Minister Koenders moet Palestijnse staat erkennen - Main contents
Goed voorbeeld doet goed volgen: in navolging van andere Europese landen zou ook Nederland de Palestijnse staat moeten erkennen, vindt Harry van Bommel.
De nieuwe centrumlinkse regering van Zweden maakte recent duidelijk dat zij Palestina wil erkennen als soevereine staat. Ook het Britse Lagerhuis sprak de wens tot erkenning uit. Een klein aantal EU-landen, waaronder Hongarije, Polen en Slowakije, erkent Palestina al, maar zij deden dat voordat ze toetraden tot de EU. Als de nieuwe Zweedse regering haar voornemen doorzet, zal Zweden het eerste land zijn dat in de hoedanigheid van EU-lidstaat Palestina erkent. Ik hoop zeer dat dit goede voorbeeld snel een Europees vervolg zal krijgen, te beginnen met Nederlandse erkenning.
Hoop
Vertrekkend minister Timmermans was als PvdA-Kamerlid voor erkenning van Palestina maar liet dat standpunt vallen toen hij minister werd. Aantredend minister Koenders gold in het verleden als een belangrijke supporter van de Palestijnse zaak en ik vestig nu mijn hoop op hem. Ook als minister ging hij de confrontatie aan over Israël met collega's, die hij beschuldigde van het 'collectief straffen' van de Palestijnen in Gaza. Door de nieuwe politieke situatie in Zweden en het Verenigd Koninkrijk is het debat over erkenning van Palestina heropend. De SP zal voorstellen dat ook Nederland tot die erkenning overgaat.
Van Bommel: Maak serieus werk van tweestaten-oplossing door erkenning Palestina (foto: Rusty Stewart, CC by-nc-nd/2.0)
Belangrijke verdragen
Steeds meer regeringen zien in dat zowel Israël als de Palestijnen baat kunnen hebben bij erkenning van de Palestijnse staat. Inmiddels hebben meer dan 130 landen Palestina officieel erkend, maar voor volwaardig VN-lidmaatschap moet de Veiligheidsraad instemmen en daar liggen de Verenigde Staten dwars. Palestina zit daarom vooralsnog vast aan de in 2012 verkregen status non-member observer state, de status die ook het Vaticaan heeft. Dat is bepaald niet symbolisch. Met deze status kan Palestina toetreden tot internationale verdragen. In april 2014 initieerden de Palestijnen dan ook toetreding tot vijftien belangrijke verdragen, waaronder de mensenrechtenverdragen en de Vierde Conventie van Genève.
Impasse doorbreken
Voor de Israëlische regering is er nauwelijks een stimulans, laat staan een noodzaak, om tot een onderhandelde vrede te komen. De Palestijnen zijn verdeeld, Gaza is geïsoleerd en de Westelijke Jordaanoever wordt effectief militair gecontroleerd. Israëls grootste bondgenoot, de Verenigde Staten, verzoekt met enige regelmaat om een tijdelijke bouwstop in de nederzettingen maar de regering-Netanyahu wimpelt dat af en komt ermee weg. Ook van de kant van de EU is er geen effectieve druk op Israël om het vredesproces een kans van slagen te geven. Tegen die achtergrond is het logisch dat de Palestijnen via de VN proberen erkenning te krijgen als staat. Het zou de impasse in het vredesproces kunnen doorbreken.
Rechten én plichten
Ten eerste maakt formele erkenning van de Palestijnse staat een einde aan de onevenwichtige politieke verhouding in het Israëlisch-Palestijns conflict. Onderhandelingen tussen in elk opzicht volstrekt ongelijkwaardige partners blijken in de praktijk niets op te leveren. Erkenning van de Palestijnse staat en aansluiting bij belangrijke internationale verdragen, zoals de Conventie van Genève, leggen de Palestijnen duidelijke rechten én plichten op, wat ook in het belang is van Israël. Van de Palestijnen kan dan worden geëist dat zij zelf effectief optreden tegen terroristische aanslagen op Israël.
Erkenning van de Palestijnse staat versterkt ten tweede het uitgangspunt dat de bestandslijn van 1967 als grens voor die staat moet gelden. Dat kan eventueel worden aangevuld met wederzijds ingestemde landruil. Die grens van 1967 is in eerdere akkoorden ook als uitgangspunt genomen en door Nederland, de EU en de VN als belangrijke doelstelling opgenomen in het vredesproces. Ook president Obama heeft onlangs expliciet de grens van 1967 als uitgangspunt genoemd
Tweestaten-oplossing
Wachten op een alomvattend vredesakkoord, zoals de Nederlandse regering bepleit, is geen optie. Op dit moment verdwijnt een tweestaten-oplossing steeds verder achter de horizon, terwijl dat toch echt de enige oplossing is. Ook bij Israëlische politici constateer ik het besef dat een tweestaten-oplossing de enige manier is om Israël democratisch te houden. Langer wachten met die oplossing is dus ook een bedreiging voor de democratie in Israël. Dat is in de praktijk zichtbaar in nieuwe wetgeving die het werk van Israëlische mensenrechtenorganisaties en andere kritische, niet-gouvermentele organisaties ernstig probeert te bemoeilijken.
Serieus werk
De Nederlandse regering moet deze zwaarwegende argumenten voor erkenning van de Palestijnse staat niet negeren op grond van de vriendschap met Israël. Die vriendschap is juist gebaat bij oprechte steun aan vrede en democratie in het Midden-Oosten. Nu het nog lijkt te kunnen, moet daarom serieus werk worden gemaakt van de tweestaten-oplossing via formele erkenning van Palestina, ook als volwaardig VN-lid. Ik heb hoge verwachtingen van minister Koenders en hoop dat hij de erkenning van de Palestijnse staat dichterbij zal brengen.
Deze opinie verscheen eerder in Katholiek Nieuwsblad