussel als in Den Haag onbewimpeld de belangen van 'zijn' boeren. Had volgens Klompé te veel een rechts gezicht. Was in de ministerraad steeds tegen verlangens van de vakbeweging en voor hard optreden tegen ongeregeldheden. Als minister en Europees commissaris (1973-1977) medevormgever van het Europese landbouwbeleid, dat in zijn tijd met grote overschotten te maken had. Doelgericht man, die autoritair optreden met bonhomie combineerde. Sloot zijn loopbaan af als hoofddirecteur van de Rabobank.
- 81.In 1956 de eerste vrouwelijke minister van ons land. Doortastend politiek zwaargewicht in de KVP. Was aanvankelijk docente scheikunde en op dat terrein gepromoveerd. Actief in het verzet als koerierster en in 1944-1945 organisator van hulpverlening. Vertrouwelinge van Romme em als Tweede Kamerlid buitenland-woordvoerder van haar fractie met belangstelling voor de Europese samenwerking. Volgde in 1956 Van Thiel op als minister van Maatschappelijk Werk. Bracht in 1963 de Algemene Bijstandswet tot stand. Loodste in 1966 als minister van Cultuur de Omroepwet door het parlement. Was in het kabinet-De Jong de enige vertegenwoordigster van de linkervleugel van de KVP. Vrouw met veel gezag in het parlement, die door haar mannelijke collega's vaak vriendschappelijk werd geplaagd om de grote ernst waarmee zij haar taken uitvoerde. Kwam soms wat hautain en belerend over, mede door haar deftige spreektrant. Werd in 1971 als eerste vrouw minister van staat.
- 82.De laatste jaren is het bij sommige politieke partijen gebruikelijk geworden om de leden meer inspraak te geven bij het aanwijzen van de lijsttrekker. Daarmee wordt de keuze democratisch sterker gelegitimeerd en krijgen leden zeggenschap.
- 83.Vrouwen konden pas vanaf 1917 een rol in de Nederlandse politiek spelen, toen zij het grondwettelijke recht kregen om te worden gekozen. In 1918 was Suze Groeneweg de eerste vrouw in de Tweede Kamer. Twee jaar later kwam er ook een vrouw in de Eerste Kamer.