Massa-immigratie? Toestroom ‘kansarmen’? Kletskoek

Source: A.H. (Anja) Meulenbelt i, published on Monday, May 23 2011.
alttekst ontbreekt in origineel bericht
Bron: Blog Anja Meulenbelt

(Han Entzinger)

Ik was een van de gasten bij een middag in de serie ‘De vreemdeling in Nederland’ in De Nieuwe Liefde. Voor een zondagmiddag in mei een behoorlijk volle zaal. Mensen die zich druk maken over het asielbeleid, die zich zorgen maken over vluchtelingen.

 
alttekst ontbreekt in origineel bericht
Bron: Blog Anja Meulenbelt

(Alex van Heusden)

Alex van Heusden herinnert ons eraan wat er gebeurd is sinds de vorige bijeenkomst: Sahar die mag blijven, Kambiz die zich in brand stak op de Dam. Ook Geeske Hovingh die de programma’s rondom vluchtelingen en asielzoekers coördineert en begeleidt keek nog eens terug op de voorafgaande geschiedenis: hoe in de jaren negentig de asielprocedure verstopt raakte, waarop een strengere Vreemdelingenwet, van Job Cohen, in werking trad. Met minister Verdonk kregen we de periode van de stoere taal, zij wilde 26.000 mensen uitzetten. Waarop een breedgevoerde actie volgde, ’26.000 gezichten’, en in juni 2007 onder staatssecretaris Albayrak een Generaal Pardon volgde. (Zie hier en hier)

Veel mensen dachten toen dat de grootste problemen wel voorbij waren, en het is waar dat er het een en ander veranderd is. Het IND en de vreemdelingenpolitie leerden het wat vriendelijker aan te pakken, leek het, maar inmiddels is de situatie ook weer aan het verslechteren. De noodopvang is voor een groot deel opgeheven, er zijn nog steeds veel mensen in Nederland ‘illegaal’, die veel minder om hulp durven te vragen dan voor het pardon. De taal waarmee er over vluchtelingen en asielzoekers gepraat wordt is harder geworden, alsof het allemaal ‘profiteurs’ zouden zijn. Er wordt gesproken over een ‘tsunami’ van ‘kansarmen’ die onze kant op komen, over ‘massa-immigratie’ alsof dat een feit is. En we zitten met een regering die in het akkoord beloofd heeft om de migratie met de helft te verminderen. Dit om de middag te beginnen, wat is er waar van die massa-immigratie?

 
alttekst ontbreekt in origineel bericht
Bron: Blog Anja Meulenbelt

(Rechts: Geeske Hovingh)

 
alttekst ontbreekt in origineel bericht
Bron: Blog Anja Meulenbelt
 
alttekst ontbreekt in origineel bericht
Bron: Blog Anja Meulenbelt

(Eduard Nazarski en Hans Spekman)

Niet zo veel, legt Han Entzinger uit aan de hand van de cijfers van de afgelopen jaren. Entzinger is hoogleraar integratie en migratiestudies. De ene na de andere mythe kan weg. Want hoeveel mensen komen er eigenlijk naar Nederland tegenover het aantal dat vertrekt? En wat voor mensen zijn dat die komen?

Dit is het eerste interessante feit: er is al heel lang geen sprake meer van massa-immigratie. Op dit moment is er zelfs sprake van ene ‘negatief saldo’, er vertrekken meer mensen dan er komen. Deels is dat het gevolg van het afnemen van met name de gezinshereniging, maar ook het aantal asielzoekers is stevig afgenomen. Bij de 150.000 mensen die jaarlijks naar Nederland komen is het merendeel uit de EU afkomstig - de Polen o.a. - waarmee we meteen op de vraag komen in welke mate de instroom überhaupt vanuit de overheid te regelen valt. Uit een andere statistiek blijkt dat de binnenkomst van met name de grote groep arbeidsmigranten vrijwel parallel loopt met het aanbod van banen - waarmee ook meteen de mythe in de prullenmand kan dat de arbeidsmigranten ‘onze’ banen inpikken. En ten tweede dat het vooral de werkgevers zijn die de meeste invloed hebben op de instroom, en niet de overheid.

In Nederland zijn het vooral de Turken, Marokkanen en Surinamers die de grootste ‘oude’ migrantengroepen vormen, ondertussen al in hun tweede en derde generatie. Maar daar komen heel weinig nieuwe mensen meer bij. Zou iemand willen raden hoe groot die tsunami van naar Nederland komende mensen uit moslimlanden eigenlijk is? Nou, helemaal wel zo’n twee a drie duizend mensen per jaar. Trek daarvan af hoeveel er ook weer vertrekken en we komen uit op een tsunami van nul.

Een reden daarvoor, Entzinger laat dat zien aan de hand van een statistiek over de Turkse mannen die een bruid uit het land van herkomst over laten komen, is dat de tweede en derde generatie Nederlanders van Turkse afkomst minder op het oude land zijn gericht, en hun partner hier vinden - het is inmiddles gedaald naar 15%. Vaak van dezelfde afkomst, vaak dezelfde religie, maar geen immigranten meer. Dus wat is er de zin van om de eisen voor gezinshereniging nog strenger te gaan maken, behalve dat het voor een deel van de bevolking aardig klinkt om stoere taal uit te slaan?

 
alttekst ontbreekt in origineel bericht
Bron: Blog Anja Meulenbelt
 
alttekst ontbreekt in origineel bericht
Bron: Blog Anja Meulenbelt
 
alttekst ontbreekt in origineel bericht
Bron: Blog Anja Meulenbelt

De toelating in Nederland is al zo streng dat we vergeleken met de andere Europese landen een afwijkend patroon vertonen: van alle landen waar migranten heen komen, is bij ons de bevolkingsgroei vrijwel geheel te wijten aan ‘natuurlijke groei’ en niet aan immigratie. Ook blijkt dat ondertussen de ‘gezinsherenigers’ grotendeels dezelfde arbeidsparticipatie hebben als hun partners - het duurt vaak een paar jaar, maar uiteindelijk is ook de mythe dat we met partners uit het buitenland zoveel ellende binnen zouden halen niet meer dan een mythe. Het is waar dat er onder de ‘allochtonen’ meer mensen zijn die afhankelijk zijn van uitkeringen, maar kijk, dat zijn voornamelijk de mensen van de oude garde. Dat probleem lost zich dus met de tijd op.

De grootste moot aan immigratie zijn de arbeidsmigranten. Velen daarvan zijn hoogopgeleid, en blijven niet. Zo zei Entzinger het in De Groene onlangs:

Het meest overschatte probleem is de integratie van nieuwkomers. Hun integratieproces, gemeten volgens alle klassieke indicatoren, vordert gestaag. Onderwijsniveau, arbeidsdeelname, taalvaardigheid, politieke participatie - wat men ook gebruikt als indicator, overal wordt de kloof tussen autochtonen en allochtonen kleiner, zeker bij de tweede generatie. Desondanks heerst in brede lagen van de samenleving een gevoel dat de integratie is mislukt. Alleen met meer dwang en drang zouden de nieuwkomers nog op het juiste pad zijn te krijgen.

Het is verbijsterend hoezeer ‘integratie’ de laatste jaren is geproblematiseerd, terwijl hiervoor weinig redenen zijn. Het is evenzeer verbluffend hoe hardnekkig de onjuiste beeldvorming is over het feitelijk verloop van de immigratie en de veranderingen die zich hierin de laatste tien jaren hebben voorgedaan. ‘Kansarme massa-immigratie’ is iets van een ver verleden. In feite was het aandeel arbeidsmigranten en studenten onder de nieuwkomers al vele jaren niet meer zo hoog als nu. Het gevolg van deze nodeloze problematisering van immigratie en integratie is een groeiend onderling wantrouwen tussen autochtonen en allochtonen en een afnemend vertrouwen van allochtonen in hun eigen toekomst en in de Nederlandse samenleving. Zo kan een overschat probleem alsnog tot grote proporties uitgroeien…

(Hele artikel Entzinger: hier.)

Hans Spekman, PvdA, Tweede Kamer, wil daar wel op reageren. Want op de opmerking van Entzinger, dat het lijkt op eenzelfde discussie over de criminaliteit - die neemt af, maar mensen worden wel banger - zegt hij dat hij de problemen van concrete mensen niet wil bagatelliseren. Die problemen zijn namelijk nogal geconcentreerd in bepaalde wijken, en er zijn wijken waar mensen wel degelijk last hebben van de komst van de Polen. Wel is het ook volgens Spekman waar dat we veel meer met een integratieprobleem te maken hebben dan met een immigratieprobleem. Maar als je ziet dat er in de Somalische gemeenschap nogal wat problemen zijn met het Qat gebruik (een soort soft drug) dan zie je dat nog niet terug in de cijfers, maar er moet wel wat aan gedaan worden voordat het een groot probleem wordt. Spekman is het niet helemaal eens met Entzinger die zegt dat het moet gaan om feiten, en niet zozeer om gevoel. “Als in een oude wijk twee keer in een jaar een oude mevrouw bij het pinnen wordt beroofd, dan kun je niet zeggen, mevrouw, gelukkig is het statistisch geen probleem”. Je ziet wel degelijk problemen tussen bevolkinsgroepen, jongens die zich uitgekotst voelen, zich misdragen, waardoor mensen met een boog om hen heen lopen - zo wordt de kloof alleen maar groter. Er zijn zeker ook problemen met een etnische achtergrond, bijvoorbeeld in de gesloten Roma gemeenschappen die meisjes van dertien al van school halen.

 
alttekst ontbreekt in origineel bericht
Bron: Blog Anja Meulenbelt
 
alttekst ontbreekt in origineel bericht
Bron: Blog Anja Meulenbelt

Eduard Nazarski, directeur van Amnesty International vindt dat er rondom de migranten veel incidenten worden uitvergroot. En dat wordt vooral erger gemaakt door de Nederlandse bevolking voor te spiegelen dat je de problemen kunt oplossen door de migratie tegen te houden. Ondertussen mogen de mensen die er al zijn de inburgering nu zelf gaan betalen. Het huidige beleid gaat dus niet helpen. Integendeel. We zouden kunnen weten dat de situatie in Noord Afrika voor veel mensen benard is. En dat het dus een natuurlijke reactie is van mensen om hun onveiligheid te ontvluchten. Daar hebben we in Nederland vrijwel geen aandacht voor. We denken er niet over na wat we bij kunnen dragen aan de onveiligheid daar, en reageren vooral door de muren om ons eigen land te verhogen.

Na de pauze komen er nog meer onderwerpen aan de orde. We hebben het nog eens over de manier waarop er in Nederland met asielzoekers wordt omgegaan. Er is veel om te doen geweest, en nog, Amnesty heeft een rapport ingediend bij de Tweede Kamer, daar is gunstig op gereageerd, maar hoeveel beter is de situatie nu?

(wordt vervolgd)