Brief Presidium; Voorstel om het Planbureau voor de Leefomgeving te vragen een doorrekening te maken van de Green Deal - Groene economische groei in Nederland (Green Deal) - Main contents
Deze brief is onder nr. 2 toegevoegd aan dossier 33043 - Groene economische groei in Nederland (Green Deal).
Officiële titel | Groene economische groei in Nederland (Green Deal); Brief Presidium; Verzoek van de vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie om het Planbureau voor de Leefomgeving te vragen een doorrekening te maken van de Green Deal |
---|---|
Document date | 27-10-2011 |
Publication date | 27-10-2011 |
Nummer | KST330432 |
Reference | 33043, nr. 2 |
External link | original article |
Original document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2011–2012
33 043
Groene economische groei in Nederland (Green Deal)
Nr.2
BRIEF VAN HET PRESIDIUM
Aan de leden
Den Haag, 12 oktober 2011
Het Presidium legt hierbij aan u voor een onderzoeksvoorstel van de vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie d.d.
11 oktober 2011. Deze commissie stelt voor om het Planbureau voor de
Leefomgeving te verzoeken een doorrekening te maken van de Green
Deal.
Het Presidium stelt voor om met dit onderzoeksvoorstel in te stemmen.
De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, G. A. Verbeet
De griffier van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, J. E. Biesheuvel-Vermeijden
BIJLAGE Aan het Presidium
Den Haag, 11 oktober 2011
De vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie wil aan de Kamer voorstellen om het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) te verzoeken een doorrekening te maken van de Green Deal. Namens de commissie verzoek ik u het onderzoeksvoorstel dat hiertoe is opgesteld ter besluitvorming door te geleiden naar de Kamer (zie bijlage).
Op 27 oktober 2010 heeft de Kamer de motie van de leden Halsema c.s. (Kamerstuk 32 417, nr. 39) aangenomen waarin de regering wordt verzocht om een integrale visie te ontwikkelen op de te behalen kabinetsdoelen voor milieu, natuur en klimaat, dit vergezeld te laten gaan van een integrale doorrekening door het Planbureau voor de Leefomgeving en het Energieonderzoekcentrum Nederland en dit voor Prinsjesdag 2011 aan de Kamer te presenteren. Op 19 september jl. heeft het PBL in samenwerking met het Energieonderzoek Centrum Nederland de notitie «Effecten van het kabinetsbeleid voor milieu en klimaat; verkenning voor de motie Halsema» gepresenteerd voor de kabinetsplannen zoals die op dat moment bekend waren.
De Green Deal maakt onderdeel uit van de integrale kabinetsvisie op de te behalen kabinetsdoelen voor milieu, natuur en klimaat. In de PBL-notitie wordt aangegeven dat de Green Deal op dat moment nog onvoldoende uitgewerkt was om mee te nemen in de verkenning. Op 3 oktober jl. is de Green Deal door de minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu aan de Kamer gestuurd (Kamerstuk 33 043, nr. 1) en daarom wil de commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie het PBL verzoeken nu ook een verkenning naar de effecten van de Green Deal uit te voeren. Het Bureau Onderzoek en Rijksuitgaven is betrokken bij de totstandkoming van dit onderzoeksvoorstel.
Doel van het voorliggende onderzoeksvoorstel is om inzicht te verkrijgen in het kwalitatieve en kwantitatieve effect van de Green Deal op klimaat, natuur en milieu in bredere zin, ook met het oog op de te behalen Europese duurzaamheidsdoelstellingen.
De vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie spreekt op 21 november 2011 over de Green Deal met de minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie in een wetgevingsoverleg Energie. De commissie wil dan ook het PBL verzoeken om de verkenning voor 21 november a.s. af te ronden.
Middels de motie van het lid Koopmans (Kamerstuk 31 490, nr. 11) heeft de Kamer de regering verzocht om directe toegang van het parlement tot de planbureaus. De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft aangegeven dat het kabinet gaarne meewerkt aan deze toegang, waarbij het uitgangspunt is dat het parlement in voorkomende gevallen een beroep zal kunnen doen op de planbureaus. De minister geeft ook aan dat verzoeken van de Kamer inpasbaar moeten zijn in de werkzaamheden van het planbureau en dat het planbureau dit in eerste instantie zelf beoordeelt, waarbij wel de uiteindelijke verantwoordelijkheid bij de relevante minister ligt (Kamerstuk 31 490, nr. 20).
Aangezien planbureaus ressorteren onder een ministerie, het PBL maakt onderdeel uit van het ministerie van Infrastructuur en Milieu, ontvangen planbureaus een vast budget uit de desbetreffende departementale begroting. Hierdoor zullen er voor dit onderzoek geen kosten ten laste komen van het onderzoeksbudget van de Kamer.
Graag uw instemming.
De griffier van de vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,
Franke
The EU Monitor enables its users to keep track of the European process of lawmaking, focusing on the relevant dossiers. It automatically signals developments in your chosen topics of interest. Apologies to unregistered users, we can no longer add new users.This service will discontinue in the near future.