Ing. J.T. (Jur) Mellema
Groningse herenboer, die in 1967 Beernink1 opvolgde als voorzitter van de CHU-fractie in de Tweede Kamer. Was tevens woordvoerder landbouw, Koninkrijkszaken en (later) milieu. Probeerde eind jaren zestig van de CHU een moderne partij te maken met een centrum-politieke instelling en daarmee rijp voor de christendemocratische fusie. Lanceerde de slogan "samen-uit samen-thuis". Hield met Schmelzer2 en Biesheuvel3 het kabinet-De Jong4 overeind. Maakte als fractievoorzitter in 1968 na veroordeling vanwege een verkeersmisdrijf een jaar plaats voor Tilanus5. Bescheiden in zijn pretenties. Eindigde zijn loopbaan als voorzitter van het Produktschap voor pluimvee en eieren.
CHU
functie(s) in de periode 1959-1972: lid Tweede Kamer, fractievoorzitter TK
Inhoudsopgave
Jurjen Tammo (Jur)
geboorteplaats en -datum
Nieuw-Scheemda (gem. Scheemda), 18 september 1923
overlijdensplaats en -datum
11 mei 2017 partij(en)
CHU (Christelijk-Historische Unie)
-
-landbouwer, eigenaar akkerbouwbedrijf (70 ha.) te Nieuw-Scheemda
-
-lid Provinciale Staten van Groningen, van 6 juli 1954 tot 1 juni 1967
-
-lid gemeenteraad van Scheemda, van 2 september 1958 tot juli 1959
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 15 juli 1959 tot 1 april 1972
-
-fractievoorzitter CHU Tweede-Kamer der Staten-Generaal, van 5 april 1967 tot 1 juli 1968 (vanaf 26 april 1968 op non-actief)
-
-fractievoorzitter CHU Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 27 juni 1969 tot 28 april 1971
-
-fractievoorzitter CHU Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 27 juli 1971 tot 1 april 1972
-
-voorzitter Produktschap voor Pluimvee en Eieren, van 1 april 1972 tot 1 januari 1990
In de uitgebreide versie is een overzicht van partijpolitieke functies opgenomen.
-
-lid bestuur vereniging voor opvoeding en onderwijs aan blinden en slechtzienden "Bartimeus' te Zeist, omstreeks 1970
-
-lid commissie planologie, Landbouwschap
-
-kerkvoogd
-
-lid Koninkrijkscommissie inzake de staatkundige verhoudingen tussen Nederland, Suriname en de Nederlandse Antillen, vanaf 12 januari 1972
afgeleide functies, presidia etc. (4/5)
-
-plaatsvervangend lid Presidium (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 21 september 1966 tot 18 april 1967
-
-ondervoorzitter vaste commissie voor de betrekkingen met Suriname en de Nederlandse Antillen (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 1 maart 1967 tot 1 april 1972
-
-voorzitter subcommissie voor NAVO en Oost-West-verhoudingen van de vaste commissie van Buitenlandse Zaken (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 28 november 1967 tot 1 april 1972
-
-voorzitter bijzondere commissie voor de ontwerp-Wet inzake luchtverontreiniging (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 28 november 1968 tot juli 1970
U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.
In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.
als parlementariër-
-Hield zich in de Tweede Kamer vooral bezig met landbouw, milieuhygiëne en Koninkrijksaangelegenheden en aanvankelijk ook met verkeer en waterstaat (goederenvervoer, Wet uitkeringen wegen)
-
-Voerde in 1961 het woord bij de behandeling van de ontwerp-Wet op de ruimtelijke ordening
-
-Voerde in 1964 het woord bij het wetsvoorstel tot instelling van het Rijkswegenfonds
opvallend stemgedrag (2/3)
-
-Behoorde in 1968 tot de minderheid van zijn fractie die vóór een amendement-Wierenga stemde waardoor de man niet langer als hoofd van een echtverbintenis werd aangemerkt
-
-Behoorde in 1971 tot de minderheid van zijn fractie die vóór het initiatiefwetsvoorstel stemde over de mogelijkheid van vervroeging van Prinsjesdag
In de uitgebreide versie is een overzicht van opvallend stemgedrag opgenomen.
algemeen-
-Voerde op 14 februari 1968 samen met Biesheuvel (ARP) en Schmelzer (KVP) het woord in een tv-uitzending van de KVP om daarmee het belang van verdere christendemocratische samenwerking te benadrukken
-
-Trad terug op 26 juni 1968 als fractievoorzitter na een veroordeling tot twee weken gevangenis en 1 jaar ontzegging van de rijbevoegdheid vanwege het onder invloed (en medicijnen) veroorzaken van een verkeersongeluk in april 1968. Het ongeluk vond plaats op het kruispunt Bergselaan-Schieweg in Rotterdam nadat hij een receptie van zijn partijgenoot minister Udink had bezocht. Hij was eerder al eens voorwaardelijk veroordeeld voor eenzelfde vergrijp.
uit de privésfeer
-
-Hij was gehuwd met een nicht van G.E. van Walsum en hertrouwde later met de ex-echtgenote van Norbert Schmelzer
-
-Zijn schoonvader was burgemeester van Vlaardingen en van Zwolle
-
-Zijn vader was wethouder van Scheemda en gedeputeerde van Groningen (1937)
-
-Zijn broer Sieto was burgemeester van Stedum
niet-aanvaarde politieke functies
-
-lid Gedeputeerde Staten van Groningen, juli 1962
-
-lid Gedeputeerde Staten van Groningen, oktober 1969
-
-F. van der Molen, "Wie is Wie in de Tweede Kamer?" (1970)
-
-J. van Merriënboer, "Voortrekker van het CDA en gezelligheidsdrinker. Jur Mellema (1923-2017)", in: Jaarboek Parlementaire Geschiedenis 2017, 142
In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.
Uitgebreide biografieën van de huidige leden van de Eerste en Tweede Kamer zijn beschikbaar via parlement.com.
Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:
In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.
Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.
De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.
- 1.CHU-voorman na het vertrek van Tilanus in 1963. Combineerde lange tijd het Tweede Kamerlidmaatschap met de functie van gemeentesecretaris van Rijswijk (Z.H.). Zag in 1967 zijn loopbaan bekroond met het ministerschap van Binnenlandse Zaken in het kabinet-De Jong. Was kort na zijn aantreden als minister verantwoordelijk voor de vervanging van burgemeester Van Hall van Amsterdam. Liet veel werkzaamheden over aan zijn staatssecretaris en partijgenoot Van Veen. Stond bekend als conservatief 'law and order'-politicus en als schaker en sigarenroker. Maakte op het eerste gezicht een wat stugge, gesloten indruk. Betrouwbare, hardwerkende en relativerende politicus met zakelijke nuchterheid, die zijn achterban goed kende.
- 2.Leider van de KVP in de jaren zestig, toentertijd de grootste partij. Pragmatische christendemocraat, die na een ambtelijke loopbaan snel carrière maakte in de politiek, mede dankzij de steun van KVP-voorman Romme. Werd na staatssecretariaten in de kabinetten-Drees, -Beel en -De Quay eind 1963 fractievoorzitter. Speelde als zodanig een hoofdrol in de naar hem genoemde 'Nacht'. Een door hem ingediende motie leidde toen (14 oktober 1966) tot de val van het door zijn partijgenoot Cals geleide kabinet. Leidde daarna nog tot 1971 zijn partij en werd vervolgens minister van Buitenlandse Zaken in het kabinet-Biesheuvel. Charmante, hoffelijke man, die echter evenzeer als behendig machtspoliticus werd gezien. Door de cabaretier Wim Kan werd hij vanwege zijn rol bij de kabinetscrisis van 1966 omschreven als 'een (gladde) teckel met een vette kluif in zijn bek'.
- 3.Charismatische ARP-voorman, minister van Landbouw en premier. Afkomstig uit Haarlemmerliede en net als Colijn een boerenzoon. Kwam via de Christelijke boeren- en tuindersbond in de Kamer, waarvan hij al snel een gerespecteerd lid was. Werd in 1963 minister van Landbouw en vicepremier. Na een mislukte poging een kabinet te vormen in 1967 fractievoorzitter. Was zowel criticaster als steunpilaar van het kabinet-De Jong. Pleitbezorger van christendemocratische samenwerking. In 1971 alsnog premier van een instabiel kabinet, dat na een jaar ten val kwam. Behaalde in november 1972 met zijn partij een goed verkiezingsresultaat, maar verdween korte tijd later vrij geruisloos uit de politiek toen zijn partij aanstuurde op een kabinet met de PvdA. Populair in eigen kring. Harde werker, pragmatisch maar ook soms erg rechtlijnig. Werd vanwege zijn lange gestalte (bijna twee meter) 'mooie Barend' genoemd.
- 4.Het kabinet-De Jong regeerde aan het einde van de roerige jaren zestig. Er was tijdens deze kabinetsperiode veel onrust in de maatschappij onder meer als gevolg van de democratiseringsgolf bij universiteiten en hogescholen. Ook vrouwen, dienstplichtigen en werknemers vroegen om hervormingen en in 1970 was er een groot loonconflict met de vakbeweging.
- 5.De 'jonge' Tilanus. Net als zijn vader partijvoorzitter en fractievoorzitter van de CHU. Aanvankelijk huisarts en daarna officier van gezondheid. Later actief in het maatschappelijk werk in Gelderland. Rustige en gematigde politicus met oog voor sociale noden. Voorstander van de christendemocratische samenwerking. Werd in 1973 als politiek leider opgevolgd door de strijdbaarder oud-staatssecretaris Kruisinga, nadat de CHU buiten het kabinet-Den Uyl was gebleven. Bleef wel tot 1977 'gewoon' Kamerlid. Speelde een belangrijke rol bij de plannen voor nieuwbouw van de Tweede Kamer.