Presidium Tweede Kamer (PRES)
Het Presidium is het dagelijkse bestuur van de Tweede Kamer1. Het bestaat uit de Kamervoorzitter2 en de ondervoorzitters, die de Voorzitter kunnen vervangen. Het Presidium telt als regel tussen de zeven en negen leden, afkomstig uit de grotere fracties.
De belangrijkste taken zijn:
-
-het organiseren van de werkzaamheden, zoals het opstellen van de agenda en de vergaderplanning
-
-het opstellen van de begroting voor de Kamer
-
-het beheren van de uitgaven van de Kamer*
-
-de aanstelling van personeel door de Kamer*
-
-het vaststellen van regelingen t.a.v. het personeel*
-
-voorstellen tot wijziging van het reglement van orde
-
-besluiten over werkbezoeken door commissies
-
-besluiten over externe advisering
-
-besluiten over de huisvesting
Het Presidium beslist ook welke Tweede Kamercommissie3 belast wordt met de behandeling van ingediende wetsvoorstellen4 en nota's. De Kamervoorzitter overlegt met het Presidium over de samenstelling van Tweede Kamercommissies.
Het Presidium vergadert als regel op woensdagochtend en neemt vrijwel altijd unaniem besluiten.
-
*In 1989 is de benoeming van alle ambtenaren, behalve de Griffier, gedelegeerd aan de Griffier. Die beslist ook over de rechtspositie van alle ambtenaren en is belast met budgetbeheer en begrotingsbewaking, met de automatisering. De Griffier is ook vrij in nadere organisatorische invulling van het ambtelijke apparaat.
De Kamer beslist over het aangaan en beëindigen van het dienstverband van de Griffier. Het Presidium is belast met het uitoefenen van de overige rechtspositionele bevoegdheden ten aanzien van de Griffier.
Het Presidium is belast met het aangaan en beëindigen van het dienstverband van een of meer directeuren. De Griffier is belast met het uitoefenen van de overige rechtspositionele bevoegdheden ten aanzien van de directeuren.
Historische ontwikkeling
Het Presidium werd ingesteld bij de vaststelling van een nieuw reglement van orde in 1966. Tot die tijd kende de Kamer een commissie voor huishoudelijke aangelegenheden en de zogenoemde centrale afdeling. Die laatste bestond uit de Kamervoorzitter en de vijf voorzitters van de afdelingen, waarin de Kamer zich via loting verdeelde.
In de afdelingen vond de voorbereiding van behandeling van wetsvoorstellen plaats, al kwamen er al vanaf 1888 Kamercommissies die daarbij een steeds belangrijker rol speelden of die rol geheel overnamen. Tot 1887 was afdelingsonderzoek grondwettelijk voorgeschreven.
De centrale afdeling bestond vanaf de eerste helft van de twintigste eeuw uit de fractievoorzitters van de grootste partijen. Het had daarom wel de informele naam 'seniorenconvent'.
- 1.De Tweede Kamer is deel van de volksvertegenwoordiging. Zij speelt een belangrijke rol bij de totstandkoming van wetten, controleert de regering en beslist over de vraag of een kabinet (of bewindspersoon) genoeg vertrouwen heeft.
- 2.De voorzitter leidt de vergadering van de Tweede Kamer. In het Reglement van Orde staat welke bevoegdheden van toepassing zijn. Daarnaast vertegenwoordigt de voorzitter de Kamer naar buiten toe, bijvoorbeeld in contacten met buitenlandse parlementen. De voorzitter heeft een coördinerende rol tijdens de eerste fase van de kabinetsformatie.
- 3.De Tweede Kamerleden doen hun werk vooral in commissies. In een commissie houdt een groep Kamerleden zich bezig met een beleidsterrein of met een specifiek onderwerp. Vrijwel alle Kamerleden zijn lid van een of meer commissies. Voor specifieke onderwerpen stellen commissies soms werkgroepen in.
- 4.Een wetsvoorstel is een voorstel van de regering of een Kamerlid voor een nieuwe wet, of een voorstel om een bestaande wet te veranderen. Het komt vaak voor dat meer dan één ministerie bij een onderwerp en dus bij een wetsvoorstel betrokken is. Een wetsvoorstel kan ook door één of meer staatssecretarissen worden behandeld.