VVD ziet de overheid als een parasiet - Main contents
Niet nu voorzieningen afbreken die juist zijn ingevoerd om moeilijke economische tijden te doorstaan
SP-leider Emile Roemer
Onze verzorgingsstaat is toe aan een herziening, schrijft fractievoorzitter Halbe Zijlstra van de VVD in de Tweede Kamer op 5 maart in Het Financieele Dagblad. Betaalbare zorg, toegankelijk onderwijs, voorzieningen voor ouderen en werklozen, het kan allemaal niet meer, omdat de groei terugloopt. Daarmee misbruikt de VVD de crisis om haar ideeën over de verzorgingsstaat en de rol van de overheid door te drukken. Want de enorme financiële en economische crisis is niet veroorzaakt door te hoge overheidsuitgaven, maar door de misstanden in de financiële markten. Het bezuinigingsbeleid van de kabinetten Rutte 1 en 2 heeft die crisis vervolgens alleen maar verergerd, zo stellen nu ook steeds meer economen.
Dat de VVD dit doet is op zich niet vreemd. De liberalen plaatsen de overheid van oudsher tegenover de burger, in plaats van naast die burger. Het past niet in het liberale gedachtegoed dat de overheid ook kan optreden als belangenbehartiger van de hele bevolking. Al ten tijde van het eerste paarse kabinet sprak de VVD van het herijken van de verhoudingen tussen gemeenschappelijke regelingen en eigen verantwoordelijkheid. Wat Zijlstra feitelijk zegt is dat het harde kapitalisme van de vrije markt meer kans moet krijgen en moet worden ontdaan van de verzachtende maatregelen die in de loop der jaren zijn aangebracht. Vandaar dat de VVD ook liever spreekt van een waarborgstaat, waarin de overheid zich terugtrekt en zich alleen nog garant stelt voor de meest basale levensbehoeften.
Daarom wil de VVD de AWBZ afbreken, een collectieve verzekering waarin de ouderenzorg is geregeld. Ouderen moeten zelf maar regelen of en hoe ze de zorg die ze nodig hebben geregeld krijgen. Thuiszorg, dagbesteding, begeleid wonen: de VVD ziet dit niet als een taak van de overheid. Het is de eigen verantwoordelijkheid voor mensen, de markt staat voor hen ter beschikking om die ‘diensten’ te leveren. De WW-duur wordt fors ingekort en de ontslagbescherming verminderd, zelfs in een tijd van oplopende werkloosheid. Mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, bijvoorbeeld diegenen die werken bij een sociale werkvoorziening, hoeven in de ogen van de VVD niet meer aan te kloppen bij de overheid. En wie in de toekomst werkloos wordt, komt al naar één jaar op bijstandsniveau. De bijstandsuitkering wordt vervolgens op termijn met tweeduizend euro per jaar verlaagd. Velen zullen hierdoor door de armoedegrens zakken.
De VVD ziet de overheid niet als een beschermer voor wie dat nodig heeft, of een regelaar voor wat wij met elkaar belangrijk vinden aan waarden en normen, maar als een parasiet, als een blok aan het been van de vrije markt. De VVD is de oorspronkelijke redenen voor het oprichten van collectieve voorzieningen uit het oog verloren. Sociale wetgeving en een sterke publieke sector zijn van oudsher een oplossing voor maatschappelijke problemen. De AOW is er om te voorkomen dat ouderen in armoede belanden. De Ziektewet is om mensen tegen ellende te beschermen bij ziekte. De AWBZ is er om iedereen toegang te garanderen tot goede zorg, ongeacht zijn of haar inkomen. De WW is ingevoerd om te voorkomen dat hele gezinnen in de problemen komen als een ouder zijn of haar baan verliest.
Het past niet om nu die voorzieningen af te breken die juist zijn ingevoerd om moeilijke economische tijden vol onzekerheid te doorstaan. Ik ben het eens met Zijlstra dat de verzorgingsstaat aan herziening toe is. Maar dan wel op een heel andere manier, te beginnen bij het aanpakken van het waterhoofd dat gecreëerd is door schaalvergroting en marktwerking. Managers in het onderwijs staan niet voor de klas en zorgbestuurders kennen de patiënten niet waarvoor ze moeten zorgen. Dat proces moeten we keren. Bestuurders en managers dienen zich niet bezig te houden met vastgoed, productie draaien en derivatenhandel, maar met goede zorg, excellent onderwijs en betaalbare sociale woningbouw. In de zorg zijn vele miljarden te besparen door bureaucratie te schrappen en verantwoordelijkheden bij het zorgpersoneel te leggen.
Goede voorzieningen die juist voor moeilijke tijden zijn bedoeld, moeten nu benut worden. Dat is dé manier voor het kabinet om vertrouwen en rust te scheppen in zware tijden en te investeren waar consumenten en bedrijven het laten afweten. Als we één les van vorige crises kunnen leren dan is dit dat de overheid de mogelijkheid én de middelen heeft om economische crises de dempen, bijvoorbeeld door te investeren in de bouw, in duurzame energie en in banen in de publieke sector. Het domste wat het kabinet op dit moment kan doen is vasthouden aan de politiek van saneren en liberaliseren terwijl die politiek de crisis juist mede heeft veroorzaakt. De verzorgingsstaat herzien? Graag! Maar dan door de verspilling aan te pakken zonder het fundament aan te tasten. Nederland heeft geen kleine en uitgeklede overheid, maar een sterke en effectieve overheid nodig.
Dit artikel verscheen 16 maart 2013 in het Financieele Dagblad