Afdeling III - De Commissie - Main contents
Contents
- 124: Bevoegdheden
- 125: Algemeen verslag over de werkzaamheden van de Gemeenschap
- 126: Omvang, eisen aan en nationaliteit van leden
- 127: Benoeming en mandaat van de leden
- 128: Beëindiging ambtsvervulling en vervanging van leden
- 129: Onvrijwillig ontslag en schorsing leden
- 130: Benoeming voorzitter en vice-voorzitters
- 131: Inter-institutionele akkoorden, reglement van orde
- 132: Stemprocedure
- 133: Geaccrediteerde vertegenwoordiging Lid-Staten
- 134: Wetenschappelijk en Technisch Comité
- 135: Raadpleging, instelling studiecomités
124: Bevoegdheden
Ten einde de ontwikkeling van de kernenergie binnen de Gemeenschap te verzekeren
-
-ziet de Commissie toe op de toepassing zowel van de bepalingen van dit Verdrag als van de bepalingen welke de instellingen krachtens dit Verdrag vaststellen,
-
-doet de Commissie aanbevelingen of brengt zij adviezen uit op de in dit Verdrag omschreven gebieden, indien het Verdrag dit uitdrukkelijk voorschrijft of indien zij het noodzakelijk acht,
-
-heeft de Commissie een eigen beslissingsbevoegdheid en werkt zij mede aan de totstandkoming van de handelingen van de Raad en van de Vergadering overeenkomstig de bepalingen van dit Verdrag,
-
-oefent de Commissie de bevoegdheden uit welke de Raad haar verleent ter uitvoering van de regels die hij stelt.
125: Algemeen verslag over de werkzaamheden van de Gemeenschap
Jaarlijks, ten minste één maand voor de opening van de zitting van de Vergadering, publiceert de Commissie een algemeen verslag over de werkzaamheden van de Gemeenschap.
126: Omvang, eisen aan en nationaliteit van leden
-
1.De Commissie bestaat uit vijf leden van verschillende nationaliteit, die op grond van hun algemene bekwaamheid in verband met het bijzondere doel van dit Verdrag worden gekozen en die alle waarborgen voor onafhankelijkheid bieden.
Het aantal leden van de Commissie kan door de Raad met eenparigheid van stemmen worden gewijzigd.
-
2.De leden van de Commissie oefenen hun ambt volkomen onafhankelijk uit in het algemeen belang van de Gemeenschap.
Bij de vervulling van hun plichten vragen noch aanvaarden zij instructies van enige regering of enig lichaam. Zij onthouden zich van iedere handeling welke onverenigbaar is met het karakter van hun ambt. Iedere Lid-Staat verbindt zich, dit karakter te eerbiedigen en niet te trachten de leden van de Commissie te beïnvloeden bij de uitvoering van hun taak.
De leden van de Commissie mogen gedurende hun ambtsperiode geen andere beroepswerkzaamheden, al dan niet tegen beloning, verrichten. Bij hun ambtsaanvaarding verbinden zij zich plechtig om gedurende hun ambtsperiode en na afloop daarvan de uit hun taak voortvloeiende verplichtingen na te komen, in het bijzonder eerlijkheid en kiesheid te betrachten in het aanvaarden van bepaalde functies of voordelen na afloop van die ambtsperiode. Ingeval deze verplichtingen niet worden nagekomen, kan de Raad of de Commissie zich wenden tot het Hof van Justitie, dat, al naar het geval, ontslag ambtshalve volgens artikel 129 of verval van het recht op pensioen of van andere, daarvoor in de plaats tredende voordelen kan uitspreken.
127: Benoeming en mandaat van de leden
De leden van de Commissie worden in onderlinge overeenstemming door de regeringen der Lid-Staten benoemd.
Hun mandaat duurt vier jaar. Zij zijn herbenoembaar.
128: Beëindiging ambtsvervulling en vervanging van leden
Behalve door periodieke vervanging of door overlijden eindigt de ambtsvervulling van een lid van de Commissie door vrijwillig ontslag of ontslag ambtshalve.
De betrokkene wordt vervangen voor de verdere duur van het mandaat. De Raad kan met eenparigheid van stemmen vaststellen dat er geen reden voor vervanging is.
Behoudens in geval van ontslag ambtshalve als bepaald in artikel 129, blijven de leden van de Commissie in functie totdat in hun vervanging is voorzien.
129: Onvrijwillig ontslag en schorsing leden
Op verzoek van de Raad of van de Commissie kan elk lid van de Commissie dat niet meer aan de eisen voor de uitoefening van zijn ambt voldoet of op ernstige wijze is tekort geschoten, door het Hof van Justitie van zijn ambt ontheven worden verklaard.
In zodanig geval kan de Raad hem met eenparigheid van stemmen, bij wijze van voorlopige maatregel, in zijn ambt schorsen en in zijn vervanging voorzien, totdat het Hof van Justitie zich heeft uitgesproken.
Op verzoek van de Raad of van de Commissie kan het Hof van Justitie hem, bij wijze van voorlopige maatregel, in zijn ambt schorsen.
130: Benoeming voorzitter en vice-voorzitters
De voorzitter en de vice-voorzitter van de Commissie worden voor twee jaar aangewezen uit haar leden op dezelfde wijze als is bepaald voor de benoeming van de leden van de Commissie. Zij zijn herbenoembaar.
Behalve in geval van een algehele vernieuwing, geschiedt de aanwijzing na raadpleging van de Commissie.
In geval van ontslag of overlijden worden de voorzitter en de vice-voorzitter voor de verdere duur van hun mandaat vervangen overeenkomstig de bepalingen van de eerste alinea.
131: Inter-institutionele akkoorden, reglement van orde
De Raad en de Commissie raadplegen elkaar en regelen in onderlinge Overeenstemming de wijze waarop zij samenwerken.
De Commissie stelt haar reglement van orde vast, ten einde te verzekeren dat zij en haar diensten overeenkomstig de bepalingen van dit Verdrag werkzaam zullen zijn. Zij zorgt voor de bekendmaking van dat reglement.
132: Stemprocedure
De besluiten van de Commissie worden genomen bij meerderheid van stemmen van het in artikel 126 bepaalde aantal leden.
De Commissie kan slechts geldig zitting houden, indien het in haar reglement van orde bepaalde aantal leden aanwezig is.
133: Geaccrediteerde vertegenwoordiging Lid-Staten
De Raad kan met eenparigheid van stemmen goedvinden dat de regering van een Lid-Staat bij de Commissie een bevoegde vertegenwoordiger accrediteert, belast met de zorg voor een permanente verbinding.
134: Wetenschappelijk en Technisch Comité
-
1.Bij de Commissie wordt een Wetenschappelijk en Technisch Comité van raadgevende aard ingesteld.
Het Comité moet worden geraadpleegd in de door dit Verdrag bepaalde gevallen. Het kan worden geraadpleegd in alle gevallen waarin de Commissie dit gewenst acht.
-
2.Het Comité bestaat uit twintig leden, benoemd door de Raad na raadpleging van de Commissie.
De leden van het Comité worden in hun persoonlijke hoedanigheid benoemd oor de tijd van vijf jaar. Zij zijn herbenoembaar. Zij mogen niet gebonden zijn door enig imperatief mandaat.
Het Wetenschappelijk en Technisch Comité wijst ieder jaar uit zijn leden zijn voorzitter en zijn bureau aan.
135: Raadpleging, instelling studiecomités
De Commissie kan een ieder raadplegen en alle studiecomités instellen noodzakelijk voor de vervulling van haar taak.