Debat: financiële investeringen in clusterbommen - Main contents
De regering legt opnieuw de wens van GroenLinks en andere partijen voor een verbod op investeringen van bedrijven en financiële instellingen in clustermunitie naast zich neer. Op initiatief van de SP en PvdA nam de Kamer eind vorig jaar al een motie aan om tot een verbod te komen, maar het later demissionair geworden kabinet legde dat naast zich neer. Gisteren tijdens het plenaire ‘spoed’ debat werden twee moties ingediend. De eerste motie afkomstig van Jasper van Dijk van de SP medeondertekend door GroenLinks, Christenunie, D66 en de PvdA was een meer precieze motie waarin de regering werd gevraagd om nu met een voorstel te komen voor een verbod op directe investeringen in clusterbommen en daarnaast onderzoek te doen naar mogelijkheden om ook indirecte investeringen te verbieden.
De tweede motie, ingediend door Arjan El Fassed van GroenLinks en medeonderschreven door ChristenUnie, D66, PvdA en de SP verzoekt de regering om garanties af te dwingen van de huisbankier en financiële instellingen met staatssteun, zoals verzekeraars en banken zodat financiële middelen niet gebruikt worden voor opslag, gebruik, produktie en overdracht van clustermunitie en voor het assisteren bij, aanmoedigen van of aansporen tot een activiteit die op grond van het clusterbommenverdrag verboden is.
Tijdens het debat werd de eerste motie door minister Donner ontraden. Hij heeft naar aanleiding van de motie El Fassed c.s. toegezegd na te gaan of instellingen die in verband met de crisis financiële steun kregen van de overheid in clusterbommen investeren. Hij verzocht daarom deze motie aan te houden tot hij met het overzicht komt.
Inbreng eerste termijn van Arjan El Fassed (GroenLinks)
Voorzitter. Tijdens het debat over het goedkeuringsverdrag inzake clustermunitie stelde de minister van buitenlandse zaken om investeringen los te zien van de ratificatie van het clustermunitieverdrag. De ondertekening door Nederland van dit verdrag is voor het reces van de kamer met algemene stemmen goedgekeurd.
Voorzitter. Het doel van het verdrag inzake clustermunitie is helder. Het beoogt het gebruik, bezit, productie en overdracht van clustermunitie uit te bannen. Ook strekt het verdrag zich uit tot een verbod op het assisteren bij, aanmoedigen van of aansporen tot een activiteit die op grond van het verdrag verboden is. Het is niet toegestaan om anderen te assisteren in de ontwikkeling, productie of verwerving van clustermunitie. Dat het daarbij ook gaat om investeringen van bedrijven in de productie van clustermunitie hoeft niet in twijfel getrokken te worden.
De motie van Van Velzen en Van Dam is daarover glashelder. Het verzoekt de regering Nederlandse financiële instellingen te verbieden om te investeren in clustermuntie. Uit de reactie van de minister van Financiën en de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid blijkt dat het demissionaire kabinet er niets voor voelt om Nederlandse financiële instellingen te verbieden om te investeren in clustermunitie.
Maar het is wetgeving dat ervoor zorgt dat financiële instellingen die hierop al beleid hebben, worden erkend en duidelijkheid krijgen hoe zij dit moeten implementeren. Juist financiële instellingen geven zelf aan de behoefte te hebben aan richtlijnen of wetgeving. Dit toont dat er bij financiële instellingen duidelijk een behoefte is – en dat dit de ministers toch zal moeten inspireren.
Voorzitter. De GroenLinks fractie verwacht van de overheid dat het toch minstens zelf de verbodsbepalingen in het verdrag naleeft. Als consument kan ik mijn bank aanspreken en heb ik de keuze om een andere bank te kiezen als ik wil voorkomen dat mijn spaargeld of beleggingen worden gebruikt voor de productie van clusterbommen. Echter, als belastingbetaler heeft de staat die keuze.
De ministers van financiën en van sociale zaken schrijven letterlijk in hun brief van 31 maart j.l. – en ik citeer: ‘Het verdrag bindt de staten die partij zijn’.
Het is de staat met een eigen huisbank, de Royal Bank of Scotland, waar onze nationale spaarcenten staan en die de zakelijke transacties doet. Het is de staat die moet voorkomen dat haar spaargeld en beleggingen worden gebruikt voor clustermunitie, direct of indirect.
Tijdens de aanbesteding is dit verdrag ‘vergeten’. Hoe gaan de ministers dat herstellen? Met de ratificatie van dit verdrag is er voldoende aanleiding voor het stellen van eisen en RBS aan te spreken op haar ketenverantwoordelijkheid inzake de verbodsbepalingen in het clustermunitieverdrag. Bovendien is het de staat die als belangrijke en vermogende klant invloed heeft en uiteindelijk gebonden is aan dit verdrag.
Voorzitter. En dan heb ik het nog niet eens over financiële instellingen, banken en verzekeraars met staatssteun waardoor we zelfs – als staat – deels of geheel eigenaar zijn. Dit maakt dat zij –via de staat gehouden zijn aan het verdrag.
Kortom: Voorzitter. Kunnen de ministers garanderen dat financiële middelen van de staat niet worden gebruikt direct of indirect voor het gebruik, bezit, productie en overdracht van clusterbommen? Kunnen de ministers daarmee garanderen dat de huisbank van de overheid, staatsbanken en financiële instellingen met staatssteun, waaronder ook verzekeraars hun financiële middelen niet direct dan wel indirect inzetten voor het gebruik, bezit, productie en overdracht van clusterbommen en die daarmee assistentie verlenen bij, aanmoedigen van of aansporen tot een activiteit die op grond van het door deze kamer onderschreven verdrag inzake clustermunitie verboden is.
Voorzitter. Ik overweeg een motie hierover.