Mr. A.A.M. (Teun) Struycken - Hoofdinhoud
Vooraanstaande KVP-minister en bestuurder. Was wethouder in Breda en werd in 1950 minister van Justitie in het eerste kabinet-Drees i. Verleende gratie aan de 'vier van Breda'. Keerde in 1951 niet terug en werd Gouverneur van de Nederlandse Antillen. Door Romme i in 1956 teruggehaald als minister van Binnenlandse Zaken, Bezitsvorming en PBO in het kabinet-Drees IV i. Bracht met Samkalden de Politiewet tot stand. Werd, hoewel hij vicepremier was, na het aftreden van Drees in 1958 geen premier vanwege verzet in de KVP-top en stapte na zijn aftreden over naar de Raad van State. In het kabinet-Zijlstra i nog even teruggekeerd als minister van Justitie. Kreeg wel eens het verwijt onvoldoende dossierkennis te hebben, maar had wel leidinggevende capaciteiten.
KVP
functie(s) in de periode 1950-1977: minister, viceminister-president, lid Raad van State, Gouverneur van Nederlandse Antillen
Inhoudsopgave
Antoon Arnold Marie (Teun)
geboorteplaats en -datum
Breda, 27 december 1906
overlijdensplaats en -datum
's-Gravenhage, 1 december 1977 partij(en)
-
-RKSP (Roomsch-Katholieke Staatspartij), tot 22 december 1945
-
-KVP (Katholieke Volkspartij), vanaf 22 december 1945
-
-lid tijdelijke gemeenteraad van Breda, van november 1945 tot 2 september 1946
-
-lid gemeenteraad van Breda, van 2 september 1946 tot 10 juli 1950
-
-minister van Justitie, van 10 juli 1950 tot 15 maart 1951
-
-Gouverneur van de Nederlandse Antillen, van 1 juni 1951 tot 26 oktober 1956 (benoemd bij K.B. van 13 april 1951)
-
-minister van Binnenlandse Zaken, Bezitsvorming en Publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie en viceminister-president, van 29 oktober 1956 tot 19 mei 1959 (benoemd bij K.B. van 26 oktober 1956)
-
-minister van Justitie ad interim, van 22 december 1958 tot 19 mei 1959
-
-lid Raad van State, van 1 november 1959 tot 22 november 1966 (benoemd bij K.B. van 17 september 1959)
-
-minister van Justitie, van 22 november 1966 tot 5 april 1967
-
-lid Raad van State, van 16 april 1967 tot 1 december 1977 (benoemd bij K.B. van 12 april 1967)
gevangenschap/internering
geïnterneerd gijzelaarskamp te Sint-Michielsgestel, van mei 1942 tot januari 1944
U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.
In de uitgebreide versie is een overzicht van partijpolitieke functies opgenomen.
-
-lid Raad van Commissarissen Contactcommissie Onroerende Zaken
-
-voorzitter Katholieke Vereniging Bejaardentehuizen
afgeleide functies, presidia etc. (2/5)
-
-lid afdeling Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk (Raad van State)
-
-lid afdeling geschillen van bestuur (Raad van State)
U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.
In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.
als bewindspersoon (beleidsmatig) (3/7)-
-Voerde in 1958 de noodwachtplicht in voor dienstplichtigen zonder mobilisatiebestemming (buitengewoon dienstplichtigen)
-
-Diende in 1959 een wetsvoorstel tot herziening van de Provinciewet in. Dit voorstel werd in 1962 door zijn opvolger in het Staatsblad gebracht. (5.460)
-
-Belangrijke benoemingen tijdens zijn ministerschap op Binnenlandse Zaken: Bloemers (VVD, Commissaris van de Koningin in Gelderland); Van Hall (PvdA, burgemeester van Amsterdam), Kolfschoten (KVP, burgemeester van 's-Gravenhage), Van Rooy (KVP, burgemeester van Eindhoven); Rutgers (ARP, vicepresident van de Raad van State)
als bewindspersoon (wetgeving) (3/8)
-
-Bracht in 1958 de wet nadere regeling van de wettelijke tijd (Stb. 352) tot stand. De tijdens de Bezetting ingevoerde Midden-Europese tijd blijft daardoor definitief gehandhaafd. De tijdwetten uit 1908 en 1918 worden ingetrokken. (4.798)
-
-Bracht in 1959 wetten tot stand inzake de vereniging van de gemeenten Opmeer en Spanbroek, van de gemeenten Roermond en Maasniel en tot wijziging van de grens tussen de provincies Utrecht en Gelderland waardoor de splitsing van Stichts en Gelders Veenendaal ophield te bestaan
-
-Bracht in 1967 als minister van Justitie een nieuwe Uitleveringswet in het Staatsblad (Stb. 139). Deze nieuwe wet sluit beter aan bij de ontwikkelingen in het internationale recht. Uitgangspunt is dat uitlevering alleen geschiedt krachtens een verdrag. Nederlanders worden niet uitgeleverd. Uitlevering vindt slechts in een beperkt aantal gevallen plaats (bijvoorbeeld als sprake is geweest van inbreuk op de rechtsorde van de verzoekende staat) en als aan bepaalde randvoorwaarden is voldaan. Het wetsvoorstel was in 1966 ingediend door zijn voorganger Samkalden. (8.054)
U ziet een selectie van activiteiten. In de uitgebreide versie is het gehele overzicht van activiteiten in te zien.
algemeen (3/6)-
-Werd in 1956 op Sicilië beëdigd als minister, alwaar de koningin vakantie hield
-
-Kreeg in 1956 als minister Norbert Schmelzer 'naast' zich als staatssecretaris en economisch adviseur
-
-Werd in 1959 gepasseerd voor de functie van Commissaris van de Koningin in Noord-Brabant, omdat zowel bij ministers als bij de koningin bezwaren tegen hem bestonden. Hij werd toen benoemd in de Raad van State.
anekdotes en citaten
-
-Hij had in december 1958 na de val van het vierde kabinet-Drees de regeringsverklaring die hij als opvolger van Drees meende te gaan afleggen al gereed. Na verzet van koningin Juliana en van KVP-kopstukken werd Beel echter de nieuwe premier. Struycken kon zijn concept-tekst toen in de prullenmand gooien.
U ziet een selectie van wetenswaardigheden. In de uitgebreide versie is een overzicht van wetenswaardigheden opgenomen.
literatuur/documentatie-
-J. Bosmans, "Struiken, Anton Arnold Marie (1906-1977)", in: Biografisch Woordenboek van Nederland, deel II, 546
-
-J.C.F.J. van Merriënboer en P.P.T. Bovend'Eert, "Het rustige tuintje van rechter Wijers", in: P.F. Maas, "Het kabinet-Drees-Van Schaik, 1948-1951", band B, 502-504
-
-J. Ramakers, "'Alhoewel ik in staat zou zijn geweest ze persoonlijk dood te trappen...'. Oud-minister Struycken over zijn rol in het gratiebeleid jegens ter dood veroordeelde misdadigers", in: Jaarboek Parlementaire Geschiedenis 2003
-
-Wie is dat? 1956
Biografisch Woordenboek(en)
biografie opgenomen in het Biografisch Woordenboek van Nederland
In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.
Speciaal voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn de biografieën van alle kansrijke (volgens de peilingen) kandidaten in uitgebreide vorm raadpleegbaar op parlement.com.
Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:
In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.
Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.
De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.