Nederland dreigt op verkeerde lijstjes terecht te komen - Main contents
Het is hoog tijd dat Nederland voorop loopt in de aanpak van internationale belastingontwijking en niet op de rem trapt. Hopelijk zien de rechtse partijen dat na de Panama Papers ook in, betoog ik dinsdag in een opiniestuk in het FD.
Trust, vertaald uit het Engels, betekent ‘vertrouwen’. Wie dit woord heeft bedacht voor de zogeheten trustkantoren is óf een briljant spindoctor óf een cynicus. Zondag verschenen onder andere via Het Financieele Dagblad de eerste stukken uit de zogeheten Panama Papers. Degelijke journalistiek krijgt voor elkaar wat belastingdiensten en opsporingsdiensten wereldwijd niet lukt, het blootleggen van belastingontduiking, corruptie en witwassen door de mondiale elite. De wereldvoetbalorganisatie Fifa, de Russische president Vladimir Poetin en zelfs de stervoetballer Lionel Messi liggen onder vuur. Maar wie evenmin ongedeerd uit deze affaire mogen komen zijn de Nederlandse trustkantoren. Zij zijn funest voor het vertrouwen in Nederland.
Het begint eentonig te worden. Bij vrijwel elk belastingschandaal of vermoeden van internationale corruptie duikt een Nederlandse brievenbusfirma op. Bedrijven als Citco, Intertrust, TMF, maar ook tientallen kleinere ondernemingen, richten voor enkele duizenden euro’s een vennootschap voor je op, leveren bestuurders en verzorgen de administratie. Dan is het heel eenvoudig om via deze bv geld te sluizen naar bijvoorbeeld Panama of Bermuda.
De Nederlandsche Bank (DNB) oordeelde nog onlangs tijdens een hoorzitting in de Tweede Kamer keihard over de trustsector. Commerciële belangen voeren de boventoon en vaak worden constructies opgetuigd om de werkelijk belanghebbenden uit het zicht te houden, constateerde DNB. Klanten wordt pas de deur gewezen als de centrale bank nattigheid voelt. Dit beeld zie je nu weer terug bij de Panama Papers. TMF en Intertrust, de grootste in Nederland, faciliteerden mogelijk het wegsluizen van corrupt geld in de voetballerij. Deze twee bedrijven beweerden vorige week nog trots in de Tweede Kamer dat zoiets bij hen nooit zou gebeuren.
Nederland moet echt af van dit soort kwalijke praktijken. Stap één is dat het toezicht scherper moet. Op het ministerie van Financiën worden regels voorbereid die DNB in staat moeten stellen om effectiever in te grijpen. Dat duurt al veel te lang, meer tempo is nodig.
Daarnaast zijn meer fundamentele maatregelen nodig. Want waarom komen al die brievenbussen eigenlijk naar Nederland? Dat komt door ons uitgebreide netwerk van belastingverdragen in combinatie met een unieke vrijstelling van bronbelastingen. Voor het echte internationale bedrijfsleven dat investeert en banen schept is dat prima. Maar schimmige brievenbusfirma’s misbruiken deze faciliteiten om enorme bedragen door te sluizen. In feite faciliteren we zo belastingparadijzen.
Dat moet anders. Er moet een zwarte lijst komen van belastingparadijzen. Met als sanctie een bronbelasting op die kapitaalstromen, liefst in Europees verband. Zo pak je de belastingparadijzen aan, zonder het echte bedrijfsleven te schaden. Helaas zijn voorstellen van de PvdA daartoe weggestemd door een rechtse meerderheid van D66, PVV, CDA, VVD . Datzelfde geldt trouwens voor het aanpakken van Amerikaanse multinationals die door middel van door trustkantoren beheerde entiteiten geen belasting betalen in Europa. Dezelfde partijen stemden ook voorstellen hiertegen weg.
Verder wordt het hoog tijd dat bedrijven openheid geven over wat zij aan belasting betalen. Hierover bestaat consensus in Europa. Helaas gaat de Europese conceptrichtlijn die deze openheid moet regelen alleen over belasting die in Europa wordt afgedragen. Dat maakt het alleen maar aantrekkelijker om geld naar Panama te sturen! Die openheid moet dus gelden voor alle activiteiten, waar ook ter wereld.
Tenslotte vragen de Amsterdamse PvdA- en GroenLinks-raadsfracties zich af of zij dit nog in Amsterdam willen faciliteren. Amsterdam is onder leiding van de huidige minister Lodewijk Asscher — destijds wethouder van de hoofdstad — begonnen met het opschonen van de Wallen. Terecht zag Asscher de schaduwkanten van vrouwenhandel en banden met criminele netwerken en dat dit soort zaken uiteindelijk slecht zijn voor de reputatie van de stad. Iets soortgelijks geldt voor de trustsector: in principe allemaal keurig en legaal, maar in de praktijk toch wel erg vaak betrokken bij ongewenste, of zelfs illegale activiteiten.
En net als op de Wallen is de bewijsvoering vaak een probleem. Er is best wat voor te zeggen dat Amsterdam, juist omwille van haar reputatie en haar ambitie om een serieus financieel centrum te zijn, de rotte appels uit de sector opruimt. Dat kan met de wet Bibob in de hand, omdat hiermee kan worden voorkomen dat het verlenen van een vergunning leidt tot criminele activiteiten.
Vertrouwen, daar gaat het om. Vertrouwen in onze instituties, in onze wetten en in eerlijk zaken doen is cruciaal voor Nederland als aantrekkelijk land om in te investeren. We zien te vaak dat lege Nederlandse brievenbusfirma’s daar afbreuk aan doen.
Nederland dreigt op de verkeerde lijstjes terecht te komen. Het is hoog tijd dat Nederland voorop loopt in de aanpak van internationale belastingontwijking en niet op de rem trapt. Hopelijk zien de rechtse partijen dat na de Panama Papers ook in.