Verordening 2018/1308 - Wijziging van Verordening (EU) 2018/120 wat de vangstmogelijkheden voor Europese zeebaars betreft

1.

Wettekst

28.9.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

LI 244/1

 

VERORDENING (EU) 2018/1308 VAN DE RAAD

van 28 september 2018

tot wijziging van Verordening (EU) 2018/120 wat de vangstmogelijkheden voor Europese zeebaars betreft

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 43, lid 3,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Bij Verordening (EU) 2018/120 van de Raad (1) zijn voor sommige visbestanden en groepen visbestanden de vangstmogelijkheden voor 2018 vastgesteld welke in de wateren van de Unie en, voor vaartuigen van de Unie, in bepaalde wateren buiten de Unie van toepassing zijn.

 

(2)

De Internationale Raad voor het onderzoek van de zee (International Council for the Exploration of the Sea — ICES) heeft een herzien advies voor Europese zeebaars (Dicentrarchus labrax) in de ICES-sectoren 4b-c, 7a, en 7d-h (centraal en zuidelijk deel van de Noordzee, de Ierse Zee, het Kanaal, het Kanaal van Bristol en de Keltische Zee) voor 2018 uitgebracht. Om in overeenstemming te zijn met de maximale duurzame opbrengst, mogen de totale onttrekkingen in de commerciële en de recreatievisserij volgens dat advies in 2018 maximaal 880 ton bedragen. Als gevolg van de maatregelen die zijn genomen om voor het herstel van het bestand te zorgen, zal de biomassa naar verwachting toenemen in 2018. In dat advies gaf ICES ook aan dat de visserijsterfte in de recreatievisserij lager zou zijn. Daarnaast verwachtte ICES dat het overlevingspercentage bij de praktijk van vangen en terugzetten hoger zou zijn (visserijsterfte van 5 % bij die praktijk vergeleken met de eerder geraamde 15 %). Daarom is het passend dat in de recreatievisserij die plaatsvindt van oktober tot en met december 2018, één vis per visser per dag mag worden gehouden. Dit moet ook gelden voor ICES-sector 6a.

 

(3)

Verordening (EU) 2018/120 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

In artikel 9 van Verordening (EU) 2018/120 wordt lid 4 vervangen door:

„4.   Bij recreatievisserij, inclusief vanaf de kust:

 

a)

moet van 1 januari 2018 tot en met 30 september 2018, in ICES-sectoren 4b, 4c en 7a tot en met 7k Europese zeebaars die wordt gevangen, worden teruggezet. Het is gedurende die periode verboden om Europese zeebaars die in die gebieden is gevangen, aan boord te hebben, verplaatsen, over te laden, of aan te landen;

 

b)

mag van 1 oktober tot en met 31 december 2018, in ICES-sectoren 4b, 4c en 6a, 7a tot en met 7k maximaal één Europese zeebaars per visser per dag worden gehouden.”.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de derde dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 28 september 2018.

Voor de Raad

De voorzitter

  • M. 
    SCHRAMBÖCK
 

  • (1) 
    Verordening (EU) 2018/120 van de Raad van 23 januari 2018 tot vaststelling, voor 2018, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Unie en, voor vissersvaartuigen van de Unie, in bepaalde wateren buiten de Unie van toepassing zijn, en tot wijziging van Verordening (EU) 2017/127 (PB L 27 van 31.1.2018, blz. 1).
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.