Sancties in Birma blijven nodig - Main contents
Afgelopen maandag besloot de EU om met uitzondering van het wapenembargo de sancties tegen Birma af te schaffen - een onverstandig besluit. De opleving van het binnenlandse religieuze geweld wordt door de overheid onvoldoende bestreden. Druk van buitenaf blijft nodig om Birma te stimuleren door te gaan op de ingeslagen weg. Want er zijn sindsdien weliswaar positieve berichten over onafhankelijke pers en vrijlating van politieke gevangenen, maar de EU slaat de plank mis met het afschaffen van de sancties. Vele en grote problemen blijven het land immers parten spelen.
Harry van Bommel is Tweede Kamerlid voor de SP
Een tragisch voorbeeld hiervan is het ernstig toegenomen geweld in het overwegend boeddhistische Birma tegen de moslimgemeenschap. Vorig jaar werden in korte tijd maar liefst 180 etnische Rohingya vermoord en werden de huizen van 100.000 van hen verwoest - een etnische zuivering. De Rohingya worden hard onderdrukt in Birma. Nog steeds worden zij niet erkend als rechtmatige bewoners van het land. Vorige maand leidde een uit de hand gelopen ruzie tussen een boeddhistisch stel en islamitische goudhandelaren nog tot tientallen doden, 800 afgebrande huizen en 12.000 vluchtelingen. De Birmese autoriteiten grepen niet of pas veel te laat in. Volgens Human Rights Watch heeft de regering dit geweld in veel gevallen aangemoedigd of eraan meegedaan. Zelfs oppositieleider Suu Kyi zweeg tijdens deze uitbarstingen.
Verder is de grote rol die militairen in de Birmese politiek blijven spelen problematisch. In naam is de regering sinds 2011 weliswaar civiel - het is veelzeggend dat president Thein Sein een oud-generaal is. Hij is niet de enige die het legeruniform voor een maatpak heeft omgeruild. Daarnaast moet 25 procent van de Birmese parlementsleden bestaan uit militair personeel. Onlangs zei het hoofd van de Birmese strijdkrachten, generaal Min Aung Hlaing, dat zijn militairen een leidende rol in de politiek blijven spelen.
Ook zitten er nog steeds veel politieke gevangenen opgesloten. Zolang dat nog het geval is, is afschaffing van de sancties een verkeerd signaal. Dit geldt temeer omdat de EU vorig jaar bij de opschorting van de sancties de verwachting uitsprak dat alle politieke gevangenen onvoorwaardelijk vrijgelaten zouden worden. Bij aanhoudende religieuze conflicten waarbij de regering niet ingrijpt en zolang als er politieke gevangenen zijn, moet de EU niet aarzelen om wederom economische sancties tegen Birma te nemen.
Deze opinie stond op 26 april in NRC Next