Overheid schuldig aan oneerlijke concurrentie en verdringing? - Main contents
Vandaag heb ik er bij het kabinet op aangedrongen om een uit 2010 daterend convenant van de belastingdienst met de uitzendbranche kritisch tegen het licht te houden en zo nodig aan te passen. Aanleiding was een bericht van de FNV dat door uitzendbureaus massaal misbruik wordt gemaakt van die overeenkomst. RTL Nieuws berichtte daar eerder vanavond over. Daardoor zou niet alleen de overheid jaarlijks 250 miljoen euro mislopen, maar zouden zaken waartegen we knokken als oneerlijke concurrentie en verdringing van bijvoorbeeld Nederlandse bouwvakkers en vrachtwagenchauffeurs juist worden bevorderd. En dat kan niet de bedoeling zijn.
Het gewraakte convenant is ooit gesloten om buitenlandse arbeidskrachten die worden geconfronteerd met extra kosten (voor huisvesting hier èn in eigen land bijvoorbeeld) en die functies vervullen waarvoor we in Nederland geen mensen kunnen vinden tegemoet te komen.
De uitzendbranche is er destijds in geslaagd die regeling op zowat alle uitzendkrachten van toepassing verklaard te krijgen. Daar kun je al je vraagtekens bij zetten, gezien de hoge werkloosheid in ons eigen land, maar nog vervelender wordt het als het uitzendbureaus zèlf zijn die vooral van die regeling lijken te profiteren. Dubbel zelfs: vaak vragen ze hoge prijzen aan hun uitzendkrachten voor huisvesting en over het bedrag dat ze daarvoor op het salaris inhouden betalen ze ook nog eens geen belasting. Als dat al geen misbruik is, dan is het in ieder geval een onwenselijke ontwikkeling. Daardoor kunnen ze immers buitenlandse arbeidskrachten nòg goedkoper aanbieden en worden Nederlandse werknemers helemaal uit de markt geprijsd.
Dit kabinet, daartoe met name door de PvdA aangespoord, maakt meer werk van het aanpakken van uitbuiting, oneerlijke concurrentie en verdringing op de arbeidsmarkt bij de inzet van buitenlandse werknemers dan al haar voorgangers. Met extra arbeidsinspecteurs, hogere straffen en bijvoorbeeld de Wet Aanpak Schijnconstructies die binnenkort in de Tweede Kamer wordt behandeld. En met het zo nodig schrappen van afspraken tussen fiscus en uitzendbranche dus.