Memorie van toelichting - Voorstel van wet van het lid Markuszower tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht in verband met de invoering van minimumstraffen bij bepaalde gewelds- en zedendelicten (Wet hoge minimumstraffen)

Deze memorie van toelichting i is onder nr. 3 toegevoegd aan wetsvoorstel 34846 - Initiatiefvoorstel Wet hoge minimumstraffen i.

1.

Kerngegevens

Officiële titel Voorstel van wet van het lid Markuszower tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht in verband met de invoering van minimumstraffen bij bepaalde gewelds- en zedendelicten (Wet hoge minimumstraffen); Memorie van toelichting (initiatiefvoorstel); Memorie van toelichting
Document date 30-11-2017
Publication date 30-11-2017
Nummer KST348463
Reference 34846, nr. 3
External link original article
Original document in PDF

2.

Text

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2017-

2018

34 846

Voorstel van wet van het lid Markuszower tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht in verband met de invoering van minimumstraffen bij bepaalde gewelds- en zedendelicten (Wet hoge minimumstraffen)

Nr. 3

MEMORIE VAN TOELICHTING I ALGEMEEN DEEL Inleiding

Ernstige misdrijven als de moord op Anne Faber, Corrie van den Brink, de gewelddadige woningoverval op een bejaarde vrouw en de horrorstief-vader die zijn jonge stiefdochters misbruikte en verkrachtte zorgen bij burgers voor gevoelens van onveiligheid, angst en onrechtvaardigheid. Lage straffen leiden tot te weinig vergelding in het algemeen en afschrikking in het bijzonder. Als er langere gevangenisstraffen worden opgelegd, zullen de straten van Nederland langer veilig zijn.

Initiatiefnemer is van mening dat er op dit moment te laag wordt gestraft voor ernstige delicten, zoals verkrachting of het opzettelijk toebrengen van zeer zwaar lichamelijk letsel. In beide gevallen wordt gemiddeld slechts 1 jaar gevangenisstraf opgelegd.1

Het vertrouwen in de rechtspraak blijkt in werkelijkheid veel lager te zijn dan uit veel onderzoeken naar voren komt.2 Als burgers het idee hebben dat rechters te licht straffen, zullen zij minder vertrouwen hebben in de rechtsstaat. Een te lichte wijze waarop de Nederlandse rechtsstaat ernstige misdrijven sanctioneert, ondergraaft het vertrouwen van burgers in die rechtsstaat.

Initiatiefnemer stelt voor om voor bepaalde gewelds- en zedendelicten hoge minimumstraffen in te voeren en de misdrijven waarbij levenslang kan worden opgelegd uit te breiden.

De meeste andere West-Europese landen, waaronder België, Engeland, Wales, Duitsland, Oostenrijk, Zwitserland, Zweden, Noorwegen, Denemarken, Zweden, Portugal, Spanje, Italië en ook Frankrijk kennen al een systeem van minimumstraffen voor ernstige strafbare feiten en recidive. Deze minimumstraffen bestaan in sommige Europese landen al

1    https://www.rechtspraak.nl/SiteCoMectionDocuments/Orientatiepunten-en-afspraken-LOVS.pdf.

2    https://www.vu.nl/nl/nieuws-agenda/agenda/2017/okt-dec/1nov_je-hulst.aspx.

kst-34846-3 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2017

erg lang. In Engeland en Wales bestond de minimumstraf al van oudsher voor moord en zijn in 1997 minimumstraffen geïntroduceerd voor diverse andere delicten. Het verschil tussen Nederlandse maximumstraffen en de minimumstraffen in ons omringende landen is heel klein. Een indicatie dat er in Nederland te laag gestraft wordt.

Gewelds- en zedenmisdrijven, zoals kindermisbruik, overvallen met geweld, verkrachtingen maar ook moord en doodslag, vormen door hun aard en uitwerking een ernstige bedreiging voor individuele burgers en voor onze samenleving.

Deze misdrijven veroorzaken vaak onbeschrijflijk en onherstelbaar leed. Daders die door het plegen van een dergelijk misdrijf het vertrouwen van hun medeburgers diep hebben beschaamd, moeten gedurende lange tijd uit de samenleving worden verwijderd. De daders van de misdrijven genoemd in dit initiatiefwetsvoorstel, dienen al bij een eerste berechting met een minimumgevangenisstraf te worden bestraft.

De delicten waarvoor minimumstraffen dienen te gelden

Dit wetsvoorstel beoogt de invoering van minimumstraffen voor gewelds-en zedendelicten, waarbij de dader niet alleen voor onherstelbaar leed bij de nabestaanden van het slachtoffer heeft gezorgd maar ook voor gevoelens van onveiligheid en geschoktheid in de gehele samenleving. Gezien de aard van de delicten, de gevolgen ervan voor slachtoffers, de nabestaanden van die slachtoffers en de samenleving als geheel, verdienen de strafbare daders van deze delicten een zware vrijheidsstraf.

 

Artikel

Huidige maximumstraf

Voorgestelde maximumstraf

Minimumstraf

Minimumstraf bij recidive

Art. 140 Sr lid 1

Deelneming aan criminele organisatie

6 jaar

30 jaar

20 jaar

30 jaar

Art. 140 Sr lid 2

1 jaar

20 jaar

10 jaar

20 jaar

Art. 140 Sr lid 3

  • 1/3e
 
  • 1/3e
  • 1/3e

Art 141 Sr lid 2 onder 2e

Openlijke geweldpleging

9 jaar

20 jaar

10 jaar

30 jaar

Art. 240b Sr lid 1

Kinderpornografie

4 jaar

30 jaar

20 jaar

30 jaar

Art. 240b Sr lid 2

6 jaar

levenslang

30 jaar

levenslang

Art 242 Sr

Verkrachting

12 jaar

levenslang

20 jaar

levenslang

Art. 285 lid 1

Bedreiging met misdrijf

2 jaar

15 jaar

5 jaar

15 jaar

Art. 285 Sr lid 2

4 jaar

15

7

15

Art. 285 Sr lid 3

6 jaar

20

10

20

Art. 285 Sr lid 4

  • 1/3e
 
  • 1/3e
  • 1/3e

Art. 287 Sr

Doodslag

15 jaar

levenslang

30 jaar

levenslang

Art. 288 Sr

Doodslag i.c. met ander strafbaar feit

levenslang

30 jaar

levenslang

30 jaar

levenslang

Art. 288a Sr

Verhoging strafmaximum bij terroristisch oogmerk

levenslang

30 jaar

levenslang

levenslang

levenslang

Artikel

Huidige maximumstraf

Voorgestelde maximumstraf

Minimumstraf

Minimumstraf bij recidive

Art. 289 Sr

Moord

levenslang

30 jaar

levenslang

levenslang

levenslang

Art. 289a Sr lid 1

Samenspanning met terroristisch oogmerk

10 jaar

levenslang

levenslang

levenslang

Art 300 Sr lid 1

Mishandeling

3 jaar

15 jaar

5 jaar

15 jaar

Art. 300 Sr lid 2

Mishandeling zw. lich.letsel

4 jaar

20 jaar

8 jaar

20 jaar

Art. 300 Sr lid 3

Mishandeling ^ dood

6 jaar

levenslang

20 jaar

levenslang

Art. 301 Sr lid 1

Mishandeling met voorbedachte rade

4 jaar

20 jaar

10 jaar

20 jaar

Art. 301 Sr lid 2

6 jaar

30 jaar

20 jaar

30 jaar

Art. 301 Sr lid 3

9 jaar

levenslang

30 jaar

levenslang

Art. 302 Sr lid 1

Zware mishandeling

8 jaar

30 jaar

20 jaar

30 jaar

Art. 302 Sr lid 2

10 jaar

levenslang

30 jaar

levenslang

Art, 303 Sr lid 1

Zware mishandeling met voorbedachte rade

12 jaar

levenslang

25 jaar

levenslang

Art. 303 lid 2 Sr

15 jaar

levenslang

levenslang

levenslang

Art. 306 Sr onder 1e

Deelneming aan aanval of vechterij

2 jaar

20 jaar

10 jaar

20 jaar

Art. 306 Sr onder 2e

3 jaar

20 jaar

10 jaar

20 jaar

Art. 312 Sr lid 1

Diefstal met geweldpleging

9 jaar

30 jaar

20 jaar

30 jaar

Art. 312 Sr lid 2

12 jaar

30 jaar

20 jaar

30 jaar

Art. 312 Sr lid 3

15 jaar

levenslang

30 jaar

levenslang

Het wetsvoorstel legt voor genoemde delicten een ondergrens in de op te leggen straf aan, waarbij de grote vrijheid bij de straftoemeting door de rechter wordt vervangen door een systeem van beperkte vrijheid binnen een strafkader tussen minimum en maximum.

Met de hiervoor genoemde maatregelen, ligt een aanzienlijke vermindering van de criminaliteit in ons land binnen handbereik. Niet alleen doordat van de minimum-strafdreigingen een afschrikwekkende werking uit gaat maar ook doordat recidiverende en zware criminelen gedurende langere tijd uit de samenleving verwijderd zullen zijn en gedurende die langere periode in ieder geval geen andere strafbare feiten kunnen plegen.

II ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING

ARTIKEL I

Onderdeel A

Dit onderdeel voegt een zin toe aan artikel 9a. Deze toevoeging beoogt zeker te stellen, dat in die gevallen waarin minimumstraffen worden voorgeschreven, de weg van een rechterlijk pardon wordt uitgesloten. Wanneer de rechter een misdrijf, waarvoor een minimumstraf geldt, bewezen acht, moet de rechter een straf opleggen.

Onderdeel B

Dit onderdeel wijzigt artikel 10. Hierin is geregeld dat een tijdelijke gevangenisstraf ten hoogste achttien jaren mag duren of 30 jaar als er ook een levenslange gevangenisstraf mag worden opgelegd.

Dit onderdeel regelt dat de maximale duur van een tijdelijke gevangenisstraf wordt verhoogd van 18 naar 30 jaar. Een gevangenisstraf van 30 jaar kan nu ook worden opgelegd voor misdrijven waar geen levenslange gevangenisstraf voor geldt.

Onderdeel C

Dit onderdeel voegt een nieuw artikel 10a in. In het eerste lid zijn de minimumstraffen opgenomen die worden opgelegd bij een eerste veroordeling. De minimumstraffen variëren van vijf jaar (onder a) tot levenslang (onder g).

Het tweede lid regelt de minimumstraffen die worden opgelegd bij recidive.

Onderdelen D t/m S

Deze onderdelen verhogen de maximum straffen van de desbetreffende delicten. Ook wordt de optie van de geldboete afgeschaft en wordt de optie om een tijdelijke gevangenisstraf van maximaal dertig jaar op te leggen voor misdrijven waarop een levenslange gevangenisstraf staat, afgeschaft.

ARTIKEL II

Artikel II regelt het overgangsrecht. Deze wet is niet van toepassing op strafbare feiten die zijn begaan voor de inwerkingtreding van deze wet.

ARTIKEL III

Artikel II regelt de inwerkingtreding. De inwerkingtreding geschiedt via een inwerkingtredingsbesluit.

ARTIKEL IV

Artikel III regelt de citeertitel van deze wet.

Markuszower

Tweede Kamer, vergaderjaar 2017-2018, 34 846, nr. 3 4


 
 
 

3.

More information

 

4.

Parlementaire Monitor

The EU Monitor enables its users to keep track of the European process of lawmaking, focusing on the relevant dossiers. It automatically signals developments in your chosen topics of interest. Apologies to unregistered users, we can no longer add new users.This service will discontinue in the near future.