Voor fatsoenlijke arbeidsvoorwaarden én -verhoudingen - Main contents
Foto Flickr/ PvdA
Nederland heeft unieke arbeidsverhoudingen, ook wel aangeduid met de term 'poldermodel'. In ons land, waar niemand 't in z'n eentje voor het zeggen heeft, doen werknemers en werkgevers dingen in principe samen. In overleg. Omdat dat tot resultaten met draagvlak leidt, maar ook omdat 't vaak de enige manier is om überhaupt tot resultaten te komen. De PvdA is voorstander van het elkaar op die manier serieus nemen. We ondersteunen dat ook, en geven 't af en toe een zetje. Zo is de PvdA de drijvende kracht geweest achter het sociaal akkoord van kabinet en sociale partners. Maar de arbeidsverhoudingen in ons land staan onder druk. En dat moeten we niet laten gebeuren.
In toenemende mate proberen werkgevers bijvoorbeeld om in overleg overeengekomen arbeidsvoorwaarden eenzijdig te verslechteren; denk aan wat er bij V&D gebeurt of bij diverse zorginstellingen. De PvdA neemt daar stelling tegen en roept werkgevers op in voorkomende gevallen met vakbonden in overleg te treden. Op aandrang van de PvdA heeft ook het kabinet zich onlangs tegen het gedrag van bijvoorbeeld zorgaanbieders als Thebe en Vérian uitgesproken.
Deze week deed de VVD een duit in het zakje, door de aanval in te zetten op de door vakbonden en werkgevers afgesproken collectieve arbeidsovereenkomst. In een ingezonden stuk in Trouw schreef Kamerlid Anne Mulder dat-ie blij was met het feit dat vakbonden er op heel veel plekken niet in slagen nieuwe cao's af te spreken (en mensen dus bijvoorbeeld geen loonsverhoging krijgen). Een cao zit maar in de weg en dient het algemeen belang niet. Cao-afspraken zouden werk vernietigen. Kortom: ons land zou beter af zijn zonder cao's. En ongetwijfeld ook zonder vakbonden.
Ons land? Nou ja, in ieder geval de werkgevers voor wie de heer Mulder spreekt. Werkgevers die voor een dubbeltje op de eerste rang willen zitten, over de rug van hun medewerkers. Werkgevers die zich op de borst kloppen om hun 'ondernemerschap' en de daarbij horende bereidheid risico te nemen, maar die feitelijk elk risico over de schutting gooien. In de schoot van hun werknemers, die ze vandaag ontslaan om morgen als zzp-er terug te laten komen. Die ze in flexbaantjes stoppen zonder perspectief of zekerheid. Werkgevers die om het hardst roepen dat arbeidsvoorwaarden 'gemoderniseerd' moeten worden, maar die eigenlijk de klok 100 jaar terug willen draaien. Met de arbeidsverhoudingen die daar bij horen: die tussen 'baas' en 'knecht', waarbij de laatste met de pet in de hand maar moet afwachten of-ie morgen ook werk (en een boterham) heeft en de baantjes aan elkaar moet rijgen om thuis de eindjes aan elkaar te knopen. Werkgevers die vergeten dat die cao-afspraken waar ze nu zo op afgeven nota bene stuk voor stuk door henzelf zijn afgesproken.
Dat zijn niet de arbeidsverhoudingen waar de PvdA voor staat. En overigens ook niet de arbeidsverhoudingen waar heel veel hardwerkende echte ondernemers voor staan.
Gelukkig is het wel zo dat er een groot gat zit tussen de woorden van onze coalitiepartner en z'n daden. De VVD stemde immers gewoon in met het sociaal akkoord, met het daarin overeengekomen eerlijkere ontslagrecht (waardoor straks ook de bouwvakker of schoonmaker recht heeft op een vergoeding), met de aanpak van de doorgeschoten flex op de arbeidsmarkt, met het creëren van 125.000 extra banen voor mensen met een beperking op straffe van een wettelijke verplichting voor werkgevers, met het beter kunnen combineren van werk en privé, met het aanpakken van uitbuiting, verdringing en schijnconstructies, met het aanpakken van faillissementsfraude, met het verlagen van topinkomens en met de strengste bankenbonuswet in Europa. Om eens wat te noemen.
Maar oppassen blijft het.
Als bijlage m'n integrale spreektekst tijdens de laatste begrotingsbehandeling Sociale Zaken en Werkgelegenheid, waarin ik aandacht vroeg voor de tweedeling op de arbeidsmarkt en daarmee in onze samenleving: