Nederlandse vissersvloot verdient beloning - Main contents
BRUSSEL - De vooruitstrevende Nederlandse visserijsector krijgt in Europa niet de erkenning die ze wel verdient. Aldus Jan Huitema, Europarlementariër voor de VVD. Huitema geeft zijn mening over de implementatie van de aanlandplicht voor de bodemvisserij, en koppelt die aan de noodzaak tot volledige legalisering van de pulskor.
,,De aanlandplicht is niet zomaar een ingreep. Het is een radicale verandering in de bedrijfsvoering. Een revolutie die door de buitenwereld nog wel eens wordt onderschat. Het begint allemaal niet zo indringend, maar langzaam wordt het net rond de visserman dichtgeknoopt. De aanlandplicht zal leiden tot hoge kosten door het aanbrengen van aanpassingen aan boord, het aannemen van extra personeel en de beperkte opslagruimte. Daarbij komt ook nog dat veel nationale controle-instanties niet weten hoe ze de visserijvloot moeten controleren. Hierdoor loopt de visserman keer op keer het risico de deksel onterecht op zijn neus te krijgen.
De aanlandplicht is onder maatschappelijke druk in sneltreinvaart door Europa opgesteld. De aanjagers van de aanlandplicht vonden teruggegooide bijvangst namelijk verspilling en daar moest tegen opgetreden worden! Door de versnelde procedure is er door Europa geen uitgebreid onderzoek gedaan. De VVD steunde tijdens de hervorming van het gemeenschappelijk visserijbeleid in 2013 een oproep om meer onderzoek te doen naar de gevolgen van de aanlandplicht. Destijds was hier in Brussel helaas geen meerderheid voor. Dat is jammer, het blijkt namelijk dat in sommige gevallen meer dan 50 procent van de teruggegooide bijvangst blijft leven. Hierdoor kan jonge ondermaatse vis zich voortplanten en bijdragen aan bestandsontwikkeling.
Ondanks het onbegrip dat de aanlandplicht heeft veroorzaakt blijft de Nederlandse visserijsector doen waar ze goed in is: innoveren. Ondernemerschap en innovatie moeten centraal staan om zo de concurrentiepositie van de sector te versterken. Juist Nederland heeft kennis en kunde in huis. Toch liggen innovaties zoals de pulskor nog steeds ongewenst op de plank te wachten totdat het de wettelijke erkenning krijgt. Dit is onbegrijpelijk, omdat juist de aanlandplicht oproept om selectieve vismethoden zoals de pulskor te gebruiken.
De Nederlandse vooruitstrevendheid kan in de theorie straks tegen ons gaan werken wanneer de quota voor 2016 vastgesteld zullen gaan worden tijdens de visserijraad in december. Enkele landen hebben gevraagd om de quota te verhogen omdat ze door het aan wal brengen van bijvangst minder verkoopbare vis kunnen vangen. Als deze verhoging gebaseerd wordt op het percentage bijvangst per lidstaat zou dat voor Nederland negatief uit kunnen pakken en een concurrentienadeel kunnen opleveren. De Nederlandse visserijsector heeft de afgelopen jaren namelijk al grote stappen gezet in het verminderen van bijvangst. Na alle inzet is het niet uit te leggen wanneer Nederlandse vissers hierdoor benadeeld zouden worden.
Ik kom uit de landbouwsector en mijn inzet is ondernemers zoals boeren en vissers de ruimte te geven. Met een milieudoel is niets mis, maar spreek met elkaar af wat je wilt bereiken in plaats van Brussel laten dicteren hoe het moet. De praktijk wijst uit dat er in Brusselse vergaderkamers ellenlange voorschriften worden geproduceerd en de ondernemer ter plekke checklists moet afwerken. Reken maar dat je met een beetje boerenverstand of de ervaring van een visserman heel wat verder komt dan met een Brusselse papieren werkelijkheid. Het wordt tijd om de Nederlandse visserijvloot te belonen voor al haar inspanningen door maximale ruimte te bieden binnen de aanlandplicht en de pulskor toe te staan. De uitdagingen van de toekomst kunnen wij aan, maar geef de sector daarvoor dan wel de ruimte.
Jan Huitema (VVD) is Europarlementariër. Hij heeft een melkveehouderij in Makkinga (Friesland).
Dit artikel verscheen eerder in Visserijnieuws.