Openbaar tuchtregister is begin van lange weg - Main contents
De afgelopen jaren werd de medische wereld regelmatig opgeschrikt door een schandaal. Opzichtig falende, of zelfs verslaafde artsen bleken na verloop van tijd toch weer in ziekenhuizen te verschijnen. Daarom was ik verbaasd dat Martin Buijsen en Zeynep Yildiz - hoogleraar en studente gezondheidswetenschappen aan de Erasmus Universiteit van Rotterdam - niets zien in een openbaar tuchtregister voor artsen. (Trouw, 10 maart) In de Kamer heb ik daartoe een wetswijziging ingediend. Buijsen en Yildiz onderschatten de mondigheid van patiënten en hun capaciteit om informatie op waarde te schatten. Mensen willen informatie en openheid over het verleden van iemand aan wie ze hun leven toevertrouwen. Is dit een tovermiddel? Verre van, maar het is een stap in de goede richting.
Henk van Gerven, Tweede Kamerlid SP en oud-huisarts
De lijst van medische missers en falende artsen, die het nieuws gehaald hebben, is de laatste jaren in rap tempo uitgebreid. Een aantal excessen deed menigeen afvragen hoe het mogelijk is dat zoiets gebeurt in Nederland. Denk aan de verslaafde neuroloog uit Twente, de vaatchirurg uit Venlo en Winschoten, de orthopeed uit Purmerend en de misdadige gynaecoloog uit de Citykliniek in Den Haag. Wat al deze zaken gemeen hebben, is dat het controlesysteem in de zorg niet in staat bleek deze rotte appels uit het systeem te halen. Dit had soms tragische gevolgen: artsen konden jarenlang tientallen patiënten ernstige schade toebrengen, soms zelfs met dodelijke afloop. Daarbij keken de collega's weg, gaf de directie niet thuis en trad de Inspectie voor de Gezondheidszorg niet of onvoldoende op.
Patiënten geven in deze gevallen duidelijk aan dat zij graag voor het maken van hun keuze hadden willen weten of een arts al eerder een waarschuwing of veroordeling had ontvangen. De behoefte aan transparantie is groot en reëel. Het is goed dat patiënten zelf kunnen zien of een dokter geregistreerd staat en of hij of zij in het verleden ooit door het tuchtcollege is veroordeeld.
Buijsen en Yildiz stellen dat een opgelegde maatregel niets zegt over de kwaliteit van de arts. Dat waag ik te betwijfelen. Maar wat vaak hoor ik van mensen die de stap maken naar het medisch tuchtcollege, dat het zelden tot een veroordeling van een arts komt. Al jaren gaan verhalen de ronde over de wegkijkcultuur en het elkaar de hand boven het hoofd houden. De cijfers over het aantal veroordelingen ondersteunen deze stelling:
In Nederland zijn bijna 60.000 artsen werkzaam. In 2009 werden 127 waarschuwingen, 27 berispingen en 5 schorsingen opgelegd. Daarmee wordt al direct duidelijk dat het betrekkelijk zeldzaam is dat een arts een dergelijke maatregel wordt opgelegd. Toch waren het juist de artsen die zo negatief in het nieuws kwamen, die vaak al een maatregel hadden gekregen: de orthopeed ontving eerder een waarschuwing en twee berispingen. De horrordokter uit Den Haag is tijdelijk geschorst en uiteindelijk volledig geschorst. In het geval van de vaatchirurg faalde de Inspectie en is het niet eens tot een tuchtzaak gekomen. Ook de zaak van de neuroloog Jansen laat op een dramatische wijze zien hoe de patiënt de dupe is geworden van de wegkijkcultuur in de medische wereld.
In de discussie over het openbare artsenregister heb ik mijn amendement een paardenmiddel genoemd. Kenmerk daarvan is dat het stevig is en alleen ingezet wordt wanneer de nood hoog is. Helaas is dat het geval. Natuurlijk is het een inbreuk op de privacy van artsen, maar het dient een hoger doel: de veiligheid en gezondheid van de patiënt.
Het geeft de patiënt de mogelijkheid om met alle relevante informatie af te wegen of hij of zij naar deze arts wil gaan. Openheid is één van de voorwaarden om te komen tot zorg waarop men kan vertrouwen. Vandaar ook mijn pleidooi om bij het openbare register de uitspraak van het tuchtcollege op te nemen met een duidelijke en begrijpelijke samenvatting. Zo kan de patiënt ook kennis nemen van alle nuances die spelen in de zorg. Zo nodig in overleg met de huisarts. Vertrouwen begint met openheid.
Lost een openbaar register het kwaliteitsprobleem in de zorg op? Natuurlijk niet, er is ook een verandering in de mentaliteit van artsen, directies en de Inspectie nodig. De patiënt moet er op kunnen vertrouwen dat wij als medici er alles aan doen om zorg volgens de professionele norm te bieden. Een enquête onder artsen uit 2009 liet zien dat de helft van de artsen aarzelt om een falende collega aan te pakken. We hebben dus nog een lange weg te gaan, om te beginnen met dit register.
Dit artikel stond op 17 maart 2011 in Trouw