Kamervragenover het bericht dat drie studiebegeleidingsinstituten officieel erkend zijn als zorginstelling

Source: J.R.V.A. (Jeroen) Dijsselbloem i, published on Wednesday, November 2 2011.

Antwoorden op Kamervragen van de Kamerleden Wolbert (PvdA) en Dijsselbloem (PvdA) over het bericht dat drie studiebegeleidingsinstituten officieel erkend zijn als zorginstelling.

(2011Z20072)

Vraag 1

Bent u bekend met het persbericht van de Maltha groep “Studiebegeleidings¬instituten officieel erkend als zorginstelling” van 9 oktober 2011?

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Is het waar dat de drie studiebegeleidingsinstituten van de Maltha groep in Bilthoven, Zeist en Utrecht nu aangemerkt worden als zorginstelling, en dat studiebegeleiding daarmee wordt aangemerkt als zorg?

Antwoord 2

De aanleiding voor het persbericht van 9 oktober 2011 ligt naar alle waarschijnlijk¬heid in de op 21 september 2011 afgegeven toelatingsbeschikking in het kader van de WTZi, waarmee het Instituut Maltha B.V. is toegelaten als instelling voor de AWBZ-functie begeleiding, zoals bedoeld in artikel 6 van het Besluit zorgaanspraken AWBZ. Een dergelijke toelating betekent uitsluitend dat de instelling voldoet aan de in het Uitvoeringsbesluit WTZi gestelde transparantievereisten voor de bestuursstructuur en de bedrijfs¬voering. De toelating in het kader van de WTZi voor de AWBZ-functie begeleiding betekent niet dat studiebegeleiding als zodanig daarmee is aangemerkt als AWBZ-zorg. Ook betekent het niet dat de studiebegeleiding van Instituut Maltha per definitie AWBZ-zorg is. Ik verwijs u naar het antwoord op vraag 3.

Vraag 3

Is het waar dat met deze erkenning de studiebegeleiding van de Maltha groep gefinancierd kan worden vanuit de Zorgverzekeringswet (Zvw) en uit de AWBZ?

Antwoord 3

Er kan door een instelling uitsluitend zorg worden verleend ten laste van de Zvw en AWBZ als een instelling beschikt over een toelating. In het onderhavige geval is er alleen een toelating aangevraagd als AWBZ-instelling voor de functie begeleiding.

Wat onder begeleiding wordt verstaan, is gedefinieerd in artikel 6 van het Besluit zorgaanspraken AWBZ. Het gaat hier om activiteiten door een instelling te ver¬lenen aan verzekerden met een somatische, psychogeriatrische of psychiatrische aandoening of beperking, of een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke handicap die matige of zware beperkingen hebben. De activiteiten bestaan onder meer uit het ondersteunen bij of het oefenen met vaardigheden of handelingen en het ondersteunen bij of het oefenen met het aanbrengen van structuur of het voeren van regie.

In de toelichting op de aanvraag heeft Instituut Maltha B.V. aangegeven waaruit de begeleiding bestaat. Op basis van die door de aanvrager gegeven toelichting was er geen aanleiding te veronderstellen dat er geen WTZi-toelating kon worden afgegeven voor de AWBZ-functie begeleiding. Daarmee is echter nog geen inhoudelijk oordeel gegeven over de activiteiten van Instituut Maltha.

Een WTZi-toelating geeft een instelling de mogelijkheid om productieafspraken te maken met het zorgkantoor om zorg te verlenen ten laste van i.c. de AWBZ. Of er daadwerkelijk zorg wordt verleend ten laste van de AWBZ hangt af van de concrete afspraken die Instituut Maltha B.V. hierover kan maken met het zorgkantoor.

Het zorgkantoor zal in dat kader bij het Instituut moeten nagaan in hoeverre de activiteiten van dit Instituut voldoen aan de eisen van rechtmatigheid, doelmatigheid en kwaliteit zoals die nu gelden in de AWBZ. Dat betekent dat het zorgkantoor moet vaststellen dat de activiteiten van het Instituut zijn gericht op de voor AWBZ-begeleiding vastgestelde doelen. Oftewel: zijn gericht op het bevorderen, behouden of compenseren van zelfredzaamheid. Studiebegeleiding, gericht op het behalen van een diploma, valt daar niet onder.

Vraag 4

Betekent deze erkenning dat alle leerlingen die studiebegeleiding krijgen AWBZ-geïndiceerd zullen worden? Om hoeveel leerlingen gaat het in totaal?

Antwoord 4

De toelating door het CIBG betekent niet dat alle leerlingen die studiebegeleiding krijgen bij het Instituut Maltha B.V. AWBZ-geïndiceerd zullen worden. Het is aan het CIZ om op basis van een individuele aanvraag te besluiten of een leerling in aanmerking komt voor AWBZ-begeleiding. Een leerling komt alleen in aanmerking voor een AWBZ-aanspraak begeleiding als hij een somatische of psychiatrische aandoening of beperking heeft, of als er bij hem een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke beperking is vastgesteld, waardoor hij matig tot ernstig beperkt is in zijn zelfredzaamheid. Ook moet zijn vastgesteld dat in die beperking niet kan worden voorzien door gebruikelijke zorg van ouders of door andere voorliggende voorzieningen.

Vraag 5

Hoeveel extra leerlingen zullen gebruik maken van deze geïndiceerde studiebegeleiding, nu deze financieel toegankelijk wordt voor alle kinderen met leer- en motivatieproblemen?

Antwoord 5

Leer- en motivatieproblemen op zich vormen onvoldoende grondslag om aanspraak te kunnen maken op AWBZ-zorg. Verder verwijs ik graag naar de antwoorden op vraag 3 en vraag 4.

Vraag 6

Wat is uw reactie op de woorden van de heer Maltha dat "Nu de overheid passend onderwijs voor ogen heeft en zoveel mogelijk kinderen binnen het regulier onderwijs wil houden, is juist die deskundige hulp van buiten de school van belang. De scholen kunnen dit niet alleen af"?

Antwoord 6

Passend onderwijs wordt vormgegeven in regionale samenwerkingsverbanden voor primair en speciaal respectievelijk voortgezet en voortgezet speciaal onderwijs, waarin het aanbod van lichte en zware onderwijszorg wordt samengevoegd. Binnen een regionaal samenwerkingsverband is meer maatwerk mogelijk en kan een integrale afweging worden gemaakt over de verdeling van de onderwijszorgmiddelen. Het is aan de regionale samenwerkingsverbanden om te bepalen in hoeverre zij daarbij deskundige hulp van buiten de school willen betrekken.

Vraag 7

Kunt u toelichten waarom studiebegeleiding wordt bestempeld als zorg, en niet als een vorm van onderwijs, eventueel passend onderwijs?

Antwoord 7

Ik verwijs u naar mijn antwoord op vraag 2.

Vraag 8

Worden de bezuinigingen op het onderwijs nu opgevangen binnen de begroting van VWS?

Antwoord 8

Ik verwijs u naar mijn antwoord op de vragen 3, 4 en 5.

Vraag 9

Zullen de gemeenten Bilthoven, Zeist en Utrecht verantwoordelijk worden voor deze studiebegeleiding, zodra de functie begeleiding van de AWBZ wordt overgeheveld naar de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo)?

Antwoord 9

De gemeenten Bilthoven, Zeist en Utrecht zullen als gevolg van de decentralisatie van de functie Begeleiding naar de Wmo verantwoordelijk worden voor het beoordelen van aanvragen tot ondersteuning op dit vlak van hun inwoners. Indien een verzoek van een leerling valt onder de compensatieplicht en de overige voorwaarden van de Wmo, zal de gemeente aan haar compensatieplicht moeten voldoen. Op welke wijze de gemeenten vervolgens invulling geven aan de concrete ondersteuning, bepalen zij - wederom binnen de kaders van de Wmo - zelf.